PZC
T uintrends
van droom
naar eco
Designhaard gaat naar buiten
W13
Meubelbeurs
in Milaan
zaterdag 19 april 2003
Vrijheid
Buitenkamer
Tuinpluim
Tuin van het Rietveldhuis.
De Vereniging Belangenbe
hartiging Tuinbranche
(VBTB) laat door bureau De
Bock en Dekker jaarlijks onder
zoek doen naar nieuwe tuin-
ontwikkelingen. Uit dat onder
zoek blijkt dat gebeurtenissen
in het dagelijks leven - dicht bij
huis of ver van het bed - bepa
lend zijn voor de manier waarop
de consument omgaat met de in
richting van de eigen woning of
tuin. De wereld dendert door als
een trein, waardoor ook trends
over elkaar heen buitelen.
Uit onderzoek van de VBTB
blijkt overigens dat het niet
slecht gaat met de tuinbranche.
De tuinmarkt wordt door pro
ducenten gezien als gezonde
markt. De conclusie is boven
dien dat de consument door het
mindere economische klimaat
en de onzekerheid in de wereld
misschien wel eens meer waarde
aan de eigen tuin zal gaan hech
ten. Uit een eerder onderzoek
van de VBTB onder de 111 leden
(De Groene Miljarden) bleek dat
de tuinliefhebber in 2000 zo'n
1,7 miljard euro in de tuin
pompte.
De behoefte aan vrijheid is de
afgelopen jaren toegenomen,
stelt de VBTB. Om die vrijheid
te behouden, wil de consument
zijn omgeving onder controle
hebben. Het gevolg is dat hij
kiest voor kwaliteit, voor pro
ducten die lang meegaan. Nog
een voorbeeld. De buitenwereld
is niet meer betrouwbaar, zo
blijkt uit onderzoek van de
VBTB. De blik van de consu
ment keert zich naar binnenHij
heeft behoefte aan een warm
nest, aan een plaats waar hij
zich terug kan trekken. Een
hang naar nostalgie en leven in
een fantasiewereld. Deze zoge
naamde waardetrends bepalen
volgens de onderzoekers hoe de
Nederlandse tuin er dit jaar uit
gaat zien.
Bureau De Bock en Dekker on
derscheidt dit jaar vijf tuinty-
pes. Die dragen fantasienamen
als dream garden, experiment
garden, geo-sense garden, sym
bol garden en inner garden.
Dream garden refereert aan de
vlucht uit de werkelijkheid en
het streven naar een ideale we
reld. Het is een tuin waarin de
liefhebber optimaal kan genie
ten van de natuur. „Zoals Alice
in Wonderland laten we ons
overweldigen door de groots
heid van de natuur." De kleuren
zijn vervreemdend: zoetroze,
fuchsia en geel.
In de experiment garden laat de
tuinier zich verbazen door de
wonderen van de natuur. De
tuin als laboratorium: de eige
naar probeert zoveel mogelij k te
leren en te ontdekken van de
ontwikkeling van planten. En
dat alles in een modern decor,
met koelen tinten als helblauw
en groengeel.
Eenvoud en rust liggen ten
grondslag aan de geo-sense gar
den. Deze tuin is het equivalent
van het minimalistisch interi
eur. Planten, bomen en niet-na-
tuurlijke materialen gaan er
hand in hand. De belangrijkste
kleuren zijn grijs, helder wit en
lichtblauw.
Symbolen en Hollandse folklore
domineren in de symbol garden.
Dit resulteert in een vertrouwde
omgeving, in een herkenbaar
beeld. In deze enigszins nostal
gische tuin zijn rood, groen,
geel, oranje, blauw en wit de be
langrijkste kleuren.
De inner garden komt tegemoet
aan het verlangen naar rust. Het
is een 'veilige thuisplek' waar
samenkomen met familie en
vrienden centraal staan. In deze
eigentijdse tuin zijn de materia
len ruw en de vormen geome
trisch. Vrolijke kleuren worden
gecombineerd met grijs, harde
met zachte en koele met warme.
SKfc*.
De geo-sense garden.
Low seat (van Patricia Urquiola voor producent Moroso)
Nederland speelt
zich in de kijker
Salontafel Buddha van Mare de Groot uit de collectie van Design
For People.
feesten georganiseerd met als
doel elkaar en eikaars werk be
ter te leren kennen. Dat maakt
de sfeer voorzichtig positief. In
tegenstelling tot Keulen, waar
eerder dit jaar tijdens de Inter
nationale Meubelbeurs somber
heid troef was.
