PZC Een tweeling mimmmnmmm* Levende leverdonoren 25 Opgave onderzoek Dokter Thuis woensdag 16 april 2003 Erfelijke factoren spelen een voorname rol bij het ontstaan van een manisch-depressieve stoornis. Maar hoe komt het dan dat de aandoening zich in alle hevigheid openbaart bij de ene helft van een tweeling, terwijl de ander nergens last van heeft? Zakkenroller More&More Jill Sander Door JOHN VAN OPPEN Ilse (41) snapt er niks van. Tien jaar geleden zag ze de persoon lijkheid van haar tweelingzus Karin radicaal veranderen. „We zijn eeneiig, dus ons genetisch materiaal is identiek. Als kind groei den we op in hetzelfde huis in dezelf de buurt, haar vriendjes en vriendin netjes waren de mijne, we hadden de- zelfde klasgenootjes, leraren en oplei ding. Maar opeens werd Karin, die voor mij een open boek was, een wan delend raadsel", vertelt Ilse. Zonder dat iemand er een oorzaak voor kon aanwijzen, kreeg Karin last van abnormaal wisselende stemmin gen. Eerst dacht haar omgeving dat het vanzelf zou overgaan. Zulke schommelingen in het gevoelsleven zijn niet meer dan normaal, ze horen bij het dagelijks leven. Maar al snel bleek dat bij Karin het verband ont brak tussen de omstandigheden en de variaties in haar stemmingen. Ilse: .Haar buien namen bovendien zorg wekkende proporties aan. De ene week leefde ze in een roes, dacht ze al les aan te kunnen en wilde ze bijvoor beeld in twee dagen het hele huis schilderen en behangen. De andere week zag ze het allemaal niet meer zit ten en koesterde ze doodsverlangens." Het was dat Karin geen alcohol dronk, inders zou je denken dat ze in de pe- Eeneiige en twee-eiige twee lingen, van wie één of beiden mds hebben, maar ook ge zonde tweelingen kunnen zich opgeven voor het onder zoek bij psychiater Ronald Vonk, tel. (073) 6586841, mo biel 06-29246889, e-mail rvonkwijk@knmg.nl, of bij neuropsychologe Astrid van der Schot, tel. (030)-2507121, e-mail A.C.vander- schot@azu.nl Ook de patiën tenvereniging VMDB (Vereni ging voor Manisch-Depressie- ven en Betrokkenen) beant woordt vragen: tel. 0900- 2025377, www.nsmd.nl rioden waarin ze manisch was, een beetje teut was. Ze was dan euforisch, verloor al haar remmingen - soms ook op seksueel gebied - en schaamde zich na afloop van de manische periode voor haar 'wangedrag'. Door die schaamte gleed ze dan weer supersnel af in een depressie. Uiteindelijk was opname niet meer te voorkomen. „Sindsdien lukt het doorgaans wel om mijn stemmingswisselingen met medi cijnen binnen een aanvaardbare band breedte te houden", zegt Karin. De be handelende psychiater had verteld dat haar manisch-depressieve stoornis (mds) wordt veroorzaakt door een combinatie van erfelijke factoren en omgevingsfactoren. Karin: „Ilse en ik hebben samen avonden lang zitten wroeten in de overeenkomsten en ver schillen in ons leven, om een verkla ring te vinden voor de aandoening die alleen mij getroffen had. We hebben precies hetzelfde DNA in onze lichaamscellen, onze vrienden- en ken nissenkring overlapt elkaar voor een groot gedeelte en toch moet er iets zijn in onze omgeving waardoor ik af hankelijk ben van medicatie en Ilse niet." De behandelende psychiater kon ook geen verklaring geven. Daarom was Il se blij toen Karin aan kwam lopen met een folder over een tweelingonder- zoek naar risicofactoren bij manisch- depressieve stoornis (mds). De tweelingvergelijking wordt uitge voerd door twee wetenschappers: drs. Ronald Vonk, opgegroeid en afgestu deerd in Nijmegen en als psychiater verbonden aan de GGz 's Hertogen bosch, en drs. Astrid van der Schot, als neuropsychologe werkzaam aan het Universitair Medisch Centrum Utrecht. „De ziekte keert opvallend vaak terug in dezelfde families, terwijl eeneiige tweelingen vaker allebei de ziekte hebben dan twee-eiige