PZC
Gezondheid van
twee kanten
De Leugenaar: het typische
brasserietje aan zee
PBrr
De wetgeving
woensdag 17 september 2003
Steeds meer Nederlanders
combineren de reguliere en
alternatieve gezondheidszorg. Ze
vinden dat de twee kampen beter
moeten samenwerken. Maar over en
weer is er nog veel weerstand.
ÉfflESp
Advc
idvertentie-exploitatie:
Noord-en Midden-Zeeland: 0113-315520;
7pPUWS-Vlaanderen: 0114-372770;
Nationaal: 020-4562500.
Redactie: 0113-315680
jflvw.pzc.nl
e-mail: redactie@pzc.nl
postbus 31,4460 AA Goes.
j
lasWjé
Door FLOOR DE BOOYS
In menig medicijnkastje liggen
aspirine en echinaforce al jaren
broederlijk naast elkaar. En in
de keukenkast staat naast de
Engelse melange een pakje
Goede Nachtrustthee. Niet gekocht
bij een of andere zweverige speciaal
zaak, maar gewoon bij de super
markt om de hoek. Hetzelfde geldt
voor de weerstandverhogende echin-
aforcedruppeltjes die tegenwoordig
bijna alle drogisten onder het eigen
merk verkopen.
Alternatieve 'zelfzorgmiddelen' zijn
enorm populair en zeker niet alleen
onder dragers van geitenwollen sok
ken. Een groeiende groep Nederlan
ders trekt zich niets aan van de grens
tussen alternatieve en reguliere ge
zondheidszorg. Zes op de tien Neder
landers vinden het een goede zaak
dat alternatieve en reguliere genees
wijzen integreren, zo blijkt uit een
onderzoek dat het tijdschrift Ge-
zondheidNieuws onlangspubliceerde.
Steeds meer mensen pikken uit het
aanbod wat van hun gading is. Ze
gaan net zo makkelijk naar de huis
arts als naar de hypnotherapeut. En
als ze aanvullend verzekerd zijn,
krijgen ze bovendien veel van deze
behandelingen vergoed. Een kwart
van alle Nederlanders denkt overi
gens dat de gezondheidszorg goedko
per uit is als natuurlijke geneeswij
zen zoals manuele therapie en acu
punctuur massaler in ziekenhuizen
worden toegepast.
Dat de patiënt wil dat alternatief en
regulier beter gaan samenwerken,
betekent nog niet dat de aloude
strijdbijl tussen de twee kampen
voorgoed is begraven. Hoewel hier
en daar wel voorzichtige toenade
ringspogingen worden gedaan, is ze
ker in de (academische) ziekenhui
zen de grondhouding ten aanzien
van natuurgeneeswijzen nog steeds
zeer terughoudend.
„De sfeer in sommige ziekenhuizen
is erg afwerend. Patiënten durven
hun behandelend specialist vaak niet
te zeggen dat ze óók homeopatische
druppeltjes gebruiken. Of om een
kopje kruidenthee te vragen. Een
slechte
zaak",
stelt Susan
Hupkens,
coördinator
van de basisop- s
leiding Comple
mentaire Zorg.
Dit is een éénjarige
opleiding die sinds vo
rig jaar aan het Mondri
aan College voor Zorg in
Den Haag wordt gegeven aan
gediplomeerde verpleegkundigen
en verzorgenden. „Wij noemen het
met nadruk complementaire zorg
omdat wij de reguliere geneeskunde
niet afwijzen, maar aanvullend wil
len samenwerken.
De verpleegkundigen zullen hun
aangeleerde 'alternatieve' handelin
gen ook alleen maar in goed overleg
met de medische staf toepassen. Dat
vraagt dus om officieel beleid op dit
punt en een einde aan de huidige ge
doogcultuur. Want in diverse zieken
huizen wordt door verpleegkundigen
aanvullende zorg geboden zonder
dat de directie daarvan op de hoogte
is.
