>zc
In de greep van faalangst
S1:
De narcose
MBÊÊÊÊM SM ft i fl111 n
3asSÊÊtill 7
25
'Ik verzin steeds uitvluchten3
U
iGado gado
Medische vindingen
S SS*!? 108/60
woensdag 10 december 2003
zijn DoorSASKIA
'M
Anderen zien niets aan je, maar van binnen
slaat de paniek toe. Hoe krijg ik dit ooit voor
elkaar? Faalangst. Bij kinderen wordt het snel
herkend, volwassenen zijn er wat meer
geslepen in om deze angst te verhullen.
VAN DER MAAT
1
I
lapeloze nachten, huilbuien,
buikpijn... Alleen al de ge
dachte aan het leiden van
die vergadering lean er bij
faalangstige mensen voor
es zorgen dat ze zich dagen vantevoren
letterlijk ziek voelen. Het idee dat je
niet kunt voldoen aan wat er van je
venvacht wordt, roept gevoelens van
paniek en machteloosheid op,
die"op dat moment je leven lijken te
beheersen.
Exacte cijfers van volwassenen met
zijn niet bekend. Dat zegt al
genoeg: de schijn wordt lang opgehou-
tget den. Volgens schattingen heeft meer
de helft van de volwassenen een
of andere vorm van faalangst. Bij tien
tot twintig procent zou dit het werk of
privéleven serieus hinderen. „Als vol
wassene kun je bepaalde activiteiten
uitstellen of strategieën verzin-
om iets te omzeilen", zegt ge
dragswetenschapper drs. Frans Bul
lens. die mensen met angsten en pa
niekstoornissen behandelt. „Over faal
angst bij kinderen zijn wel allerlei cij
fers en feiten bekend. Kinderen wor
den op school en door de ouders ge-
vet&Üwongen tot het leveren van resulta
ten, Daardoor is faalangst bij hen snel
ler zichtbaar.
Als volwasse
ne neem je
zelf de beslis
singen en kun
je het heel
lang verber
gen. Boven
dien wordt
angst bij vol
wassenen
meer vertaald
naar de situa
tie. Dan heet
het niet faal-
Frans Bullens angst, maar
Foto René Manders bijvoorbeeld
plankenkoorts
of spreekangst." Faalangst duikt op in
situaties waarin prestaties worden ver
langd. De gedachte aan een mogelijke
mislukking blokkeert de kennis en
vaardigheden.
Er zijn drie vormen te onderscheiden.
Faalangst voor cognitieve taken heeft
te maken met 'hersenwerk', zoals het
uitwerken van een scriptie of het
schrijven van een werkverslag. Sociale
faalangst duikt op tijdens contact met
anderen of als er in het openbaar ge
sproken moet worden. Als er een be
roep wordt gedaan op het motorisch
handelen, zoals tijdens een sportwed
strijd, is er sprake van motorische
faalangst. Vaak kunnen deze drie vor
men tegelijkertijd voorkomen.
Typerend voor faalangst is dat het
zich meestal hult in onzichtbaarheid.
„Het is een gevoel en dus niet altijd
zichtbaar voor de buitenwereld. De
angst is gebaseerd op irreële gedach
ten over reële zaken. Je gaat al bij
voorbaat bedenken wat er allemaal
mis kan gaan", aldus Bullens.
Faalangst is geen aangeboren angst,
maar aangeleerd. „Mensen die door
hun ouders erg beschermd zijn opge
voed, ontwikkelen het eerder. Als een
ouder voortdurend waarschuwt voor
mogelijk gevaar of alles uit handen
neemt - 'ik plak die fietsband wel
even, jij kunt dat niet' - gaat het kind
wel geloven dat het iets niet kan. Op
volwassen leeftijd ontstaat faalangst
als reactie op een ingrijpende gebeur
tenis."
Het zijn niet altijd die verlegen, om
hulp vragende mensen die faalangst
hebben. Sommigen spelen juist de
clown om hun faalangst te verbergen.