Evengoed maken ontwerpers
een pas op de plaats. Want van
vernieuwing is in Milaan nau
welijks sprake. Zelfs bedrijven
die experiment hoog in het
vaandel hebben, doen een stapje
terug. Edra viert dit jaar het
vijftienjarig bestaan en legt de
nadruk op een expositie van
eerder gelanceerde klassiekers.
De zes nieuwe ontwerpen ste
ken er enigszins sober bij af.
Blikvanger onder de nieuwko
mers is de stoel Favela van de
Braziliaanse Fernando en Hum-
berto Campana. Het stoeltje is
gemaakt van kleine stukjes
sloophout, handmatig gelijmd
en getimmerd. Van de Franse In
ga Sempè, uitgeroepen tot ont
werpster van 2003, is de kast
Brosse. In plaats van deuren
kiest ze voor industriële bor
stels.
De overige ontwerpen weer
spiegelen de overheersende re-
trotrend: kunststoffen en orga
nische vormen in kleuren als
oranje, rood, blauw en groen.
Het zitmeubilair sluit dan weer
aan bij de loungetrend. Laag en
lui zitten is nog steeds het de
vies.
Ook Cappellini ruimt een pro
minente plek in voor belangrij
ke ontwerpen uit het verleden.
Net als Edra experimenteert het
bedrijf met nieuwe materialen
en technologieën, maar het re
sultaat is qua vorm in de meeste
gevallen terughoudend. Kartell
presenteert zichzelf als revolu
tionair, maar evengoed bor
duurt de collectie voort op eer
der gelanceerde modellen. Het
stoeltje Louis Ghost (2002) van
Philippe Starck krijgt eenvou
digweg een partner: Maria An-
tonietta.
Onder de noemer Dutch De
lights presenteerden zo'n 25
Nederlandse ontwerpers en
producenten zich gezamenlijk
in Milaan. Maar ook elders in de
stad was het polderdesign te
vinden. De aandacht voor het
Nederlandse ontwerp neemt
wereldwijd toe. Het verkoopt
blijkbaar zichzelf. Dat is ook de
ervaring van de deelnemers aan
de expositie. In een industriële
omgeving legden onder andere
ontwerpers (Claudy Jongstra,
Mare de Groot, Laurens van
Wieringen), bureaus (Scholten
en Baijings, Waacs.com) en pro
ducenten (Leolux, Royal Tiche
laar Makkum) de filosofie van
het Nederlandse design bloot.
Deze tentoonstelling werd mede
geïnitieerd door de Beroepsor
ganisatie Nederlandse Ontwer
pers (BNO).
Volgens ontwerpster Jozefien
Gronheid werkt een dergelijke
presentatie. „We zetten het Ne
derlands product op de kaart."
Gronheid is zich bewust van de
onderlinge verschillen. Daarin
schuilt volgens haar de kracht.
Meubelproducenten we
reldwijd ondervinden
de gevolgen van de stagne
rende economie. De jaren
van hallelujah zijn voorbij,
maar de interesse voor de
sign blijft groot. Zo'n
200.000 geïnteresseerden
bezochten afgelopen week
de Internationale Meubel
beurs in Milaan. Producen
ten laten het experiment
voor wat het is. De nadruk
ligt op veilig design. In te
genstelling tot het Neder
lands design, te zien op en
gezamenlijke presentatie,
dat het experiment niet uit
de weg gaat.
Het economisch klimaat
heeft onherroepelijk in
vloed op de woonbranche. De
consument stelt grote aankopen
uit met als direct gevolg dat de
omzet in meubelland terug
loopt. En dat heeft zijn weerslag
op de nieuwe meubelcollecties.
Tijdens de 42ste editie van de
Salone Internazionale del Mo-
bili, afgelopen week in Milaan,
is innovatie ver te zoeken. Pro
ducenten presenteren ook min
der nieuwe modellen dan voor
gaande edities. Bovendien
draait het meer om commercie
dan om vernieuwing.
De internationale meubelbeurs
in Milaan is wereldwijd het be
langrijkste podium voor produ
centen en ontwerpers. Op een
beursoppervlak van ruim
150.000 vierkante meter pre
senteren zo'n 1600 bedrijven
hun nieuwe collecties.
