PZC lOFeet een eigenwijs merk Planten voor dagelijks gebruik \mtwm Gouden rijst uit gietijzer woensdag 27 augustus 2003 Al een paar seizoenen is het overal te zien: lOFeet. Dit kleurige Nederlandse kledingmerk is in korte tijd uitgegroeid tot een zeer populair label. Andrea van Doornewaard bedacht het vier jaar geleden. Chlamydia Chla Rugklachten Mishandeling Cadmium Eiwit - -ffi skisHllffll fF favoriet recept Paella mixta Door CAROLINE GOTTGENS 'lOFeet'. Een naam die lekker bekt en dat is precies waarom dit kledingmerk zo heet. Het is overal te zien: in tijdschriften, op straat en op tv. In de clip van het nummer 'Chihuahua' (van de cola-reclame) dragen zangeressen onder andere lOFeet. Stylistes lopen de deur van de showroom plat. Andrea van Doornewaard, creatief di recteur: „Deze kleding heeft iets, je wordt er hebberig van. Maar waarom? Ik weet het niet precies. De aantrekkingskracht ervan is iets ongrijpbaars." Wel kan ze zeggen dat er met liefde aan de collecties gewerkt wordt. En het is origineel. „Ik kijk overal rond. Ik reis veel, en zie veel steden, winkels en kunst. De stapels bladen die we hier aanschaffen, zijn ook een goede inspiratiebron. De ont werpen zijn een mix van dat al les. Ook denk ik bij het ontwer pen vaak aan wat ik zelf leuk vind. Ik ben er onbewust de he le dag mee bezig. Ik ben net een spons." Mode is vaak óf sober of over dreven, vindt van Doorne waard. Ze wilde liever een lijn die lekker eigenwijs en anders is. En dat is gelukt. Er wordt wel eens een vergelijking ge trokken met Gsus, maar lOFeet is zéker geen streetwear merk. „Het is echt een combinatie van stijlen. De vergelijking wordt wellicht ook gemaakt omdat Gsus ook een Neder lands merk is." Het wordt wel ondergebracht in het rijtje Miss Sixty, Fornarina of Nolita. Maar zelfs dat dekt de lading niet. De aanpak en uitstraling zijn toch anders. Vliegende start Na haar opleiding aan Montaig ne (het tegenwoordige Amster dam Fashion Institute) werkte Andrea van Doornewaard voor onder andere Another Woman. Verder werkte ze met een ei gen stylingbureau voor beken de Nederlandse merken. Ze stapte daarna in het bedrijf van haar man Ben Hilgersom, Herb Industries. Hij is commercieel directeur en samen bedenken ze de concepten voor hun mer ken. We waren toen vooral be zig met ons toenmalige heren- merk. Het idee voor een mei- denmerk speelde al een tijdje. „Ik wilde iets om zelf aan te trekken. Hij zei: nou probeer het maar." Vier jaar geleden maakte lOFeet een vliegende start. „We begonnen met zes collecties per jaar, maar dat was wel wat veel van het goede. De 'om loopsnelheid' was te groot, en voor ons en de winkels bijna niet te doen." Het merk sloeg wel meteen aan. „Wellicht om dat lOFeet zo kleurrijk is. Het is ook lekker apart. Niet excen triek, of klassiek, maar trendy apart," probeert ze de populari teit te verklaren. „En: de kle ding heeft humor. Er zit altijd wel iets grappigs in." Vier collecties worden er nu per jaar vers bedacht en ge maakt. Dat is hard werken, want er is steeds maar vier en een halve maand tijd om een collectie te bedenken én te pro duceren. Maar er zit een slim me gedachte achter: normaal gesproken worden collecties een halfjaar voor aanvang van een seizoen aangeboden. Dan wordt er op safe gespeeld om dat inkopers niet weten wat het modebeeld zal gaan doen. Dat ligt anders als ze inkopen vlak vóór het seizoen. Samen met twee stylistes en meestal een of twee stagiaires ontwerpt ze de collecties. „Het zijn mensen met wie ik ontzet tend op één level zit. Niet dat we allemaal precies hetzelfde zijn, maar we begrijpen elkaar goed, en dat is wel belangrijk." Het 'productieteam' is klein, en hoewel lOFeet best 'groot' mag worden, wil Andrea van Doornewaard wel met zo min mogelijk mensen blijven wer ken. „Dat houdt de kleding 'ambachtelij ker'. Ik denk dat als je met leuke mensen werkt, je dat er ook aan afziet. Het is persoonlijker." De kleding wordt geprodu- Andrea van