Je moet blijven dromen lariniersmuseum laat vergeten expeditie herleven Leo Hannewijk, filmmanager erenkool de jungle zaterdag 6 december 2003 keuzes maken, waar of wie je ook bent." „Het is toch verbazingwek kend. Op school leer je allerlei vak ken, maar je krijgt niets te horen over de verschillende soorten filmtaal die gebezigd kunnen worden. En dan le ven we in een beeldcultuur. Als je het over onderwijs hebt, dan vind ik dat films, zeg maar audio-visuele produc ten, een belangrijke rol mogen spelen. In Zeeland is het moeilijk om docen ten mee te krijgen. Ik heb ze wel eens uitgenodigd door een taart te sturen. Dan val je tenminste op tussen de ge wone post, dacht ik Er kwam één re actieN atuurli j k hebben docenten het hartstikke druk. Dat mag niet beteke nen dat er geen ruimte meer is voor en thousiasme. Het moet niet zo zijn dat er van bovenaf wordt gezegd: nu moet er in het vak Culturele en Kunstzinni ge Vorming aandacht besteed worden aan film of filmgeschiedenis. Het is van belang dat leraren zelf gaan zien dat je veel met film kunt doen." „Misschien dat ook meespeelt, dat ci nema nog steeds niet door iedereen als cultuur wordt ervaren. Een schilderij, het theater, dat allemaal wel. Film is commercieel, dus hoe kan dat ooit iets met kunst en cultuur te maken heb ben? Het is mogelijk dat die opvatting nog te veel leeft bij docenten." „Neem nou een programma als Kop spijkers. Jong en oud kijkt ernaar. Op eens zie je een item voorbij komen waarin het over camerastandpunten gaat. Het RTL-nieuws bracht een on derwerp net iets anders in beeld dan het NOS-journaal, bij de één viel er een regel weg die bij de ander wel te zien was. Als je dat in een les gebruikt, dan leg je uit hoe er op verschillende manieren iets in beeld kan worden ge bracht. Hoe er gemanipuleerd kan worden met informatie. Beeld is nu eenmaal heel manipulatief. Vat dat op een simpele manier in een lesvorm, dan leren leerlingen kritisch kijken. Je helpt, om het maar eens netjes te zeggen, hun kritisch vermogen op bouwen. Dat lijkt me voor een gezon de samenleving één van de uitgangs punten." Leegte „Als ik aan het zappen ben ervaar ik meer leegte dan in de jaren '70. Ont zettend leeg, ik kan het niet anders zeggen. Maar als ik naar de filmwe reld kijk, dan zie ik sinds de vernieti ging van het World Trade Center op 11 september wel een nieuw soort enga gement opbloeien. De filmmakers zijn meer betrokken bij wat er in de wereld gebeurt. In this World van Michael Winterbottom is een goed voorbeeld. Je ziet een heel persoonlijk verhaal in gebed in een context van dramatische wereldgebeurtenissen. „Una giomato particolare van Ettore Scola - het was voor mij een grote eer om hem afgelopen jaar te ontmoeten - is een film van alle tijden: een herken baar verhaal over mensen van vlees en bloed in een conflictsituatie tegen een dreigende fascistische achtergrond. Een goede film, misschien kan ik dat het beste zo zeggen: het is net alsof je in een vliegtuig in de wolken vliegt en af en toe is er een gat waardoor je een stukje land kunt zien. Zo moet een film zijn, net alsof je in de wolken zit en het nergens over gaat en opeens zie je de wereld onder je, zie je reliëf." Hannewijk hoopt dat Film by the Sea de komende jaren een belangrijke bij drage kan leveren aan het filmklimaat in Zeeland. „Ik heb me altijd verzet tegen een Berlijnse Muur tussen film huis en bioscoop. Termen als commer cieel en artistiek zijn nietszeggend. Ik hoop dat het festival bijdraagt aan een divers filmaanbod in de regio. Uiteindelijk moet het net zijn alsof je door een boekwinkel loopt: daar kun je kiezen uit een heel gevarieerd aan bod. Zo moet dat met cinema in Zee land ook mogelijk worden. Recente films als In the Cut van Jane Campion, the Human Stain, Cold Mountain moet je gewoon direct in'Zeeland kün- nen zien en niet pas acht maanden la ter in een filmhuis." ,Het zal er wel nooit van komenMaar het lijkt me heel erg leuk om een