Probleemlijst De koortsthermometer mmÊÊÊÊmwmmjmm woensdag 29 oktober 2003 De Eindhovense psycholoog én ervaringsdeskundige, Cor Anneese beschrijft in zijn zelfhulpboek 'Bang voor de tandarts' hoe je moet omgaan met tandartsangst. Niet alleen als patiënt, maar ook als tandarts of ouder. Down syndroom Koffie Aids Gendefect Koken Angst voor Door YVONNE SCHUIVELING Ongeveer een op de drie volwassen Nederlanders heeft in meer of minde re mate last van tand artsangst. Toch durven veel mensen daar niet eerlijk voor uit te komen. „Ze zijn bang een aansteller genoemd te worden. Echt grote onzin", zegt psycholoog Cor Anneese ferm. .Bijna iedere tandartspatiënt heeft last van innerlijke onrust of lichte vrees. Maar zodra een patiënt niet meer met zijn angst kan omgaan, ontstaat er een tandartsfobie. Tandartsbezoeken wor den dan keer op keer uitgesteld en ten slotte helemaal vermeden. De gevol gen laten zich raden. Een slecht gebit waarbij soms alleen nog maar een grondige gebitsrenovatie hulp kan bie den. En bij langdurige tandartsbehan delingen kunnen eenmaal bestaande angsten worden versterkt." Aan de rol van de tandarts en de hou ding van de patiënt besteedt Anneese in zijn boek veel aandacht. Uit onder zoek is namelijk gebleken dat veel ang stige patiënten uitermate negatief den ken over hun tandarts. Deze kritiek be trof vaak niet alleen het beroepsmatige handelen maar ook het persoonlijke gedrag van de tandarts. „Heel vaak hoor ik opmerkingen zoals 'hij zegt zo weinig tegen me', 'hij maakt onvrien delijke opmerkingen' of 'hij is ongeïn teresseerd in mijn angst'. En of deze meningen nu op waarheid berusten of aiet, om een goede werkrelatie tot stand te brengen, dienen vooroordelen wederzijds opgeruimd te worden. Een goede, duidelijke en prettige relatie is essentieel voor mensen met tandarts- angst." Anneese heeft een aantal goede tips voor tandartsen. „Signaleer tandarts angst en wanneer je er niet mee kunt omgaan, stuur dan je patiënt door naar een angstkliniek. Werk volgens de tell- show-do-methode, wat inhoudt dat je als behandelaar je patiënt vooraf uit legt en laat zien wat je allemaal gaat doen. Maak gebruik van een afleidings strategie, laat de patiënt bijvoorbeeld een puzzel oplossen tijdens de behan deling. En heel belangrijk, las zo nodig tijdens de behandeling korte pauzes in en spreek een teken af dat je direct stopt tijdens de behandeling wanneer de patiënt dit wil. Het is namelijk van groot belang dat de patiënt tijdens de behandeling zelfcontrole over zijn ge dachten en emoties blijft houden." Ouders wakkeren tandartsangst vaak onbewust aan, meent Anneese. „Zo'n 220.000 kinderen tussen de vier en de elf jaar zijn bang voor de tandarts. Kin- Psycholoog Cor Anneese met zijn boek over tandartsangst. Foto René Manders deren worden gemakkelijk beïnvloed door opmerkingen van hun ouders. Ze zouden voorzichtiger moeten zijn met opmerkingen als 'wanneer jij je tand jes niet goed poetst, moet de tandarts straks je tandjes trekken'. Beter is 'poets maar goed, dan blijven je tand jes mooi en gezond en is de tandarts trots op je'." Boek Anneese: „Tandartsangst ontstaat in de meeste gevallen als gevolg van trauma tische ervaringen met de tandarts. Maar ook een indirecte ervaring van ie mand waarmee je jezelf identificeert kan ervoor zorgen dat je angst voor de tandarts ontwikkelt", aldus Anneese, die zelf jarenlang als de dood voor de tandarts was. In zijn boek 'Bang voor de tandarts' be licht