Walchers platteland terug naar vroeger Spinnendoder sleept verlamde prooi het nest in Doornroosje is te vroeg gewekt Agenda wordt er rap doorgehamerd dinsdag 15 april 2003 NATUURLIJK ZEELAND De Lepelstraat als voorbeeld De Lepelstraat bij Vrou wenpolder is voor Har- men van de Wal en Claudia Linders hét voorbeeld van het toekomstig Walcheren. Langs die smalle polderweg staat om de tachtig meter een boerderij of huis en daarmee is-ie veel dichter bebouwd dan andere wegen in het bui tengebied. Toch is de Lepel straat een echte landweg. Wie daar fietst, blijft het ge voel houden dat hij midden door het polderlandschap rijdt. Harmen van de Wal van het Rotterdamse bureau Krill (architectuur, stadsontwerp en onderzoek) en Claudia Linders (visie- en projectontwikkeling) praten met groot enthousiasme over de Lepelstraat. Ze roemen de onopvallende, bijna natuur lijke bebouwing en het vele groen. In hun visie kan het voorbeeld van die straat, 'het Lepelstraat principe', op grote delen van Het Lepelstraat-principe vormt de kerngedachte van de bijdra ge 'Alledaags Walcheren' van Van de Wal en Linders aan het symposium Regiospecifieke Ar chitectuur. Tijdens deze bijeen komst, overmorgen in Delft, wordt de vraag gesteld of de re gio als inspiratiebron kan die nen voor eigentijdse architec tuur. Krill keek daarbij naar Walcheren. Het was voor de me dewerkers van het Rotterdamse bureau snel duidelijk dat de op gave niet lag in het ontwikkelen van een regiospecifieke woning, maar in het regiospecifieker maken van Walcheren als ge heel. Daarbij werd Linders ge vraagd te helpen, omdat zij zich onder andere bezighoudt met toerisme. Walcheren wordt steeds meer een regio die lijkt op andere in Nederland, aldus de plannen makers. „De sleutel voor de ont wikkeling ligt in het opnieuw onderscheidend maken." Van de Wal en Linders zijn niet alleen voorstander van het bou wen langs polderwegen. Ze trappen ook een ander heilig huisje om en vinden dat bunga lowparken behandeld moeten Walcheren worden toegepast zonder dat het landelijke ka rakter van het eiland wordt aangetast. Dan is er op de hoog gelegen kreekruggen en het kleiplaatgebied ruimte voor zo'n 1500 extra woningen. Als voor die manier van bebouwing wordt gekozen, naast herstruc turering in de bestaande ker nen, kan er nog jaren worden gebouwd zonder dat het lande lijke karakter van Walcheren wordt aangetast, meent Van de Wal. Wat hem betreft, wordt op het gebied van ruimtelijke orde ning ook niet langer gedacht in geboden en verboden maar in stimuleren. „Geen planologi sche restricties", zegt hij stellig. ,Heb vertrouwen in wat mensen doen." worden naar hun werkelijke aard; als dorpen met reguliere woningen waar zowel perma nent als recreatief gewoond mag worden. Dus weg met de hekken en die paar gecontroleerde toe gangspoorten. Door ze weer aan het wegen netwerk te koppelen, verliezen ze hun gesloten karakter. „Nu lijken het wel Zuid-Afrikaanse townships", spot Linders. Met wat bouwkundige aanpassin gen moet het lukken die woon- parken weer deel te laten uit maken van het Zeeuwse land schap. Boerenbedrijf en toerisme gaan ook goed samen, aldus het duo. In hun visie worden de grote campings opgeheven en de standplaatsen verdeeld over de De Lepelstraat bij Vrouwenpolder. Walcherse boerderijen. Met een groene afscherming rondom gaat op die manier de kampeer- recreatie vrijwel onzichtbaar op in het landschap. De oorspronkelijke grondwa terstanden worden wat Van de Wal en Linders betreft waar mo gelij k weer ingevoerd om na tuurontwikkeling mogelijk te maken. Inheemse flora en fauna krijgen dan weer kansen. Ak kerbouw maakt dan ook plaats voor veeteelt. Het Zeeuwse schaap met zijn karakteristieke zilte smaak zal samen met de weidevogels het landelijke ka rakter versterken, voorziet Lin ders. Als hun project wordt uitge voerd, worden de seizoenen weer volop zichtbaar. Dat is vol gens Linders iets wat met name de stadsbewoner mist en Wal- De PZCsponsort Het Zeeuwse Landschap. In 'Natuurlijk Zeeland' doen medewerkers van deze stichting verslag van wat er speelt in de ■Zpeuwse natuurgebieden: onverwachte vondsten en bijzondere