tweelin gen. Dat wijst op een erfelijke achter grond, want eeneiige tweelingen heb ben exact dezelfde genen, terwijl twee- eiige tweelingen maar voor de helft dezelfde genen hebben", zegt Vonk. Hij is ervan overtuigd dat naast erfelij ke factoren ook omgevingsfactoren een rol spelen. „Er zijn immers fami lies met maar één persoon met de ziekte, terwijl daarnaast identieke tweelingen niet altijd allebei mds heb ben. We willen daarom weten hoe er felijke en omgevingsfactoren elkaar beïnvloeden." Omgevingsfactoren waar Vonk en Van der Schot aan denken, zijn bijvoor beeld complicaties bij zwangerschap en geboorte, of veranderingen in de werking van de schildklier of de im munologische afweer, bijvoorbeeld als gevolg van een infectieziekte. „De ont regeling van de biologische klok kan ook een niet-erfelijke risicofactor zijn, zeker als het slaap- waakritme ingrij pend verandert in combinatie met be langrijke emotionele gebeurtenissen in je leven", aldus Vonk. Het onderzoek bestaat uit een aantal interviews, een bloedtest, het nemen van hand- en vingerafdrukken en het maken van een mri-scan van de herse nen. Zo liggen er vragenlijsten die be trekking hebben op gezin, schooloplei ding, werk, lichamelijke gezondheid en ingrijpende emotionele gebeurte nissen. De scan wordt gemaakt, omdat delen van de hersenstructuren er bij mensen met mds anders uitzien dan bij gezonde mensen. „De vinger- en handafdrukken nemen we omdat de lijnen van de huid zich in dezelfde em bryonale periode ontwikkelen als de hersenen. We onderzoeken of afwij kingen in het patroon van de hersens can samenvallen met opvallende afwij kingen in de vinger- en handafdruk", aldus Vonk. Een groot probleem nog is het vinden van voldoende mensen voor hun onderzoek. Naar schatting één procent van de Ne derlandse bevolking lijdt aan een meer of minder ernstige vorm van mds. Elke tachtigste bevalling in Ne derland is een tweeling. Vonk: „Het zou dus mogelijk moeten zijn om vol doende tweelingen te vinden, zowel in de mds-groep als in de controlegroep van gezonde tweelingen die we graag Foto GPD/Teylersmuseum willen vormen, om alle bevindingen nog eens extra te toetsen." Vonk en Van der Schat hopen dat zich nog voldoende mensen aanmelden om het onderzoek een solide wetenschap pelijke basis te geven. „We zijn ervan overtuigd dat we op het punt staan om belangrijke gegevens te verzamelen, die licht kunnen werpen op de vraag waarom de één de ziekte opeens wel krijgt en de ander niet. Dat is van groot belang voor volgende generaties. Als je weet wat de kwetsbare momen ten zijn in je leven, leun je als kind uit een risicovolle familie je voorzorgs maatregelen nemen. Dan hoeft het mogelijk niet tot een stoornis te ko men." Om redenen van privacy zijn de namen van de tweelingzusjes in dit verhaal veranderd. Het gevaar van zak kenrollers is overal en van alle tijden. Schoenenmerk KangaROOS speelt hier handig op in door nog maar eens het handige zakje te promoten in hun schoenen. Vandaar hun campagne: Be ware of pick pockets!. Niet alleen willen ze de aan dacht trekken met hun schoenen, ze ge ven er ook een maat schappelijk tintje aan. Want het KangaROOS-logo met de campagne-slogan komt ook op bussen, vliegvelden, stations, uitgaansgelegenheden én de winkels waar de schoenen verkocht worden te hangen. De vraag is ech ter of het een optie is, je kostbaarheden in je schoen proppen. Het lukt nog wel om papiergeld en wat mun ten in het zakje kwijt te raken, maar pinpassen, sleu tels of creditcards zijn een ander verhaal. Prijzen tus sen de 70 en 100 euro. Sappig fruit als inspiratiebron? Het is niet echt het eer ste waar je aan denkt bij de nieuwe lipsticks van Jill Sander al wordt daar beweerd van wel. De Pure Shine Lipstick-lijn is wél erg