Musical is goed voor emoties Het leven verandert al snel in een tranendal PZC Nicholson on sympathie]; en onweerstaanbaar Spielberg lekker lichtvoetig; Richard Gere in Chicago Moonlight et de musicalfilm Chicago opende gisteren het Festival van Berlijn, volgende week is Nederland al aan de beurt. Het betreft een spetterende, door Rob Marshall geregisseerde bewerking van de gelijknamige Broadway-hit. Renée Zellweger en Catherine Zeta-Jones spelen twee moordenaressen die van de galg moeten worden gered door Richard Gere als een aalgladde advocaat die perfect de media bespeelt. vrijdag 7 februari 2003 Als 11 februari de lijst met Oscarnominaties wordt be kendgemaakt zal daarop gega randeerd Chicago veelvuldig vermeld staan. De 53-jarige su perster Richard Gere - nog altijd het meest fameus vanwege 'Pretty Woman- heeft nog nooit een Oscar gewonnen, maar zijn eerste Golden Globe heeft hij nu op zak. Tot zijn eigen verbazing dus voor een rol waarin hij danst en zingt. Want ook al stond hij in de jaren zeventig op de planken in een Londense productie van Grease, musicals hebben eigen lijk nooit zijn interesse gehad. „Toen ik een jochie was, draai den mijn ouders nogal eens pla ten uit het showgenre. Zo ving ik wel eens iets op uit West Side Story en The Sound of Music. Bepaalde liedjes blèrde je mee, maar veel liefde had ik er niet voor. En eenmaal volwassen, raakte de musical mij helemaal niet meer. Singin'InTheRainen Cabaret vond ik goede films. Daar bleef het bij. Op de mid delbare school had ik meege daan aan een uitvoering van The King And I, zonder daar veel eer mee te hebben ingelegd. Nou ben ik wel zo'n type dat re gelmatig zingend en dansend door het huis gaat, daar kunnen mijn vrouw en kinderen over meepraten. Maar tapdansen was iets wat ik nog nooi t had ge daan en dat heb ik met veel schade en schande onder de knie moeten krijgen." Hij heeft er vier maanden lang verschrikkelijk hard aan moe ten werken. ,,Met de hemel-zij- dank een geweldige leraar. Het was zo inspannend dat ik het nooit langer dan anderhalf uur kon volhouden en dan voelde ik me gesloopt. Het is net zo zwaar als boksen. Binnen vijf minuten gutst het zweet van je hoofd. En je ervaart het als vernederend wanneer je merkt dat je vanuit je hersens geen macht hebt over je voeten. Je dacht dat het wel zo was, want je gebruikt je voeten al je hele leven immers. Maar bij tapdansen gaat het over itsy- bitsy-teeny-weeny-precieze kleine dingetjes. Je voeten wei geren te gehoorzamen. Het duurt heel lang voor het een beetje gaat lukken en nog langer voor je er ook lol aan beleeft." Actueel Als een toneelstuk over 'moord en media-manipulatie', ge schreven door rechtbankver slaggeefster Maurine Watkins onder de titel The Brave Little Women, ging de oerversie van Chicago in 1926 in wereldpre mière. Dat het thema actueel is gebleven werd nadien wellicht het beste bewezen tijdens de rechtszaak tegen O.J. Simpson. De musical schildert de pers af als een meedogenloos roofdier met niet te stillen honger. Ri chard Gere zegt dat hij wel iets van die dynamiek kan herken nen, zonder dat hij er tegen woordig nog al te veel last heeft. „Journalisten en beroemdhe den vormen een symbiose. Ze hebben elkaar nodig, Het is een spel dat je moet leren begrijpen en beheersen. Ik weet dat jullie zullen proberen zo veel mogelijk over mijn privé-leven te weten te komen. En jullie weten dat ik zal proberen daarover zo weinig mogelij klos te laten. Verder voel ik met niet zo kwetsbaar voor journalisten omdat ik weinig belang hecht aan mijn faam. Be roemd-zijn heeft voor mij nooit betekenis gehad. Ik ben niet bij de film terecht gekomen omdat ik beroemd wilde worden. Pri maire drijfveer was creatief