ge- dragingen, kortom, het wel en wee van dieren, planten en padde stoelen passeren wekelijks de revue. En natuurlijk ook de successen ■en mislukkingen in het beheer. De eendenkooi in Anna Jaco- bapolder is uitzonderlijk rijk aan insecten en andere on gewervelde dieren. Op sommige plekken, zoals rond de riet- schermen, krioelt het van de spinnen. En zoals altijd in de na tuur, komen daar dieren op af voor wie spinnen een belangrij ke prooi zijn. Spinnen hebben verschillende soorten natuurlijke vijanden. Zo nestelen in de rietschermen bij de eendenkooi veel potten bakkerswespen. Dat zijn kleine zwarte wespen die broedcellen De eendenkooi in Anna Jacobapolder. foto Chiel Jacobusse metselen binnenin dode riet stengels. In zo'n broedcel wor den verlamde spinnetjes onder gebracht die te zijner tijd dienst moeten doen als voedsel voor de jonge larven van de pottenbak kers wesp Als een nestcel is aan gelegd worden een stuk of acht kleine spinnetjes gevangen en verlamd. Vervolgens wordt er een eitje bijgelegd en wordt de cel dichtgemetseld. Dat gebeurt zo een aantal keren achter el kaar, zodat er een rijtje van nestcellen ontstaat binnen in de rietstengel. Ook een zeer om vangrijke insectengroep, name lijk die van de spinnendoders, heeft zich gespecia liseerd in de kunst van het spin- nenvangen. Eiwitrijk voedsel in de vorm van buitgemaakte spinnen is namelijk het beste voor de opgroei van larven. In de tropen komen veel spin nendoders voor. Wat betreft hun grootte, prachtige kleuren en doderstechniek halen ze de beeldbuis vaak genoeg en niet zonder reden. Toch komen in Zeeland ook spinnendoders voor. Ze behoren wel tot een kleiner formaat en dat is lo gisch, er komen hier ook geen grote spinnen voor. Maar de tac tiek is dezelfde. Eén van de grootste spinnen in Nederland is de kruisspin. Dat er echter heel veel soorten spinnen be staan - in Nederland wel door de zeshonderd - is niet zo bekend. Analoog aan deze aanwezigheid van spinnen is de presentie van spinnendoders. De jongste on derzoeken op dat gebied in Zee land hebben de totale stand van spinnendoders gebracht op een kleine dertig soorten. Er zitten zeldzame exemplaren tussen, die tot op heden niet uit Zeeland bekend waren. De duinen van Schouwen en het natuurgebied de Braakman kunnen bogen op de aanwezigheid van zeldzame soorten. De meer gewone bevolken aller lei biotopen. Vaak zijn zandige steilranden uitstekende plek ken voor bijvoorbeeld de grijze spinnendoders. En wie niet zo ver van huis wil gaan, kijkt in zijn eigen tuin of de glasvleugel- spinnendoder niet daar zijn do micilie heeft gekozen. Even op het tuinpad kijken of zich daar niet toevallig een zwart insect Vanaf vandaag op deze plaats in buitengebied een nieuwe rubriek: Windstreken. Hierin wordt aandacht besteed aan de Zeeuwse mo lens, aan de mensen erachter en aan depositie van de windgemalen in het landschap. Vandaag de eerste aflevering: de molen van Groe nendijk. luchtfoto Peter Buteijn cheren zeer aantrekkelijk maakt voor iedereen die iets heeft met de natuur. Van de Wal is tevreden over 'Alledaags Wal cheren'. Met duidelijk genoegen zegt hij dat in het project niets nieuws staat.,We hebben alleen maar het oude, het karakteris tieke, het echte Walcheren weer z'n plaats gegeven." Emile Calon beweegt op de manier van gril lig half vliegen en half lopen. Grote kans dat de glasvleugel- spinnendoder daar z'n jachtter rein heeft. Het aardige van deze spinnendoder is, dat deze zelf van aarde en speeksel broedcel len maakt. Het zijn kleine onre gelmatige vormpjes, die vaak onder een raamkozijn gestopt worden. Spinnen die het slacht offer worden van deze brutale overvallers worden door deze soort ook nog de poten afgebe ten. Het heft logistieke proble men op bij het transport en de bevoorrading van de cellen. Zulke hoogwaardige technische oplossingen zien we bij onze an dere Zeeuwse spinnendoders minder gauw. Meestal komen ze niet veel verder dan het graven van een kuiltje, waar de buitge maakte spin in wordt gelegd en daarbij een ei. Want ook daarin verschillen de spinnendoder- soorten ten opzichte van elkaar sterk. De een sleept maar een enkele dikke spin aan, de