„Het gedrag kan zich uiten in 'fight,
flight or fright' (vechten, vluchten of be
vriezen). Dat wil zeggen: detaillistisch
gaan werken, smoesjes verzinnen of
een black-out krijgen."
Volgens de gedragswetenschapper
heeft faalangst altijd al bestaan. „Door
onze huidige, veeleisende maatschap
pij worden we vaker geconfronteerd
met iets dat we niet kunnen. De maat
schappij is meer prestatiegericht ge
worden en daardoor steekt faalangst
eerder de kop op. De angst kan zich
gaan opbouwen. Het begint op een
ldein vlak en kan zich als een olievlek
uitbreiden naar andere situaties. Als je
faalangst hebt, probeer dan deze ge
dachten om te buigen naar een posi
tieve gedachtengang. Het gevecht met
faalangst zul je zelf moeten aangaan."
„Steeds als ik iets nieuws moet
aanpakken op mijn werk, neemt
de faalangst bezit van me", zegt
Marian (47). „Laatst was het
mijn beurt om de werkbespre
king te leiden. Zodra ik dat
weet, heb ik geen moment rust
meer. Ik krijg huilbuien, hoofd
pijn, diarree en slapeloze nach
ten..." Ze hapert en begint te
huilen. „In mijn werk wil ik alles
tweehonderd procent goed
doen. Ik mag van mezelf geen
fouten maken. Ik kan het best
en dat blijkt ook als ik het ge
daan heb. Maar voor mij is dat
niet genoeg om vertrouwen te
krijgen. Ik wil elke nieuwe situa
tie beheersen, want dat is vei-
lig."
Het is vier jaar geleden dat Ma
rian faalangst kreeg. De oor
zaak ligt in haar vorige baan,
waar ze langere tijd onder psy
chische druk heeft gestaan. „Ik
deed niets goed volgens mijn
baas. Daar werd ik heel onzeker
van. Ik dacht: ik maak een nieu
we start in een nieuwe baan.
Maar al snel daarna belandde ik
in de ziektewet omdat bleek dat
de faalangst niet verdween met
een nieuwe functie. Ik heb pro
fessionele hulp gezocht. Daar
heb ik steun aan, maar toch
blijft de faalangst mijn leven be
heersen. Ik werk weer, maar ik
verzin nog steeds uitvluchten
om dingen op mijn werk niet te
hoeven doen. Omdat het wel lo
gisch klinkt wat ik zeg, krijg ik
dat meestal voor elkaar bij mijn
collega's. Ze zeggen dat faal
angst kan overgaan. Maar ik
kan me dat niet voorstellen."
Foto Beeldredactie
'Bang dat het niet goed is'
„Mijn ouders hebben mij en mijn zussen altijd gestimuleerd
om te presteren", vertelt Katja (27). „Als kind deed ik mee
aan sportwedstrijden en muziekconcoursen. Ik won vaak.
Op school haalde ik hoge cijfers. Toch gierde de faalangst
telkens door mijn hoofd en lichaam. Wanneer ik minder
goed presteerde, had ik voor mezelf gefaald. Dat gevoel
kon zo erg zijn dat het leek of de wereld haast verging. In
ons gezin werd nooit benadrukt dat niet alles perfect hoeft
te zijn. Daar heb ik mijn eigenwaarde aan gekoppeld.
Ik ben beschermd opgevoed. Mijn ouders hebben dat met
de beste bedoelingen gedaan, maar hun denkbeelden wa
ren voor mij heel bepalend. Als ze afkeurend over iets spra
ken, zorgde ik dat ik het op hun manier deed. Ik probeerde
alles perfect te doen, zonder me af te vragen wat ik zelf ei
genlijk wilde. Daar heb ik nu nog moeite mee. Ik pas me
vaak aan anderen aan. Het maken van keuzes, nadenken
over wat ik zélf voel en kan, begin ik nu pas te ontdekken.