kunnen zijn. Dat ik vervolgens een grote motor zou kunnen ko pen, lokte me als een prettige bijkomstigheid. Geld trok me echt wel aan, evenals de meisjes. Maar faam zei me niets en kan me nog altijd gestolen worden." Ironie Er zit in de film ergens de frap pante uitspraak dat de amuse mentssector de enige business is waar het er niet toe doet als men elkaar haat. Het is een uitspraak die we volgens Gere niet serieus mogen nemen. „Het is ironie, niet iets wat ik herken. Ik ben het zelf nooit tegengekomen, dat idee dat je bijvoorbeeld een film zó graag wilt doen dat je voor lief neemt om samen te werken met mensen die je haat. Ik heb wel eens meegemaakt dat een tegenspeler blijkbaar de pest had aan mijn persoon, maar niet het omgekeerde. Ik haat niemand. Haat is een negatieve energie die niets positiefs kan opleveren. Je kunt wel ontzet tend kwaad worden met een specifieke aanleiding. Dan dient er een oplossing voor te worden gezocht en dan moet je eerst je woede neutraliseren. Want woede bevestigt je alleen in het eigen gelijk en maakt Richard Gere en Renée Zellweger in Chicago. voor ook nog andere bedreigde volkeren in de wereld. „Het vreet tijd en energie", bekent de acteur die het afgelopen jaar ook nog kans zag hoofdrollen te spelen in 'The Mothman Pro phecies' en 'Unfaithfull' en zich tussendoor in de echt liet ver binden met actrice Carey Lo well. Eerder, van 1991 tot 1995, was hij gehuwd met supermodel Cindy Crawford. Gere beschouwt zichzelf als een romanticus en zegt ook om die reden een voorkeur te hebben blind voor het eventuele gelijk van de ander. Je moet bedenken dat je woede voortkomt uit een misverstand. En dat is meestal ook zo." Het is een inzicht dat Gere ont leent aan zijn geloof in Zen boeddhisme. De Dalai Lama is een persoonlijke vriend van hem en de Hollywoodster steekt veel van zijn geld en tijd in steun aan de door China verdrukte Ti- betanen. Via vier afzonderlijke stichtingen neemt hij het op voor een barokke gepassioneer de musicalfilm als 'Moulin Rou ge' van Baz Lührmann boven een bijna ascetisch en volgens hem 'typisch Scandinavisch' werkstuk als 'Dancer In The Dark' van Lars von Trier. „Wat ik aan die laatste film dan wel erg goed vond, naast het fabu leuze optreden van Björk, is de integratie van de muziek in het drama, als directe gemoedsuit storting. En dat is wat me ook zo bevalt aan Chicago. Musicals als toneelstukjes waar om on verklaarbare redenen mensen ineens liedjes gaan zingen, die vind ik verschrikkelijk. Maar in Chicago worden emoties opge zweept tot een intensiteit die het logisch maakt dat het via zang, muziek en dans tot expressie moet worden gebracht. Dan wordt drama er niet door lam gelegd maar versterkt. En al leen dan vind ik de musical een interessante kunstvorm." Gere ziet wel enige verwant schap tussen de musicals Chica go en 'Cabaret'. „Via het type muziek dat je hoort en de grim mige ondertonen van het ver haal. Ze spelen ook beide in de jaren twintig. Het grote verschil zit dus in de structuur van het drama. 'Cabaret' was gebaseerd op de verhalen van Christopher Isherwood en was literair en psychologisch sterk uitgewerkt. Chicago zit heel anders in el kaar. Hier was geprobeerd het verhaal open te breken. Toen we er een film op wilden baseren waren we zelfs genoodzaakt het traditionele concept weer enigszins te herstellen om het publiek mogelijkheid tot identi ficatie te kunnen bieden en sus pense te creëren. Daarvoor was het zelfs noodzakelijk een heel nieuwe tweede en derde akte te bedenken." Gere's rol in het swingende Chicago van de twenties doet ook enigszins denken aan zijn optreden in Coppola's 'The Cotton Club', waar jazz en gangsterdom wer den gecombineerd. Maar