Geef mij maar die uitdaging In Krikkenhaar is zelfs het corvee bijna een attractie PZC Vijfenzeventig jaar natuurvriendenhuizen 25 Aad Bosman, een ondernemend type zaterdag 31 mei 2003 Jaren achtereen loodste hij me nig Nederlander vanuit zijn reisbureautje in de garage naast zijn huis naar een rustig Grieks vakantieplekje. Nu heeft het er al le schijn van dat Middelburger Aad Bosman er zelf eens nodig uit moet. „Ik ben 55, heb mij m'n hele leven een ongeluk gewerkt. Vijf tig, zestig uur per week. Ik kan er niet goed meer tegen. Het wordt me te veel." Aad Bosman. Altijd al een onderne mend type geweest. Aanvanke lijk woondehij in Maassluis Hetwerk van zijn vader, die beroepsmilitair was, bracht hem op elfjarige leeftijd naar Middelburg. Via een hotel schoolopleiding belandde hij als uit bater in het horecawezen. Een paar cafés in Middelburg, een zaak in Haarlem, een tapperij in Kortgene. „Meestal kocht ik een verlopen zaak op. Daar bracht ik dan nieuw leven in en deed 'm vervolgens weerweg." Een mooie tijd. Af en toe wel een beetje ru moerig, herinnert Bosman zich met name van zijn zaak in Kortgene. „Dat was daar regelmatig vechten tussen Kamperland en de rest van Neder land." Concurrentie Aad moet er niet aan denken om terug te gaan in de Zeeuwse horeca. „De concurrentie is veel en veel groter ge worden. Toen moest je ook wel werken, maar er was nog wat te ver dienen. Wat is het uitgaansleven te genwoordig? Dat begint om elf uur 's avonds. En dat duurt tot twee uur 's nachts. Daar moet je het dan van hebben, nog niet eens alle dagen van de week. Bovendien komt daar nog eens bij dat het uitgaanspubliek eerst thuis gaat 'inpilsen'. Dat had je vroe ger niet. Je ging om vijf uur 's middags het café in, want dan begon het borrel- uur. Daarna ging je nooit meer naar huis." Stappen is niet leuk meer, vindt Bos man. „Het is niet meer te betalen. Nee, dan de jaren zestig. Vijfenveertig cent voor een pilsje. En dan zat je nog in een dure tent. Wan je had ook cafés waar het bier een kwartje kostte. Nou weet ik wel: dat was toen. Maar ik geloof dat nu de verhoudingen een beetje zoek zijn. Tweeëneenhalve euro voor een glaasje wijn. Vroeger kon je nog wat met dat vingertje ronddraaien en tegen de kastelein zeggen: doe hier nog eens wat. Maar als je dat nu doet, moet je eerst een persoonlijke lening afsluiten." Op een enkel zijstapje na is Bosman altijd eigen baas geweest. „Ik ben wel eens acht maanden in loondienst ge ÜSS. „Ik kan niet werken voor een baas die mij opdrachten geeft, waarvan ik al weet dat daar helemaal niks van deugt. foto Lex de Meester weest. Hoofd civiele dienst in een zie kenhuis. Voor mijn gevoel een volko men overbodige functie. Ik heb toen ook gemerkt dat het werken voor een baas niet bij mij past. Geef mij maar die uitdaging. Dingen opbouwen. Wat me ook trekt, is de vrijheid hoewel die natuurlij k maar beperkt is. Ik kan niet werken voor een baas die mij op drachten geeft waarvan ik al weet dat daar helemaal niks van deugt." Hoe belandde Bosman in de reiswe reld? „Op vakantie naar Kreta en daar in een dorp blijven hangen", vat hij bondig samen. Mirtos heette dat dorp, een vlek met 700 ingezetenen in het zuiden van het eiland. De Middelbur ger viel meteen voor het sfeertje. Toen hij er eind jaren zeventig voor het eerst neerstreek, zaten er volop hip pies. Ze hadden het strand ingepalmd, waar ze met enkele honderden onder de bomen onder vage lappen