Wie video
kijkt vindt
de dood
Je loopt elke keer opnieuw met jezelf te koop
PZC
Mowgli keert eindelijk
terug naar de jungle
The Ring
Amerika schiet graag
Piet Römer in Festen
e horrorfilm The Ring is een remake van het
Japanse origineel 'Ringu', die in 1998 gemaakt
werd, maar bij ons niet in de bioscoop verscheen.
Kenners van het genre beweren dat in de Japanse
filmcultuur horror in hoger aanzien staat dan in het westen
en het land er een, zeg maar, meer natuurlijke
voedingsbodem voor heeft. Het zal eerder te maken hebben
met het feit dat iets uit een vreemde cultuur sneller gek,
bedreigend, misschien zelfs angstaanjagend overkomt.
vrijdag 21 februari 2003
Wie de bejubelde film 'Rin
gu' niet gezien heeft, moet
uitsluitend afgaan op de Ameri
kaanse remake van regisseur
Gore Verbinski. Deze schijnt
een vrij letterlijke kopie ge
maakt te hebben met in ieder
geval hetzelfde basisgegeven:
een videotape met dodelijke ge
volgen voor wie het lef heeft om
er naar te kijken. In de film zijn
dat om te beginnen vier stoute
tieners die precies op hetzelfde
tijdstip onder zeer mysterieuze
omstandigheden overlijden.
Een journaliste ontdekt al snel
het verband. Tijdens een spij-
belweekendje hebben ze in een
afgelegen houten vakantiehuis
je naar de bewuste video zitten
kijken. Na afloop kregen ze een
telefoontje met de mededeling
dat ze zeven dagen later zouden
sterven. En aldus geschiedde
met dodelijke precisie.
In onze goed beschermde wer
kelijkheid is iedere videohoes
keurig voorzien van een mooi
Kijkwijzer-icoontje. Dit geeft
keurig aan wat voor type film
Scène uit de horrorfilm The Ring.
het is en voor welke leeftijd hij
geschikt wordt geacht. De do
delijke band uit The Ring heeft
geen hoes, blijkt op niet traceer
bare wijze opgenomen te zijn en
is bijna een soort levend orga
nisme. De beelden die erop
staan krijgen we snel te zien en
zijn gek genoeg allerminst hui
veringwekkend. Ze lijken zo te
zijn ontsproten aan het surrea
listische brein van iemand als
Luis Bunuel of Salvador Dali.
We zien zwart-wit beelden van
bijvoorbeeld een zwevende trap
in een verder lege ruimte, een
spiegel met een vrouwenhoofd
en kronkelende lichamenHet is
hoogst onwaarschijnlijk dat de
gemiddelde puber die tape tot
het einde toe uitkijkt, maar daar
gaat het in horrorfilms natuur
lijk niet om.
Rachel Keller is een doortasten
de journaliste die een lange
speurtocht begint naar de her
komst van de beelden. De van
origine Australische actrice
Naomi Watts speelde in 'Mul-
holland Drive' wel een ijzing
wekkend sterke rol, maar ze
heeft een te beperkt palet aan
blikken die verbazing, verbijs
tering of verwarring moeten
uitdrukken om een hele film
lang te blijven boeien. Haar ze
ven dagen durende race tegen de
tijd en de naderende dood is ook
niet elke dag even spannend en
opwindend.
Het tempo is opvallend traag
voor een Amerikaanse film en
van echte horror is pas in de al
lerlaatste beelden sprake. Al die
tijd vreest ze niet alleen voor
haar eigen leven, maar ook voor
dat van haar zoontje. Dit pien
tere baasje is bijna vanzelfspre
kend paranormaal begaafd.
Met zijn priemende blik en on
gezond volwassen gedrag is hij
eigenlijk het engste persoontje
uit de hele film.
Frangois Stienen
The Ring: regie Gore Verbinski, met
Naomi Watts, Martin Henderson en
Brian Cox, te zien in Cine City Vlis-
singen en Cinemactueel Bergen op
Zoom.
Tegenwoordig volgt een se
quel meestal vrij snel nadat
het eerste deel succesvol en lu
cratief is gebleken. De reden
waarom het Disney-concern zo
lang gewacht heeft met een ver
volg op 'één van Disney's mooi
ste animatiefilms aller tijden',
zoals ze zelf pronkend stellen, is
onbekend. Misschien uit piëteit
tegenover mister Walt Disney
himself, die zelf als supervisor
optrad bij 'The Jungle Book',
niet wetende dat het de laatste
keer voor hem was.