dat was toen toch makkelijker voor hem geweest. „In The Cotton Club was ik zelf een musicus en bespeelde de cornet. Nou, dat was iets wat ik al kon. Dat in strument beheerste ik. Het ging om muziek waarin ik thuis was en die ik geweldig vond. Louis Armstrong heeft de trompet bij wijze van spreken uitgevonden en Miles Davis maakte het cool." Alles vreter Als zijn grootste muziekidolen noemt Gere intussen toch Van Morrison en Bob Dylan. „Maar eigenlijk ben ik een allesvreter en kan net zo hard genieten van bluegrass, Bach, Braziliaanse muziek, Mozart en Bulgaarse vrouwenkoren. Ik ben het eens met Louis Armstrong die ooit heeft gezegd dat er geen goede en minder goede soorten muziek bestaan. Er bestaat alleen een verschil tussen goede en slechte muziek." Pieter van Lierop Chicago is vanaf eincl volgende week in de Nederlandse bioscoop. About Schmidt is door som mige critici al omgedoopt tot About Jack, waarmee ze wil len zeggen dat hoofdrolspeler Jack Nicholson de film hele maal naar zich toe zou trekken. Nu speelt de 65-jarige filmster inderdaad een van de beste rol len uit zijn imposante carrière, en voor dit staaltje acteerwerk moet hij dan ook absoluut een Oscar krijgen. Toch zou het on eerlijk zijn om het welslagen van About Schmidt geheel op Nicholsons conto te schrijven. Alleen al de memorabele ope ningsscène bewijst dat regis seur en scenarist Alexander Pa yne precies weet wat hij doet. We zien hoofdpersoon Warren Schmidt (Nicholson) zitten ach ter zijn lege bureau, in een kan toor dat vol staat met verhuis dozen. Schmidt heeft zijn jas al aangetrokken en kijkt ongeluk kig toe hoe de wijzers van de klok langzaam maar zeker naar vijf uur kruipen. Het is een even komisch als pijnlijk beeld, dat het einde markeert van Schmidts niet al te spectaculai re loopbaan bij een verzekeraar in een Amerikaanse provincie plaats. De zestiger valt in het zwarte gat waarin al zoveel ge pensioneerde mannen voor hem zijn gevallen. Wanneer korte tijd later zijn echtgenote overlijdt onder neemt hij een laatste poging om nog iets uit zijn middelmatige bestaan te halen. In de voor de pensionering aangeschafte camper zet hij koers naar zijn enkele staten verderop wonen de dochter (Hope Davis), om te voorkomen dat zij zal trouwen met een in zijn ogen nogal dubi euze waterbeddenverkoper (Dermot Mulroney). Dat er veel omgaat in de gesloten Schmidt valt op te maken uit zijn zeer ongemakkelijke lichaamstaai. Maar de kijker krijgt pas echt een inkijkje in de intense droef heid van dit personage als hij brieven begint te schrijven naar een Afrikaans Foster Parents- kind. Deze klaagzangen over een mislukt leven en over zijn diepgewortelde haat tegen zich zelf en zijn vrouw, horen eerder thuis op de divan van een zielen knijper dan in een brief aan een onbekend jongetje in een ont wikkelingsland, dat hoogst waarschijnlijk de ontboezemin gen niet eens kan lezen. Het maakt die briefteksten alleen maar des te schrijnender. Alexander Payne, die eerder in druk maakte met de schitteren de verkiezingssatire 'Election', balanceert voortdurend op de rand van het intens komische en het uiterst tragische. Nicholson voelde haarfijn aan dat hij in zijn vertolking een bitten toon moest aanslaan, enhj dan ook af van de maniertji hem de afgelopen jaren eens deden veranderen j. parodie op zichzelf. De ai deinst er niet voor teruj Schmidt neer te zetten alse essentie volstrekt ons\i thiek personage. Maarte het moeilijk is om dezecj h muis aardig te vinden, hij g Nicholson en Payne weld h kijker met hem te laten J R ven, en om een diep medecl y op te roepen voor een in 3 doodsbenauwde man c.