andere doet het met meerdere. Zonder uitzondering worden de spinnen uitsluitend verlamd. Na buitmaking blijven ze nog lang genoeg in leven om bederf tegen te gaan en als larvevoedsel te dienen. De verlamming wordt tot stand gebracht door een zeer uitgekiende steek van de angel in de zenuwbaan van de spin. In Groenendijk staat een meer dan drie eeuwen oude molen die tachtig jaar geleden door adellijke hand is gered. Voor waarde was wel dat het monu ment bijna honderd jaar zou slapen. De molen is de trots van het aan Kloosterzande vastgeklonken buurtschap Groenendijk. Het is een standerdmolen, het aller oudste type windmolen in de Lage Landen. De kast draait om de standerd, die rust op een on derstel van vier dikke balken, dat op zijn beurt steunt op ge metselde muurtjes (teerlingen). Deze houten molens zijn kwets baar. Talloze Zeeuwse exempla ren werden een prooi van wind en vuur. Daardoor zijn de mees te in de loop der eeuwen vervan gen door stenen molens. De naamloze molen van Groe nendijk is waarschijnlijk rond 1690 gebouwd in Oliekot bij Kuitaart. De naam van het ge hucht verwijst er mogelijk naar dat het om een oliemolen ging. In dergelijke werktuigen werd zaad geperst uit kool-, lijn-, raap- en hennepzaad. Om streeks 17 81 is de molen ver plaatst naar Groenendijk, waar hij ging werken als korenmolen. In de jaren twintig van de vorige eeuw luidden de doodsklokken. Naast de molen was in 1911 een stoommaalderij gesticht en de exploitant daarvan wilde van het windgemaal af. Nu woonde in die dagen op Kloosterzande toevallig freule Sara Hendrika (Saar) Collot d'Escury. Deze jonkvrouwe was begaan met de teloorgang van molens en ande re monumenten en zou de molen van Groenendijk redden. Saar had contacten met vereni ging De Hollandsche Molen. Die werd in 1923 opgericht naar aanleiding van de afbraak van een massa poldermolens in de Schermer. Op verzoek van De Hollandsche Molen inventari seerde de freule samen met haar zuster Geertruida Willemina Henriette (Jet) in 1925 en 1926 wat er nog restte aan molens in Zeeuws-Vlaanderen. Ook in 1890, rond de tijd toen de provincie het maximaal aantal molens bereikte, was er een tel ling verricht. Toen wenkten er in de regio 77 wiekenkruisen. De teller van Saar en Jet bleef steken op 36. In ruim dertig jaar tijds was dus de helft al verdwe nen. Saar besloot haar inventarisa tie te boekstaven. Zo verscheen in 1927 De Molens van Zeeuwsch-Vlaanderen, het oudste regionale molenboek van ons land. In 1927 kocht Saar de molen van Groenendijk van J.F. van Wa terschoot. Daarbij is bedongen dat het monument 99 jaar niet mocht draaien, zodat hij de maalderij niet zou beconcurre ren. Freule Saar liet de molen in 1957 na aan zus Jet. Die deed hem twee jaar later voor een gulden over aan de gemeente Hontenisse. De maalderij is nog lange tijd voortgezet door A. van Water schoot (Bertus, in de streek Bèr genoemd), dezoonvanJ.F.Toen de omzet terug liep zocht hij zijn heil in de bouw en liet de maal derij alleen nog maar 's avonds en 's zaterdags draaien. Doornroosje uit Groenendijk is na bijna zestig jaar uit haar slaap gewekt. Na de restauratie van 1983-85 ging de molen nu en dan weer malen. Bertus van Wa terschoot ging in die tijd net in de VUT en had er zijn zinnen op gezet om ooit nog eens te werken met het windgemaal. Daar hij als eigenaar het contract van 1927 in zijn bezit had, werd het concurentiebeding krachteloos. Tegenwoordig brengt vrijwillig molenaar Rudy de Rij k de molen regelmatig in beweging op za terdagen, soms bijgestaan door Piet Roels. De Rijk leerde het vak nog van Bèr van Water schoot, die in 1983 is overleden. Hij is er trots op dat molen 'voor 80 procent' authentiek is. De Rijk hoopt ook op een goede sa menwerking met de nieuwe ei genaar. Dat is de gemeente Hulst, waar Groenendijk sinds 1 januari van dit jaar onder valt. Het zit volgens hem wel goed, want de nieuwe burgemeester heet Mulder. De Rijk: „Een man met zo'n naam moet toch in staat zijn de ambtelijke molens vlot te laten draaien! De biotoop van de molen krijgt van Vereniging De Zeeuwse Mo len een 3 (op schaal 1 tot 5). Dat wil zeggen dat de windvang flink wordt belemmerd door ge bouwen in de nabije omgeving. Willem Staat Ron Brouwer De molen van Groenendijk bij Kloosterzande. foto Peter Nicolai Adrie Albrechtse, Albert Ebbens en Laurens Kamp werken op proefboerderij De Rusthoeve in Colijns- plaat. Op 85 hectare pol- dergrond doen zij, in op dracht van onder meer Zeeuwse boeren, proeven met akkerbouw- en soms tuinbouw gewas sen. 