Vragen van een gehandicapte
Janssen zoekt vrijheid in beperking
De kleine ark is net niet
dé roman over De Ramp
Scheldebouw
haalt grote
orders binnen
lezers schrijven
Stille tocht VIII
Stille tocht IX
Rampzolder
R&B-verbod
Onder invloed
kunst cultuur
door Claudia Sondervan
door Jeffrey Kutterink
MIDDELBURG - Scheldebouw
in Middelburg heeft twee be
langrijke orders binnenge
haald. Het bedrijf bouwt de
gevels voor het wereldhoofd
kantoor van de Royal Bank of
Scotland in Edinburgh en het
kantoor van The British Land
Company Plc in Londen. Dat is
één van de belangrijkste inves
teerders in het Verenigd Ko
ninkrijk.
De totale opdrachtwaarde be
draagt 25 miljoen euro. De nieu
we opdrachten verzekeren
volgens het bedrijf de werkgele
genheid dit jaar 'meer dan volle
dig'. Over het project in Edin
burgh is lang onderhandeld.
Scheldebouw was sinds 1999 als
adviseur betrokken bij de ont
wikkeling van het nieuwe we
reldhoofdkantoor van de Royal
Bank of Scotland, dat behoort
tot de top vijf van banken in de
wereld.
Eerst was het gebouw in het
centrum van Edinburgh ge
pland, maar door problemen
met de bestaande bebouwing op
die locatie en de overname van
de Nat West Bank is besloten het
gebouw net buiten de stad te
zetten. Voordeel daarvan is de
•gunstige ligging ten opzichte
van het vliegveld.
De gevels van het bankgebouw
bestaan uit 16.000 vierkante
meters glas en natuursteen met
een 1,5 kilometer lange 'desig
ned luifelconstructie'. De archi
tect voor dit project is een
combinatie van het lokale ar
chitectenbureau The Michael
Laird Partnership en het Engel
se bureau Renton Howard Wood
Levin. Scheldebouw dient de
gevels in Schotland op te leve
ren in de zomer van 20Ö4.
Het project voor British Land
komt in het hartje van Londen
in 'the City' en wordt gebouwd
op een logistiek gezien moeilij
ke locatie. Het kantoorgebouw
no. 2 Plantation House, Mincing
Lane in London, is ontworpen
door Arup Associates Archi
tects en de gevel bestaat ook
hier uit glas en natuursteen. De
10.000 vierkante meter gevels
voor dit gebouw moeten voor
het eind van dit jaar wind- en
waterdicht zijn.
zaterdag 1 februari 2003
Deze rubriek is uitsluitend bestemd voor reacties op in de PZC versche
nen redactionele berichten, artikelen of commentaren. De reactietijd
beloopt uiterlijk 7 dagen. Plaatsing van bijdragen betekent niet dat de
redactie de meningen en stellingen van de inzenders onderschrijft.
Open brieven, oproepen, gedichten en anonieme inzendingen worden
niet geplaatst. Bijdragen mogen niet langer zijn dan 250 woorden. De re
dactie behoudt zich het recht voor inzendingen te bekorten. Over ge
weigerde brieven wordt niet gecorrespondeerd.
Wat maken mensen toch een
problemen zeg. Belachelijk dat
een stille tocht voor een doodge
schopte hond en de herdenking
van de watersnoodramp niet sa
men kunnen gaan (PZC 27-1).
Zelf ben ik ook slachtoffer van
de Ramp en ben ook aanwezig
bij de stille tocht in Breda. Hoe
zo kan dat niet samen? Ik heb
geen officiële herdenking nodig
om deze rampen te gedenken. In
mijn gedachten is de Ramp veel
meer dan één keer per jaar, of
moet ik zeggen per vijftig jaar?
Eng vind ik de gedachten van
Johan Nuijten, Ria Geluk en
Kees Slager. Is het voor deze
personen geen belachelijk idee
dat deze dag de winkels en hore
cagelegenheden gewoon open
zijn? En voor alle anderen met
kritiek op deze stille tocht: sta
ook eens even stil bij alle dieren
die tijdens deze Ramp het leven
lieten. Belachelijk is het om een
meisje dat zich zo inzet voor de
zwakken in onze samenleving
de grond in te boren, te eng voor
woorden.