Ondanks de stagnerende econo
mie blijkt de aandacht voor de
nieuwe collecties onveranderd
groot. De naar schatting
200.000 bezoekers storten zich
niet alleen op het beursgebouw
zelf. In het centrum van design-
stad Milaan verzamelen zich
ook nog eens honderden bedrij
ven en ontwerpers. Ze fungeren
vooral als podium voor nieuw
talent, waar de gevestigde be
drijven uit putten. Volgens
beursorganisatie Cosmit neemt
het belang van deze presenta
ties toe.
Een toenemend aantal grote be
drijven (Cassina, Cappellini)
kiest in het verlengde daarvan
voor een presentatie in de stad.
Zelfs de bekende producent
B&B Italia is voor het eerst in 3 7
j aar niet op de beursvloer te vin
den. Het bedrijf koos voor een
presentatie in de eigen show
room.
Mede door dergelijke presenta
ties is Milaan tijdens de beurs-
periode een bruisende stad.
Avond na avond worden talloze
„Nederlands ontwerpers zijn
eigenwijs, ze hebben lef en het
zijn doorzetters."
Suzan Szenasy van het toon
aangevende Amerikaanse inte
rieurtijdschrift Metropolis ziet
een andere overeenkomst. „Ne
derlands design is grensverleg
gend, nuchter en helder van
vorm." Gevraagd naar voor
beelden wijst ze op de Bobbin
Lace Lamp van Niels van Eijk,
een eigentijdse variant op de
kroonluchter die bestaat uit
lichtgevende kunststof slierten.
„Ik wilde een lamp maken die
zelf licht geeft", legt Van Eijk
uit. „Ikheb bewust niet gekozen
voor de standaard verlichtings
bron met omhulsel."
In tegenstelling tot de meeste
andere ontwerpers in Milaan,
gaan de Nederlanders het expe
riment niet uit de weg. Ontwer
persduo Scholten en Baijings
laat bewust geen hapklare meu
belen zien. „We kiezen voor vrij
werk, omdat ons meubilair be
kender is", zegt Scholten. „We
geven liever aan wat voor ande
re mogelijkheden je hebt in het
interieur." Goed voorbeeld
daarvan is salontafel Water, die
bestaat uit verschillende, bewe
gende glasplaatjes. Die zorgen
voor een spannende reflectie op
het plafond.
De Bobbin Lace Lamp van ontwerper Niels van Eijk.
Keramiekproducten Royal Ti
chelaar Makkum - voor het eerst
in Milaan - kiest ook voor ver
nieuwing. Het bedrijf laat nieu
we serviezen zien van drie be
kende ontwerpers: Marcel
Wanders, Jurgen Bey en Hella
Jongerius. Jongerius duikt ook
op in de expositie van het Euro
pees Keramisch Werk Centrum
(EKWC), dat zo'n dertig ont
werpers vroeg hun licht te laten
schijnen op het Nederlandse
souvenir.
Niet alleen Dutch Delights laat
de wereld kennis maken met het
Nederlandse ontwerp. Een se
lectie van zojuist afgestudeerde
studenten van de Design Acade
my in Eindhoven bivakkeert in
de Milanese showroom van Au-
ping. Vijf Nederlandse bedrij
ven (Artifort, Label, Montis,
Pastoe, Spectrum) zijn aanwe
zig op de beursvloer. Daarnaast
duiken op talloze andere plek
ken in de stad Nederlandse ont
werpers op. Moooi en Forbo
schurken bijvoorbeeld aan te
gen de prominente presentatie
van Cappellini.
Gebrek aan aandacht hebben ze
geen van allen. Mede daarom
plaatst ontwerper Marcel Wan
ders van Moooi vraagtekens bij
een gemeenschappelijke pre
sentatie zoals Dutch Delights.
Zijn voorkeur gaat juist uit naar
een integratie met buitenlandse
producenten.
Paul Geerts en Anja Sparidaans
De tuin is veranderd in een
buitenkamer. En ook daar
is behoefte aan warmte. Als de
zon het laat afweten, kan de
consument terugvallen op een
terrashaard. Nu duiken ook ka
chelproducenten erop. Steeds
meer designexemplaren zijn
verkrijgbaar.
Als de kou uit de lucht is, trekt
de tuin. Bij de eerste zonnestra
len komt het meubilair tevoor
schijn, maar vaak is het nog te
koud om echt van en in de tuin te
kunnen genieten. En dat is wel
wat de consument wil. De tijd
die de Nederlander in de groene
ruimte doorbrengt - al dan niet
wroetend in de aarde - neemt
jaarlijks toe.
