PZC
Gevormd op boot en internaat
oven
deM
flank
W5
Karl Vergouwen
zaterdag 30 augustus 2003
Handschoenen
Horten en stoten
Papieren
Afkicken
500
Topscorers
Normaal gesproken wordt een
Afrikaanse aanwinst met veel
tamtam gepresenteerd. Bij Morou
Jabara ging het anders. Hij reisde
eerst een jaar lang met het open
baar vervoer van het asielzoekers
centrum in Cadzand naar het voet
balveld in Hoek, waar hij trainde
en speelde met het tweede team,
voordat hij via de achterdeur in de
eerste selectie kwam. Dit seizoen
wil hij scoren in de basiself.
Voetbal
houdt
Jabara op
de been
Jabara mag dan een grote onbekende
zijn, zijn land van herkomst is dat
evenzeer. Maar weinig Nederlanders
zullen op de wereldkaart blindelings
Benin weten aan te wijzen. „Bijna nie
mand kent mijn land, ik moet iedereen
uitleggen waar het is", zegt Jabara. In
vogelvlucht: Benin, driemaal zo groot
als Nederland, ligt ingeklemd tussen
Togo en Nigeria aan de Golf van Guinee
en heeft ruim zes miljoen inwoners. Het
land lag ooit aan de beruchte Slaven
kust. Het was een Franse kolonie tot in
1960 de onafhankelijkheid werd uitge
roepen. Het arme Benin is nu een vrij
stabiele republiek. Het is bovendien de
bakermat van het voodoo-geloof
„Het is een mooi land", vindt Jabara.
„Er is veel zand en het is er heel warm.
De zomers hier zijn ook erg warm, maar
de winters zijn brr! Wij hoeven nooit
grote jassen te dragen. In de winter
voetbal ik met handschoenen aan. Al
tijd! Ik kan na de training mijn schoe
nen vaak niet eens uitdoen, zo koud zijn
mijn handen dan."
Het is een hete zomermiddag en hij zit
onder een boom op het terrein van azc
Hij verliet destijds als assistent de
club met de intentie er ooit in de
functie van hoofdtrainer terug te ke
ren. De droom is in een tijdsbestek van
vijf jaar werkelijkheid geworden. Karl
Vergouwen zwaait vanaf dit voetbal
seizoen de scepter bij hoofdklasser
Kloetinge. „Het is snel gegaan", beseft
de 43-jarige Vlissinger. „Ik sta er zelf
ook van te kijken, maar kennelijk moet
het zo zijn." Een portret van Karl Ver
gouwen.
Hij werd geboren in Papendrecht, maar
zijn roots liggen in Wemeldinge. Daar
groeide Karl Vergouwen op, als schip
perskind. Terwijl zijn ouders met hun
tanker rivieren als de Rijn en Lek be
voeren, zat hij op het internaat, van
1966 tot en met 1970. Daarna kwam
zijn moeder aan de wal en betrok hij sa
men met zijn broer en zussen een huis in
het kanaaldorp. „Op het internaat ben
ik voor een belangrijk deel gevormd",
weet Vergouwen. „Ik heb er een be
paalde weerbaarheid, saamhorigheid
en discipline opgedaan. Als je iets had
uitgevreten, moest je trappen lopen of
een tijdlang met je armen omhoog
staan. Velen vonden zo'n internaat
maar niks, maar ik heb nooit geen kla
gen gehad. Met z'n twaalven op een
slaapzaal en met elkaar dingen op
knappen, ik vond dat altijd wel mooi."
„Je zag je ouders één keer per jaar. Het
was keihard werken in die periode. Wij
noemden dat thuis het denzo-gevoel,
een afkorting van dag en nacht, zon
dag, gewoon zeven dagen per week aan
de bak. Het was wel goed verdienen. Ik
weet nog dat we met Sinterklaas altijd
gigantische cadeaus kregen, al was dat
ook een soort compensatie voor het feit
De Hollandse winters vallen Jabara zwaar. „Ik kan na de training mijn schoenen vaak niet eens uitdoen, zo koud zijn mijn
handen dan." foto Peter Nicolai
Hedenesse in Cadzand. Op het voetbal
veldje, waar hij dagelijks een balletje
trapt' met zijn vriend Sear uit Afgha
nistan, staan de doelpalen te blinken in
de zon. De Hollandse winter moet een
diepe indruk hebben gemaakt.
Jabara is nu bijna twee jaar in Neder
land. Hij verbleef eerst zeven maanden
in Arnhem voordat hij in juni van het
vorige jaar in Zeeuws-Vlaanderen
werd ondergebracht. Omdat Hedenes
se binnenkort wordt gesloten, moet hij
naar Middelburg verhuizen.
