Herdenken maakt waakzaam 7 Doorgebroken dijken is toch iets van vroeger... Na de film is het stil in de kerk Herdenking waar je warm van wordt Waterpeil '53 Een wonder dat ik hier nog sta Burgemeester Asselbergs wil waterbeheer hoog op politieke agenda zeeuwse almanak Ziek door Marcel Modde ZIERIKZEE - Nieuwe waak zaamheid voor een herhaalde watersnoodramp is geboden. Hoogste tijd om serieus aan de slag te gaan met de risico's van de rijzende zeespiegel en de slinkende bodem, aldus burge meester J. Asselbergs van Schouwen-Duiveland zaterdag tijdens herdenkingsbijeenkom sten in Ouwerkerk, Nieuwer- kerk en Zierikzee „We moeten ons de vraag stellen hoe verder te gaan met ons del tagebied, de effecten van kli maatverandering, de stijging van de zeespiegel en de hogere watei'stand in de rivieren door toenemende neerslag. Vragen die we móeten stellen, omdat de antwoorden zo vreselijk be langrijk zijn voor de mensen die hier wonen, nu en in de toe komst." Asselbergs vindt dat de lande lijke discussie over de heden daagse veiligheid van de maat schappij zich niet slechts moet toespitsen op criminaliteit en openbare orde, maar dat ook het waterstaatkundige aspect in dat kader serieus moet worden opgepakt. Hij verwees naar het onderzoek dat de PZC liet uit voeren naar het veiligheidsge voel van de Zeeuwen. Uit die en quête blijkt dat bijna de helft van de bevolking denkt dat een watersnoodramp als in 1953 weer mogelijk is. Zestig procent van de ondervraagden vindt ho gere dijken nodig. De burgemeester benadrukte in zijn toespraken dat Schouwen- Duiveland naast alle persoon lijke en materiële ellende ook in belangrijke mate heeft geprofi teerd van de ramp. Ontsloten De deltawerken hebben het ge bied niet alleen veiliger ge maakt, maar tevens ontsloten. De dammen versnelden de soci aal-economische ontwikkeling van het eiland. ,,De ramp heeft dit gebied gebroken en ge maakt. Laten we dat nooit ver geten." Naast de nationale herdenking in Ouwerkerk en -eerder op de dag- de kranslegging bij het ei- landelijk monument naast de caissons, werd ook plaatselijk op Schouwen-Duiveland onder grote belangstelling (in totaal meer dan tweeduizend mensen) teruggedacht aan de dijkdoor braken een halve eeuw geleden. In Sirjansland, Oosterland, Dreischor, Ouwerkerk en Nieu- werkerk legden kinderen en de legaties van dorpsraden bloe men op of bij de graven van omgekomen dorpelingen. In Noordwelle, Kerkwerve, Brui- nisse, Brouwershaven en Zie rikzee werden speciale kerk diensten gehouden, waar aan de hand van toespraken, gedichten en muziek werd teruggebladerd naar die zwarte pagina uit de ei- landelijke geschiedenis. De bijeenkomst in Oosterland werd bijgewoond door R. Idzer- da, de enige Nederlandse heli kopterpiloot die actief was bij de reddingsoperaties. De tegen woordig in het buitenland wo nende piloot was enige tijd gele den in het Museum Watersnood in verband met het verschijnen van zijn memoires. Als dank voor zijn toenmalige inzet be sloot de dorpsraad van Ooster land hem uit te nodigen. In Dreischor was een delegatie aanwezig van Aalsmeer en Ren- kum, gemeenten die destijds hulp geboden hebben aan het dorp. Veel bijeenkomsten hadden het karakter van een reünie. Uit binnen- en buitenland waren oud-inwoners van Schouwen- Duiveland, nabestaanden en fa milie op de herdenking afgeko men. Veel mensen reageerden emotioneel op de herinneringen die, zaterdag evenals de afgelo pen weken in de media, massa ler dan ooit werden opgehaald. In het dorphuis in Nieuwerkerk werd één oudere bezoekster on wel en moest worden behandeld door een dokter. door Ben Jansen STAVENISSE - Het is dringen op de be graafplaats van Stavenisse. De stille tocht ter herdenking van de waters noodramp in de gemeente Tholen trekt enkele honderden belangstellenden. Ze kunnen maar met moeite allemaal een plekje vinden rondom de graven van de 153 inwoners van Stavenisse die bij de overstroming