Henny van Zundert
V.d. Spiegelstraat 55
Goes
Vandaag herdenken wij de Wa
tersnoodramp van 1953. Een
jonge vrouw uit Goes heeft in
Breda een stille tocht georgani
seerd voor een hond die ver
moord is. Groot is de veront
waardiging bij veel mensen,
want dat doe je toch niet op zo'n
dag. Waar is haar historisch be
sef? Er zijn wel andere dingen
om aan te denken. Zoals bij
voorbeeld: een korfbalinterland
tussen Nederland en België, een
opvoering van een blijspel in
Rilland door een toneelgezel
schap uit Rilland, een komedie
in Terneuzen en nog meer din
gen die niets met de herdenking
te maken hebben. Hoe zo, histo
risch besef?
Martha Blom
Heernisseweg 43
Goes
Alle ellende en verdriet komen
weer boven bij de herdenking
van de Ramp. Na vijftig jaar
worden sommige verhalen mis
schien iets anders verteld. De
familie Quaak uit Rruiningen
heeft het de ene keer over een
varken in een kinderstoel, wat
een glimlach oproept, maar de!
andere keer vertelt Koosje
Quaak een verhaal van stelende
mensen die op hun zolder zaten.
Wij hebben met ons gezin ook op
deze zolder gezeten met vele
eerlijke mensen. Ik kan Koosje
dan ook zeggen dat wij nog geen
washandje mee hebben geno
men en zeer velen evenmin. De
Ramp was erg genoeg, claar
hoeft geen valse beschuldiging
bovenop.
A. D. Kok
Hazelaarstraat 11
Goes:
Het verbod op R&B-avonden is
nu officieel (PZC 31-1). Ding
dong, R&B is een muziekstijl,
geen levensstijl waarbij men el
kaar overhoop schiet. En wat is
het volgende, burgemeester
Schouwenaar? Dat de cafés
gesloten worden, want daar
worden toch ook mensen neer
geschoten? Of krijgen we mis
schien een avondklok? Waarom
moeten de jongeren bloeden
voor wat één gekke schutter
doet? Dit gaat ten koste van de-
gezelligheid in Middelburg.
J.B.N. vanKooten
Pauiohoekstraat 51
Meliskerh'
AARDENBURG - Een 34-jarige
automobilist uit Damme is af
gelopen donderdagavond op de
Draaibrugseweg aangehouden
voor rijden onder invloed.
De man had 1,7 maal de toege
stane hoeveelheid alcohol ge
nuttigd. Hij kreeg een proces
verbaal en een rijverbod van
drie uur.
Je weet niet dat je verwachtingen
hebt van een kind, als het wordt ge
boren. Die kom je gaandeweg tegen. Bij
het leren lopen, als een kind nooit zal lo
pen. Bij het leren praten, als een kind
nooit kan praten. Dat is falen voor een
ouder. Je natuurlijke aanleg tot opvoe
den schiet tekort. Je he'ot hulp van des
kundigen nodig om je andere manieren
te wijzen."
Anneloes Steglich is ervaringsdeskun
dige. Haar zoon, die bij de Stichting De
Tragel woont, is meervoudig gehandi
capt. Als consulente levensbeschou
wing helpt zij bij de beantwoording van
levensvragen rond kinderen met een
verstandelijke handicap.
Zij doet dat namens Stichting GeeVer,
die vorig jaar is opgericht door de Raad
van Kerken in Zeeland, de Federatie
Ouderverenigingen en de stichtingen
voor gehandicaptenzorg Arduin, het
Gors, Tragel en Zuidwester. Het doel is
advies en ondersteuning te geven aan
verstandelijk gehandicapten, hun fa
milie, kerkenraden, parochieraden,
humanistische raadslieden en zorgme-
dewerkers. GeeVer is ondergebracht bij
het Regionaal Diensten Centrum van
de Samen Op Weg-kerken in Zeeland in
Goes. Steglich opent de activiteiten van
GeeVer met een reeks van vijf gespreks-
avonden voor ouders van verstandelijk
gehandicapte kinderen onder het motto
'Wie kan in mijn schoenen staan?'. De
reeks begint donderdag 6 februari in
gebouw De Vuurvogel aan het Sta
tionspark in Goes.