lagen te slapen. In die tijd bestonden er in het zuiden van Kreta wel meer van die ko lonies met personen die zich afwend den van de overheersende maat schappelijke opvattingen. „Bob Dylan zat daar ook", weet Aad. Tijdens zijn verblijf in Mirtos werd Bosman aangesproken door een man die had gehoord dat hij in de horeca had gezeten. Of meneer zin had om een café te exploiteren. Dat had 'ie. Korte tijd later had hij zelfs twee ten- dorp onder dak gebracht. De laatste jaren worden zij erheen gedirigeerd via het in de schaduw van de Lange Jan gevestigde reisbureau, dat merk waardig genoeg geen baliefunctie heeft. Als je niet weet waar de vesti ging zit, loop je er zo voorbij. Geen ten. Terug in Nederland kwam Bos man weer even in de horeca terecht. Rugklachten deden hem achter de ge raniums belanden. Totdat de onder nemende horecaman op het idee kwam om in zijn geliefde Mirtos va kantieappartementen te gaan verhu ren. „Dat is toen redelijk uit de hand gelopen. Ik ben begonnen met vijf ap partementen en nu zijn heter 114." Óp jaarbasis worden zo'n acht- tot ne genduizend vrijetijdsvierders in het bord aan de gevel, geen lokkende eta lage met uitnodigende posters en fol ders Bosman zit niet op aanloop te wachten. „Dat kost te veel tijd. Als je een balie hebt, komen er mensen bin nen die het eerst een uur hebben over de vakanties die ze allemaal gehad hebben. Vervolgens moet je er stapels gidsen mee doorbladeren. Twee uur later gaan ze de deur uit en misschien zie je ze terug. Nu bellen ze je op, je vertelt een verhaaltje en binnen tien minuten is het geregeld. Bovendien hoef ik niet op een A-locatie te zitten, dus het scheelt me ook nog eens in huur. Maar het scheelt vooral tijd." Wie op Kreta zaken wil doen, moet veel geduld hebben, heeft Bosman er varen. „Je moet eerst zitten en aan de raki, je moet eten, wéér aan de raki en als je dan even serieus wilt worden, vragen ze je om daarvoor de volgende dag terug te komen. Als je niet uit kijkt, gaat het dan weer hetzelfde en komt er opnieuw niks van terecht. Je moet bijna met de hele familie eerst een week doorzakken voordat je echt aan zaken toekomt. Maar dan wordt het ook wat. Ze zitten daar op Kreta wat verder van Athene af en daarmee ook verder van het belastingkantoor, dus het gaat allemaal wat soepeler. Het is een hand en klaar. Terwijl het soms toch over tonnen gaat." Nog even terug naar het toerisme in het dorpje Mirtos. Het is voor het me rendeel publiek dat daar trouw terug komt. Zestig, zeventig procent, schat Bosman. Het is ook een publiek dat, komend vanaf het vliegveld Herak- lion, opgelucht de drukke noordkant van het eiland achter zich laat. Bos man: „Daar liggen die verschrikkelijk pretoorden als Chersonissos, Malia en Stalis. Niks Grieks aan. Wie daar Grieks wil eten, moet lang zoeken. Want je hebt er hoofdzakelijk zaken in de trant van 'Friet van Piet' en 'Kroket van Ed'. Vakantiestekken om te fees ten en te beesten. Niet echt geschikt voor mensen die ook voor het land gaan." Kneuterig Wat maakt Mirtos zo bijzonder?.Mis schien zit het 'm in dat kneuterige", probeert hij zelf. De inwoners zijn zichzelf gebleven. „Ze nemen de toe risten op de koop toe, omdat ze er niet van hoeven te bestaan Dat merk je. Loop je elders in vakantieoorden rond, dan trekken ze je bijna een res taurantje binnen. In Mirtos gaat dat allemaal wat relaxter De bevolking heeft immers ook andere inkomsten bronnen." De welvaart