„Het is al vaker gezegd: de tuin
is veranderd in een buitenka
mer", aldus Brenda Horstra van
de Vereniging Belangenbeharti
ging Tuinbranche (VBTB). En
dat heeft volgens haar zijn
weerslag op de inrichting. De
aandacht van de consument
voor meubilair en verlichting is
dit tuinseizoen onveranderd
groot.
Op dat gebied worden de keuze
mogelijkheden steeds groter,
omdat ook topontwerpers de
tuin hebben ontdekt.
Maar genieten van de tuin? Dat
kan alleen bij aangename tem
peraturen. Dus rukt verwar
ming in tuin op. Zo'nzes jaar ge
leden begon die opmars met
aardewerken potkacheltjes, een
grappig, maar nogal mager al
ternatief voor de openhaard
binnenshuis. Betaalbaar zijn ze
wel, met name omdat ze zijn
doorgedrongen tot tuincentrum
en bouwmarkt.
Opvallender is dat ook kachel
producenten op de terrashaard
zijn gedoken. Volgens een
woordvoerder van Faber hangt
dat samen met de vraag in
Duitsland. „Daar zijn op de ter
rassen en in de tuin al langer ka
chels te vinden. Of Nederland
achterloopt? Ja, en niet zo'n
beetje."
Het klinkt misschien vreemd,
maar Faber heeft onlangs de
enige terrashaard (Sakkara) uit
het assortiment genomen. „Om
dat de trend in Duitsland alweer
over is." Overigens is daarmee
niet gezegd dat Duitsers niet
langer een warmtebron in de
tuin willen. De verkoop van gas
haarden die tegen de muur be
vestigd kunnen worden, loopt
volgens Faber wel goed. Volgens
Horstra is deze verwarmings
bron ook in Nederland in op
mars. „Je ziet in de particuliere
tuin, net als op de terrassen van
cafés en restaurants, steeds va
ker verwarmingslampen opdui
ken."
Maar ondanks de ervaringen
van Faber vermoedt Horstra dat
de grote doorbraak van de echte
terraskachel - al dan niet in
combinatie met een barbecue -
in Nederland nog moet plaats
vinden. Ze verwijst naar de
VTB, de vakbeurs voor de tuin
branche, die jaarlijks in januari
plaatsvindt. Het aantal terras
haarden was afgelopen editie
weliswaar niet groter dan eer
dere jaren, maar meer dan ooit
klonterden bezoekers samen
rond nieuwe modellen.
Voorbeeld van zo'n nieuw model
is de tuinhaard van Iron Art. De
aandacht voor de door Ale
Overwijk ontworpen haard, die
€550 kost, was tijdens de VTB
groot. Het product werd dan ook
bekroond met een Gouden
Tuinpluim, een prijs die jaar
lijkse door de branche wordt
toegekend.
Kachelproducent Kal-Fire on
dervindt dat de aandacht voor
designhaarden groeit. Brengen
de meeste kachelproducenten
een exemplaar op de markt,
Kal-Fire heeft sinds kort drie
modellen in het assortiment.
„Omdat er op het gebied van
stoken met hout eigenlijk heel
weinig is voor de tuin", zegt
John Noten van het bedrijf.
„Het product ligt bovendien in
het verlengde van de haarden
die we voor binnenshuis leve
ren."
Speciaal voor de nieuwe terras
haarden benaderde het bedrijf
in het Limburgse Belfeld een
aantal ontwerpers. Boudewijn
Slings bedacht Fleura (€2270),
een terrashaard die bestaat uit
drie los verkrijgbare delen: een
vuurkorfeen roestvrij stalen
grillset en een rookvangkap. Hij
ontving voor zijn ontwerp de
Reddot Design Award, een in
ternationale designprijs die
eind juni wordt uitgereikt.
Opvallend is ook de Pinus ter
rashaard, die is ontwerpen door
Jan des Bouvrie. Deze haard is
draaibaar en kan worden voor
zien van een afneembare grill.
Deze haard is verkrijgbaar van
af €1495. Het goedkoopste ont
werp is de Louigi Hightower
(€895), ontworpen door Louis
Lücker. Deze heeft een afneem
bare zwenkgrill. De haard is bo
vendien voorzien van een
warmhoudvak met speksteen,
waarop gesteengrilld kan wor
den.
Paul Geerts
Voor meer informatie over de
producten van Kal-Fire:
www.kalfire.nl. Informatie over
de terrashaard van Iron Art is te
vinden op de website van het be
drijf: www.ironart.nl.
De prijswinnende Fleura terrashaard met en zonder barbecue.
De Pinus Terrashaard is ontworpen door Jan des Bouvrie.