Rare snuiters van
Midas Dekkers
Ook cultureel is er veel ontwikkelingswerk nodig
22 Literaire parel uit Wales
23 I Annie M. G. als toneelstuk
24 I Orgels met een geschiedenis
donderdag 28 augustus 2003
Herontdekking
Advertentie-exploitatie:
Noord- en Midden-Zeeland: 0113-315520;
Zeeuws-Vlaanderen: 0114-372770;
Nationaal: 020-4562500.
Redactie: 0113-315680
0W/.pzc.nl
E-mail: redactie@pzc.nl
Postbus 31,4460 AA Goes.
-
De ander
beslist wie
jij bent
ls Nederlands bekendste bioloog Midas Dekkers
een boek schrij fteen televisieprogramma
presenteert of een radiopraatje houdt, zijn de
ingrediënten altijd dezelfde. Hij heeft een broertje dood aan
wetenschappelijk jargon en beschikt over een onnavolgbare
humor, ironie en zelfspot. Ook in zijn debuut als conservator
van de fototentoonstelling Rare Snuiters in De Nieuwe Kerk
blijft hij rolvast. In een hecht doortimmerd, helder betoog
wast hij ons met een amusante selectie uit de belangrijkste
Nederlandse collecties de oren over onze vaak onthutsend
beperkte kijk op vreemdelingen.
Badende jongens. Houhai Lake, Beijing 1997-2000
foto Bertien van Manen
Portret van een jong Indiaans bruidspaar voor een decor in de
tuin van Julius Muller, Paramaribo, circa 1885-1895, collectie Ko
ninklijk InstituutvoordeTropen. foto Julius Muller
In verleden én heden onder
scheidt Midas Dekkers grof
weg zes 'variaties op een mens
beeld' van vreemdelingen die hij
als rode draad door de expositie
laat lopen. Anders is raar, raar is
fotogeniek, maar anders is ook
eng en dan helpt het om het on
bekende tot stereotypen te neu
traliseren. De 'rare snuiters' in
de eerste sectie typeren dit on
uitroeibare automatisme, want
tot op de dag van vandaag blijkt
het onmogelijk los te komen van
clichés.
Het kleine Chinese meisje op
een foto uit 1932 heeft staartjes
en eet met stokjes, welgestelde
Ieren spelen in de jaren zestig
in overdreven nette vrije tijds
kleding croquet en drie glimla
chende schonen uit Hawaï dra
gen bloemenkransen. In bloe
metjesjurken gehulde grijze
dames fotografeerden in 1968
Zuid-Afrikaanse negerkindjes
met ongeveer niks aan. Ed van
der Elsken fotografeerde op
zijn beurt dit tafereel en je hoort
de dames nog steeds denken:
„Oh, wat zielig, maar wel snoe
zig hè!Friso Spoelstra beves
tigt op een foto uit 2002 een
hardnekkig stereotiep over
Duitsers: de speknek in Leder-
hosen aan zijn zoveelste bier, in
derdaad een héle rare snuiter.
Mooi is goed en slecht is lelijk,
vat Dekkers in de sectie 'Lelijk
beest' weer andere ingesleten
opvattingen over vreemdelin
gen samen. Beschrijvingen van
vreemde volkeren begonnen in
vroeger tijden niet met hoe
groot of hoe geel ze waren, maar
hoe lelijk. En fotografen volg
den: slechtheid konden ze niet
fotograferen, maar lelijkheid
wel. De foto die Alphons Hus-
tinx in 1932 in Bagdad van twee
Irakese militairen in traditione
le Arabische kledij maakte, be
vestigen die neiging. Die louche
koppen met hun vervaarlijk
glanzende ogen: het kan niet an
ders, deze mannen zijn de ver
persoonlijking van alles wat
slecht is. Volgens Dekkers werd
bovendien vaak het dierlijke
van al die verre vreemdelingen
benadrukt. Om dat te illustre
ren koos hij onder meer foto's
van in palmen klimmende ne
gers en elkaar vlooiende exoti
sche types.
Daarna komen de 'edele wilden'
aan de beurt. Omdat het hier en
nu niet deugen wil, verlangen
we naar daar en toen, aldus
Dekkers. Ergens moet het leven
ooit onbezoedeld zijn geweest,
kijk maar naar het portret van
een jong Indiaans bruidspaar
dat Julius Muller ten behoeve
van een foto ergens tussen 1885
en 1895 voor een décor in zijn
tuin in Paramaribo plaatste.
Katherina Behrend maakte in
1911 'In het paradijs bij het ba
den', de blote blanke vrouwen
op deze foto zijn een voorbeeld
van de mislukte, pathetisch
ogende pogingen om die onbe
dorven wilde natuurmensen te
imiteren. Op Hawaï verdient de
bevolking daar nog steeds goed
geld mee, toont de foto die Sem
Presser in 1962 maakte van lo
kale feestgangers die toeristen
plezieren.
