0 Eenderde studenten Hogeschool Zeeland is afkomstig uit het buitenland 22 Een were! Daar cjaat Dossier Bi Offers Wegwijs Lekker rustig Goedkoper Advertentie-exploitatie: Mnnrd-en Midden-Zeeland: 0113-315520; peuws-Vlaanderen: 0114-372770. Redactie: 0113-315680 www.pzc.nl c mail: redactie@pzc.nl Postbus 31,4460 AA Goes. zaterdag 21 juni 2003 K t" IP I )o foto Ruben Oreel Altijd maar tegen de wind in fietsen! Ze vormen een opvallende, maar inmiddels vertrouwde verschijning in het straatbeeld: de Chinese studenten van de Hoge school Zeeland. Hoe ervaren zij hun verblijf in Zeeland? Vijf stu denten vertellen daarover. „Soms gaan we naar de afhaal-Chinees, maar dan vragen we wel of ze het een beet j e anders klaar willen ma ken." YangYue(22), Jiemei 'Amy'Li (25), Hang 'Kiki' Liu (18), Li-Li Zhao (21) en Hai 'Henry'Qian (27) zijn tweedejaars van de International Bu siness Management Studies. Vandaag eten ze samen bij Li-Li, op Touten- burg 10 in VlissingenHet is één van de adressen in het bestand van het bu reau Huisvesting van de HZ, dat zorgt dat de studenten bij aankomst onder dak hebben. Dat kan zijn in één van de studentenhuizen waarmee de HZ een contract heeft, of 'op kamers' bij Vlis- singse huiseigenaren. De huren varië ren van 200 tot 250 euro. ,,Ik vond mijn kamer te klein. Nu heb ik iets beters gevonden in Middel burg", zegt Amy. In de praktijk blijkt dat ongeveer de helft van de studen ten na verloop van tijd zelf iets zoekt. De één wil meer ruimte of luxe, ande ren zoeken iets goedkopers en nemen genoegen met minder. De levensstandaard is laag in China. Het gemiddelde jaarinkomen is 1000 euro; daar staat tegenover dat het le ven er een stuk goedkoper is dan hier. De dure studie in het buitenland vergt grote financiële offers. Er wordt daar om hard gestudeerd, naast het baantje dat ze alle vijf hebben in een hotel of (Chinees) restaurant. Ze mogen 10 uur in de week werken, mits hun baas een werkvergunning voor ze aanvraagt. Yang spaart om in de schoolvakantie zijn ouders te kunnen opzoeken. ,,Ik wil niet dat mijn ouders de reis voor me betalen", zegt hij vastberaden. Ook Amy is haar ouders dankbaar voor de kans die zij haar geven: ,,Ik weet hoe moeilijk het is geweest om dat geld bij elkaar te krijgen. Vooral het eerste jaar sta je onder grote druk. Dat móet je halen, anders kun je te rug." Het percentage zittenblijvers is aan zienlijk lager dan onder de Neder landse studenten. Chinezen zijn ge wend aan sterke competitie. „Je komt bij ons alleen met de beste cijfers op de universiteit." Het Nederlandse onderwijssysteem verschilt nogal van dat in China. Een leraar is in China een godheid, iemand van onbetwiste autoriteit, iemand die geen fouten maakt. Chinese docenten lezen veel voor uit de lesboeken. De nadruk ligt op het uit het hoofd leren van de aangeboden lesstof. In de Ne derlandse onderwijsmethoden ligt het accent op praktijkgerichtheid en teamwork. Van de leerling wordt een actieve houding verwacht, discussie en zelfstandigheid worden beloond en de leraar moedigt kritiek - ook op hemzelf - aan. Li-Li: „In China wordt meer uitgelegd dan hier en er wordt dieper ingegaan op de theorie. Het mooiste zou een combinatie tussen het Chinese systeem en het Nederlandse zijn. Hier wordt je vermogen om zelf te leren ontwikkeld, maar we missen soms diepgang." Amy heeft zusters en Henry een oude re broer; de meeste studenten echter zijn enig kind. In de strijd tegen over bevolking voert China formeel sinds eind 2001maar in de praktijk al twin tig jaar, een één-kindbeleid. Zeker als het een jongen is, een stamhouder, worden ze vaak behoorlijk verwend. Daar komt nog bij, dat in China ar beidskrachten zo goedkoop zijn dat het heel normaal is om huishoudelijke hulp in te huren. Toen drie jaar gele den de eerste lichting kwam, bleek op tijd op school verschijnen voor velen een probleem te zijn, zonder iemand die je uit je bed haalt, een ontbijt en schone kleren voor je klaarzet. De eerste studenten kregen nog 'hoe- maak-ik-mijn-bed-op-les' van de be heerders van de studentenhuizen. In middels maken de ouderejaars de nieuwkomers wegwijs. Henry heeft het geluk dat zijn vrienden Yang, Ki ki, Li-Li en Amy thuis wel meehielpen in de huishouding en, heel belangrijk, kunnen koken. Het westerse eten vinden ze 'echt niet te eten'. Toko