Wat doet afhankelijkheid van hulp met
je? Wat als je kind om zelfstandigheid
vraagt? Zulke vragen komen in de ge
sprekken met ouders aan de orde, „Ook
schuldgevoelens: 'ik heb dit kind ge
wenst. Wat heb ik fout gedaan in de
zwangerschap?" De druk op het gezin,
het weerbaar maken van gehandicapte
kinderen, seksuele ontwikkeling of het
uit huis gaan, zijn onderwerpen. „En
leuke dingen. Want je maakt gekke si
tuaties mee met een gehandicapt kind",
verluchtigt Steglich.
Kerken
Ouders zijn niet de enige doelgroep. Nu
de verstandelijk gehandicapten instel
lingen verlaten om in gewone woonhui
zen te leven, zijn ze aangewezen op lo
kale zorgverleners: ook de plaatselijke
kerk. „Dat blijkt niet zo goed te gaan als
gehoopt", constateert Steglich. Pas
tors, predikanten en kerkenraden moe
ten wennen aan hun nieuwe kerkleden,
Anneloes Steglich: „Door in de samenleving mee te draaien, worden verstandelijk gehandicapten zich bewust van hun beper
kingen. Dat roept vragen op als: 'Mag ik er wel zijn?'." foto Mechteld Jansen
leren omgaan met hun manier van com
municeren. „Er is grote angst om het
niet goed te doen."
Leven in de samenleving in plaats van
in een instelling is confronterend voor
verstandelijk gehandicapten. „Het
heeft voor- en nadelen. Maatwerk is no
dig. Net zoals de ene mens liever in het
buitengebied woont en de ander in de
stad. In de samenleving is de kans op
ontplooiing groter. Tegelijk raken ver
standelijk gehandicapten zich bewust
van hun beperkingen. Dat roept vragen
op. 'Mag ik er wel zijn?' bijvoorbeeld."
Steglich noemt een meisje dat sterk be
zig was met haar eigen dood en daar
angstig om was. „Luisteren naar de
vraag is heel belangrijk. Een buiten
staander hoort een vraag soms anders.
Wuif de vraag niet weg, dat lost de angst
niet op. Zo'n vraag mag er zijn. Een pas
tor kan helpen in de beantwoording als
ouders het daar moeilijk mee hebben.
Wij kunnen hem daar vaardigheden
Levensbeschouwing
voor meegeven. Predikanten zijn bezig
met het interpreteren van verhalen,
maar dat maakt het niet vanzelfspre
kend dat ze het verhaal achter een le
vensverhaal ook kunnen interpreteren.
Dat moet je oefenen."
Geen kleuter
Dé benadering voor verstandelijk ge
handicapten bestaat evenmin als dé
verstandelijk gehandicapte. „Er wordt
vaak vergeleken met kinderen van een
bepaalde leeftijd om een verstandelijk
niveau aan te geven. Verstandelijk ge
handicapten hebben levenservaring,
een persoonlijkheid en soms het ge
voelsleven van hun leeftijd. Die bena
der je niet als een kleuter." Cruciaal is
dat je jezelf blijft tegenover verstande
lijk gehandicapten, vindt Steglich.
„Luister en zie even met wie j e te maken
hebt."
In maart begint de eerste gespreks
groep voor verstandelijk gehandicap
tenbij De Bocht van instelling Het Gors
in Goes. Bij De Tragel in Clinge wordt
ook een gespreksgroep voorbereid.
„Hoe dat loopt, hangt af van de vragen
die de mensen aanbrengen. We gaan uit
van afgebakende reeksen gesprekken.
Misschien komen er gespreksronden
per onderwerp, of vanuit de catechise
ring, dat moet blijken. Via de ouderver
enigingen zoals Stichting Philadelphia
krijgen we ï'aad; die hebben hier erva
ring in."
De originele tekeningen van Eppo Doeve zijn opgenomen in de hernieuwde uitgave van het boek van
Jan de Hartog over de watersnoodramp.
door Ernstjan Rozendaal
ROTTERDAM - In de inleiding bij zijn bloemle
zing Na de watersnood, schrijvers en dichters en
de ramp van 1953 schrijft Ad Zuiderent dat de
grote literaire roman over de watersnood niet be
staat. In een lezing die hij onlangs hield in Middel
burg, gaf hij aan dat één boek dicht in de buurt
komt: De kleine ark van Jan de Hartog. Hiervan is
een heruitgave verschenen met de originele teke
ningen van Eppo Doeve.