eigen theatertje te hebben. Ik ben een harts tochtelijk koker, dus ik zou de mensen verwennen met heerlijk eerlijk eten. In combinatie met goede films. Op Film by the Sea hebben we dit jaar iets in die richting gedaan met een tango film en een tangodiner. Volgend jaar denken we aan een Hongaarse film en een Hongaarse kok. En zo'n eigen the atertje. ach, je moet altijd een beetje blijven dromen." Jan van Damme Sensuele dance, om het netjes te zeggen. De mannen en vrouwen die zich voor de camera verdringen en overduidelijk niet kunnen zingen presenteren hun zonnebril als voornaamste en bij na enige kledingstuk. Dat noemt zich dan muziekzender. Op een ander kanaal vliegen de ledema ten in het rond en roepen spier bundels de hele tijd dat ze terug komen. En hoe. Bijna moegezapt val je een huiskamer binnen van iemand bij wie je - ook als je daar toe dwingend wordt uitgenodigd - echt nooit op bezoek zou gaan. We leven in een beeldcultuur, zegt Leo Hannewijk. De eerste helft van september is hij even een bekende Zeeuw. Als sa menstellervan het festival Film by the Sea in Vlissingen en Scheveriingen is hij sinds 1999 de aangewezen man om te vertellen welke oogstrelende films er nu weer onderweg zijn en welke prominente regisseurs en acteurs over de rode loper Cine City binnenwande len. In de krant, op radio en tv, Leo Hannewijk weet hoe hij zijn publiek moet bereiken. De steeds beter gevul de bioscoopzalen laten geen andere conclusie. Buiten die hectische weken en de daarbij horende maanden voorberei ding is Hannewijk ook nauw betrok ken bij de selectie van films voor het festival van Amnesty International in Amsterdam. En weten ze hem te vin den voor allerlei bestuursfuncties, zo als voor het Jan Vrijmanfonds (dat fil mers in de Derde Wereld steunt), het Fonds voor de Nederlandse Film, de Associatie Nederlandse Filmtheaters en de landelijke Raad voor Cultuur. Ook is hij een enkele keer als (co-)pro- ducent actief, zoals bij Lagrimas Ne- gras van Sonia Herman Dolz, een muziekfilm over een groep oude Cu banen. Momenteel is hij bezig met de verfilming van Zeeuwse gedichten. En er bestaan plannen voor een film over Molukkers in Westkapelle in 1956 en ook De zaak Polderman - een boek van L. W. de Bree - zou ooit in be wegende beelden vertaald moeten worden. Hannewijk: „Zeeland gaat mij ook in filmisch opzicht zeer aan het hart, laat filmmakers hier maar aan de slag gaan." Proberen een schatting te maken hoe veel uur film hij op zijn netvlies heeft gehad is onbegonnen werk. Duizen den uren, dat kan niet anders. En vraag hem welke titel hem te binnen schiet, als hij de aller- allerslechtste film ooit zou moeten noemen, blijft het lang stil. Poeh, een moeilijke vraag. Natuurlijk is er veel rotooi. Maar of hij wel eens uit de zaal is weg gelopen, omdat hij het niet meer kon aanzien? Het is natuurlijk ook een kwestie van vooraf bewust je keuzes maken, zodat de kans op een totale ze perd betrekkelijk klein is. „Ik ben zelfs niet weggelopen uit It's all about Love van Thomas Vinterberg, een bij zonder teleurstellende film na zijn prachtige Festen. Of Le temps du Loup, ook zo'n tegenvaller dit jaar." Voetballer Hannewijk is een échte liefhebber. Niet zo vreemd als je weet dat hij al in de tijd van Jeugd en Muziek - zo rond 1970 - een vaste filmbezoeker was in de Kuiperspoort. Het waren roerige tijden. Opstandige tijden zelfs. Opge groeid in een hervormd milieu in Mid delburg werd er thuis wel eens vreemd gekeken als hij zich tot bewonderaar van Kierkegaard, Nietzsche en Kafka verklaarde. Vooral zijn moeder wilde hem op het gelovige pad houden. Te vergeefs, hij heeft nooit belijdenis ge daan. Wel heeft hij zich aan yoga gewaagd, dat had toch ook met een overtuiging te maken. En zijn haren waren langer dan in het protestants- christelijk milieu voor betamelijk werd gehouden. Hij werd oprichter - of één van de oprichters - van het nog steeds bestaande jongerencentrum Midgard. „Er waren wel wat