Mampir in de Hobein- straat heeft nogal wat van de beno digde ingrediënten, in de Rotter damse of Amsterdamse Chinatown verkopen ze de wat moeilijker ver krijgbare zaken. „Soms gaan we naar de afhaal-Chinees", zegt Li-Li, „maar dan vragen we wel of ze het een beetje anders klaar willen maken.In het al gemeen, zeggen ze eenstemmig, is het Chinese eten hier te zwaar. Te weinig groenten, te veel vlees en saus, te zoet, te vet. Gek genoeg zijn het juist de vet te happen van de frituur en school kantine die in trek zijn- en dat is na verloop van tijd te zien. Kiki: „Toen ik hier kwam woog ik 46 kilo. Drie maanden later al 53Alle meisjes pra ten over diëten. We waarschuwen el kaar voor de lekkere dingen waar je dik van wordt. Cakes, koekjes, frites, hamburgers, kroketten.easy food is not healthy." Naast Engels is Nederlands een ver plichte taal, onontbeerlijk om zich zelf hier te redden. Vooral de uit spraak blijkt een probleem. Lily en Kiki hebben veel gehad aan de lessen Nederlands die ze een maand voor hun komst naar Nederland volgden in China. Li-Li en Kiki behoorden tot de eerste lichting Chinezen van de HZ in Vlissingen. „We waren met zijn acht tienen Alles was nieuw.Neem nu het verkeer. Henry heeft eens een boete gekregen toen hij doodgemoedereerd op de autoweg fietste. Yang: „De Ne derlandse automobilisten zijn zó be leefd! Éérst de fiets, dan de auto." Amy, Yang, Henry, Li-Li en Kiki zet ten grote ogen op als ze horen van de voorrangsregels. Van verkeersregels hebben ze duidelijk geen kaas gege ten. Als onderdeel van het inburgerings- proces hebben Li-Li en Yang intussen kennis mogen maken met het feno meen fietsendiefstal. Op criminaliteit zijn de Chinezen totaal niet voorbe reid. Een kwart is ooit beroofd, vaak al op Schiphol. Meisjes hebben geen benul dat het misschien niet verstan dig is in het holst van de nacht alleen in de stad rond te wandelen. En dan de koffieshops: „Een winkel waar je drugs kunt kopen! Toen ik hier net kwam, dacht ik dat het heel ernstig was. We hadden geen idee dat er soft en harddrugs zijn, en dat het een erger is dan het ander. In China word je ge waarschuwd overal van af te blijven: never touch drugs", zegt Kiki. Ver bijsterend ook vond Li-Li de walle tjes in Amsterdam. Openlijke prosti tutie, en nog legaal ook Nog wat minpuntjes. Yang: „Ze zijn hier niet efficiënt. In China heb je iets in een week voor elkaar dat je hier een maand kost." Henry: „Daar regel je in tien seconden een bankrekening. Hier mag je eerst een afspraak maken en dan duurt het nog een paar weken." Kiki: „Dat je soms moet wachten of een nummertje trekken! De klant zorgt dat het geld binnenkomt, dus als in China iemand tien minuten moet wachten, worden er al uitgebreid ex cuses gemaakt. Hier laten ze je in een restaurant rustig een half uur zitten." Li-Li: „Als hier een personeelslid met een klant praat, gedraagt hij zich als of het zomaar iemand is. In China the customer is God. En je kunt er, ook op zondag, tot 10 uur 's avonds winke len." Nog even heel wat anders: die rotwind. Kiki: „Ik haat de wind! Al tijd maar tegen de wind in fietsen! Instemmend gemompel. Staat tegenover dat Nederland lekker rustig is, zeggen ze. Omdat er minder mensen wonen. „In de grote Chinese steden woont iedereen in flats en is er geen plek voor tuintjes", zegt Li-Li. „Toen ik voor het eerst die huisjes zag, met grote ramen als etalages, allemaal kleine dingetjes erin om te laten zien Van de in 4100 studenten die aan de Hoge school Zeeland studeren, komt eenderde uit het buitenland. Spanjaarden en Duitsers (ieder 25 procent), Chinezen (20 procent ofwel 250 stu denten), Engelsen en Amerikanen (samen iets minder dan vijf procent) en tenslotte Fransen (idem). De resterende twintig procent is een alle gaartje uit de andere Europese en Aziatische lan den. Omdat ze uit een compleet andere cultuur komen, vragen de Aziaten de meeste aandacht. Op de af deling die zich met buitenlandse studenten be zighoudt, is daarom een vertrouwenspersoon voor hen ondergebracht en, speciaal voor de Chi nezen, een medewerkster die hun moedertaal spreekt. Een aantal jaren geleden richtte de Nederlandse regering een steunpunt (NESO) op in verschillen de Aziatische landen, om het Nederlandse onderwijs te promoten. Onderwijsinstellingen die zich op de internationale markt