Doornewaard ceerd in Italië en Portugal en verkocht in acht Europese lan den. Vooral België en Engeland doen het goed. In Engeland ligt de kleding bij Harvey Nichols in Londen. In Nederland is lOFeet te vinden bij 300 ver kooppunten. Van Men at Work tot De Bijenkorf waar het op nummer twee staat van best verkochte kledinglijnen op de Chill-out afdeling. Bij Maison de Bonneterie ligt lOFeet tus sen 'grote' hippe merken als Ralph Lauren en Tommy Hilfi- ger, Evisu en Paul Frank. Hoe wel lOFeet niet in een hokje te plaatsen is, past het wel bij al lerlei stijlen. Dat ligt misschien ook wel aan het tijdperk van nu: iedereen is veel met kle ding en uiterlijk bezig, je hoeft niet langer te kiezen voor éen trend. „Ons kleedgedrag verandert in derdaad, het gaat niet langer om een stijl maar we mixen veel meer verschillende kle dingstukken en trends. Televi sie, verschillende culturen, en muziek spelen daarbij een hele grote rol", legt Andrea van Doornewaard uit. Bij het opzetten van het merk Enkele getekende impressies van 10Feet-mode. Het opsporen bij jonge vrouwen van een eventuele be smetting met Chlamydia, een geslachtsziekte die bij vrouwen onvruchtbaarheid kan veroorzaken, kan het beste gekoppeld worden aan een (huis)artsbezoek voor vragen of controle rondom anticonceptie. Dit wordt door de jonge vrouwen als minst stigmatiserend erva ren, schrijft V. Moens (Brandon Centre for Counselling and Psychotherapy for Young People, Londen) in het British Medical Journal. Foto Roland de Bruin is nooit echt een doelgroep be dacht. „Daar heb ik zo'n hekel aan. Ik vind het niks als je moet gaan bepalen of je spul len voor een Elle-meisje of een Cosmo-vrouw zijn." Zelfs leef tijdsgebonden is het niet. „In principe dacht ik: het is voor vrouwen zo tussen de 18 en 38 jaar. Maar een vrouw van vijf tig kan zich best vijfentwintig voelen, en er sexy uitzien in lOFeet. En die mensen zie ik er ook mee. Het is voor vrouwen die op een bepaalde manier willen opvallen, denk ik. Ik draag ook mijn eigen kleding en ben 35. En zo voel ik me ab soluut niet!" Het is niet zo dat mensen hip per zijn dan vroeger, denkt Andrea van Doornewaard. „Toen had je ook trends. Kijk naar de jaren vijftig met de pet ticoats of de kleding in de jaren tachtig. Nu mag er meer, men durft meer." Zie ook www. 10feet.nl Bij mensen met la- ge-rugklachten heeft het maken van een MRI-opna- me van de rug geen voordeel boven het maken van een 'ouderwetse' rönt genfoto. Wel leidt de MRl-opname tot hogere kosten, me de doordat na aan leiding van de MRI vaker wordt beslo ten tot een operatie. Bij een studie onder 380 patiënten bleek dit echter geen ver schil uit te maken in de hoeveelheid rugpijn die de pa tiënten een jaar la ter nog ondervon den, schrijft J. Jarvik (university of Washington, Seatl- le) in het medisch tijdschrift JAMA. Een inwendige bloeding in het hoofd van een baby hoeft niet altijd het gevolg te zijn van kindermishan deling (shaken baby syndroom). Een zeer zeldzame ziekte, hemofagocytische lymfo-histiocystose, een aan doening waarbij afweercellen het eigen lichaam aan vallen) kan soms dezelfde symptomen veroorzaken, schrijft L. Rooms (Baylor College of Medicine, Houston) in het vakblad Pediatrics op grond van drie van derge lijke gevallen. De zeldzaamheid van de ziekte en het feit dat er geen snelle test voor de aandoening is, maakt dat ouders soms ten onrechte worden beschul digd van kindermishandeling, waarschuwt Rooms. De kankerverwekkende eigenschap van het metaal cadmium is niet alleen gelegen in het feit dat dit me taal fouten veroorzaakt in het DNA, maar in het feit dat het voorkomt dat dergelijke fouten door enzymen weer gerepareerd worden. Dit concludeert J. Jin (Natio nal Institutes of Health, North Carolina) in het vakblad Nature Genetics. Tegen de verwachting in blijkt de uitscheiding van ei wit in de urine (micro-albuminurie) bij mensen met diabetes type 1 een omkeerbaar proces te zijn. Micro- albuminurie