- dom was om het leven dor vingers te laten slippen. Fritz dei About Schmidt. RegieAlez n Payne. Met: Jack Nicholson,. Davis, Kathy Bates, Demot] ney. Te zien in De Koning Hè Slimme oplichters zijn de aardigste criminelen en van de verhalen over hun gedurfde streken krijgen we niet snel ge noeg. Frank Abagnale was zo iemand. Een geniaal vervalser die niet alleen de wereld rond ging met ongedekte cheques, maar zich bovendien nog voor hij 21 was al met succes had uit gegeven voor piloot, dokter en advocaat. Catch Me If You Can is de verfilming van zijn auto biografie, met Leonardo DiCa- prio in de hoofdrol en rasenter tainer Steven Spielberg als regisseur aan het roer. Dat is be paald niet vervelend. Zoals DiCaprio hem speelt, als een intelligente lieve jongen in een wollen trui, kan je hem ook moeilijk crimineel noemen. Hij vlucht in paniek weg van de hu welijkscrisis van zijn ouders, met alleen een blanco cheque boekje dat hij van zijn vader heeft gekregen op zak. Zijn bij zondere talent om zijn omge ving te bespelenhad hij kort daarvoor bij toeval ontdekt, toen hij zich op een nieuwe school in een impuls moest zien te verweren tegen het getreiter van zijn leeftijdgenoten. Het is een van de sterkste momenten in de film; griezelig en tegelijker tijd hilarisch om te zien hoe een simpele stemverheffing en rech tere rug tot een complete ge daanteverwisseling leiden. Catch Me If You Can is eigenlijk een beetje naïeve film die de on getwijfeld geromantiseerde avonturen van Frank presen teert als een charmant en ver- Voor de tweede keer in korte tijd krijgen we een speelfilm te zien van Paula van der Oest. Na de montere relatiekomedie 'Zus Zo' blijkt Moonlight iets totaal an ders: een grimmig drama over kinderen. Maar een kinderpubliek zul jeer weinigple- zier mee doen. Het script werd ontworpen door Carel Donck. De film speelt in een onbestemd En gelstalig land en werd voornamelijk in Luxemburg opgenomen. De Belgische Lau- rien van den Broeck, bekend geworden via Mariken, speelt de 13-jarige Claire die zich niet kan verheugen in ruime aandacht van haar ouders. De familie bewoont een villa, gelegen in een bos, vlakbij een internationa le luchthaven. Er zwerft geteisem rond dat Afghaanse jongetjes gebruikt als levend verpakkingsmateriaal voor heroïne. Na ge bruik pleegt men de smokkelaartjes dood te schieten en te begraven in dat bos. Wat Carel Donck hier verzonnen heeft gaat dus qua gruwelijkheid alles te boven wat we ooit over bolletjesslikkers mochten verne men. We zijn er getuige van hoe één zo'n Af- ghaantje (Hunter Bussemaker) weet te'ont snappen aan executie en met een slordige Laurien van den Broeck vleeswond een schuurtje bereikt dat be hoort tot het domein van Claire. Hij wordt er gevonden door het meisje dat hem ver pleegt, verzorgt -ronder iemand iets te zeg gen - en met hem op de vlucht slaat als de gangsters^zijrf spoor hebben geroken. Dan ontstaat er een soort 'road movie' die eindigt als de bende door stom toeval de twee weer te pakken krijgt, hetgeen uitloopt op een even krasse als tragische finale. Dit is geen gezellig avonturenverhaal voor de jeugd, maar ook volwassenen kunnen zich bevreemden over bijvoorbeeld het ge brek aan realisme in het scenario. Wat moe ten we ervan denken als vader Johan Ley- sen, wanneer zijn dochtertje hem medisch gereedschap vraagt om mee te opereren, de gewenste artikelen verstrekt zonder verder ergens bij stil te staan. De man is psychiater nota bene. Wat moeten we denken van een professionele gangster die met zijn pistool nog geen poepend jongetje behoorlijk weet te raken op één meter afstand? Plet zullen details zijn die voor Paula van der Oest wei nig belang hebben gehad omdat haar priori teiten elders lagen. Maar waar dan? In totaal andere aangelegenheden schenkt