hij efficiënte methoden om van tandartsangst af te komen. „Tandarts- problemen zijn meestal terug te voe ren op gedachten die te maken hebben met angst voor pijn. Deze gedachten zijn niet altijd redelijk. Het is dus zaak de redelijke van de onredelijke gedach ten te leren scheiden." Met behulp van een ABC-schema leert Anneese zijn lezers hun gedachten or denen. Bij A worden feiten en gebeur tenissen ingevuld, bijvoorbeeld 'ik zit in de tandartsstoel'. Bij B maakt men een opsomming van onredelijke ge dachten. Zoals 'Ik kan de behandeling niet verdragen', 'ik ga zo flauwvallen' Een tandarts zou tijdens een behandeling meer gebruik moeten maken van een afleidingsstrategie. Foto Koen Suyk of 'de tandarts vindt me een aanstel ler'. C is het erkennen en leren om gaan met emoties. Allemaal onredelij ke gedachten want de patiënt weet im mers helemaal niet wat hem te wach ten staat", legt Anneese uit. „Vervol gens moet geleerd worden hoe onrede lijke gedachten omgezet kunnen wor den in redelijke. Denk bijvoorbeeld 'ik weet nog helemaal niet hoe ik deze be handeling ga ervaren' en 'ik kan me beter op mijn ademhaling concentre ren' en 'ik ben in staat bij de tandarts goed voor mezelf op te komen'." Als het negatieve gedachtenpatroon een maal wordt doorbroken, is de bange patiënt al aardig op weg voortaan met een gerust hart de tandartspraktijk te betreden. Foto ANP Een gecombineerde test op Down syndroom in de eer ste drie maanden van de zwangerschap, waarbij twee stoffen in het bloed van de moeder worden bepaald en de dikte van de nekplooi bij de baby wordt gemeten, is gevoeliger dan andere methoden om het syndroom van Down in een vroeg stadium op te sporen. Dit conclu deert R. Wapner (Drexel University College of Medicine, Philadelphia) in het medisch tijdschrift New England Journal of Medicine op grond van een onderzoek onder 8514 zwangere vrouwen. In Nederland wordt deze test binnenkort op proef ingevoerd. Een bestanddeel van koffie, methylpyridinium geheten, blijkt bij proefdieren in staat de vatbaarheid voor dikke darmkanker te verlagen. De stof stimuleert de aanmaak van zogeheten fase II enzymen, eiwitten die de afbraak van kankerverwekkende stof fen in het lichaam bevor deren. Dit schrijft T. Hofmann (universiteit Mtinster) in het vak blad Journal of Agri cultural and Food Chemistry. Hoeveel koffie een mens moet drinken om te profite ren van de beschermende werking van methylpyridinium moet nog worden uitgezocht. De invoering van een cocktail aan virusremmende mid delen bij de behandeling van mensen die besmet zijn met HIV, het virus dat aids veroorzaakt, heeft bij hiv-pa- tiënten in westerse landen de sterfte met 80 procent doen dalen. De overleving is gestegen met minstens tien jaar. Dit concludeert K. Porter (MRC Clinical Trials Unit, Londen) namens een internationale groep weten schappers in het medisch tijdschrift The Lancet op grond van gegevens uit 22 studies. Erfelijke ziektes die berusten op een zogeheten stop mutatie, een afwijking in het erfelijke materiaal die er toe leidt dat de aanmaak van een eiwit niet volledig ver loopt, kunnen mogelijk worden behandeld met medi cijnen die de stop-mutatie kunnen overbruggen en zo de aanmaak van het bewuste eiwit weer volledig laten verlopen. De eerste stapjes hiertoe bij de ziekte cystic fi brose (taaislijmziekte) zijn succesvol verlopen, meldt M. Wilschanski (Shaare Zedek Medisch Centrum, Jerusa lem) in het medisch tijdschrift New England