zijn omgekomen. Burge meester W. Nuis van Tholen legt een krans, er klinkt een trompetsignaal. Motsneeuw ruist één stille minuut lang op tientallen paraplu's. Terwijl de stoet de begraafplaats ver laat, spelen kinderen verstoppertje achter een lage heg bij de ingang. Boe, roepen ze naar de deelnemers aan de herdenking en ze hebben veel plezier. Slechts een enkeling werpt hen een kor zelige blik toe. Ach, de Ramp is al weer vijftig jaar ge leden. Dat mag zo zijn, maar zoals Nuis vast stelt tijdens de herdenkingsbijeen komst in de hervormde kerk onder jong en oud bestaat veel behoefte respect en eerbied te tonen aan de slachtoffers. Dat gebeurt in Stavenisse met muziek, gedichten van schoolkinderen en toe spraken, lange toespraken. Er spreekt medeleven met slachtoffers en nabe staanden uit en bewondering voor red ders, maar weinig emotie. Is het toch de afstand in de tijd of is het de zorgvul digheid waarmee de herdenkingsbij eenkomst in de hervormde kerk van Stavenisse is voorbereid? In het relaas van J. Kempeneers over zijn belevenis sen op Sint-Philipsland klinkt pas emotie door wanneer hij afwijkt van zijn tekst. Stavenissenaar A. Smits vertolkt het ongeloof dat vijftig jaar geleden zijn dorpsgenoten beving, even voor hun huizen door het water werden wegge spoeld: „Dijken doorbreken, dat ge beurde toch alleen vroeger." Dat zelfde gevoel van veiligheid bestaat nu weer, zo blijkt uit de gedichten van de school kinderen „Het zal wel niet meer gebeu ren, want de dijken kunnen niet meer scheuren.En: „We zitten nu veilig ach ter de dijken, de stormvloedkering zal niet bezwijken. Burgemeester Nuis dringt evenwel aan op waakzaamheid: „De eeuwen door heeft het water ons verrast en anno 2003 doet het dat nog steeds. Nuis werpt ook de vraag op of inwoners van Zeeland, Zuid-Holland en West- Brabant die de Ramp van zeer nabij hebben meegemaakt, hun ervaringen anders zouden hebben verwerkt als ze gebruik hadden kunnen maken van de professionele nazorg die vandaag de dag beschikbaar is. Hij constateert dat de nabestaanden in twee groepen zijn in te delen: de categorie die er onder het motto 'het leven gaat verder' liever niet meer aan worden herinnerd, en dege nen die vinden dat de gevolgen van de Ramp niet moeten worden verdrongen. Alle woorden die tijdens de herden kingsbijeenkomst worden gesproken, staan in een boekje dat alle aanwezigen na afloop meekrijgen. Ook de namen van de 169 slachtoffers van de Ramp in de huidige gemeente Tholen zijn erin afgedrukt. In die lijst staan 77 namen van bewoners van de Kerkstraat in Stavenisse, van Johanna Martina Leenhouts (net één jaar ge worden) tot Izaak Hage, die een maand later de leeftijd van 82 zou hebben be reikt. Een straat met zijn bewoners nagenoeg geheel weggespoeld. Stavenisse zal nog wel lang blijven her denken. maandag 3 februari 2003 Jongeren branden kaarsen voor de slachtoffers, foto Peter Nicolai door Frank van Cooten OOSTBURG - De zestienjarige Anke de Feijter uit Schoondijke is nog te jong om de waters noodramp te hebben meege maakt. Haar opa maakte de ramp wel mee. „Maar ik heb het er nooit zo met mijn opa over ge had. Misschien komt het er ooit nog van." Op haar school Het Zwincollege in Oostburg is volgens Anke he lemaal niet over de ramp ge sproken. Haar leeftijdsgenoten Arienne Moggre en Isja de Fey- ter knikken instemmend. „Dat moeten we volgend jaar maar inhalen", zegt Arrienne. De drie meiden wonen samen met pakweg dertig leeftijdsge noten de speciale jongerenvie ring bij van de hervormde kerk in Oostburg. De kerk doet regel matig iets speciaals voor jonge ren. De ramp stond gisteren cen traal. Wat zouden jullie meenemen als het water komt? Dat was de vraag die aan de jongeren werd gesteld. Aan hen werd gevraagd iets mee te nemen naar de kerk wat dierbaar is. In de kerk staan doosjes waar de jongeren het meest dierbare in kunnen doen. Een aapje en een klein tasje wa ren de enige