Ik probeer meer te relativeren. En dingen aan te pakken
zonder eerst na te denken of het wel goed is wat ik doe.
Maar het voelt of ik me steeds moet bewijzen. Dit interview
wilde ik ook afzeggen, omdat ik bang ben dat ik niet goed
genoeg overkom. Die faalangst remt me in mijn persoonlij
ke ontwikkeling."
(Marian en Katja hebben in werkelijkheid andere namen)
Kaneel
Dagelijks een half theelepeltje kaneel verorberen, ver
laagt bij mensen met diabetes de hoeveelheid glucose
in het bloed met gemiddeld 20 procent. Dat schrijft A.
Khan (Agricultu
re's Human Nutri
tion Research Cen
ter, Beltsville) in
het vakblad Diabe
tes Care op grond
van onderzoek bij
60 mensen met
diabetes type 2.
Verantwoordelijk
hiervoor is de stof
methyl hydroxy
chalcone polymer
(MHCP), een bestanddeel van kaneel dat de werking van
het hormoon insuline blijkt te kunnen imiteren.
Anticonceptie spray
Komend voorjaar start in Australië de eerste test met
een anticonceptiemiddel in de vorm van een spray. De
spray bevat hormonen die niet via een pil kunnen
worden toegediend, omdat ze in de maag worden afge
broken. Behalve dat de spray gemakkelijk is toe te die
nen, heeft deze ook als voordeel dat de hormonen, na
dat zij door de huid zijn gedrongen, langzaam in het
bloed komen. Daardoor is de hoeveelheid hormonen
in het bloed gelijkmatiger door de dag heen, stelt A.
Humberstone, directeur van de firma die de spray op
de markt brengt, in het wetenschappelijk tijdschrift
New Scientist.
Ziek gebouw
Het bestralen van het ventilatiesysteem in kantoren
met ultraviolet licht bestrijdt effectief het 'siclc builing
syndroom'. Dit is het fenomeen dat mensen alleen op
kantoor last hebben van loopneuzen, prikkende ogen,
hoofdpijn, een zere keel en ademhalingsproblemen.
Oorzaak van de klachten zijn vaak (bestanddelen van)
bacteriën, schimmels of algen die in het koelsysteem
van de luchtverversing groeien. Door dit te bestralen
met UV-licht verdwijnen de klachten nagenoeg com
pleet, meldt D. Menzies (McGill University, Montreal)
in het medisch tijdschrift The Lancet op grond van een
test onder 771 kantoorwerkers.
HIV
Het aantal mannen en vrouwen in Nederland dat be
smet is met HIV (het virus dat aids veroorzaakt) neemt
gestaag toe. Daarnaast wordt de behandeling van HIV
moeilijker vanwege de resistentie die het virus ontwik
kelt tegen de huidige medicijnen. Bijna een derde van
de patiënten kan de medicijnen bovendien niet verdra
gen. Dit stelt F. de Wolf (Stichting HIV Monitoring, Am
sterdam) in het vakblad Medisch Contact op basis van
het jaarrapport 2003 van de Stichting HIV Monitoring,
dat onlangs in de Amsterdamse RAI is gepresenteerd.
Pinda-allergie
Kinderen die allergisch zijn voor pinda's zijn over het
algemeen erg bang om buitenshuis iets te eten. Dit
schrijft N. Avery (universiteit van Southampton) in het
vakblad Pediatrie Allergy
and Immunology op basis
van een vergelij Icing tussen
20 kinderen met pinda-aller
gie en 20 kinderen met dia
betes. Het hebben van een
pinda-allergie drukt bij kin
deren meer een stempel op
het leven dan het hebben
van diabetes, concludeert
Avery uit de vergelijking.
Wij nodigen met onze huisartsen
groep twee keer per jaar een
specialistenmaatschap uit om
samen te eten. Vanwege de Indische ge
rechten heten deze samenscholingen Ga-
do-Gadobijeenlcomsten. We eten niet al
ken, maar hebben het ook over onze
communicatie en maken zogenaamde
transmurale afspraken.