De tekenfilm 'The Jungle Book'
stamt al uit 1967 en zal vooral
bij de ouders van de huidige
doelgroep nostalgische herin
neringen oproepen. Het verhaal
van Mowgli die als baby op
groeit in de jungle werd oor
spronkelijk bedacht door de
Engelse schrijver Rudyard Kip-
ling.
Jungle Boek 2 gaat verder waar
deel 1 (uit 1967) ophield.
Mowgli's vrienden in de jungle
zijn natuurlijk opnieuw Baloe
de goedmoedige beer, kolonel
Hathi, de ietwat norse maar al
tijd behulpzame olifant en zijn
troepen en tot slot Bagheera, de
oude wijze tijger.
Jungle Book 2 (in de Nederland
se versie heet hij Jungle Boek 2)
gaat verder waar deel 1 ophield.
Mowgli woont in een mensen
dorp met Indiërs, die in het ori
gineel een soort koloniaal En
gels babbelen. Mowgli haalt
hoofdzakelijk kattenkwaad uit,
samen met zijn vriendje, de klei
ne Ranjan. Ook Shanti, Mow
gli's vriendinnetje, struint er
rond, maar de twee zijn aanvan
kelijk niet zo lief tegen elkaar
als vroeger. Hun amoureus ge
tinte vitterijen keren de hele
film door terug en maken een
misplaatste en belegen indruk.
Het leventje in het dorp lijkt
aangenaam maar Mowgli mist
de jungle. Of zoals zijnaangeno-
men vader het formuleert: 'Je
kunt hem wel uit de jungle ha
len, maar de jungle niet uit
hem.' Ook Baloe mist zijn oude
speel- en zangkameraad en op
een goede dag gaat het levens
lustige tweetal gewoon weer op
pad, onverwachte avonturen te
gemoet.
Alle dieren uit het origineel ke
ren terug. Shere Khan, de grote
boze tijger, wil natuurlijk
wraak nemen, de hitsige slang
Kaa aast weer op een lekker
brokje mensenkind en de aas
gieren lopen te zieken en te zei
ken als vanouds.
Er wordt ook in dit tweede deel
natuurlijk weer volop gezon
gen, inclusief de klassieker 'Ba
re Necessities', die 35 jaar gele
den goed was voor een Oscar
voor beste song.
Frangois Stienen
Jungle Boek 2: regie Steve Tren-
birth, met in de Nederlandse versie
onder andere de stemmen van Fabi
an l'Honore Naber, Peter Blok en
Jules Croiset, te zien in Cine City
Vlissingen en Roxy Bergen op
Zoom.
De film Bowling For Colum
bine moet het goed kunnen
redden in het bioscoopcircuit,
want van Michael Moore's on
derzoek naar vuurwapenge
weld in Amerika leer je niet
alleen een hoop, er wordt ook
volop drama geboden met een
forse dosis bijtende humor. De
film won vorig j aar november de
Publieksprijs op het Internatio
nal Documentary Festival Am
sterdam.
Aanleiding voor Moore's expe
ditie was de schietpartij van 20
april 1999 op de Columbine
High School in Littleton, Colo
rado, waar twee tieners twaalf
medeleerlingen en een docent
doodschoten. Moore ontdekte
dat vooraf aan het bloedbad de
twee daders eerst nog een par
tijtje waren gaan bowlen. Het
gebeurde op dezelfde dag dat de
Amerikanen tijdens de oorlog in
Kosovo hun zwaarste bombar
dement uitvoerden op Servië.
Michael Moore houdt ervan pi
kante links te leggen. De crux
van zijn hele betoog is dat de
voortdurende agressie waarmee
de Verenigde Staten gewend
zijn hun buitenlandse belangen
te verdedigen, niets anders is
dan een schaalvergroting van de
neiging bij Amerikaanse bur
gers om ook in onderlinge con
flicten snel naar vuurwapens te
grijpen. En in de meeste geval
len zijn de excessen regelrecht te
herleiden tot angst: angst iets te
verliezen, angst voor verande
ring, angstvoor alles dat afwijkt
van de eigen cultuur en de eigen
normen.
In Bowling For Columbine
zoekt Moore ook naar andere
factoren waarvan vaak wordt
beweerd dat ze aanzetten tot ge
weld: ophitsende heavy metal-
muziek, gewelddadige films en
videospelletjes. Maar dat zijn
zaken die je net zo goed tegen
komt in Engeland of Canada.
