De klassieke spurter sterft langzaam uit
Knaven is klaar
voor het voorjaar
25
donderdag 27 februari 2003
Robbie McEwen wint de Touretappe naar Reims in het voor de Australische sprinter bijzonder succesvolle wielerjaar 2002.
foto Jasper Juinen/ANP
De tijden dat elke overwinning tel
de voor Robbie McEwen zijn
voorbij. Het beste jaar uit de carrière
van de Australische sprinter van Lot
to heeft hem een nieuwe status gege
ven. Met zijn ritzeges in de Tour en de
Giro, de groene trui op de Champs
Elysées en de tweede plaats op het WK
achter de ongenaakbare Cipollini
schaarde McEwen zich onder de gro
ten van het peloton. „Ik blijf het mooi
vinden om een kleine koers te winnen,
maar alles heb ik er niet meer voor
over."
Daarom stapte hij vroegtijdig af in de
Tour Down Under (onwillige knie) en
keerde hij een dag vroeger terug van
de Ronde van de Middellandse Zee.
Het eerste grote doel is nu Milaan-San
Remo, omdat de Omloop Het Volk (za
terdag) iets te vroeg komt in de plan
ning van het voorjaar.
Twee lichte trainingen nog, één laat
ste test en dan zal blijken hoe het met
de vorm is voor zaterdag. „Winnen zit
er nog niet in", denkt hij aan de voor
avond van de eerste grote krachtme
ting op Belgische grond. Het sprintka-
non heeft een valse start gemaakt,
onder meer door een kleine hapering
van het kniegewricht. Bovendien zijn
er, hoe vreemd het ook mag zijn, nog
altijd naweeën van een ongeluk dat hij
jaren geleden op training heeft gehad.
„Ik ben tien jaar geleden omver gere
den dooreen bus en elk jaar zijn er wel
dagen dat ik pijn heb op de plaats
waar ik toen geraakt ben. Dat speelde
vorige week weer even op in de Ronde
van de Middellandse Zee. Ik zat al een
paar dagen scheef op de fiets, omdat
ik met mijn linker-been geen kracht
kon zetten. En ik heb besloten om
maar af te stappen."
Osteopaat
De Belgische osteopaat Jan van de
Velde reist hem in die dagen meestal
achterna om met speciale behande
lingen de geblokkeerde spieren los te
maken. „Hij heeft me in de Tour van
vorig jaar elke dag onder handen ge
nomen. Voor de etappe een halfuur, na
de etappe nog een uur. Zo houden we
het onder controle en kan ik verder
blijven rijden. Vroeger stapte ik bijna
altijd af in een rittenkoers, nu kan ik
door-gaan."
Het heeft alleen de voorbereiding op
het voorjaar iets in de war gestuurd.
McEwen keerde een dag vroeger tei-ug
uit het zuiden dan voorzien en heeft de
training in België een week lang op
een laag pitje gezet. Veel zorgen
maakt hij zich niet over die ontwikke
ling. „Het komt alleen wat later op
gang dan vorig jaar. Toen had ik in de
ze tijd al zes overwinningen op zak."
Voor het gr-ote gevecht met de mon
diale sprinttop zal hij stx-aks wel klaar
zijn. McEwen is beter dan ooit. Het
enige smetje op zijn absolute topjaar
(28 overwinningen) was vorig jaar de
kansloze eindsprint op het WK in het
duel met Cipollini. De Australiër
heeft altijd beweerd dat het gevecht
dat vooraf ging aan de spi-int hem zo
veel ki-acht heeft gekost, dat hij al uit
geteld was voor de laatste jump.
„Het draaide die dag allemaal om de
positie in het wiel van Cipollini. Elke
sprinter wist dat het daar te doen was
Ik heb er kilometers lang met Zabel
om moeten vechten, hard tegen hard.
We kregen bijna slaande ruzie, maar
dat gevecht heb ik gewonnen. Alleen
was i k kansloos toen de spi-int echt be
gon. Cipollini was super, ik niet meer
Ik had te veel moeten geven."
Het wiel van Cipo zal ook dit j aar weer
de ideale plek zijn om een spurt aan te
gaan. McEwen kijkt er al naar uit,
misschien al in San Remo. Hij beseft
ook dat er na Zabel, Cipollini en
Steels een hele nieuwe lichting op
komst is.
De jonge Australiërs Baden Cooke en
Graeme Brown bijvoorbeeld, die wel
worden vex-geleken met zelfmoox-d-
commando's, vanwege de hondsbru
tale manier van spurten.
Netjes
„Met Cooke gaat het al wat beter, hij
kan nu ook netjes spurten", heeft
McEwen wel al ervarenBrown is het
volgens de verhalen uit het peloton
nog lang niet afgeleerd, die gaat iede
re spi-int in alsof het om de WK-finale
keirin gaat. De keren dat hij voor een
gevaaiiijk manoeuvre is gediskwali
ficeerd zijn niet te tellen. En Brown
toont ook geen enkel respect voor an-
dei'en. In Langkawi schold hij een
ploeggenoot uit voor idioot, toen hij in
een levensgevaarlijke sprint in de
hekken was gereden.