wordt altijd gezien als het resultaat van onomkeerbare schade aan de bloedvatwanden. Met na me bij diabeten met een lage bloeddruk, lage choleste- rolwaarden en een goede controle van het bloedsuiker gehalte kan de eiwituitscheiding weer afnemen, meldt B. Perkins (Harvard Medical School, Boston) in het me disch vakblad New England Journal of Medicine. IJ IF IK 5.1 Door WILFRED SIMONS De toekomst van de mens heid hangt af van slechts twintig plantensoorten. Rijst, maïs, tarwe, aardappelen, cas save rubber, oliepalm en ka toen zijn voedsel en grond stof voor miljarden mensen. Gek genoeg zijn er tiendui zenden andere planten die even nuttig zijn, maar waar boeren en industrieën vol strekt niet naar talen. In 'Planten voor dagelijks ge bruik' geeft auteur Kees Kalk man het voorbeeld van de vleugelboon, een tropische plant die eiwit- en olierijke zaden geeft en die een heel goed voedingsgewas kan zijn voor miljoenen mensen. Toch gebeurt het niet. „Het kwe ken van een nieuw maïsras dat 1 procent meer opbrengst geeft, is profijtelijker", aldus Kalkman. De uitgave van 'Planten voor dagelijks gebruik' is een daad van liefde. Kalkman (1928- 1998) was als economisch bo tanicus verbonden aan de Universiteit Leiden. Vanaf 1972 was hij hoogleraar-direc teur van het Rijksherbarium en tussen de bedrijven door werkte hij aan de samenstel ling van dit boek. Bijna be reikte hij zijn ambitieuze doel: het schrijven van een naslagwerk met daarin alle planten die op de een of ande re manier door mensen wor den gegeten of gebruikt. Kalk man overleed echter voordat hij het boek kon voltooien. Dankzij de inzet van tekstre dacteur Marijke Nauta en beeldredacteur Ruud van der Meijden van het Nationaal Herbarium Nederland is het er nu toch. Zij hebben er in alle opzich ten een prachtig boek van ge maakt - helemaal niet specia listisch, maar toegankelijk voor een breed publiek, voor zien van mooie foto's en illus traties. Leuk zijn ook de ka dertjes met feitjes uit de plan tenwereld. Hieruit blijkt dat Kalkman echt voor de plan ten kiest: paddo's, marihuana en cocaïne krijgen er net zo veel ruimte als wilde bramen, gefermenteerde sojabonen en eetbare wieren. Het boek is nuttig voor wie iets specifieks wil weten over een bepaalde plant, maar het nodigt ook uit tot eindeloos bladeren. De plant kan zo gek niet zijn, of Kalkman heeft hem gezien. Natuurlijk ko men de 'twintig groten' aan bod, maar ook de taroknol, de rammenas en valeriaan en zelfs parasieten als maretak krijgen alle even veel geduldi ge aandacht. Kalkman is eindeloos precies, een echte systematicus. Zo blijken er zestien 'oersinaas- appelbomen' te zijn, die al vierduizend jaar geleden in China werden veredeld. Er zijn sukadecitroenen, zoete sinaasappelen, grapefruits, kumquats. Bergamotsinaasap pelen zijn oneetbaar, maar de etherische oliën zijn weer on misbaar in de parfumindus trie. Kalkmans opvolger, hoogle raar Pieter Baas, verklapt in zijn voorwoord dat Nauta en Van der Meijden hier en daar de scherpste kantjes van al die precisie hebben afgesle pen. „In zijn botanisch en thousiasme wilde Kalkman de lezers af en toe iets te veel morfologische en taxonomi- sche details meedelen." Gelukkig maar. In de uitein delijke, kloeke vorm is 'Plan ten voor dagelijks gebruik' een monument voor hun leer meester. 'Planten voor dagelijks gebruik. Botanische achtergronden en toe passingen' door Kees Kalkman. Uitgeverij KNNV. Prijs: 44,95 euro. Voor 4 tot 5 personen 2 dl olijfolie 2 kippepoten (of 400 gram kipfilet) 4 vleugeltjes zout en peper 10 gamba's 10 grote mosselen 1 teen knoflook, fijngehakt 200 gram doperwten (diepvries) 2 tomaten, ontveld in stukjes 200 gram sperziebonen in stukjes 500 gram rondkorrelige rijst (risotto) 1,5 liter kippenbouillon 1 plukje saffraan 1 citroen Hak kippenpoten in stukken of snij de kipfilet in blokken. Bestrooi met zout en peper. Ook de vleugeltjes Was mosselen en kook ze kort in hete kippenbouillon. Houd heiden