Transmurale afspraken zijn afspraken
over hoe de zorg van de huisarts naad
loos overgaat in de zorg van de specialist.
Als een patiënt naar het ziekenhuis gaat
is het belangrijk dat de specialist weet
wat de huisarts al voor onderzoek heeft
gedaan, zodat het niet dubbel gebeurt.
Omgekeerd is het belangrijk dat de huis
arts de patiënt kan vertellen wat de spe
cialist gaat doen. Een goede afstemming
is voor de patiënt van groot belang.
Transmurale afspraken leiden tot betere
zorg voor de patiënt, minder ziekenhuis
opnames en korter verblijf in het zieken
huis.
Zo hebben we Gado-Gadobijeenkomsten
gehad met de neurologen, de kinderart
sen, de cardiologen, de gynaecologen en
de urologen. De laatste keer waren de
röntgenologen te gast.
Na de kip ketjap en de nasi tjampour
hadden we het over de manier waarop
huisartsen foto's aanvragen. Op het aan
vraagformulier vult de huisarts bijvoor-
eeld in: X-thorax. Dat is een foto van de
ongen. Hij vermeldt wat de medische
Problemen van de patiënt zijn. Bijvoor-
eeld: acht weken hoesten, medicijnen
ripen niet en patiënt rookt,
oorts geeft de huisarts aan wat hij/zij
met de foto wil ontdekken. De vraagstel-
hng kan bijvoorbeeld zijn: longinfectie?
aar ook: longtumor? Of: vergroot hart?
Door PAUL VAN DIJK
De röntgenologen heten weten dat huis
artsen in het algemeen goed gedocumen
teerd foto's aanvragen. Dus met vermel
ding van relevante medische problemen
en met een duidelijke vraagstelling.
Dit in tegenstelling tot de medische spe
cialisten. Internisten, neurologen, etc.
zijn steeds meer gewend om bij een me
disch probleem, zonder argumentatie,
gewoon alles aan te kruisen.
Jonge specialisten luisteren nauwelijks
meer met hun stethoscoop naar de lon
gen. Ze maken gewoon een foto. Bij buik
klachten volgt er zelden nog een gede
gen onderzoek van de buik. Het wordt
gewoon een echo. Bij rugklachten, moge
lijk op basis van een hernia, is neurolo
gisch onderzoek niet echt meer interes
sant. Men maakt gewoon een MRI.
Het luisteren naar het verhaal van de pa
tiënt en het verrichten van degelijk li
chamelijk onderzoek is steeds minder in
zwang bij een medisch specialist. Hij
vaart louter op technische geneeskunde
waarbij het contact met de patiënt nog
van weinig waarde is.
In 'Medisch Contact' van deze week
spreekt de hoofdredacteur van 'The Lan
cet' zijn zorg uit over deze ontwikkeling.
Hij zegt: „Dokters zijn bronnen van tech
nische oplossingen voor ziekte. Ze ver
trouwen meer op de uitkomsten van
tests, dan op het verhaal van de patiënt".
De hoofdredacteur van 's werelds belang
rijkste geneeskundige tijdschrift is van
mening dat de menselijke maat in de
huidige geneeskunde verloren dreigt te
gaan. „Geneeskunde gaat over het bij
zondere, het unieke, het individu en zijn
omgeving. Ziekte is niet uitsluitend een
kwantificeerbare afwijking van het nor
male, ziekte herschept het leven van de
patiënt."
De relatie tussen dokter en patiënt is van
fundamentele betekenis in de genees
kunde, juist nu er zoveel technische mo
gelijkheden zijn.
Eeuwenlang moest de gezondheidszorg het stellen zonder
een aantal medische vindingen die vandaag de dag als
vanzelfsprekend worden gezien. Wie waren de bedenkers
en hoe verging het hun vinding?