mooi, met kleuren van Red Ver tigo tot Pink Reflection die je lippen super laten glim men. Jill Sander Pure Shine Lipstick, 20 euro. Vanaf eind april te koop. Door Paul van Dijk Pais moe, moe is moe, iedereen is moe, zong Poon Hermans. De huisarts kan er over mee Praten. „Dokter ik ben zo moe", behoort tot de top drie van de meest gepresenteerde Machten in mijn spreekkamer. Deze maand verscheen een nationaal onder zoek van het Nivel naar ziekten in de huisart senpraktijk. Maar liefst 33 procent van de ■nannen en 50 procent van de vrouwen heeft last van vermoeidheid. Gelukkig komen ze niet allemaal op mijn spreekuur. Blijkbaar vinden veel mensen dat "et er bij hoort. In een gejaagde maatschap- Pij waar alles alsmaar sneller en beter moet, Pjft het steeds meer geaccepteerd om te zeg- §en dat je moe bent. Het modische 'druk, rak. druk' wordt steeds gemakkelijker: ®oe, moe, moe'. Moe is vaker moe dan pa. Dat blijkt uit alle onderzoeken. Vooral jonge vrouwen met een rakke baan en kinderen, klagen opvallend raak over vermoeidheid. Waarom vrouwen zich vaker moe voelen dan mannen is niet be- end. Misschien heeft het te maken met het eit dat wouwen zorgvuldiger met hun lijf 0In!jaan. Veranderingen worden daardoor er waargenomen en besproken. ®s komen mensen al op het spreekuur anneer ze twee weken moe zijn. Ik probeer gerust te stellen en leg uit dat iedereen wel ns een Paar weken niet fit is. Dat kan ko en door een onschuldige virusinfectie, ^aptekoit, drukte of andere zaken die ge- h°on bii het leven horen. Duurt de vermoeid- zelfa ger dan een maand zonder dat men de oorzaak weet, dan is het goed de huis- heid5 raadPleSen- Overigens blijkt vermoeid- ]enzonder andere lichamelijke verschijnse- nisten ^en 6en zae'<te afwijking te be kte in&ewakkeld maak is dat het omge- beru |,We'.Z0 's Mat veel chronische ziekten 1 zijn om hun bijkomende vermoeid- Huisarts heid. Multiple Sclerose, reuma, longemfy seem, ziekt van lyme, ze gaan allemaal ge paard met een gebrek aan energie, vermoeid heid. Een verhaal apart is het chronisch vermoeid heidssyndroom (CVS) door sommigen ook aangeduid als myalgische encephalopathie (ME). Mensen met CVS zijn langer dan een halfjaar ernstig vermoeid. Ze zijn door hun vermoeidheid aanzienlijk beperkt in hun da gelijks leven. En er is geen lichamelijke ver klaring voor hun klachten. Huisartsen gaan vaak nogal raar om met deze mensen. Omdat er geen enkele lichamelijke afwijking wordt gevonden, heeft de dokter geen verklaring en geen behandeling voor het probleem. De dokter voelt zich daar onge makkelijk bij. Al snel wordt de vermoeidheid van de patiënt geduid als een psychische stoornis, hypochondrie of gezeur. Zelf heb ik veel geleerd van een meisje dat anderhalf jaar door haar vermoeidheid niet in staat was naar de havo te gaan. Zij verloor zelfs haar vriendinnen omdat elke inspanning te veel was. Alle patiënten met CVS belanden in het alter natieve circuit. Daar wordt beter naar hun klachten geluisterd. Maar oplossingen zijn er evenmin. In het Radboud Ziekenhuis in Nijmegen is een kenniscentrum voor chronische ver moeidheid. Ook hier weet men geen oorzaak. Een soort gedragstherapie zou mensen hel pen naar een sneller herstel. Al jaren kan men het grote aantal patiënten niet aan. Men pleit voor meerdere centra. Want waarom zouden we patiëntén discrimineren op grond van het feit dat er geen medische verklaring is voor hun klachten. Door HENK HELLEMA De wachtlijst voor levertransplanta ties groeit. In 2001 stonden er in Ne derland 86 leverpatiënten op de wachtlijst, bijna twee maal zo veel als in 1999. Oorzaak: een ernstig tekort aan postmortale donorlevers. Steeds vaker blijken in andere landen leven de donoren een deel van hun lever voor transplantatie af te staan. In ons land