Over de reden van zijn vlucht uit Benin
houdt Jabara zich op de vlakte. „Ik had
problemen." Een makkelijk leven moet
het niet zijn geweest. Jabara, naar ei
gen zeggen achttien, woonde na het
Schipperskind Karl Vergouwen beleefde een groot deel van zijn jeugd in Wemeldinge. „Ik heb me letterlijk en figuurlijk in de
gemeenschap moeten knokken." foto Lex de Meester
dat je ouders je zo weinig zagen."
Toen zijn moeder aan wal kwam, liet hij
het internaat achter zich en werd een
echte dorpeling. Maar niet zonder slag
of stoot. „Ik heb me letterlijk en figuur
lijk in de gemeenschap moeten knok
ken. Ik kwam niet van het dorp hè. Ik
werd wel eens uitgedaagd en opge
wacht na school. Op den duur ben ik
wel geaccepteerd, hoor. De jongens
waar ik toen mee vocht, werden m'n
beste kameraden."
Met zijn buurman Jan Dekker, spits
van de w Wemeldinge, voetbalde hij in
die periode vaak op straat. Later was
hij veelal te vinden op het veld bij het
Sluisplateau en het sportpark van de
plaatselijke club. „Mijn eerste trainer
bij Wemeldinge was Chiel Zuijdwegt,
de vader van Ronald. Ik heb er van mijn
tiende tot mijn twintigste gespeeld."
Het was een carrière met horten en sto
ten. Karl Vergouwen was na het beha
len van zijn mavo-diploma immers aan
boord gegaan, bij zijn opa en oma. Het
voetbal kwam op de tweede plaats.
„Het varen zat ook bij mij in het bloed.
Ook door de scheepvaart ben ik ge
vormd. Het was aan boord niet alleen
de verhouding opa-kleinzoon, bij het
werk was het gewoon kapitein-ma
troos. Ik woonde aan het voordek, mijn
opa en oma achterin. Ik heb er als zes
tienjarig ventje mijn eerste karbonade
moeten braden, en die werd maar niet
bruin. In mijn eerste pan soep die ik
maakte, bleef de pollepel recht over
eind staan, zo dik was-ie. Ik heb twee
ënhalf jaar gevaren."
„Daarna ben ik bij de marechaussee
gegaan. Dat trok me wel. Je kon er veel
sporten. Men vond het belangrijk dat
het uniform werd uitgedragen, ook op
het sportieve vlak. Ik heb nog in een elf
tal gespeeld met Ton de Kruijk (ex-FC
Utrecht). Ik was in die periode preven
tief opsporingsambtenaar, veel
scheepspatrouilles en controles uitvoe
ren in de haven. Ik was de man van het
vingertje, de waarschuwing dus. Ik heb
er wel veel geleerd, rapporten opstellen
en vooral de wet leren kennen. Jaren la
ter ging de kraan een eind dicht, en
mochten we veel minder sporten in de
baas z'n tijd. De jus ging er vanaf. Ik
had er nog jaren kunnen slijten, maar ik
wilde er niet vergrijzen." Daarna fun
geerde hij nog even als walkapitein
(„manusje-van-alles"), maar dat ging
ten koste van het gezinsleven. Vergou
wen, getrouwd en vader van twee kin
deren, besloot voor zichzelf te begin
nen. Hij begon een groothandel in
sportartikelen, met name op voetbal
gericht. „Mijn toekomst bleek uitein
delijk toch in de sport te liggen."
Het bleef overigens niet alleen bij de
verkoop van ballen, kleding en tassen.
Na een bescheiden carrière als voetbal
ler („ik moest het vooral van mijn men
taliteit hebben, ik was een dienende
speler") bij Wemeldinge, Walcheren,
Veere en Zeeland Sport lonkte ook een
loopbaan als trainer. „Het begon te
kriebelen toen ik met mijn zoon bij de
F'jes van Zeeland Sport ging meelopen.
Zo stond ik nog achter de omheining en
zo stond ik die mannetjes te trainen. Ik
raakte enthousiast, wilde me erin ver
diepen en ben cursussen gaan volgen."
Via Dauwendaele 2 kwam hij bij het
tweede elftal van Kloetinge terecht.
„Bij die club is mijn ambitie heel sterk
gegroeid", beseft hij nu. Dat had veel te
maken met de aanwezigheid van Die-
overlijden van zijn ouders met zijn oom
in Alidjo. „Ik voetbalde in de ploeg van
mijn dorp. Ik ben altijd spits geweest,
tuurlijk! De techniek heb ik mezelf
aangeleerd op straat. Ik had veel tijd
om met de bal te spelen. Naar school
ben ik nooit geweest, ik sprak het Frans
van de straat. Schrijven heb ik hier pas
geleerd." Jabara verbaast zich nog da
gelijks in zijn nieuwe toevluchtsoord.