'De Rusthoeve' volgt weke lijks de belevenissen van de mannen van de proef boerderij. De begeleidingsgroep agra risch natuurbeheer heeft zich geïnstalleerd in een van de kamertjes in de portocabine die voor de medewerkers van De Rusthoeve als kantoor dient. De thermosflessen met koffie zijn nog niet opengedraaid, of het hokje blijkt te klein: te Weinig stoelen, te weinig kommetjes en te weinig lucht voor zoveel men sen. De club verhuist, met kof- s fiekannen, kopjes en papieren naar de 'bestuurskamer': de rechtervoorkamer van het boe renhuis dat bij De Rusthoeve hoort en dat bewoond wordt door bedrijfsleider Albert en zijn vrouw. De kachel wordt om hoog gedraaid en de vergade ring kan beginnen onder de be zielende leiding van Aly Wisse. Wie weieens vergaderingen bij woont van overheidsbesturen of samenwerkingsverbanden, kan hier een verademing opdoen. Er wordt niet gezeurd, niet geëm- merd en niemand heeft strepen om op te staan. Toch begeleidt deze commissie een van drie pij lers waarop het werk van De Rusthoeve is gebouwd: het agrarisch natuurbeheer. Naast praktijkproeven in het gewone perenvak en experimenten in dèLiologische landbouw, voert De Rusthoeve ook projecten uit die inkomen voor boeren uit een andere hoèk kunnen genereren. De laatste jaren wordt steeds meer duidelijk dkhcle zorg voor het gewas de zorg vobrMe na tuur niet uitsluit. Integendeel: die activiteiten kunnen elkaar versterken. De begeleidingsgroep, die is sa mengesteld uit boeren, onder wie Albert, een vertegenwoor diging van de Stichting Land schapsbeheer Zeeland (SLZ) en uit vrijwilligers, heeft tot taak initiatieven te ontplooien, geld te zoeken voor de uitvoering en de uiteindelijke resultaten aan de man, of eigenlijk de boer, te brengen. Het gaat overal over. SLZ-ver- tegenwoordiger Arjan de Hul ster heeft een plannetje ge maakt voor twee formele buxusperkjes tussen de leilin den en de drinkput in de voor tuin van De Rusthoeve. De put is nog niet zo lang geleden als streekeigen element op het boe renerf gegraven. SLZ gaat in de gaten houden wat er zich zoal aan leven in vestigt. De buxus- tuintjes zijn ook onderdeel van het streekeigen erf. Aan plant goed gaat het 500 euro kosten, maar de vrijwilligers doen al het werk. D at brengt Aly Wissedie vanuit de Noord-Bevelandse natuur- en ontwikkelingsclub Akkerle ven het voorzitterschap op zich heeft genomen, verzuchten dat ze het bij de provincie nog steeds niet helemaal snappen. „Voor agrarisch natuurbeheer willen we een beroep doen op een sub sidie uit Vitaal Platteland. Die pot is voor dit soort dingen. Maar ze zijn doodsbenauwd dat er een stapeling van subsidies ontstaat omdat De Rusthoeve ook voor heel andere dingen weieens Europese subsidie krijgt." Op de agenda staan de vervaar diging van een folder, deelname aan excursies om af te kijken hoe je bezoekers voor je zaak in teresseert en een film over het agrarisch natuurbeheer op De Rusthoeve. De vrijwilligers zijn bereid om een groeiend aantal bezoekers op De Rusthoeve rond te leiden langs de projecten van de begeleidingsgroep: het streekeigen erf, de natuurvrien delijke oever langs de water gang op de fietsroute Mol-Tol en de akkerranden. Het zijn lang niet alleen boeren die voor een bezoek op De Rust hoeve verwacht worden. De mi- nicampinggasten van de buren staan al in de agenda, de oudste groepen van de Noord-Beve- landse basisscholen komen een keer kijken, alle nieuwe staten leden krijgen een uitnodiging en het is ook nog een keer open dag. Zonder ongezellig te worden, hamert Aly Wisse een lange agenda er in snel tempo door. De kachel wordt laag gedraaid en het gezelschap stapt op. Ieder een barst nog van het werk. Mieke van der Jagt KsSËppS#)

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2003 | | pagina 24