Toch vinden er per jaar in Enge
land slechts 68 moorden met
vuurwapens plaats en in Cana
da 165. tegenover 11.127 in de
Verenigde Staten, hetgeen een
verbijsterend hoog cijfer blijft
ook als je het veel hogere inwo
nertal van de VS in aanmerking
neemt.
Op excursie over de grens ont
dekt Moore dat Canadezen zel
den gewend zijn hun deuren af
te sluiten. En dat daar de media
ook veel minder aandacht heb
ben voor thema's als veiligheid
en geweld. Canadezen, ook al
hebben ze zeven miljoen gewe
ren in omloop, zijn gewoon meer
relaxed en minder hysterisch
dan hun zuiderburen.
Moore vraagt zich af: „Zijn wij
een natie van vuurwapen-gek
ken of zijn we gewoon gekken?"
Diep duikt hij de nationale his
torie in om een verklaring te
zoeken. Amerika moest
«5
veroverd worden op deinde,
en die werden nr"- -
roeid. Om de plantages in
zuiden te bewerken, werden^
ven geïmporteerd en om fel
eronder te houden had je
wapens nodig. Om aandie^
toestanden een einde te maker
was een burgeroorlog noodzj
kelijk. En zo gaat het verder.to
het moment dat Moore kan vast.
stellen dat Amerika het enb
land ter wereld is geweest 4
ooit met atoombommen heelt
gegooid en nog altijd kernwa
pens gebruikt om de rest vand
wereld in bedwang te houden
Maar ook in eigen huis heen
nog steeds de wet van de jund
Ongebroken is nog altijd',
macht van de National RifleAs-
sociation, met Charlton Hest®
als president, die het recht a
particulier vuurwapenbezit-#
hand en tand verdedigt. Maak
een persoonlijke confrontatie
presteert Moore het toch oa~s
paar forse deuken in Heston
prestige te schoppen.
Nergens elders in de west®
wereld wordt de 'struggle lor!
fe' zo spijkerhard uitgevocht!
als in Amerika en zijn tegel:
kertijd de sociale voorziend
gen, voor wie buiten de mat
valt, zo pover. En nergenselda
ter wereld bestaat het fenomee
dat we gedemonstreerd knjge
in de openingsscène van Bott
ling For Columbinewie eenre,
kening opent bij een bankopfe
platteland, krijgt een geivs
cadeau. Met trots wordterdcc
een employee op gewezen
een klant vrijelijk kankiezenui
vijfhonderd vuurwapens.
En kogels koop je gewoonbijdi
supermarkt. De schutters va
Columbine kochten hun muni
tie bij een filiaal van K-Mar
Moore gaat er heen met
jongens die het bloedbad hé
ben overleefd om statiegè
voor de kogels te vragen,"
krijgen ze niet, maar een
dagen later wel de belofte'
K-Mart in de toekomst geenpj
tronen meer zal verkopen.
Dat is wel het minste watMoa
met zijn film tot stand heeft gr
bracht. Plus dat hij er onsuitsü
kencl mee weet te amuseren!
royaal stof biedt om over dooi
denken. Want het fenomeen^
de schietgrage scholieren is e;
meer exclusief Amerikaan
Moore noemt in zijn film Dl
"land als een land waar zuli
dingen nooit gebeuren. Ma:
sinds de zestien doden in Erfia
april vorig jaar, klopt die stc
ling niet meer.
Pi'eter van Lieroa
Bowling For Columbine: regie N
chael Moore, te zien in Cinema
eel Bergen op Zoom.
Regisseur Michael Moore in de documentaire Bowling For Columbine.
Weinigen zullen het Piet Römer nadoen:
een halve eeuw aan het toneel en op z'n
74ste nog energiek en enthousiast blijven
doorspelen. Zoals momenteel in het door
Willem van de Sande Bakhuyzen geregis
seerde Festen, een theaterversie van de ge
lijknamige, spraakmakende Deense film.
Gevolgd door een nieuwe reeks tv-opnamen
van de politie-serie 'Baantjer', straks in
mei.
Stoppen met werken om voortaan vrijelijk
van het leven te genieten, daar heeft hij nog
niet zo'n trek in. „Als je wacht tot je oud
bent met het genieten van het leven, dan ben
je te laat. Dat moet je doen, zodra je geboren
bent." Daarbij huldigt hij het standpunt:
„Zolang je kan en wil werken, moetje door
gaan. Vooral wanneer het, zoals bij mij, te
gelijkertijd je hobby is. Er zijn mensen die
beginnen al op hun veertigste te voelen dat
ze oud zijn. Waarom zou je dus iets afmeten
aan een bepaalde leeftijd? Ik doe nu mis
schien wat langer over bepaalde dingen.