Journal of Medicine. Ook voor de behandeling van spierdystrofie (ziekte van Duchenne) is inmiddels een dergelijk medi cijn ontwikkeld. ten Stomen van groen te daarentegen leidt nauwelijks (0 -10%) tot verlies van antioxi- Door groente te koken in ruim water verdwijnen niet alleen de wateroplosbare vitaminen (bijvoorbeeld vita mine C) in het kooknat, maar ook veel (70 antioxi- danten (bijvoorbeeld flavonoiden). Bij ko ken in de magnetron verdwijnen zelfs 75-95 van de antioxidan- danten, meldt F. Valle- jo (Departamento de Ciencia y Tecnologia de los Alimentos, Murcia) in het vakblad Journal of the Science of Food and Agriculture. Door PAUL VAN DIJK Twee weken geleden vierde de Paus zijn 25- jarig jubileum als kerk vorst. Mijn dagblad publiceerde bij die gelegenheid allerlei gegevens over Johannes Paulus II. Waar hij is geboren, welke functies hij heeft bekleed, wie hij heilig heeft ver klaard en gedetailleerde gegevens over zijn gezondheid. Om dit laatste de illustreren was er geen grafiek of staafdiagram ge bruikt maar een getekende afbeel ding van de paus. Met pijltjes werd aangegeven welke gezondheidspro blemen het lichaam van de paus herbergt. Bij het pijltje naar zijn hoofd staat: ziekte van Parkinson (1996). Het streepje iets lager wijst naar de schouder met de tekst: fractuur rechterschouder (1993). We zakken verder naar beneden en daar zien we op buikhoogte: blindedarmope ratie (1996) en nog iets lager: darm tumor verwijderd (1992). Ook blijkt hij volgens deze inventarisatie een hesbreuk rechts (1994) te hebben en wijst het onderste pijltje naar de knie van de kerkleider, met als bij schrift: artritis rechter knie. Deze opsomming van medische wa penfeiten is een prachtig voorbeeld van een zogenaamde medische pro bleemlijst. Sinds vrijwel alle huis artsen in Nederland hun papieren patiëntenregistratie verruild heb ben voor een beeldscherm, heeft el ke patiënt een probleemlijst. Zo'n lijst bestaat uit lichamelijke- of geestelijke problemen die geduren de lange tijd een rol spelen in het leven van de patiënt. Het gaat dus Piet om griep, keelpijn, of een paar dagen diarree maar over zaken die consequenties hebben voor de me dische toekomst van betrokkene. Het kunnen belangrijke diagnoses zijn: hartinfarct, reuma. Maar ook operaties staan op de probleemlijst: sterilisatie, baarmoederverwijde ring. Belangrijk op een probleem lijst zijn verder de risicofactoren zo als: hoge bloeddruk en roken. Zo heeft iedereen een probleemlijst. Bij de een is die kort, bij de ander een ellenlange opsomming. Opval lend is dat de meeste mensen nau welijks een idee hebben wat er op hun lijstje staat. Medische proble men zijn vaak snel vergeten of soms zo vertrouwd geworden dat je ze niet meer meetelt. Het is de moeite waard om je eigen probleemlijst eens samen te stellen en te vergelijken met wat de huis arts heeft opgeschreven. Zo'n pro bleemlijst moet net als bij de paus vergezeld gaan van jaartallen zodat de medische gebeurtenissen in chronologische volgorde zijn te zet ten. Interessant bij het maken van een probleemlijst is de vraag of er be halve medisch-technische proble men ook psychische en sociale pro blemen moeten worden opgeno men. Zo werd bij het lijstje van de paus vermeld: neergeschoten op St. Pietersplein (1989). Moet bij Mevrouw Jansens pro bleemlijst ook opgenomen worden incest (1976) of bij Meneer Pietersen werkeloos (2002)? Het zijn proble men die immers relevant kunnen zijn voor de