Het antwoord op de vraag of De kleine ark dé lite
raire roman over De Ramp is, hangt samen met de
status van De Hartogs schrijverschap in Neder
land. Hoewel hij een van de meest gelezen en ver
filmde auteurs is, wordt zijn werk niet tot de offi
ciële literatuur gerekend. Zijn boeken haalden
herdruk op herdruk, maar literaire prijzen gingen
aan hem voorbij. Tot grote frustratie van de vorig
jaar overleden schrijver, die na De Ramp uitweek
naar de Verenigde Staten,
De kleine ark is een goed voorbeeld van een boek
dat voor volwassenen werd geschreven, maar in
middels meer als j eugdboek wordt beschouwd. De
Hartog beschrijft de gebeurtenissen van de wa
tersnoodramp door cle ogen van de kinderen Jan
en Adinda. Hun idee dat ze een groot avontuur
meemaken, maakt de beschrijvingen van de ver
schrikkingen indringend. En he^l bewust sugge
reert de schrijver bepaalde zaken - het traumati
sche Indische verleden van de geadopteerde
Adinda bijvoorbeeld - liever dan ze expliciet te
maken. Dus al te jeugdige lezers zullen wellicht
een (literaire) laag in het boek missen.
De kleine ark, speelt duidelijk op Schouwen-Dui-
veland, maar De Hartog heeft de namen van een
aantal dorpen veranderd. Zo gaat het in het boek
over Nieuwerland en Onderkerk. De Hartog had
een grote liefde voor schepen en de zee, dus het on
derwerp zou hem sowieso hebben aangesproken.
Maar in 1953 liethij zijn eigen schip in Gorinchem
bliksemsnel ombouwen tot hospitaalschip. Met
zestig bedden, een dokter en twee verpleegsters
voer De Rival van De Hartog in februari 1953naar
het zwaar getroffen Oude Tonge om slachtoffers te
helpen. De tweede helft van het boek zijn Jan en
Adinda aan boord van zo'n hospitaalschip.
De complete opbrengst van De kleine ark schonk
De Hartog aan het Rampenfonds, maar de gift van
meer dan honderdduizend gulden werd niet geac
cepteerd. Het was niet meer nodig. Het geld ging
in 1959 naar slachtoffers van de doorbraak van
een stuwdam in het Franse Fréjus. Ter gelegen
heid van de vijftigste herdenking van De Ramp is
De kleine ark opnieuw uitgegeven, met de origi
nele tekeningen van Eppo Doeve, die destijds ook
in het rampgebied vei'bleef
Jan. de Hartog, De kleine ark, Uitgeverij Signature
Utrecht, isbn 90 5672 045 7, prijs: 18,95 euro.
door Ernst Jan Rozendaal
VLISSINGEN - „Als ik een
schilderij maak, heb ik één
kwast nodig, een tube witte en
een tube zwarte verf, doek, een
lineaal en tape. Voor een teke
ning gebruik ik Siberisch krijt,
een lineaal, papier en een touw
tje om lijnen te spannen."
Arjan Janssen is een kunstenaar
die zichzelf beperkingen oplegt.
Ook inhoudelijk. Tot vorig jaar
zomer bevatten zijn schilderijen
en tekeningen uitsluitend hori
zontale en verticale lijnen. An
dere kleuren dan zwart, wit en
grijs waren er niet op waar te ne
men, „Een ovei'zicht van wat ik
in vijfjaar had gemaakt, is voiig
jaar in een catalogus samenge
vat. Ik besefte bij het verschij
nen van dat boek wel dat ik
moest oppassen dat mensen
zouden gaan denken dat ik niet
andei's kan dan dat."
Een verblijf in Spanje hielp de
in Breda woonachtige kunste
naar op weg. „Ik maakte daar
een i'eeks van tweeëntwintig te
keningen waarin ik mijzelf toe
stond schuine lijnen te gebrui
ken, waarin ik kleur toeliet en
zelfs buiten de kaders van het
papier en het doek stapte. Met
tape maakte ik op de wand een
lijnenspel dat de gehele ruimte
vulde. Voor mijn doen is dat ui
terst frivool werk." Datzelfde
deed Janssen vervolgens in ex
positieruimtes in Breda en
Glasgow.