de cineaste juist wel veel aandacht aan rea listische details. Bij voorbeeld als het gaat over de toevalligheid dat Claire voor het eerst menstrueert op de dag dat ze het uit heemse jongetje vindt dat eveneens ligt te bloeden. Ze stelpt aanvankelijk zijn wond met maandverband. Ze is ook niet te be roerd om alle stront uit zijn kruis te vegen, waarbij ze dan de bolletjes met drugs tussen de smurrie vindt. Details worden ons niet bespaard. Ze doet het Afghaantje ook om standig voor hoe hij in dat schuurtje in een emmer moet piesen. En tegen het einde van de film werd het nodig gevonden dat deze twee prille tieners, die niet tot conversatie in staat zijn, de liefde bedrijven en daarvoor bloot moesten, iets waarvan Laurien van den Broeck achteraf zei dat ze het afschu welijk vond om te doen. Waarom vond de ci neaste dit soort zaken zo essentieel? Het antwoord zal zijn dat het in dit verhaal niet begonnen is om het relaas van individu en maar om universele gestalten van de mens op de grens naar volwassenheid. De mens is een biologisch geformuleerd feno meen dat eet, poept, piest, bloedt en - als de jaren van vruchtbaarheid zijn bereikt - co puleert. Moonlight wil de pessimistic* sie uitdragen dat voor de mensenkw van vandaag, of het nou gaat om eenil pees meisje of een Aziatisch jongetje,* ven al heel snel verandert in een trar.J De een wordt emotioneel verwaarloo* ander crimineel misbruikt. Zo worde:* snel volwassen en vinden ze de doodw goed en wel hebben geleefd. Dat is vermoedelijk wat deze film id dragen, niet vanuit een eerlijk kinder spectief maar vanuit de verbitterde» van de volwassen kunstenaar. Moo'- mag dan nog zo mooi zijn gefilmd doo' do van Gennep en krachtig gespeeld Laurien van den Broeck, het is bij&3 stootgevend wanneer volwassen to naars - om hun eigen zwarte visie* leven en de steeds wredere wereld! drukken - met zo'n vertroebelde blik kinderen gaan staan loeren. Echte* nante film. Pieter vanl Moonlight. Regie: Paula van der OestA'- rien van den Broeck, Hunter BussemaP drew Howard. Johan Ley sen, Jemma Rt Te zien in Schuttershof Middelburg. VT de makelijk stripverhaal. Spiel berg weet zijn beelden met veel flair te kiezen, al raakt de wat lang uitgevallen film tegen het eind uit balans wanneer de re gisseur nog met een paar specta culaire stappen het ietwat brave einde moet zien te halen. Als be scheiden serieuze noot is er de pijnlijke relatie van Frank met zijn vader (Christopher Walken een mislukte ondernemer die voor de ogen van zijn zoon van zijn voetstuk valt. Tegelijkertijd begint de alleenstaande FBI- agent (fraaie rol van Tom Hanks die Frank achtervolgt ook va derlijke gevoelens te koesteren, zoals blijkt uit de tragikomische telefoongesprekken die ze ieder jaar op kerstavond voeren. Catch Me If You Can is in veel opzichten het volstrekte tegen deel van Spielbergs sombere toekomsttriller 'Minority Re- to port'. Afgezien van eengrb sc ge episode in een Franse ge* tig genis (met de echte Abagnü een bijrolletje als poliliq |j ademt Catch Me If You Cr) speelse onschuld die we fj V aan de vroege jaren zestig) dichten, compleet met stijl] ten uit Holly woodfilms var) U tijd. Om zich in zijn rolki r, leven bestudeert de jonge valser op zijn hotelkamer^ ries met Dr. Kildare er. 1 KF Mason, en hij ontsnapt op J dri ogenblik aan zijn belagen! «e zich zwierig met steward* po! te omringen. bei Leo Banhj on! Catch Me If You Can. Regie: sp[a Spielberg. Met: LeonardoD .i |en Tom Hanks. Christopher zien in Cinecity Vlissingen. ning Hulst en Roxy Bev Zoom. "[dri Jack Nicholson in About Schmidt. Leonardi DiCaprio als meesteroplichter Frank Abagnale.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2003 | | pagina 28