medische geschiedenis van een patiënt. De meeste huisartsen zullen dit soort gegevens niet in een pro bleemlijst opnemen. Bij het opstel len van uw eigen medische pro bleemlijst kunnen het echter be langrijke knooppunten zijn. Eeuwenlang moest de gezondheidszorg het stellen zonder een aantal me dische vindingen die vandaag de dag als vanzelfsprekend worden gezien. Wie waren de bedenkers en hoe verging het hun vinding? Door MARTEN DOOPER Dat veel ziektes gepaard gaan met koorts, wisten waarschijnlijk de medi cijnvrouwen en -mannen in de vroegste menselijke geschiedenis al. Sterker nog: tot enkele eeuwen geleden werd koorts als een zelfstandige ziekte beschouwd. Hoe hoog de temperatuur van de pa tiënt precies was, was voor de arts daar bij niet zo van belang. En al wilde hij dit weten, dan was er geen enkele ma nier om hier achter te komen. Dat verandert als de Italiaanse geleerde Galileo Galilei (1564-1642) rond 1590 de thermoscoop ontwikkelt, het eerste ap paraat dat in staat is temperatuurveran deringen zichtbaar te maken. De ther moscoop bestaat uit een glazen bol voorzien van een lange, dunne hals die in een bakje met vloeistof steekt. Koelt de lucht in de bol af, dan neemt het vo lume van de lucht af en stijgt de hoogte van de vloeistofkolom in de glazen hals. Stijgt de temperatuur, dan drukt de uit zettende lucht in de bol de vloeistof in de hals naar beneden. Het is Galileis vriend Santorio Santorio (1561-1636) die de thermoscoop als eerste gebruikt om de lichaamstemperatuur te meten. De glazen bol wordt hiertoe tussen de han den gehouden of in de mond genomen. De hals voorziet hij van een schaalver deling. Handig of nauwkeurig is dit ap paraat echter in de verste verte niet. In 1632 bouwt de Franse arts Jean Rey (1582-1645) een thermometer die berust op de uitzetting van vloeistof bij het stijgen van de temperatuur. Vooral als de uit Danzig afkomstige, maar in Am sterdam wonende, Daniël Fahrenheit (1686-1736) tussen 1700 en 1730 kwik als vloeistof gaat gebruiken en zijn ther mometers ijkt en voorziet van een schaalverdeling, wordt de thermometer nauwkeurig. Naast de schaalverdeling van Fahrenheit zijn er in de achttiende eeuw overigens nog talloze schaalverde lingen in zwang. Uiteindelijk zal de ver deling van de Zweed Anders Celsius (1701-1744) met het kookpunt en vries punt van water als ijkpunten de boven toon gaan voeren. Echter ook zonder een nauwkeurige schaalverdeling weet de thermometer de ziekenhuizen al te veroveren. Zo meet de vermaarde Leidse arts Herman Boerhaave (1668 -1738) eerst de tempe ratuur bij een gezond persoon en met een daarna bij een patiënt. Zo bepaalt hij 'hoezeer de koortsige de gezonde warmte overtreft'. Artsen zien al gauw in dat vooral het verloop van de tempe ratuur bij de patiënt medisch gezien be langrijk is en niet zozeer de exacte tem peratuur. Echt handig in het gebruik zijn de ruim 40 cm lange kwikthermometers echter nog steeds niet. Het is de Britse arts Thomas Cliffort Allbutt (1836-1925) die in 1866 de kwikthermometer tot een handzaam formaat van een centimeter of twaalf weet terug te brengen. Zijn thermometer is bovendien al binnen vijf minuten af te lezen. Dit model blijft in zwang tot de opkomst van de elek tronische thermometers. De laatste ver nieuwing is de oorthermometcr. Deze bepaalt de lichaamstemperatuur aan de hand van een inffaroodstraling van het trommelvlies.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2003 | | pagina 25