Vreemdelingen als 'werkvolk' is
het grimmige vierde thema. De
bediende van de heer Sillem
klimt in 1930 in een boom in
Turkmenistan om een nest te
onderzoeken en een arme fa
brieksarbeider uit Nigeria staat
in 1959 naast een primitief
ogende machine. Gastarbeiders
in het Rotterdam van de jaren
zeventig staan als geslagen hon
den naast stapelbedden in een
pensionkamer en mijnwerkers
dalen in 2 0 01 af in een van de ge-
vaarlijke mijnen in de Oekraïne.
Paul Julien temidden van Pygmeeën-kinderen, Kameroen 1959. Collectie Nederlands Fotomuseum.
foto P.A.M. Roberts
Dekkers frist in zijn wandtekst
het geheugen op over hoe veel
Europeanen de inwoners van
hun koloniën zagen: een zee van
mensen die toch maar zitten te
niksen. En tot op de dag van
vandaag worden vreemde vol
keren in den vreemde én bij ons
uitgebuit. De foto's geven hem
gelijk.
Onder de noemer 'arme schep
selen' passeren ze de revue in de
vijfde sectie. Onder hen lepro
zen met verminkte handen in
Indië in de jaren voor de Tweede
Wereldoorlog, een kindje in een
mortuarium in Napels in 1979,
een hongerende in Kenia in 19 81
en een dronken vrouw in de Oe
kraïne in 2 001Maar we gingen
ze ook helpen: omstreeks 1950
werkte één op elke vijfhonderd
Nederlandse katholieken in de
missie, meer dan tien procent
van alle missionarissen was Ne
derlander. Cas Oorthuys was in
1959 in het toenmalige Belgisch
Kongo: hij vereeuwigde er de
bebaarde jezuïet die met een
dikke sigaar in zijn mond ge
schiedenisonderwijs aan een
gehoorzaam luisterende zwarte
man geeft.
Anders is natuurlijk ook opwin
dend, toont Dekkers in de laat
ste sectie 'lustobjecten'. Amu
sant zijn de Tibetaanse mon
niken die Clemens Rikken in
1987 in China fotografeerde: ze
staren gebiologeerd in een wes
ters pornoblad. Ook leuk: actri
ce Jayne Mansfield die in 1957
haar welgevormde lichaam op
de redactie van de Telegraaf bo
venop een bureau aan de redac
teuren toont. Bertien van Ma
nen maakte tussen 1997 en 2000
in China de foto van een stel ap
petijtelijk ogende jongens in
zwembroek. Lustobjecten in
een wel heel onschuldige uit
voering, maar misschien wilde
Dekkers dit keer simpelweg de
jonge dames onder de bezoekers
een genoegen doen. Het
schaamrood op de kaken brengt
daarentegen een foto van de
Dienst voor Legercontacten uit
1948: prostituees uit een bordeel
van de kampong Kot ja staren
lusteloos in de lens. De behoefte
aan plaatjes van mensen zonder
kleren nam een eeuw geleden zo
sterk toe dat er volgens Dekkers
zelfs een heel genre ontstond: de
antropoporno.
'Wat kunrfen ons die rare snui
ters schelep? Waarom kijken we
naar al die foto's in de bladen, al
die gezichten op de tv, al die
hoofden in de tram? Omdat de
ander beslist wie jij bent. Hoe
meer anderen je ziet, des te dui
delijker zie je de raarste snuiter
van allemaal, jezelf. Uiteinde
lijk vormen alle foto's van ande
ren samen niets meer of minder
dan jouw zelfportret'zegt Dek
kers de bezoekers in zijn laatste
wandtekst. Wij de raarste snui
ters van allemaal? Dat kén niet
waar zijn, maar thuis toch voor
de zekerheid wel even in de spie
gel kijken.
Frangoise Ledeboer
Expositie: Rare Snuiters. Midas
Dekkers kiest uit de Fotocollectie
Nederland - De Nieuwe Kerk Am
sterdam, van 29 aug. t/m 26 okt. Ge
opend dagelijks 10-18 uur, do. tot 22
uur. Het gelijknamige boek van
Dekkers verschijnt bij Uitgeverij
Contact en kost €14,90.
Tusea in Tallinn, de hoofdstad van
,i.Estland, hebben Nederland om hulp
ivraagd bij de organisatie van een ten-
l©stelling van de verwaarloosde collec-
7 oude kunst uit Nederland en Vlaande-
J°- De expositie moet deel uitmaken van
I'culturele programma waarmee Estland
Itoetreding tot de Europese Unie in 2004
pl vieren. De musea bezitten laat-mid-
peuwse altaarstukken, meer dan hon-
d schilderij en en ruim driehonderd wer-
1 op papier van onder anderen Pieter
keghel de Jongere, Frans Pourbus de Jon-
Adriaen van Ostade en Jacob Gerritz.