Door die ouderdom verstijf je wat meer,
maar dat geeft toch niet?"
Toneelspelen ervaart hij doorgaans als leuk.
Desondanks is van hem de uitdagende uit
spraak: 'Toneelspelen, een intellectueel be
roep? Nee, het is een hoerenberoep!' „Dat is
toch zo", bevestigt hij dit laconiek. „Je loopt
immers elke keer opnieuw met jezelf te
koop."
De tegenwerping dat er genoeg acteurs zijn
die uit hoogstaande artistieke en intellectu
ele aspiraties in hun vertolking tot op de bo
dem gaan en daar soms zelfs overspannen
van raken, ontlokt bij hem een spottend
lachje. „Het is nooit verstandig om tot op de
bodem te gaan. Het moet wel voor jezelf be
heersbaar zijn, wat je doet. Het is spelen
hoor! Het is geen persoonlijke hysterie!
Geen eredienst! Het is toch belachelijk om
bijvoorbeeld in een sterfscène zo emotio
neel op het toneel te gaan staan, dat je daar
na drie dagen je brood niet meer door je strot
kan krijgen. Dan ben je toch niet meer met
toneelspelen bezig!
Hij geeft toe ook wel eens vreselijk in zak en
as te hebben gezeten vanwege het gevoel dat
hij een rol niet optimaal in de vingers had.
Zo serieus en zwaartillend is ook hij dus met
dit metier bezig, maar dan nog stelt hij
droogjes: „Als dat te vaak gebeurt, dan zou
ik zeggen: probeer eens een ander vak."
Veranderen van beroep, dat heeft hij vanaf
zijn veertiende in zijn jonge jaren dikwijls
gedaan. Uiteenlopend van bediende in een
comestibleszaak tot leerling banketbakker.
Toen hij zich in 1952 op zijn 24ste aanmeld
de bij de toneelschool in zijn geboorte- en
woonplaats Amsterdam was hij al getrouwd
en vader van drie kinderen. Dat hij reeds
enige tijd meespeelde bij de amateurvereni
ging De Lekenspelers maakte op Willy Pos,
de toenmalige directeur van de toneel
school, weinig indruk gezien het ontraden
de advies: 'Jongen, waar begin je aan. Je
bent getrouwd, je hebt geen opleiding, be
halve de lagere school. En wat weet je nou
van toneel?'
Piet Römer realiseerde zich dat het een grote
en riskante stap was. „Ja, maar ik ben er ge
woon aan begonnen. Het is een beetje mijn
karaktertrek: niet teveel wikken en wegen.
Gewoon doen. We zien wel wat er van komt.
Ik heb het wel goed overlegd met mijn
vrouw. We wisten dat ik tijdens die oplei
ding geen makke zou verdienen en het dus
armoe werd."
Sigrid Koetse en Ramses Shaffy zaten bij
hem in de klas. Toneeliconen als Ank van
der Moer en Han Bentz van den Berg waren
aan die schoolverbonden. Na drie maanden
moest Piet Römer het daar voor gezien hou
den. „Natuurlijk was dat een vreselijke
dreun voor me. Ik heb toen een maand of
acht gewerkt bij de Witte Vogel, een jeugd-
ensemble in Den Haag. Echt voor een scheet
en drie knikkers. Maar ik moest toch wat.
Toen dat gezelschap over de kop ging, solli
citeerde ik in 1954 bij een ander jeugdgezel-
schap, bij Puck. Voor 'Jacht op een ponnie',
een stuk van Mies Bouhuys, hadden ze wat
mensen nodig. Daar heb ik auditie voor ge
daan. Ik geloof dat bij de artistieke leiding
de tanden uit hun bek vielen. Zo stond ik te
hijgen en te schreeuwen en te zweten voor
die rol van zigeuner. Het sloeg helemaal ner
gens op. Omdat er al snel gerepeteerd moest
worden en ze niemand anders hadden, be
sloten ze om in godsnaam maar die Piet Rö
mer te contracteren."
Later maakte hij zeventien jaar deel uit van
Toneelgroep Centrum. De meningsverschil
len met artistiek directeur en regisseur Pe
ter Oosthoek liepen op een gegeven moment
zo hoog opdat Piet Römer besloot daar weg
te gaan. „Ik heb in zijn regie hele mooie rol
len gedaan, maar op een gegeven moment
klikte het niet meer.