conflic ten thuis. Maar het grootste probleem deed zich voor op mijn zestiende. Ik foto Mechteld Jansen Naam: Leo Hannewijk Geboren: 1955, Middelburg Opleiding: havo op de Christelijke Scholengemeenschap Middelburg, Sociale Academie Den Haag Werk: coördinator Jeugd en Gezin Middelburg 1981-1984, directeur Stichting Filmhuis Middelburg 1984-1989, filmprogrammeur Lantaren/Venster Rotterdam 1989-1999, directeur Film by the Sea sinds 1999, eigen bedrijf Art Film Support, diverse bestuursfuncties in de filmwereld was een niet onverdienstelijk voetbal ler, deed mee in de Zeeuwse jeugdse- lectie. Toen werd ik gevraagd voor het eerste elftal van Middelburg, dat op zondag speelde. Je begrijpt de proble men thuis. Maar ik heb het wel ge daan." Na het havo koos hij voor de sociale academie in Den Haag. De filmacade mie lag voor de handmaar omdat nie mand uit zijn omgeving in die richting dacht, zag hij daarvan af. „Je ging óf naar de pedac - de pedagogische aca demie - óf naar de sociale academie. Ik heb er de richting maatschappelijk werk gedaan, met de aantekening cul tureel werk. Stage liep ik bij Jeugd en Gezin in Middelburg. Dan probeerde je als 21-jarige een complete gezins therapie uit bij mensen die daar zeker niet op zaten te wachten. Ja, dat was leerzaam. Na mijn studie heb ik in Middelburg drie jaar in een opvang huis voor jongeren met ernstige pro blemen gewerkt. Ik was coördinator en hielp de organisatie opzetten. Na drie jaar was ik volledig opgebrand. Incest, kindermishandeling, agressie. Ik herinner me een jongen die me be dreigde én verwondde. Toen ben ik er van het één op het andere moment mee gestopt." Dat eindpunt werd meteen een start van het filmleven, dat kennelijk in alle stilte op een kans had gewacht. Met de Stichting Filmhuis Middelburg vond hij een podium voor de niet-commer- ciële film in Meccano, de Zeeuwse Bi bliotheek en later in het Schuttershof en Electro. Het eerste jaar van de stichting, herinnert hij zich, was met 5000 bezoekers een succes dat lande lijk de aandacht trok. In de loop van zijn cinema-jaren (na Middelburg volgde 10 jaar Rotter dam, sinds 1999 is hij free-lancer) heeft hij een vastomlijnd idee gekre gen van wat film voor een maatschap pij kan betekenen. Het is een proces, waarin vooral niet te dwingend moet worden opgetreden. Dat de klassieke filmkeuring vervangen is door de Kijkwijzer, die door de bioscoop- en filmorganisaties zelf in het leven is ge roepen, vindt hij een goede zaak. Zelf regulering levert over het algemeen de beste resultaten. „Er wordt wel gezegd dat we in een beeldcultuur leven. Neem de televisie, zoveel zenders, zoveel films. Over het geheel genomen wordt er gewoon een enorme hoeveelheid troep gemaakt. Slecht spul, films die je bepaald niet verrijken. Bad Boys, American Pie, dat soort onzin. Op televisie... mijn dochter Laura van bijna 15 zat vorige week naar dat programma van Patty Brard, een ex-Dolly Dot, te kijken. Vreselijk." „Ik ga niet zeggen dat mensen niet naar dat soort uitzendingen mogen kijken. Maar: ik denk dat de onzin zo dominant aanwezig is, dat het goed is om op te komen voor films, die iets meer willen zeggen of ergens toe doen. In een moderne maatschappij moet je Schrijver en geoloog W.F. Hermans pcht in 1959 niet mee met een grote Schappelijke expeditie naar het hart feuw Guinea. Hermans was anti- In expeditieleider dr. L. D. Brongers- Fuigd katholiek. Hermans' boycot [gevolg dat er nooit iets blijvends [ze onderneming is geschreven. De lie raakte in vergetelheid. Het Mar- useum in Rotterdam roept de tenissen nu weer tot leven met de 'stelling Naar de toppen van het gebergte. 