Maar waar gaat het nu eigenlijk om?
Hupkens: „Denk bijvoorbeeld aan
een voetmassage met etherische olie
bij een patiënt die gespannen is voor
de operatie van de volgende dag.
Daarnaast krijgen de verpleegkundi-
gen een he
leboel basiskennis over het gebruik
van bepaalde natuurlijke toepassin
gen én hun contra-indicaties."
„Over veel van die middelen wordt
nogal makkelijk gedacht 'baat het
niet, dan schaadt het niet', maar dat
is niet altijd waar. Het door elkaar
gebruiken van reguliere en alterna
tieve middelen kan medische geva
ren met zich meebrengen. Wie bij
voorbeeld de pil slikt, kan beter geen
Sint Janskruid (tegen lichte depres
sie) gebruiken. En zo zijn er meer
middelen die elkaar niet verdragen
en waarbij goede afstemming en dus
openheid nodig is", aldus Hupkens.
Bij verpleeghuizen krijgen comple
mentaire verpleegkundigen aanvan
kelijk het makkelijkst voet aan de
grond. Ziekenhuizen
en psychiatrische instellin
gen volgen nu ook. „Dat komt
waarschijnlijk doordat bij verpleeg
huizen het accent meer op verzorgen
ligt en bij ziekenhuizen op genezen",
vermoedt Hupkens.
Wanneer het om genezen gaat, moet
van elke in het ziekenhuis toegepas
te behandeling wetenschappelijk be
wezen zijn dat die werkt. En dat is
van veel alternatieve behandelingen
niet aangetoond.
Voorzitter Cees Renckens van de in
1881 opgerichte Vereniging tegen de
Kwakzalverij, gruwelt alleen al bij de
gedachte dat er in het ziekenhuis
waar hij als gynaecoloog werkzaam
is, een verpleegkundige met etheri
sche oliën in de weer zou gaan. „Als
jeblieft niet zeg, wat een onzin. Voor
dat je het weet lopen er allemaal van
die vage types rond.
Dat haalt het imago
en de kwaliteit van
tonze ziekenhuizen
alleen maar onder
uit."
Wat Renckens en de
zijnen betreft is er
maar één plek waar al
ternatieve genezers
thuishoren: voor het
Medisch Tuchtcollege.
Het meest ergert Ren
ckens zich aan de regu
lier opgeleide artsen die
overlopen naar het alter
natieve kamp. „Dat zijn de
zwakke vakbroeders van
onze beroepsgroep. Geluk
kig begaat maar zo'n twee
procent van de afgestudeerde
artsen zo'n misstap."
Kees Olfif, secretaris van de Fede
ratie van Opleidingen in de Na
tuurlijke Geneeswijzen (FONG),
kent de stellingname van Renckens.
„Die verkondigt hij al jaren en er valt
niet met hem te praten. Hij doet als
of hij de hele reguliere geneeskunde
vertegenwoordigt, maar in werkelijk
heid is het een heel klein groepje art
sen dat zo star redeneert. Met de
meesten is wel te praten. Die door de
patiënt zo gewenste samenwerking
tussen alternatief en regulier zie ik
er zeker van komen. Die ontwikke
ling is niet meer tegen te houden."
De Vereniging tegen de Kwakzalverij
blijft er in de tussentijd alles aan
doen om daar een stokje voor te ste
ken. Voorzitter Renckens vindt dat
het ministerie van VWS de Neder
landse bevolking zou moeten waar
schuwen voor de alternatieve gene
zers. Het ministerie bewandelt intus
sen de gulden middenweg. Woord
voerder Ellen Timmer van VWS: „Wij
zetten in op de professionalisering
van het alternatieve circuit. Op die
manier scheidt het kaf zich vanzelf
van het koren."