gebeurt dat nog niet. „in Groningen willen we binnen niet al te lange tijd starten met levende donoren voor transplantaties bij kin deren", zegt prof. Maarten Slooff, hoogleraar chirurgie en hoofd van het levertransplantatie-programma van het Academisch Ziekenhuis Gro ningen. „Maar vooralsnog niet bij vol wassen patiënten." In de Verenigde Staten en Japan, maar ook in landen als Duitsland, Frankrijk en België, vinden steeds meer levertransplantaties plaats met een deel van de lever van levende do noren. Dat is mogelijk omdat lever weefsel het vermogen bezit binnen enkele weken tot maanden weer tot een volwaardige lever uit te groeien. Dergelijke transplantaties hebben en kele voordelen boven die met post mortale levers. De operaties bij de do nor en de ontvanger zijn beter te plannen, waardoor zowel de patiint als de donor vuur de operatie in opti male conditie kan worden gebracht. Voor een belangrijk deel vinden der gelijke levertransplantaties bij kinde ren plaats. Voor hen hoeft slechts een deel van de linker leverlob te worden uitgenomen De lever heeft een enorm herstelver mogen. Binnen enkele weken tot maanden is de lever weer tot zijn nor male omvang aangegroeid. Bij de ge transplanteerde kinderen groeit de le verlob uit tot een volwaardige lever. Slooft: „Zowel door betrokken artsen organisaties als door patiëntenorgani saties worden de risico's voor de do nor aanvaardbaar geacht." De Groninger chirurg hoopt ook in ons land binnen niet al te lange tijd kinderen die op de wachtlijst voor een levertransplantatie staan, met een deel van de lever van een levende donor te kunnen helpen. „Op deze manier hopen we het aan tal levertransplantaties bij kinderen te kunnen verhogen van tussen de 15 en 20 per jaar naar tussen de 20 en 30 per jaar." Het AZG is het enige zie kenhuis in ons land waar levertrans plantaties bij kinderen worden uitge voerd. Levende donoren worden ook steeds vaker ingezet voor levertransplanta ties bij volwassen leverpatiënten. Amerikaans onderzoek, laat zien dat in de periode 1997 - 2000 in de Ver enigde Staten 449 van dergelijke ope raties zijn uitgevoerd: van één in 1997 tot 226 in 2000. Voor volwassen patiënten moet bij een levende donor echter de hele rechter leverlob wor den uitgenomen. Die ingreep is aan zienlijk ingrijpender dan die voor transplantaties bij kinderen. De rechter leverlob omvat meer dan de helft van de levermassa. Een der gelijke uitname is voor donoren niet zonder risico. Van de 449 donoren Foto Jacques Peeters overleed er één en hadden er 65 (14.5 procent) complicaties. Van hen moes ten er 38 weer terug naar het zieken huis, het grootste deel vanwege lek kage van gal. Meer recent, in 2001 en 2002, bleken bij nog drie donoren zo ernstige complicaties te zijn opgetre den, dat twee van hen daaraan zijn overleden en één zelf een levertrans plantatie moest ondergaan. In Groningen wil men eerst de resul taten van het gebruik van levende do noren voor transplantaties bij kinde ren afwachten, alvorens over te gaan op dergelijke transplantaties bij vol wassenen. Toch zijn de complicaties bij donoren bij wie de hele rechter le verkwab wordt weggenomen, kleiner dan verwacht, zegt Slooff. SMSP More&More wil meer: het Duitse kledingmerk gaat uitbreiden. Sinds twee jaar is er een Mo re&More Store in de Kal- verstraat in Amsterdam, en binnenkort vinden we bij zes V&D vestigin gen door het land 'shop- in-shops'. De collecties zijn lekker simpel, met op elkaar afgestemde kleuren en mooie mate rialen. More&More heeft ook kinderkleding en een hoop accessoi res, zoals tassen, schoe nen en zonnebrillen. De shop-in-shops verschij nen in Amstelveen, Den Haag, Haarlem, Rotterdam, Apeldoorn en Breda.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2003 | | pagina 25