richten, krij gen meer studenten (en dus geld) binnen. Ook be nutten ze zo hun opleidingscapaciteit beter. Voor studenten is het aantrekkelijk een internationaal studieprogramma te volgen, omdat het aansluit op de praktijk van grotere bedrijven, waar het heel gewoon is dat allerlei nationaliteiten in teamverband samenwerken. NESO werft actief studenten. De HZ heeft ook nog eens vier eigen agenten in Oost- en Zuid-Chi- na. Er zijn in China 235 officiële agenten die voor buitenlandse universiteiten werven; zeker twin tig (Nederlandse) hogescholen en universiteiten zijn actief op de Chinese markt. Nederland is goedkoper dan bijvoorbeeld UK of USA. Daarbij is Vlissingen een rustig provinciestadje waar Chinezen hun (zeer beschermd opgevoede) kin deren liever naar toe sturen dan naar de grote ste den, die vooral bekend staan om drugs en crimi naliteit. In principe staan alle studies voor hen open, maar gezien de taalbarrière komt het neer op alle Engelstalige programma's: International Business, Business Informaties en de Masters De grees. Alle studenten hebben zes jaar middelbare school achter de rug. Sommigen hebben daarna een paar jaar op de universiteit gestudeerd en kunnen hier instromen in het tweede of derde jaar. De Masters-studenten hebben minimaal een Bachelors Degree op zak als afsluiting van een universitaire studie. De HZ regelt een studievi sum en een verblijfsvergunning. Omdat China geen lid is van de EU, moeten de Chinese studen ten circa 15.000 euro per studiejaar vooruit beta len: 8000 euro als garantie dat ze zelf in hun le vensonderhoud kunnen voorzien en nog eens circa 7000 euro voor studiekosten. De school be heert het geld en betaalt er de vaste lasten van, zo als de huur en de verplichte ziektekostenverzeke ring De student zelf krijgt 250 euro leefgeld per maand. aan voorbijgangers, en voor die hui zen de tuintjes met bloemetjes en groen...Heel leuk!" En de zee is zo mooi, de mensen zijn zo vriendelijk. Li-Li: „Zelfs vreemden zijn aardig voor je." Alles bijelkaar valt het hier dus wel mee. Uiteindelijk echter ligt een te rugkeer naar China voor de hand. Dat zou wel eens problemen kunnen ge ven. Van Japanners die enige tijd in het buitenland hebben gewerkt, is bekend dat ze bij terugkeer in het moederland grote moeite hebben zich weer aan te passen aan de hiërarchi sche structuur van de maatschappij en het bedrijfsleven. Inspraak en 'nee' zeggen tegen een hoger geplaatste zij n er volstrekt onbekende fenomenen, eigen initiatief wordt er niet bevor derd. China verschilt in dat opzicht niet veel van Japan. Van de Masters zijn de eersten intus sen al aan een afrondende stage bezig bij bedrijven in Nederland en daar buiten. De eerste lichting Bachelors heeft nog één jaar te gaan. Anders dan Amy, die het liefst in China in het in ternationale zakenleven wil werken, wil Kiki nog niet gelijk terug naar China. „Misschien eerst een Masters halen, wat meer ervaring opdoen el ders in Europa." Ook Kiki wil nog wat Masters halen en uiteindelijk werken bij een internationaal bedrijf ergens in de wereld. „De economische en fi nanciële wereld wordt steeds kleiner. Dit werk kun je overal doen." Henry wil uiteindelijk een eigen zaak, waar weet hij nog niet. „Het leven is kort. Ik heb ambitie en wil het optimaal ge bruiken. In ieder geval wil ik iets te rugdoen voor mijn familie en voor China." Familie, dat is toch wel het sleutel woord voor deze studenten. Kiki: „Rijkdom is méér dan geld. Familie en gezin zijn het allerbelangrijkste. Werk en geld komen op de tweede plaats. En ik wil iets voor de gemeen schap doen." Kiki hoopt op een goede man en twee kinderen. Het één-kind beleid is niet populair in China. Ook Amy wil minstens twee kinderen. „Maar ook een goede carrière. Ik wil niet afhankelijk zijn van anderen." Voor Yang staat voorop dat hij zijn ou ders trots wil maken. „Ik wil een beter leven dan zij gehad hebben. Ik wil me zelf ontplooiien en veel levenserva ring opdoen, iets betekenen voor de maatschappij. Ik ben filosofisch inge steld. Soms vraag ik me af: waarom leef ik? Waarom ben ik hier? Eén ding weet ik zeker: geld is niet het belang rijkste. Geld is alleen belangrijk om dat ik er rhijn leven mee vorm kan ge ven." Ondine van der Vleuten

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2003 | | pagina 21