Volgende week begint in Vlis-
singen een expositie waarmee
hij een werkperiode van drie
maanden in kunstcentrum de-
Willem3 afsluit. Ook in het
gastatelier heeft hij op drie van
de vier wanden een raster van
lijnen uitgezet, De opening van
de expositie en het einde van
Janssens werkperiode in Vlis-
singen wordt volgende week
vrijdag luister bijgezet met een
poëzieavond in deWillem3.
Daar dragen de dichtei'S Astrid
Lampe uit Utrecht, Erik Lind
ner uit Amsterdam en Frans van
Dixhoorn uit Vlissingen voor
uit hun werk.
Vrijblijvendheid
Uit de formulering dat hij zich
zelf toestaat frivoler werk te
maken, kan woi'den afgeleid dat
Janssen zich als kunstenaar aan
sti'engex-egels onderwerpt. „Dat
heeft misschien met mijn aard
van doen", erkent hij. „Ik heb
een sterke behoefte mezelf in te
kadex-en. Ik heb het gevoel dat ik
me het beste kan uitdx'ukken
Lijnenspel op de wanden in deWillem3: Arjan Janssen beperkt zich in zijn werk bewust tot lijnen in zwart, wit en grijs.
wanneer ik mezelf bepex'k. In de
beperkingen zoek ik mijn vrij
heid. Veel kunstenaars van mijn
generatie streven juist naar een
onbepex'kte vrijheid. Bij mij
werkt dat niet. Daarin schuilt
het gevaar van vrijblijvendheid.
Aan de andere kant wil ik ook
niet dogmatisch zijn en met oog
kleppen op stug blijven door
werken. Op een gegeven mo
ment kan ik mezelf vrijheden
toestaan, omdat mijn werk ken
nelijk voldoende gefundeei'd is.
Dat moment was daar toen die
catalogus verscheen."
Daar komt bij dat de plek waar
Janssen zich bevindt wel dege
lijk invloed heeft op zijn werk,
hoe absti'act dat ook oogt. Dat
uitgerekend in het zomerse
Spanje kleuren hun inti'ede de
den, beschouwt hij niet als toe
val. En ook het lijnenspel in het
Vlissingse gastatel ier heeft all es
met de omgeving te maken.
„Eerst wilde ik hier aan een
aantal schilderijen werken.
Maar het leek me weinig zinvol
mijn atelier voor drie maanden
van Bi'eda naar Vlissingen te
verplaatsen. Daai-om ben ik mij
de ruimte gaan toeëigenen. De
hoi'izontale lijnen aan de raam-
en deurkant corresponderen
met cle horizon, de wand die
naar de zee is gericht heb ik be
wust wit gehouden en het meest
complexe raster zit aan de
stadskant. Daarin wordt een ge
deelte van het gebouw weer
spiegeld, maar het symboliseert
voor mij ook de chaos van de
stad."
Onbarmhartig
Maar naast het wat frivolere
werk heeft Janssen in Vlissin
gen tien grote tekeningen in
Siberisch krijt gemaakt die
strengerzijn dan ooit, Inelkete
kening keert het vierkant - wit
in zwart of zwart in wit - terug
als motief. „Ik zie het als een re
actie op de Spaanse uitbundig
heid. Het is iets wat ik al in mijn
hoofd had zitten, maar het ver
baast me niet dat ik deze teke
ningen juist in Zeeland heb ge
maakt. Dat is toch een tamelijk
onbarmhartige streek, en dar.
dat hoi'izontale van de dijken de
volksaard van de Zeeuwen, zo
wordt iets hier eerder streng dar
bai-ok."
Het is evenmin toeval dat Jans
sen in Vlissingen dichters heef
uitgenodigd. „Ik kom uit het ka
tholieke Brabant, dat is een
streek van het beeld. In het over
wegend protestante Zeeland is'
het woord belangrijker. Maar iï
heb het ook gedaan omdat ik ge
woon een liefhebber van poëzie
ben, hooi'."
Opening expositie met poëzie,
vrijdag 7feb van 20 tot 22.30uw
in deWillem3 in Vlissingen-
Daarna t/m 23 feb do t/m zo van
12-17 uur.