Voor McEwen hebben ze weinig ge
heimen. Hij kent niet alleen de tactiek
van de erkende spurters (Cipollini,
Kii'sipuu, Fi-eire, Zabel en Steels),
maar volgt ook de ontwikkelingen
van de jonge generatie sprinters op de
voet. „De Italiaan Petacchi woi'dtmet
het jaar beter en ik hoor van collega's
dat de Sanjaai'den Valverde en Galvez
bij Kelme een snelle progressie ma
ken."
Hij zal ze binnenkort wel treffen, on
der meer in Parijs-Nice, waar McE
wen de klassiekex-s gaat voorbereiden.
„Het is een ideale koers om te schaven
aan de vorm, maar de basis is er al. Ik
heb in Australië eerst wat rust geno
men en daarna in december zo'n drie
duizend kilometers op training ge
maakt." Met zijn pi-ogramma wijkt hij
niet veel af van vorig jaar. Zaterdag
Het Volk, zondag in Kuux-ne, daarna
Pax-ijs-Nice en de klassiekex-s.
„Ik doe net als vorig jaar ook weer
twee grote ronden: de Tour en daar
voor eerst de Giro. Het WK is niet voor
sprinters dit jaar, maar ik heb wel
hoop op 2005. Dan is het WK in Ma
drid en het parkoers schijnt heel vlak
te zijn, net als vorig jaar. Dat is een
meevaller. Ik was er al vanuit gegaan
dat ik die ene kans in Zolder had ge
mist en dat er geen volgende zou ko
men. Het is alleen wel over twee jaar,
dus Cipollini zal er niet meer bij zijn.
Dat is vooi-al een nadeel. Met hem er
bij wordt de wedstrijd gecontroleerd
en hoef je tot de finale alleen mee te
rijden."
Fusieploeg
McEwens ploeg (Lotto) is in wezen
ook sterker dan hij ooit is geweest.
Met Eeckhout, Steegmans, Van Bon,
Van Dijk en Vierhouten heeft de Bel
gische fusieploeg nu ook aardig wat
hardrijders in de gelederen. Dat zal
nodig zijn ook. De klassieke spurter,
die ongezien kan meex-ijden in het
wiel, is aan het uitsterven. Het gaat nu
vooral om organiseren, ondei-weg en
in de laatste kilometex-s, zoals de Itali
anen op het WK voor Cipollini deden.
Ook McEwen heeft nu de gangmakers
om de perfecte spurt te rijden, maar
dat zegt nog niet alles. „Ik kan Cipol
lini alleen verslaan als ik geluk heb en
als alles klopt. De voorbereiding, de
positie en de sprint zelf. En dan nog
moet ik zelf een superdag hebben."
Frits Bakker
De winter lijkt verdrongen. Buiten
is het nog koud, maar het zonne
tje is de voorbode van wat komen
gaat: de voorjaarsklassiekers. „Alles
wat we tot nu toe hebben gehad, is
voorbereiding", zegt Sex-vais Knaven
als hij na drie uur training terugkeert
in zijn woonplaats Meei-le. Samen met
Erik Dekker, Jeroen Blijlevens, Max
van Heeswijk en Tristan Hoffman is
hij er deze ochtend op uitgetrokken.
„Lekker gefietst. Goed getraind ook."
Veel gelachen en gesproken ook on
derweg. „Iedex-een heeft het nu over de
Omloop Het Volk. Het is een mooie,
apai*te koers. Vooral omdat het de eer
ste is van zijn soort. Iedereen zit er op
te wachten. Als je die kunt winnen, zit
je voorlopig goed. Het brengt rust. Je
gaat met een goed gevoel naar de an
dere koersen, want die belangrijke ze
ge heb je al te pakken."
Servais Knaven zegt dat de Omloop
Het Volk een koers is waar hij iets mee
heeft. „Ik heb er bijna altijd korte uit
slagen gereden. De finale kent de no
dige kasseistroken. Daar gebeurt het
vaak en aangezien ik weet dat ik sterk
ben op die kasseisti'oken, ligt zo'n slot
me."
Sleuren
Sinds Knaven twee seizoenen geleden
Parijs-Roubaix won, is hij een inter
nationaal erkend kasseienspecialist.
„De boel uiteen sleuren op de keien
lukt in Parijs-Roubaix beter dan in de
Omloop Het Volk, omdat 'Het Volk' in
wezen geen loodzware wedstrijd is. In
de Franse koex-s kun je vaak in het zog
van de motoren een gaatje slaan. Het
zijn van die dingen die je in de loop dei-
jaren leert. Op de kasseistx-oken moet
je op kop lijden. In de Omloop Het
Volk gaat het vooral om de vlakke,
lange wegen in de finale. Er wordt dan
veel gedemaireerd. Het is mijn sterke
punt om zo vaak mogelijk mee te
springen. Elke ontsnapping kan dé
slag zijn."