apart. Dep gamba's droog. Verhit olijfolie in een paellapanvan 40 cm doorsnee (of grote koekenpan). Bak gamba s 4 mi nuten, schep uit de olie en houd apart. Bak kip in de olie in 10 minuten aan alle kanten bruin en haal uit de pan. Bak knoflook, tomatenhlokjes, doperwten en sperzie boonstukjes even kort. Voeg rijst en hete bouillon met saffraan toe. Laat 10 minuten doorkoken en voeg dan de kip toe. Laat nogmaals 10 minuten zacht doorpruttelen tot rijst gaar is en de vloeistof verdampt. Proef en voeg zo nodig (zee)zout toe. Leg gamba's en mosselen erop en laat nog S minuten op een zacht vuur staan zodat een goudbruin korstje ontstaat. Garneer met part,es citroen, zet midden op tafel en laat ieder zn eigen portie op- scheppen. Serveer met gemengde sla van krulandi/vie tomaten uienringen en tomaat en schenk er een krachti ge Spaanse rosé bij. Lees de kranten en je weet het: Spanje lijdt onder een slecht imago. Zijn het niet de bosbranden of de bomaanslagen, dan zijn het wel de sangria-slempende jonge ren die de Costa's onveilig maken. Geluk kig kijken de meeste Spanjeliefhebbers, waaronder ik, daar doorheen en hand haaft dit overweldigende land zich in de top drie van favoriete vakantiebestem mingen. Aan tafel in Spanje betekent na tuurlijk Paella eten. Paella, die heerlijke geurige goudgele rijstschotel die traditioneel wordt bereid en opgediend in een platte ronde gietijze ren pan met handvatten. Het is die pan, de paella of paellera, die Spanje's natio nale gerecht zijn naam heeft gegeven. De doorsnee kan variëren van 40 centimeter (voor 4 tot 5 personen) tot meer dan 4 meter (voor een heel dorp). Van oorsprong wordt de paella boven een houtvuur bereid. Dat is ook de reden waarom de pan plat en rond is. Het vuur is niet overal even heet. Toch wil je graag dat de rijst gelijkmatig gaart, dus draai je hem veelvuldig. Zo ontstaat een perfect smeuïge, rondkorrelige rijst schotel, doorspekt met gare stukjes kip, konijn of inktvis, tomaat en frisse groenten. En, het lekkerste van de pael la volgens de Spanjaarden, een knappe rig goudbruin rijstkorstje aan de onder kant: de soccarat of soccarada. Wil je dat bereiken, dan moet je, zeker op het laatst niet meer roeren. Overal in Spanje wordt paella gegeten, maar de oerpaella ontstond in de Costa Brava, Costa Blanca, Costa del Sol, eigenlijk in heel Spanje wordt deze goudgele paella mixta gegeten. De oerpaella's komt echter uit Va- lencia, en bevat geen schaal of schelpdieren. Foto Karei vruchtbare streek rond Valencia. In het zuiden ligt een enorm zoetwatermeer met daaromheen een uitgestrekt moerasgebied de Albufera, waar rijst wordt verbouwd. Korte rondkorrelig rijst die veel vocht kan opnemen, vergelijkbaar met Italiaanse risotto. De bewoners maakten een rijstschotel met alles wat op dat moment voor handen hadden. Soms kip, soms konijn verse groenten, met name tuinbonen en grote platte witte b> nen. En bijna altijd slakken want daarvan vind je er miljoenen in die vochtige omgeving. Gamba's, mosselen en inktvis, i je die terugvindt in de paella mixta zoals wij hem kennen, bruikten ze zelden want als boeren en tuinders waren meerop het land dan op de zee gericht. Het enige uitheemse ingrediënt dat ze toevoegden was saffraan, die de paella zijn verleidelijke zachtgele kleur geeft. Naast deze Paella Valenciana kennen we vele varianten. De be langrijkste: Paella Marinera, met stukjes witvis, inktvisringen, grote garnalen, langoustines en mosselen. Paella de venduras. een vegetarische variant met blokjes paprika, aubergine, snij biet en artisjokkenharten. Paella Negro, een duistere variant van het eiland Mallorca, waarbij de rijst zwart wordt gekleurd met behulp van inkvisinkt. Geserveerd met een lading schaal schelpdieren. En de populaire Paella mixta, waarvoor ik ooit het recept kreeg van de chefkok van het beroemde Reina Victoria Hotel in Valencia. <0 11 12 13

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2003 | | pagina 22