van de omgeving zit vooral in de kassen in de omgeving. Een bedrijvigheid die ooit door een Nederlander is opgezet. Op weg er heen waan je je bijna in het Westland. Met dat verschil, dat er geen glazen steden zijn ontstaan, maar uit plastic opgetrokken bouwsels waarin de zon de tomaten en komkommers snel tot wasdom laat komenDrie tot vier keer per jaar kan er geoogst worden. Een maal op de stek van de Middelburger oogt het landschap lieflijk. En het dorp heeft alles wat een vakantiegan ger belieft: strandje voor de deur, vol doende keuze om uit eten en drinken te gaan, een bakker, een paar super marktjes en er is zelfs een kapper die tegen een vooroorlogse tarief de haar dos fatsoeneert. De natuur nodigt uit voor wandelingen in de omgeving. Rem Bosman heeft al een keer op de rem moeten trappen. Het dreigde in 'zijn' dorp te Nederlands te worden. „De meeste touroperators zitten daar niet mee. Die willen zoveel mogelijk men sen ergens brengen. En als het niet meer loopt, gaan ze het ergens anders proberen. Maar ik vond dat het dorp een beetje het dorp moest blijven." Weg van de massa: onder dat motto brengt het Middelburgse reisbureau de vakantieproducten aan de man. „Daar is steeds meer behoefte aan", heeft Aad ontdekt. In de komende tijd zal hij meer in Griekenland verblijven dan in Middelburg. Niet om daar hele dagen in de zon te liggen, maar om zich hoofdzakelijk bezig te houden met het inkopen van appartementen op rustige plekjes. Op Kreta, maar ook op andere Griekse eilanden. Ze zijn er nog wel, de plaatsen die nog niet zijn platgewalst door het massa toerisme, weet de Middelburger. „Je moet er alleen wat meer voor over hebben. Zo'n honderd kilometer rij den om er te komen, bijvoorbeeld. Vaak over onverharde wegen. Maar dan kom je ook op plekken waar het zeer aangenaam is." Jacques Cats Het was een overwinning voor de ar beidersbeweging. Een eigen va kantieoord, waar in gepaste soberheid van de welverdiende rust kon worden genoten. Het oudste natuurvrienden huis van Nederland, Krikkenhaar bij Bornerbroek, bestaat 75 jaar„Geen luxe hotel kan hier tegenop." De thermoskannen staan op de ontbijt tafel, plastic zakjes met bruine boter hammen liggen ernaast. De deelnemers aan de f ietsweek maken zich op voor hun laatste tocht door Twente. Alsof er een signaal heeft geklonken, komen een paar mannen en vrouwen in actie. In een mum van tijd is er afgeruimd, klinken er afwasgeluiden uit de keuken en staan de bloemenvaasjes weer keurig op de tafelkleedjes. De sfeer is uitge laten, er wordt tot spoed gemaandmaar vooral veel gedold. IVpisch de camaraderie van mensen die al lang met elkaar optrekken, zou je zeggen. „Nee hoor, wij kennen elkaar pas een paar dagen", melden de dames aan een van de ta fels opgewekt „Maar hier word je vanzelf een hechte groep. De een komt al jaren in natuurvriendenhui zen, de ander heeft ze net ontdekt. Maar Krikkenhaar is van uitzonderlijke klasse, willen ze wel even genoteerd hebben. „Ge zellig, niet te groot en met een uitstekende verzorging. En het corvee, nog altijd ken merkend voor de natuurvriendenhuizen, is geen straf maar bijna een attractie. „Het is eigenlijk alleen de afwas, en dat is vaak zo gezellig dat er vanzelf extra mensen mee helpen", zegt José Sieverding. De meesten zouden zich best een hotel kun nen veroorloven Maar, roepen ze in koor, 'daar heb je geen contact zoals hier'. „Juist door de sfeer kun je hier ook heel goed