Over politiehonden en 'vrouwen met
weinig kleding', bijvoorbeeld. Hij
merkt de gekste verschillen op. „In Ne
derland hebben de mensen meer res
pect voor elkaar dan in mijn land. Hier
stoppen autorijders als je oversteekt,
bij ons denken ze dat ze de baas zijn als
ze in de auto zitten. Je moet heel snel
rennen om over te steken!
„Ik houd heel veel van mijn land, maar
ik kan niet terug. Problemen, ja. Ik ben
nu in een nieuwe cultuur en kan dingen
niet meer op z'n Afrikaans doen. Wij
praten hard en hebben de muziek graag
hard, hier moet alles rustig zijn. Ik ben
er nu gewend aan, want ik wil hier blij
ven. Maar ik weet nog niet of ik mag
blijven. Het is erg moeilijk om zo lang te
wachten. Ik voetbal, ik loop elke dag
hard op het strand, kijk televisie en lees
sportmagazines. Verder heb ik niks te
doen."
„Het heeft geen zin om nu al te dromen
over een toekomst als profvoetballer.
Straks mag je niet blijven en word je
gek! Wij hebben geen kans. Als je geen
status hebt, kun je geen profvoetballer
worden. In Nederland moet je je overal
inschrijven. Je moet ook overal papie
ren voor hebben. Niet in mijn land; als
je wilt werken in een winkel, ga je wer
ken in een winkel."
„Asiel is niet goed", zegt hij stellig.
„Het eerste jaar is geen probleem, maar
in het tweede of het derde jaar worden
mensen gek en gaan ze domme dingen
doen. Er is bijna niks te genieten."
Via een medewerker van het azc kwam
Jabara met Hoek in contact. Hij mocht
het proberen bij de reserves. Het ver
schil met zijn team uit Benin was le
vensgroot. „Er werd rustig en slim ge
speeld. Bij ons was het echt hard. Je
kreeg veel schoppen."
Jabara kwam tien keer tot scoren voor
Hoek 2. Tegen het einde van het seizoen
schoof hij al voorzichtig door naar het
eerste elftal, waarvoor hij een paar
competitie- en bekerwedstrijden
speelde. De basis is zijn doel. De drib
belaar uit Benin wil het thuispubliek,
dat in iedere zwarte parel de nieuwe
Osmund Ogali ziet, voor zich winnen
en een smaakmaker worden in de
hoofdklasse A. „Ik moet meer dan tien
doelpunten kunnen maken", stelt Ja
bara. „Ik ben net als Thierry Henry, ik
kan zelf scoren maar ook creëren, in de
hoekjes gaan en voorzetten geven. Ik ga
hard werken om een plaats in het eerste
elftal te winnen. Ik wil iedereen laten
zien wat ik kan. Ik geloof in mezelf."
Sven Remijnsen
derik Hiensch, een trainer met visie en
tevens een groot inspirator. „De club
sprak me ook aan, hoor. Ik had toen al
het idee dat ik er ooit wilde terugkeren,
maar dat zou alleen kunnen als ik het
diploma trainer/coach I zou halen. Om
tot de cursus toegelaten te worden,
moest ik wel een eerste elftal gaan trai
nen. Ik ben toen naar VCK gegaan, daar
heb ik twee jaar gezeten. En ondertus
sen heb ik de cursus via het cios in Arn
hem gevolgd. Mooie tijd was dat. Ik heb
les gehad van onder anderen Ronald
Spelbos, Foppe de Haan en Kees
Zwamborn. Ik heb stage gelopen bij
RBC, onder Robert Maaskant en ik heb
voor de cursus Excelsior moeten door
lichten, een soort sterkte- en zwakte
analyse maken. Ik verkeerde in de ge
lukkige omstandigheid dat ik er veel
tijd en energie in kon steken, ik was ei
gen baas en kon mijn eigen tijd invul
len. Met een baan van acht tot vijf was
dit nooit mogelijk geweest."
Z'n gezin gaat boven alles, maar niet
ver daaronder staat toch het voetbal.
Vergouwen legt zijn ziel en zaligheid in
die sport. Vorig seizoen had hij zelfs
even twee clubs (Oostkapelle en Zee
land Sport) onder zijn hoede en trapte
hij met enige regelmaat nog tegen een
balletje in het vierde elftal van Zeeland
Sport. „Toen het seizoen afgelopen was
en alles in één keer wegviel, heb ik even
moeten afkicken", moet hij bekennen.
„Het voetbal zuigt me helemaal op. Ik
kan er uren over praten. Diederik
Hiensch is hier eens op bezoek geweest.
Hij kwam om één uur binnen en ging
om zes uur weer naar huis. Waar we het
dan over hebben? Over spelsystemen,
tactiek, spelers, noem maar op.