'editie was de 2 le en laatste door het slijk Nederlands Aardrijkskundig Kchap (KNAG) georganiseerde we- «ppelijke ontdekkingsreis. Doel was lekken op de kaart van Nieuw Gui- w vullen. Nevendoel, het verifiëren melding dat er goud in de bodem loog Brongersma trok de rimboe in met vijftien wetenschappers, onder wie geologen, botanici, antropologen en carto grafen. Aangevuld met bestuursambtena ren, artsen, dragers, Papoea-politie en ma riniers die moesten zorgdragen voor de communicatie en de beveiliging, bestond het gezelschap uit ongeveer tweehonderd man. Zij verkenden gebieden waar blanken nooit eerder een voet hadden gezet. Hoe dit zes maanden durende avontuur ver liep is door Jan van Zijverden, conservator van het Mariniersmuseum, gedetailleerd in beeld gebracht. Hij interviewde expeditie leden, achterhaalde hun correspondentie en ging op zoek naar beeldmateriaal. Hij diep te de tent op waarin de mannen die de Julianaberg (4640 meter) beklommen over nachtten, vond aantekenboekjes over onbe kende diersoorten en rekeningen van be drijven voor geleverde boerenkool. Brieven, foto-albums en persoonlijke bezittingen completeren deze museale 'documentaire'. In wetenschappelijk opzicht was de onder neming een matig succes. Als gevolg van de trage aanvoer van hulpmiddelen en instru menten konden verzamelde planten en die ren aanvankelijk niet goed worden geconserveerd. De tropische omstandighe den maakten het soms ook lastig vondsten heelhuids naar huis te verschepen. Naast lo- Sibilvallei naar Hollandia. Deze 'door steek' moest meer kennis opleveren over de tussenliggende streek. Onder leiding van geoloog Chr. B. Bar en bestuursambtenaar G.H. Dasselaar bereikte een groep expedi tieleden na 53 dagen en een tocht van bijna 400 kilometer vol ontberingen de hoofd stad. Het uit de rimboe meegenomen mate riaal raakte in Nederland verspreid over musea en universiteiten. Twee deelnemers promoveerden op hun bevindingen in Nieuw Guinea, andere publiceerden hun onderzoeksresultaten binnen enkele jaren. Maar er zijn nog steeds vondsten van de Sterrenberg-expeditie die wachten op ver der wetenschappelijk onderzoek. Eén er van staat op de tentoonstelling in een vitri-j ne: een glazen potje vol kikkers uit de bin- nenlanden van een afgelegen en vergeten land. f; Peter de Langen Naar de toppen van het Sterrengebergte is te zien tot en met 9 mei 2004. Het Mariniers museum aan de Wijnhaven in Rotterdam is geopend van dinsdag tot en met vrijdag van; 10.00 tot 17.00 en op zaterdag en zondag van" 11.00 tot 17.00. Het Tropenmuseum in Am- sterdam besteedt aandacht aan andere ex- pedities van het KNAG. Beeld van de Nederlandse expeditie naar Nieuw Guinea in 1959. foto Mariniersmuseum/GPD gistieke problemen deden zich ook persoon- rakter was de achilleshiel van de expeditie, lijke en organisatorische moeilijkheden Iedereen had andere belangen. Geologen voor. willen een gebied snel doortrekken om een Van Zijverden: „Hetmulti-disciplinaireka- goede indruk te krijgen van het geheel, bo tanici werken op de vierkante centimeter en blijven liever op één plaats. In de onderlinge correspondentie komen die meningsver schillen duidelijk aan de orde. Soms ont aardden ze in ruzies." Zulke conflicten werden gretig genoteerd door de journalisten in het gezelschap. Zij hadden duizenden guldens moeten betalen om mee te mogen op deze tocht en persten iedere letter nieuws meedogenloos uit. Hun geschrijf beviel de expeditieleiding hele maal niet. De kranten hadden enkel aan dacht voor tegenslagen en problemen. Ze schreven wel over een gecrashte helikopter, haperende zendapparatuur en piloten die met geelzucht in het ziekenhuis lagen, maar zwegen over wetenschappelijke ontdekkin gen. Tussen de verslaggevers onderling was het ook geen koek en ei. „Ze probeerden elkaar voortdurend een hak te zetten", aldus Van Zijverden. „De meegereisde cineasten ru zieden over wie van hen het meeste recht had om te filmen en als twee journalisten sa men dragers hadden gehuurd voor een reportage, stond de een stiekem een uur vroeger op dan afgesproken en verdween stilletjes met de dragers in de jungle." Tijdens de expeditie groeide het idee een tocht te maken vanuit het basiskamp in de

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2003 | | pagina 25