alleen naartoe gaan Met haar 83 jaar is Ger van den Broek veruit de oudste, maar uiterst kwiek en gezegend met een vanzelfspreken de autoriteit. En die komt ook op vakantie soms van pas.Van de week heb ik toch wel even m'n mond opengedaan toen twee nieu welingen een uur te laat kwamen voor het eten." Mores Ze is als geen ander vertrouwd met de mores in de natuurvriendenhuizen. Volgend jaar is ze 40 jaar lid van het Nivon, het Nederlands Instituut voor Volksontwikkeling en Na- tuureducatie, waaronder de huizen vallen. Eerst trok ze er met haar man op uitlater al leen. „Je wordt meteen opgenomen in de groep. Hier krijgen ze mensen op één lijn, terwij 1 toch ieders eigen identiteit wordt ge respecteerd", zegt mevrouw Van den Broek. Het heeft alles en niets met de oude socialis tische grondslag te maken, meent ze. „Soci alist, dat zijn we in wezen toch allemaal? Er Etenstijd in de Krikkenhaar zijn alleen nog alt ij d stij f koppen die het niet zullen toegeven." Buiten staat de groep in de startblokken Geen opzichtige outdoorkleding en trendy fietsen, maar degelijke broeken, praktische schoenen en tweewielers uit de middenklas se. Het klokje van Krikkenhaar luidt de fiet sers uit. Ger van den Broek, de enige in een rok, geeft haar karretje venijnig de sporen. „Ja, ja, ik kom al!" De gasten zijn uitgezwaaid, tijd voor koffie De vrijwilligers installeren zich in de woon kamer van de huiswachten. Deze week heb ben Gerda en Herman Kleinpaste samen met Hanny Roebert de dagelijkse leiding. Buiten in de tuin wordt geschoffeld en ge harkt. Straks komt ook nog de kookploeg om het toetjesbuffet van die avond voor te bereiden. Een luxe die alleen geldt voor de verzorgde weken. Normaal gesproken ko ken de gasten hun eigen potje in de profes sioneel geoutilleerde keuken. 'Doe-het-zelf-hotels' noemt het Nivon de natuurvriendenhuizen, die zonder uitzon dering door vrijwilligers worden beheerd. Ze liggen allemaal midden in de natuur, hebben goede voorzieningen, maar bieden een beperkte service. Geen bediening en ie dereen ruimt z'n eigen rommel op. Ook voor vermaak zijn de gasten normaliter op zichzelf aangewezen, zij het dat de huis- wachten ze graag op weg helpen. Maar voor de laatste avond van deze f ietsweek is er een foto Jeroen Jazet/GPD 1953; zomerfeest met volksdansen programma Twentse liedjes met akoesti sche begeleiding en een voordracht over historische kostuums. Verheffing in een mo dern jasje? Gerda wuift de suggestie weg. „Welnee, die mensen komen om Twente te leren kennen, dan wil je ze graag ook iets van deze streek meegeven. Leuk, maar ook nuttig." Ook in Nivon-huizen worden de gasten steeds veeleisender. Vroeger was het een- woon, dat was hun leefwijze. Iedereen kwam ook op de fiets." Initiatiefnemers wa ren leden van de toenmalige NARV, de Ne derlandse ArbeidersReis Vereniging. Opge richt om ook de werkende klasse haar horizon te laten verbreden, waar de fa brieksdirecteuren gruwden bij de gedachte dat ze hun personeel aan zee of - nog erger - in de Zwitserse bergen tegen het lijf zouden lopen. De Twentse NARV'ers wilden in het voudig: je was er met socialisten onder el kaar en met die gelijkgestemden bracht je je zwaar bevochten vrije tijd door. In gepaste soberheid, die nu ronduit Spartaans aan doet. Vroeg naar de (gescheiden) slaapza len, vroeg er weer uit. Een absoluut verbod op alcohol. Zingen en volksdansen rond het kampvuur. „Strijdliederen zongen we. Mor