Door MARTEN DOOPER
Opium en zwaar alcoholische
dranken waren eeuwenlang de
enige middelen om een pa
tiënt te verdoven. Dronken
voeren en zo snel mogelijk
opereren was de gebruikelijke
routine. Medisch ingrepen wa
ren daardoor ware folteringen
voor de patiënten. Ook tand
art-
I ÜT|' t
'I. «T'
li' -tf r-
sen trokken kiezen zonder eni
ge verdoving. In 1844 merkte
tandarts Horace Wells bij toe
val op dat het inademen van
lachgas de pijn bij het trekken
van een kies kon verzachten.
Een openbare demonstratie in
Boston liep echter op een fias
co uit. Wells gebruikte te wei
nig lachgas, de patiënt gilde
het uit van de pijn en Wells
werd vierkant uitgelachen.
Wells gaf niet op en bleef lach
gas gebruiken in zijn tandarts-
praktijk. Zijn klanten waren
tevreden, maar erkenning
door de medische wereld
bleef uit.
Zijn collega William
Morton had twee jaar
later meer succes.
Eveneens speurend
naar een methode
om pijnloos kiezen
te kunnen trekken,
stuitte hij op de
verdovende eigen
schappen van
ether. Hij probeerde
het goedje uit op aller-
Foto GPD/M. v. Roessel
<h 02* H20X s«v* ««Hg Sy« 01 a
lei dieren: rupsen, goudvissen,
honden. Hij wist John Warren,
een vermaarde chirurg in het
Massachusettes General Hospi
tal in Boston, over te halen tot
een demonstratie. Om zeker te
zijn van zijn zaak deed Morton
kort daarvoor een kleine vin
geroefening. Hij verwijderde
een ontstoken kies bij een pa
tiënt die hij eerst met ether
verdoofd had. De patiënt voel
de er niets van.
In de ochtend van 16 oktober
1846 was het zover. Een jonge
man, Gilbert Abbot genaamd,
zou door Warren verlost wor
den van een gezwel in zijn lin
kerkaak. Voordat Warren het
mes in Abbots kaak zette, liet
Morton de jongeman ether ina
demen. Abbot verloor het be
wustzijn en Warren sneed het
gezwel weg, zonder dat Abbot
enig teken van pijn vertoonde.
5 Bi rv ml /caH20
Toen hij weer bij kennis
kwam, zei Abbot 'slechts ge-
krab in zijn hals' gevoeld te
hebben.
Zowel Warren als het toekij
kend publiek van artsen en
medisch studenten waren diep
onder de indruk. Met de woor
den: 'Heren, dit is geen be
drog', luidde Warren het nieu
we tijdperk in, het tijdperk
van de anesthesie. Overigens
bleek later dat de jonge arts
Crawford Long uit Georgia al
in 1842, vier jaar eerder dus,
ether had toegepast bij een
operatie. Hij maakte dit echter
pas in 1849 wereldkundig,
toen Morton al wereldwijd be
kend stond als de uitvinder
van de narcose.
In Engeland ontdekte de arts
Sir James Young Simpson kor
te tijd later dat ook chloroform
Foto GPDA/Verner Rauwerdink
verdovende eigenschappen
heeft.
Hij gebruikte het om bij baren
de vrouwen de pijn te verzach
ten. Brede bekendheid krijgt
de methode als koningin Victo
ria in 1853 haar achtste kind,
Leopold, krijgt onder een chlo-
roformroes. In de anderhalve
eeuw die volgen, breidt het ar
senaal aan middelen voor nar
cose zich in rap tempo uit. Het
narcotiseren wordt een apart
vak: de anesthesiologie. Het
werkterrein van de anesthesio
loog beperkt zich tegenwoor
dig niet meer tot de operatie
kamer. Ook pijnbestrijding na
de operatie behoort tot het ta
kenpakket. Want inmiddels is
duidelijk dat ook na de medi
sche ingreep de pijn afdoende
moet worden bestreden om te
voorkomen dat er chronische
pijn ontstaat.