kleinoden die in twee doosjes waren opgebor gen. De overige doosjes waren leeg. Maar een briefje met een boodschap voldeed ook. „We willen altijd iets speciaals doen voor de groep van twaalf tot zestien jaar", zegt Leuny de Kam van de hervormde ge meente. „De dienst op zondag morgen spreekt hen niet aan. De speciale viering voor jongeren is overgewaaid uit Finland. Spe ciaal bedoeld voor jongeren die wel op zoek zijn maar niet weten wat ze geloven." Na het zingen van This is the day start een videoband over de ramp. Het verhaal van een der tienjarige jongen die zijn vader en twee zusjes verloor in de nacht van 31 januari op 1 febru ari 1953. 'Het water komt', was de pakkende titel van de film. De jongen hield een dagboek bij Toen de film was afgelopen, was het stil in de kerk. Jacob Manni foto Marijke Folkertsma door Marcel Modde OUWERKERK - „Het was een hele koude bedoening. Maar evenzo goed een herdenking waar je warm van wordt." Al leen de strenge veiligheids maatregelen rond het bezoek van de koningin aan monument en caissons vormden voor Jacob Manni even een domper op de plechtigheden. „Voor de rest vond ik het prima zo!" De 63-jarige Ouwerkerker had van te voren één kleine vrees omtrent het verloop van de her denkingsbijeenkomsten aan de voet van de Oosterscheldedijk: „Als het maar geen show wordt. En dat was het niet, naar mijn beleving. Het is op een hele net te, ingetogen manier gebeurd. Gelukkig maar." Bijna veertien jaar was Jacob Manni toen het woeste water ook zijn ouderlijk huis aan de Ring omsloot. Klasgenoten, vriendjes verdronken, 91 dorps genoten bij elkaar. Zijn familie bleef gespaard. Zaterdagoch tend vijftig jaar later maakt Manni zich op voor de vier plechtigheden in zijn dorp waarin de herinnering aan die ramp wordt teruggeroepen. Als tubaspeler van het plaatse lijk muziekkorps Nieuw Leven moet hij bij de kranslegging twee coupletten van het Wilhel mus meeblazen, evenals hij ook aanwezig zal zijn bij de lokale bijeenkomst op de begraaf plaats, de kerkdienst én hoopt hij nog een glimp op te vangen van Beatrix tijdens haar bezoek aan het Museum Watersnood. Van verschillende blaasinstru menten zijn de ventielen bevro ren, zodat de vertolking van het volkslied heel even in het ge drang lijkt te komen. Vlak voor dat moment, blijkt een kort schuilen in de tent voor geno digden voldoende te zijn ge weest om het mechanisme te doen ontdooien. Alles loopt op rolletjes, tot en met de druk be zochte kerkdienst. Manni is te vreden, alleen het bezoek van de koningin loopt voor hem op een domper uit. Wandelingetje „We wilden van binnendoor naar de caissons lopen, maar halverwege werden we tegenge houden. Veiligheidsmaatrege len, kregen we te horen. Wellicht als we langs de officiële weg wa ren gegaan, hadden we wel dichtbij kunnen komen, maar dit leek ons net even een leuk wandelingetje. Toch een beetje een afknapper dat je als inwo ner van dit kleine dorp niet op een fatsoenlijke manier naar je eigen dijk mag lopen. Die plek is voor ons heel speciaal. Ik be grijp wel, dat met die veilig heidsmaatregelen, maar veertig jaar geleden ging dat nog een stuk makkelijker. Toen was de koningin ook hier en was er lang zoveel poespas niet omheen. Je kon er gewoon bijkomen. Het zal wel met die septemberaan- slagen te maken hebben, denk ik. Na die tijd zijn ze met alles een stuk voorzichtiger gewor den. Misschien moet dat ook wel. Wat dat betreft is het net als met dijken. Geen risico's nemen. Deze ramp moet altijd blijven worden herdacht. Als een waar schuwing voor de toekomst." RILLAND - Iedereen herdenkt de watersnoodramp op zijn of haar eigen manier. Pierre Vlamings uit Rilland besloot het origineel aan te pakken. Hij heeft de ramen van zijn woning aan de Vinkenissestraat in Ril land voorzien van zeven grote gedichten. De bovenkant daarvan geeft aan hoe hoog het water destijds stond. De gedichten, uiteraard over de ramp, zijn afkomstig