Langs die weg is de reguliere genees
kunde ook ontstaan. Misschien ver
vaagt de grens tussen alternatief en
regulier op den duur en ontstaat er
één, completere gezondheidszorg.
De verschuiving binnen de ge
zondheidszorg van regulier naar
alternatief heeft ook zijn weer
slag in de wetgeving. De 130
jaar oude Wet op de Uitoefe
ning van de Geneeskunst, waar
in geregeld werd dat genees
kunde alleen mocht worden
toegepast door mensen met een
erkende medische opleiding,
werd sinds 1970 al niet meer ge
handhaafd en is in 1997 vervan
gen door de Wet op de Beroe
pen in de Individuele Gezond
heidszorg (BIG).
Daarbij stond de wetgever voor
ogen dat de wet handhaafbaar
zou moeten zijn en de burger
de volle vrijheid zou moeten ge
ven om bij gezondheidsproble
men daar hulp te zoeken waar
men die zelf meent te vinden. In
theorie konden de alternatieve
genezers ook onder deze wet
worden geregistreerd, maar ver
uit de meesten van hen volde
den niet aan de kwaliteitseisen.
Terwijl de wet BIG voor bevoeg
den strenger is dan de oude re
geling, genieten niet bij de wet
geregelde zorgverleners een bij
na onbeperkte vrijheid.
Wel zijn ze, net als reguliere
zorgverleners, gebonden aan
een andere wet: de Wet op de
Geneeskundige Behandelings
overeenkomst (WGBO), die deel
uitmaakt van het Burgerlijk
Wetboek. Hierin wordt een aan
tal patiëntenrechten geregeld,
zoals het inzagerecht, het recht
op informatie, het recht op vrije
keuze van hulpverlener, het
recht op geheimhouding en het
toestemmingsvereiste.
Met klachten over alternatieve
genezers kunnen patiënten
sinds een pa^r jaar terecht bij de
Klachtencommissie Alternatieve
Behandelwijzen (KAB). De Con
sumentenbond doet sinds 1998
jaarlijks kwaliteitsonderzoek bij
alternatieve beroepsverenigin
gen om te kijken of ze aan de
door de WBGO gestelde eisen
voldoen.
Er wordt niet gekeken of de be
handeling ook echt werkt. De
'rapportcijfers' die de Consu
mentenbond geeft, dienen voor
zorgverzekeraars vaak als uit
gangspunt om wel of niet te
vergoeden.
Door Rien van Reems
Wie in twintig jaar niet in Vlissin-
gen is geweest, zal zich bij een her
nieuwde kennismaking wel even
achter de oren krabben. Met de
hoogbouw is veel van de intimiteit
van de Boulevards verloren gegaan.
De nieuwe horeca heeft zich aan
die vernieuwing aangepast. Geluk
kig zijn er een paar nostalgische
Plekjes gebleven. Hotel-Brasserie
De Leugenaar bijvoorbeeld is het
typische 'hotelletje-aan-zee' waar je
even kijkt of er misschien ook een
emmertje en een schepje achter de
deur staan. Begrijpelijk dat ter vie-
nng van honderd jaar Zeevaart
school tal van oud-leerlingen hier
onderdak proberen te vinden.
'n deze nostalgische omkadering
Past een bepaald menu en ik word
tiet teleurgesteld: ook de gerech
ten op de kaart doen aan vroeger
denken al zijn zij in de uitwerking
helemaal van deze tijd, evenals de
Prijzen trouwens.
Beginnen we met de koude voorge
rechten: gemengde salade (7,- eu
ro), carpaccio van ossenhaas met
pijnboompitten en oude kaas (9,-
euro), gerookte zalm of gerookte
paling (12,50 euro) en Zeeuwse gar
nalen op een bedje van sla (12,50
euro).