[uyp.
aanvraag is een van de vele uit Midden-
ropa die de afgelopen jaren werden
ladiend bij de Stichting Cultuur Inventa-
®tie (SCI). Net als veel andere musea in
®den achter het voormalige IJzeren Gor-
'ja kampen de instellingen in Estland met
chronisch gebrek aan middelen om
werstallige restauraties te bekostigen,
erk verouderd wetenschappelijk onder
ste actualiseren en publicaties te reali
gn.
'etKadriorg Kunstmuseum, NigulisteMu-
""n en Mikkel Museum kwamen niet voor
Pieter Brueghel de Jonge (1564-1638): De gasten bieden de bruid geschenken aan.
niets terecht bij de SCI. De stichting docu
menteert en inventariseert sinds 1993 onbe
kende collecties Hollandse en Vlaamse
kunst in niet-westerse landen. Aan tips voor
dit culturele ontwikkelingswerk uit de hele
wereld geen gebrek: zo ligt er op dit moment
ook een aanvraag van een Argentijnse stich
ting die assistentie vraagt bij de documen
tatie van Hollandse en Vlaamse kunst in
musea, kunsthandel en privébezit.
Onder de succesvolle projecten van de afge
lopen jaren waren de herontdekking van
175 Hollandse en Vlaamse meesters op Cu
ba in 1999. Met hulp van twee Nederlandse
restauratoren werden 33 werken van mees
ters als Willem van Mieris, Anthonie van
Dijck, David Teniers en Nicolaes Maes uit
de collectie van het Nationaal Museum voor
Schone Kunsten in Havana ter plaatse op
geknapt. Dankzij een beurs van de Getty
Foundation kregen twee Cubaanse restau
ratoren vorig jaar een aanvullende oplei
ding bij de Stichting Restauratie Atelier
Limburg.
Voor tentoonstellingen New Delhi, Banga
lore en Mumbai onderzocht en beschreef de
SCI-kunsthistoricus Bernard Vermet de ze
ventiende-eeuwse collecties van de maha-
radja Sayajio Rao Gaekwad III en Sir Ratan
Tata. En als uitvloeisel van de inventarisa
tie van de collectie van het Nationaal Mu
seum in Belgrado ontdekte de Vlaamse
expert Till-Holger Borchert afgelopen
maart het verloren gewaande laatste van
vijf panelen van het altaar 'Prediking van
Johannes de Doper' van de Vlaams-Spaan
se schilder Juan de Flandes (gestorven in
1519) uit het Mirafloresklooster nabij Bur
gos. Het Servische museum was onkundig
van de herkomst toen het paneel in 1963
werd aangeboden door een Italiaanse diplo
maat.
De SCI heeft als doelstelling het ter plaatse
bevorderen van behoud en beheer en de ver
betering van de toegankelijkheid voor we
tenschappelijk onderzoek en publiek. Het
aantal aanvragen om bijstand overtreft de
beschikbare middelen altijd verre. Omdat
de SCI geheel afhankelijk is van projectsub
sidies, sponsoring en donaties moet coördi
nator Lia Gorter dan ook steeds opnieuw
bijdragen van derden zien te regelen. Zo is
voor de aanvraag uit Tallinn een beroep ge
daan op het Prins Bernhard Cultuurfonds,
terwijl de Nederlandse ambassadeur in Est
land al heeft toegezegd de reis- en verblijf
kosten van twee SCI-medewerkers te dek
ken.
De artistieke contacten met de Nederlanden
gaan terug tot de tijd van Michel Sittow
(1469-1525), schilder uit de toenmalige
Hanze-stad Tallinn die lange tijd in Brugge
werkte. In samenwerking met het Rijksbu
reau voor Kunsthistorische Documentatie
en COD ART, het internationale samenwer
kingsverband van experts in Hollandse en
Vlaamse kunst, begint de SCI ook in Est
land met de digitale registratie van de
sindsdien opgebouwde collectie. De ar
chiefstukken die betrekking hebben op her
komst en toeschrijvingen worden gekopi
eerd en de deelnemende musea stellen
foto's ter beschikking die vergelijking met
de foto-archieven in Nederland en Vlaande
ren mogelijk maken. „Het komt nogal eens
voor dat musea ten onrechte menen een éch
te Rembrandtin huis te hebben", aldus Gor
ter.
„Maar onze inventarisatie blijkt altijd zeer
welkom, niet in de laatste plaats als be
scherming tegen diefstal. Een correcte regi
stratie voorkomt bovendien dat werken op
veilingen of in de kunsthandel terecht ko
men."
Frangoise Ledeboer