genrood natuurlijk, maar ook wel algeme ner repertoire. Hoog op de gele wagen, van die liedjes." Maar toen was de rust op zichzelf al een luxe. „Mensen vonden dat sobere heel ge- Nijreesbos tussen Almelo en Bornerbroek een houten vakantiehuis neerzetten. Dat ging echter niet zonder slag of stoot en de bouw ervan - op een perceel dat nota bene ooit aan een kapitalist had toebehoord - mocht dan ook als een regelrechte overwin ning worden beschouwd. Op 6 mei 1928 was de opening van het huis en in 1932 al werd, eveneens in Twente, het tweede Nederland se natuurvriendenhuis geopend: Den Bro- am in Buurse. Inmiddels zijn er vijftien, ver spreid over het land, met het Nivon sinds 1959 als overkoepelende organisatie Krikkenhaar werd vanaf begin jaren '50 ge staag gemoderniseerd en verbouwd. En zo als het met Krikkenhaar ging, zo ging het met alle natuurvriendenhuizen in Neder land Meer comfort, maar geen luxe. Meer vrijheid, maar nog altijd een beroep op soli dariteit en eigen verantwoordelijkheid. Al wordt het wel lastiger om de verwende gast tot zelfwerkzaamheid te bewegen. In enkele huizen zal het corvee worden beperkt, waarvoor dan wel een vergoeding in reke ning wordt gebracht. Groepen kunnen in Krikkenhaar de (eind)schoonmaak ook al afkopen, vertelt Leo Janssens. „Maar het wordt steeds moeilijker om vrijwilligers te vinden die het willen opknappen. Nadat het socialistische stempel was ver vaagd, kregen de natuurvriendenhuizen vooral een alternatief imago. „Het heeft be hoorlijk wat moeite gekost om het publiek van dat geitenwollensokken-idee af te brengen", verklaart Leo Janssens. Maar in middels ontdekken steeds meer mensen de huizen als een gezellig, rustig en voordelig vakantieverblijf in het groen. Vutters, al leenstaanden, groepen, gezinnen. Ook ver wende reizigers in de categorie 'been every where, seen everything', De afschaffing van het alcoholverbod was een keerpunt in de historie van de huizen, vertellen de vrijwilligers. „Veel oudere le den zijn toen ook afgehaakt." Maar de bac chanalen waar deze principiële geheelont houders voor vreesden zijn uitgebleven. „Het is hier nog nooit uit de hand gelopen." Gasten hoeven ook geen lid meer te zijn van het Nivon, zij het dat ze dan wel wat meer betalen. Naar hun achtergrond wordt al he lemaal niet meer gevraagd. Roomsen over de vloer bij de rooien, het was vroeger on denkbaar. Maar nu kijkt niemand raar op van bijvoorbeeld een groep misdienaars die met de pastoor een paar dagen in Krikken haar bivakkeert, of de wandelgroep Sint Job die met een beeld van hun schutspa troon naar Bornerbroek afreist. Maar ja, De Arbeider bestaat ook niet meer, zoals de fietsers die ochtend aan de ontbijt tafel al hadden vastgesteld. De meeste zijn nog wel bekend met de achtergrond van de Nivon-huizen (Hood voor het socialisme en groen voor de natuur'), maar ze komen lang niet allemaal uit een klassiek rood nest. „Mijn ouders stemden WD", meldt de een. „Ik zelf nog steeds", reageert een ander. Het heeft wel iets tegenstrijdigs, erkent Gerda Kleinpaste. „Als we over prijsverho gingen praten, vragen we ons altijd af of het niet te duur wordt. Maar de mensen die hier komen hebben eigenlijk allemaal een goed inkomen." Een van de dames van de kook ploeg haalt de schouders op. „Ach, de gewo ne man zie je hier niet meer. Die gaat allang naar Spanje." Ingrid Bo*r»«

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2003 | | pagina 25