„Ik ben altijd ambitieus. Als ik ergens
voor ga, ga ik er ook helemaal voor. Zo
heb ik het bij alle clubs tot nu toe ge
daan en bij Kloetinge zal het niet an
ders zijn. Sommige mensen zeggen dat
het best gevaarlijk is om er nu in te
stappen bij Kloetinge, na die zeven suc
cesvolle jaren met Diederik Hiensch.
Dan zeg ik altijd maar dat het toch
moet gebeuren en dat iemand de opvol
ger moet zijn. Ik vind het niet belastend
hoor, ik voel ook geen druk. Dat komt,
omdat ik de kwaliteit van de spelers
groep ken en ik bekend ben met de club.
Ik weet dat ik van alle kanten onder
steuning krijg."
„Bij Kloetinge vaart het schip natuur
lijk al enige tijd, het heeft een duidelij
ke koers. Er moest nu alleen een nieuwe
kapitein aan boord komen. Dat ben ik
uiteindelijk geworden. Of dat logisch
is, zal ik niet durven beweren. Ik ben in
elk geval wel een kapitein die qua op
vatting en werkwijze past in de lijn van
Zwamborn en Hiensch, mijn voorgan
gers."
Jan Dagevos
In zijn eerste wedstrijd voor
Hoek maakte Rieno van Oost
de 400e Hoek-goal op het
hoogste amateurniveau. In zijn
laatste duel maakte hij num
mer 500. Hoek bereikte die
mijlpaal in precies twaalf sei
zoenen (312 wedstrijden). De
eerste goal maakte Milan Ru
zie bijna veertien jaar geleden.
Dat seizoen (1989/1990) scoor
de Hoek slechts achttien keer
in 26 wedstrijden en degra
deerde prompt. Na de terug
keer in 1992 ging het stukken
beter. De jubileumdoelpunten:
100:
Remco van Keeken
(19-11-94)
200:
Geert-Jan de Smet
(2-11-96)
300:
Angelo Nijskens
(27-2-99)
400:
Rieno van Oost
(1-9-01)
500:
Rieno van Oost
(3-5-03)
10-1
De grootste overwinning
van een Zeeuwse club op
het hoogste amateurniveau
was 10-1. Twee keer kwam dat
zelfs voor. Vlissingen flikte het
op 1 november 1964 tegen hek
kensluiter HVV'24. Eén sei
zoen later knalde ook het
machtige Middelburg deze
monsterscore op de borden van
het inmiddels verdwenen
sportpark De Nadorst. Die 10-
1 bleek de aftrap voor de suc
cesvolste periode in het
Zeeuwse voetbal.
Het was zondag 23 mei 1966.
Met nog twee wedstrijden te
gaan stond Middelburg op kop
in de zondag eerste klasse E.
Drie Brabantse ploegen hijg
den echter op slechts één punt
je in de nek van de groen-wit-
ten: TSC, TOP en DESK. Niet
de minsten. Middelburg had
een week eerder immers ter
nauwernood 3-3 gespeeld te
gen TSC en de week daarvoor
had het zelfs op eigen veld met
0-2 verloren van TOP. En nu
kwam de derde Brabantse gi
gant DESK op bezoek.
Maar juist op die 23e mei 1966
opende Middelburg de deur
naar de schatkamer van het
Nederlandse amateurvoetbal.
DESK werd op ongenadige
wijze afgebeuld met maar liefst
10-1. Vijf keer Wim de Vos, vier
keer Jules Vogel en één keer
Tony Hendrikse. Een week la
ter sleepte Middelburg het
kampioenschap in de wacht
met een 6-1-zege op De Valk
(drie keer Jules Vogel).
Maar dat was slechts het begin
van een gouden tijdperk. Mid
delburg werd zes ongeslagen
wedstrijden en bijna twee
maanden later als eerste
Zeeuwse club in de historie ge
kroond tot landskampioen. De
drie daaropvolgende seizoenen
onderstreepte het 'Ajax van de
amateurs' zijn superioriteit
met nog twee landstitels. Het
begon allemaal met die 10-1.
Uit de top van de topsco-
rerslijst aller tijden van
Hoek is tegenwoordig geen en
kele speler meer gehuld in het
blauw-wit van de Zeeuws-Vla
mingen. Alle doelpuntenma
kers zijn vertrokken of gestopt.
Bij Kloetinge daarentegen
staan de nummers twee en drie
op de topscorerslijst ook dit
jaar weer aan de start.
SS
Erik de Groene
Hoek
Dave Gijsel
38
Rieno van Oost
34
Jacky Lambert
33
Ronald van Sliedregt
32
Geert jan de Smet
27
Geert de Poorter
25
Angelo Nijskens
24
Kloetinge
Erik de Groene
50
Ronald Zuijdwegt
36
Wilco de Valk
33
Marcel Lourens
29
Arjan Human
22
Alex Lourens
22
Paul Schipper
22
WÊÊBÊÊÊM
vmmmm