Ik start met dit laatste gerecht, een
variatie op de aloude garnalencock-
tail. De garnalen zijn gedresseerd,
zoals dat in keukentermen heet, op
een bedje van frisse, verse sla. Lek
kere, verse garnalen met een au
thentieke zilte smaak. De cocktail-
saus smaakt ook als vroeger en
wordt er heel attent apart in een
kommetje bij geserveerd. De tradi
tionele toast ontbreekt niet, lekker
vers getoast brood met echte boter
in een cupje. Eenvoudig maar goed.
De menukaart is tweetalig: Neder
lands en Duits. Zo te zien zijn er
evenveel Duitse als Nederlandse
gasten deze avond. De meeste Duit
sers drinken een biertje bij het
eten, ik laat me door gastvrouw
Joyce een fruitige Sancerre serve
ren. Past prima, zowel bij de garna
len als bij het hoofdgerecht, gebak
ken zeetong (26,50 euro).
De verse visgerechten bestaan bij
De Leugenaar uit gepocheerde of
gebakken zalm (13,50 euro), gebak
ken scholfilet Bretonne met uitjes,
garnalen en champignons (15,50
euro), gebakken kabeljauw Picasso
(15,50 euro), vispannetje, met een
diversiteit aan gestoofde vis (17,-
euro) en gebakken paling of paling
in 't groen 20,- euro).
De zeetong is in zijn geheel in de
boter gebakken, oogt goudbruin en
weegt volgens de kaart 350 gram.
Dat is net een mooie portie. Het
visvlees is wit en sappig en smaakt
heerlijk, tong zoals tong moet zijn.
Ook de groentes, onder meer ge
stoofde andijvie omwikkeld met
een lekker stukje spek, zijn correct
gekookt en worden met een schaal
tje rauwkost apart geserveerd. De
zeer attente gastvrouw vraagt of ik
frietjes wil of gebakken aardappel
tjes, dat kom ik zelden tegen want
meestal krijg je ongevraagd allebei
en dat vind ik te veel van het goe
de. Tot mijn verrassing zijn de
aardappeltjes ook geen geschrapte
krielen uit een zak maar echte ge
bakken aardappelen zoals oma ze
op tafel zette.
Gezien de hoge kwaliteit van het
eten lijken de prijzen me redelijk,
de kreeftensoep is met 5,50 euro
slechts één euro duurder dan de
uiensoep. Er is echter wel een uit
schieter. Een warm voorgerecht als
vier gegrilde gamba's in een pittige
saus voor 10,50 euro vind ik óók
pittig geprijsd; dat is ruim 2,50 eu
ro per garnaal, maar misschien zijn
het wel héél grote.
Menukaarten zijn doorgaans leuk
om te lezen, ze kunnen mij heel
erg opvrolijken. Ook vanavond bij
De Leugenaar waar ik Soep van de
Chef (4,50 euro) zie staan, onmid
dellijk rijst natuurlijk de vraag van
wie die andere vijf soepen dan wel
zullen zijn.
Maar alle gekheid op 'n stokje, De
Leugenaar is heel goed in vis en
een specialiteit is de met 'Fruit du
mer' aangeduide 'luxe visschotel
met een diversiteit aan vis, gebak
ken paling, zalm, gamba, mosselen
etc. (29,50 euro). Het is geen goed
Frans maar het lijkt me heerlijk. Je
moet echter wel minimaal met
twee personen deze overvloed be
stellen.
De Leugenaar heeft een maandme-
nu en dat is deze maand mosterd
soep, twee gebakken slibtongen en
bramenbavarois voor 20,50 euro.
Hotel-Brasserie De Leugenaar
Boulevard Bankert 132
4382 AC Vlissingen
Tel. 0118 412500
Keuken open van 11.00 tot 21.00 uur,
zeven dagen van de week
Creditcards: Visa, Mastercard, Amex,
Diners Club
Kinderen: Menuutje buiten kaart om
Vegetarisch: vooraf overleggen
Rolstoel: Serre goed toegankelijk, drem
pel naar restaurant
Roken: niet gescheiden