van Hans Warren, Wim Hazeu, Gerard den Brabander, A. Korthals-Altes, Arie van den Berg, Gerrit Ach terbergen Hans Wispel. foto Willem Mieras door Rob Paardekam KRUININGEN - We moeten de ramp blijven herdenken. Datzei burgemeester A. Verbree van Reimerswaal zaterdagavond tijdens een bijeenkomst in de Johanneskerk in Kruiningen. Daar werden de 77 slachtoffers uit Rilland-Bath, Krabbendij- ke. Waarde en Kruiningen op een waardige manier herdacht. Volgens Verbree vragen mensen hem weieens of het nog zin heeft om na al die jaren herdenkingen te houden. „Ik vertel hun dan het verhaal van het verwoesten de water, het gevecht en het ver driet", aldus de burgemeester. ,.We moeten blijven gedenken, al is het alleen maar ter wille van onze veiligheid." M. Sinke uit Oostdijk vertelde zijn indrukwekkende verhaal over de ramp. Over hoe hij en zijn familie zonder veel zorgen naar bed gingen, maar hun nachtrust om half vijf ruw ver stoord zagen door gebons op de luiken. „In eerste instantie za gen we nog geen water, maar dat duurde niet lang", aldus Sinke „Al snel werden de luiken en de voordeur uit het huis gedrukt." De familie begaf zich naar het dak, waar nog veel angstige mo menten werden beleefd. „Angst dat het huis het zou begeven", vertelde Sinke. „Want verderop zagen we huizen aftakelen en boerderijen instorten." Een ander mooi moment was het voorlezen van de namen van de slachtoffers door kinderen uit de getroffen dorpen. Na de her denkingsbijeenkomst, die werd gekenmerkt door veel muziek, werden kransen gelegd bij het watersnoodmonument van Jan Wolkers naast de Johanneskerk. In Wolphaartsdijk legden de Goese burgemeester D. van der Zaag en S. Huissoon namens de dorpsbewoners 's ochtends al een krans op de plaats waar in 1953 de dijk doorbrak. „Het was niet zomaar een gat", vertelde Van der Zaag. „Maar een door braak over een lengte van vijf honderd meter." De watervloed die vanuit het Veerse gat Wol phaartsdijk binnenkwam, kost te twaalf mensen het leven. Hun namen werden voorgelezen. Alleen In Kruiningen stond ds. G. van Dijk, die de herdenking leidde, stil bij de overlevenden, die de afgelopen tijd in het centrum van de belangstelling stonden. „Er is heel veel losgemaakt bij deze mensen. Ik vraag me af wat er maandag met ze gebeurd. Worden ze weer alleen gelaten, zoals in 1953 vaak gebeurde? In die tijd was er veel materiële hulp, maar oog en oor voor wat zich in het hart van de mensen afspeelde, was er te weinig." Burgemeester Van der Zaag houdt een toespraak op de plaats waar in 1952 in Wolphaartsdijk de dijk doorbrak. foto Willem Mieras We troffen hem in een neer slachtige stemming, de man die in een Vlissings bedrijf vroeger chef was en nu lei dinggevende. En al vlug werd duidelijk waarom hij somber was. Hem hadden aanwijzingen van hogerhand - want, o troostrijke gedachte, ook lei dinggevenden hebben lei dinggevenden - aanwijzin gen bereikt hoe om te gaan met ziekmeldingen. „Als iemand laat weten dat hij of zij ziek is, dan mag ik nooit meer vragen hoe lang dat naar schatting gaat du ren. Daar krijgt de zieke een opgejaagd gevoel van. Naar de aard van de ongesteldheid mag ik ook niet benieuwd zijn, want dat gaal alleen de dokter aan. En beterschap wensen moet heel voorzich tig. Voor je het weet, wordt dat als opdringerig ervaren. Laten weten dat de zieke no de gemist wordt, is al hele maal fout, omdat daarmee wordt gesuggereerd dat za ken belangrijker zijn dan mensen", verklaarde de ge wezen chef. „Nou heb ik dus vanmorgen via de telefoon tegen een medewerker die zich ziek meldde, gezegd dat ik met stomheid geslagen was." Des duivels was die man. Van mij ben je nog niet af', riep hij. De neerslachtige leidingge vende schudde mismoedig het hoofd en kwam tot de slotsom: „Ik voel me hele maal niet lekker." foto Willem Mieras Herdenking op de begraafplaats in Stavenisse.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2003 | | pagina 27