Knaven rijdt dit seizoen bij Quick
Step, de nieuwe formatie van Patrick
Lefevere. Diens achttal voor zaterdag
straalt kasseikracht uit met onder
andex-en Johan Museeuw (winnaar
2000), Frank Vandenbroucke (win
naar 1999), Paolo Bettini, Tom Boo-
nen en Servais Knaven. „Zo'n in de
bx-eedte sterke formatie is voor mij al
leen maar gunstig", vindt de Neder-
landei'. Renners als Museeuw, Van
denbroucke en Boonen kun je beter
aan je zijde hebben dan dat je er tegen
moet koersen.
Voorbereiding
De bijna 32-jarige Knaven is bij Quick
Step een vaste waarde voor de voor
jaarsklassiekers. Zijn voorbex-eiding
is er ook al jaren op afgestemd. „Van
wege de geboorte van Senne (zijn
tweede kind en dochter) eind januari
werd het deze winter wel een andere
voorbereiding. In heb er een trai
ningskamp voor laten lopen en in die
week heb ik vijf van de acht dagen niet
op de fiets gezeten. Hoewel je uit tes
ten weet dat het goed zit met de condi
tie, word je daar toch wel nerveus van.
Het deed me dan ook goed dat ik kort
daarop in de Ronde van Qatar een
etappe won. Niet alleen trouwens
vanwege de vorm. Twee dagen na de
geboorte van Senne moest ik alweer
naar de koers. Dan thuis te komen met
een ovei-winning op zak, voor haar, is
een emotioneel iets."
Renners overwinteren vaak op hun ei
gen manier. „Ik werk niet met strakke
schema's. Ik doe het naar eigen in
zicht. In je tiende prof jaar weet je on-
dexdussen wel wat te doen. Erik Dek
ker (zij n dorpsgenoot met wie hij vaak
traint) heeft wel van die schema's. Het
mooie is dat wat hij doet en wat ik doe,
grotendeels ovei-eenkomt."
Knaven neemt na het seizoen amper
afstand van zijn fiets. „In de herfstva
kantie zijn we met Britt (de oudste
dochtex-) een dagje naar Plopsaland
geweest. Dat was het wel zo'n beetje.
Daarna nog het vrijgezellenfeest van
Andx-eas Klier en even later zijn brui-
loft. Daarna ben ik alweer begonnen
met de training voor het nieuwe sei
zoen. Na al die jaren heeft het mijn
voorkeur om de periode van niets
doen niet te lang te maken. Van fysiek
niets doen dan. In mijn hoofd neem ik
wel meer rust uiteraax-d. Het voordeel
van die korte pauze is dat je daarna
vrij snel en ontspannen de zaak kunt
oppakken. Ik zit die periode vier keer
in de week op de fiets en heb dus alle
tijd om andere dingen te doen. De eer
ste testen begin december toonden
aan dat ik even ver was als in andere
jaren in januari. Dat stelde me gerust
met het oog op de nadei'ende beval
ling." Winterti'aining betekent voor
Knaven vooral 'afwisseling'. „Ikci'oss
in het bos, zit drie keer per week in het
fitnesscentrum, doe krachttraining
op de fiets, fiets af en toe op de baan en
werk mijn eigen 'blokkentraining' af
op de rollen." Die blokkentraining
houdt in dat hij in blokken van onge
veer tien minuten tekeergaat op de
rollen. Het is een intervaltraining, die
de basis is van veel opbouwschema's.
„Met een groepje renners werk je tus
sendoor aan de duuilraining. Door af
wisselend op kop te fietsen, rijd je van
de vijf uur dan twee uur in de gewen
ste zone. Dat wil zeggen dat je tien
hartslagen onder je omslagpunt rijdt.
Ook dat komt neer op wat andex*en het
'trainen in de hoge hartslagen' noe
men."
Zaterdag begint tussen Gent en Loke
ren eindelijk het echte werk. „Eigen
lijk is 'Het Volk' een heel rare koers",
stelt Knaven. „Nu heeft iedereen het
er al weken over, maar als je over een
tijdje terugkijkt, denk je: hoe kan het
dat we ons zo druk gemaakt hebben
over die koers? Als je het goed be
schouwt, stelt de Omloop Het Volk
weer weinig voor ten opzichte van Mi-
laan-San Remo, de Ronde van Vlaan
deren en Parijs-Roubaix. Maar het is
de eerste hè."
Ad Pertijs
Servais Knaven, Erik Dekker en Max van Heeswijk (vlnr) voeren het Nederlandse trainingsgroepje aan. Rechts Tristan Hoffman en Jeroen Blijlevens.
foto Ben Steffen/GPD