Piet Römer muntte vooral uit in stukken
van Harold Pinter. In tal van andere voor
stellingen uit het klassieke en moderne we-
reldrepertoire bij diverse gezelschappen
bleef hij evenmin onopgemerkt. Toch heeft
hij zijn grote populariteit en naamsbekend
heid te danken aan het lichtere genre en met
name via de televisie. 'Stiefbeen en zoon',
met Rien van Nunen als de oudere vodden-
boer, dat in de jaren zestig alleen nog maar
in zwart-wit als tv-serie werd uitgezonden,
was de opmaat tot favoriete Bekende Ne
derlander. Dit werd naderhand versterkt
door een andere televisie-hit: 'Het Schaep
met de Vijf Pooten' met Adèle Bloemendaal
en Leen Jongewaard. 'Citroentje met sui
ker' scoorde eveneens ongekend hoge kijk
cijfers. Evenals de laatste jaren 'Baantjer'.
„Het liefst heb ik, dat al die mensen mij ook
zouden kennen van die andere theaterrol-
len. Maar er kijken nu eenmaal veel meer
mensen naar de televisie, dan naar toneel in
de schouwburg. Bekende Nederlander zijn
is soms ook knap lastig en irritant. Je hebt
toch minder privacy. Ik ben niet aan het to
neel gegaan met het verlangen om beroemd
te worden. En in die beginperiode van de te
levisie werkte je aan die programma's mee
voor wat meer beleg op de dagelijkse boter
ham, en niet doelbewust voor de roem. An
derzijds is het altijd leuk, wanneer mensen
laten blijken dat ze je aardig vinden en dat
ze van je werk hebben genoten."
Voordat hij beroepsacteur werd, heeft Piet
Römer begin jaren vijftig als inspeciënt ge
werkt bij de Utrechtse Opera onder leiding
van Carel Birnie. In zijn recent verschenen
boek Laat het paard maar bovenkomen vol
persoonlijke anekdotes vertelt hij hierover:
'Geen idee wat dat was, inspeciënt. Later
bleek dat ik me moest bezighouden met de
technische zaken, zoals het decor, het licht,
noem maar op. In de schouwburg van
Utrecht. Omdat ik niet elke dag op en neer
kon reizen, sliep ik daar ergens op een zol
der. 's Middags kookte ik dan een pot eten
voor de solisten, dat waren de zangers. Een
stuk of vier. Kookte ik een stamppot in een
afwasteiltje en na de repetitie kwakte ik dat
op hun bordjes en gingen we eten. Ja, meer
hadden we ook niet.' Piet Römer heeft wet
zonen en een dochter. De zonen en inmiddels
ook twee kleinkinderen hebben voor hel
theater gekozen. „Natuurlijk vind ik het
leuk dat ze aan het toneel zijn. Vooral oo»
omdat ze het daar goed doen. Maar van mij
moesten ze dat echt niet. Als ze tramcon
ducteur hadden willen worden, hebben ze
evengoed mijn zegen gehad."
In de voorstelling Fes ten gaat het om eenfa
miliereünie ter gelegenheid van de zestigste
verjaardag van de pater famïlias die door
Piet Römer wordt uitgebeeld. Wat als eea
feestelijk samenzijn is bedoeld, ontaardt ia
ontregelende en schokkende confrontaties.
Zijn er elementen in het gegeven die hij uil
eigen familiekring herkent? Als dooreen
wesp gestoken reageert Piet Römer op deze
vraag met een heftig: „Nee, absoluut niet-
Vervolgens olijk lachend: „Ik heb, zoals in
dit stuk, nog nooit een van mijn kinderen
verkracht. Indertijd heb ik een SS-er ge
speeld en die kwam ook niet bij ons in defa-
milie voor. Theater is het leukst als jedmgen
moet spelen, die heel ver van je bed zijn.
Daarentegen vind ik niet dat je kuntzegg®
die en die rol wil ik niet, want het staat te
dicht bij me. Toneelspelen is in dekernge-
woon een vak. Los van al dat rare modieuze
gepsychologiseer tegenwoordig. Daarom
houd ik niet van acteurs. Ik houd van kom®*
dianten."
Max Smitn
Festen met, Piet Römer: di. 25febr. Stadsschol^'
burg Middelburg (20.00 uur) en wo. 26febr.Scht'
detheater Terneuzen (20.00 uur).
Piel Römer: Laai het paard maar bovenkom®
Uitgeverij Bert Bakker Amsterdam, KW