op stap Zelfs een straatlantaarn hangt van regels aan elkaar PZC Normalisatie-instituut RUDEN RIEMENS zaterdag 4 januari 2003 De vormen en kleuren van verkeersborden zijn voor heel Europa hetzelfde. Wel zo handig als je met de auto naar het buitenland gaat. foto Ruben Oreel Normen? Bij NEN, het centrum voor normalisatie in Delft, weten ze er alles van. Al sinds 1917 stelt dit insti tuut normen vast voor de meest uiteen lopende producten. Van klinknagel tot creditcard, je kunt het zo gek niet be denken. „Als wij er niet zouden zijn, was het één grote puinhoop." Het lijkt welhaast vanzelfsprekend: de afmetingen van zoiets simpels als een bankpasje of een creditcard zijn overal ter wereld hetzelfde. Maar zo gewoon is dat niet. Waarom zou de plastic kaart die in Eu ropa wordt gebruikt niet een centimeter breder en hoger zijn dan die in de Verenigde Staten? Dat ze toch identiek zijn - wat wel zo handig is als je als Nederlander wilt pin nen of betalen in Amerika - is het gevolg van internationale afspraken die daarover zijn gemaakt. Afspraken die in normen zijn vastgelegd. Het bankpasje is, zoals dat heet, een genormaliseerd product Je staat er niet bij stil, zegt woordvoerster Foka Kempenaar van NEN. het Nederlands Normalisatie-instituut in Delft, maar voor vele duizenden producten - „Je kunt het zo gek niet bedenken" - bestaan normen. Ne derlandse. Europese dan wel internationale normen. Ze somt moeiteloos een reeks alle daagse voorbeelden op Europese normen helpen ontwerpers en fabrikanten om een zo veilig mogelijke kinder- of wandelwagen te maken. „Je kind moet er immers niet uit kunnen vallen of bekneld raken." En. „Als je een implantaat in je lichaam hebt, wil je dat dat veilig is. Welnu, de eisen aan borst- implantaten zijn sinds kort wereldwijd in normen vastgelegd." En om maar eens een andere dwarsstraat te noemen: de vormen en kleuren van ver keersborden zijn voor heel Europa op schrift gesteld. „Wel zo handig als je met de auto naar het buitenland gaat." Straatklinkers? Die moe ten tegen een stootje kunnen en dus moeten er kwaliteitsnormen voor gelden. De eisen en testmethoden voor straatstenen zijn in heel Europa hetzelfde. Straatverlichting? „Je zou het op het eerste gezicht niet zeggen, maar een straatlan taarn hangt van normen aan elkaar. Er zijn in Nederland onder meer afspraken ge maakt over de lamp, over de paal en over de bedrading." Als er geen normen zouden zijn, aldus Foka Kempenaar, zou het in onze maatschappij één grote puinhoop zijn. „Er wordt van alles bedacht en er ontstaat van alles. Maar na verloop van tijd heeft men toch de behoefte om dat in normen vast te leggen, zodat iedereen weet waar hij aan toe is." Normen zorgen ook voor een efficiëntere in zet van producten en diensten. Geschat wordt dat normalisatie alleen al in Neder land jaarlijks een kleine vier miljard euro voordeel oplevert. NEN is in Nederland het toonaangevende kennisnetwerk als het om normen en regel geving gaat. Het is het enige instituut dat of ficieel nationaal erkende normen mag uit geven en waar je terecht kunt voor officieel erkende Europese en internationale nor men. Een Nederlandse ondernemer bijvoor beeld die een puur Engelse norm wil weten omdat hij in Engeland zijn product wil af zetten, kan een beroep doen op NEN. Op het NEN-hoofdkantoor in Delft werken 250 mensen. De meesten zijn wat in het be- drijfsjargon 'consultant' heet: zij adviseren en begeleiden bij de totstandkoming van normen. Het centrum heeft een lange geschiedenis die teruggaat tot 1916. In dat jaar werd in Haarlem de Hoofdcommissie voor de nor malisatie in Nederland ingesteld. Aanlei ding was de steeds luider wordende wens - vooral van ingenieurs - 'om naar meer een heid te streven in vorm en afmetingen van verschillende constructiedelen en van voor werpen die in de techniek veel worden ge bruikt en voor de Nederlandse nijverheid van belang zijn'. Tot dan werd in Nederland, in tegenstelling tot Duitsland, Engeland en de Verenigde Staten, nauwelijks aan normalisatie ge daan. 'Treurig zelfs' werd destijds in het tijdschrift De Ingenieur de situatie in de metaal- en machinenijverheid genoemd. 'Hier speelt het individualisme ons allen parten. Absolute anarchie in de technische wereld. Ieder construeert er maar naar ei gen inzicht op los. De besteller stelt er dik wijls een eer in zijn bestelling een individu eel tintje te geven, vaak niet vermoedend welke nadelige economische gevolgen zijn individuele inzichten hebben.' Pas eind 1917 verscheen de eerste Neder landse productnorm. Die betrof de maten van klinknagels. Twee jaar later waren er 23 normen gepubliceerd en waren er bijna der tig in voorbereiding. Toch bleef de weer stand tegen normalisatie in de eerste jaren tamelijk groot, wat wordt toegeschreven aan de Nederlandse afkeer om alles maar in regels vast te leggen. Gaandeweg de jaren twintig, toen ook in ternationaal steeds meer overeenstemming werd bereikt, werd normalisatie in Neder land algemeen aanvaard Met name in de sector zware machinebouw was men er al snel van doordrongen dat normalisatie noodzakelijk was voor een efficiënte werk wijze. Een norm, zegt Foka Kempenaar, is eigen lijk niets anders dan een afspraak over hoe een product er uit moet zien en waar het aan moet voldoen. Die afspraken zijn en worden vastgelegd in doorgaans gortdroge en tech nisch diepgravende documenten. Het is overigens niet zo - wat velen denken - dat NEN de inhoud van de normen bepaalt. De regels zijn ontwikkeld in commissies waar in alle belanghebbende partijen zijn ver tegenwoordigd- meestal producenten, handelaren, gebruikers, overheden of con sumentenorganisaties. Als het om normen gaat die niet specifiek Nederlands zijn maar in Europees of mondiaal verband moeten gaan gelden, hebben die commissies uiter aard goede internationale contacten. In de normcommissie Vuurwerk bijvoor beeld, die momenteel in Europees verband werkt aan de totstandkoming van Europese normen inzake consumenten vuurwerk, zit ten vertegenwoordigers van de ministeries van VROM en Verkeer en waterstaat, het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Mi lieu, TNO en de branchevereniging Consu mentenvuurwerk Nederland. Er bestaan in Nederland tientallen 'normencommissies'; ze kunnen putten uit een reservoir van zo'n zevenduizend commissieleden. Het is, aldus NEN-woord voerster Foka Kempenaar, één groot netwerk waar veel kennis wordt uit gewisseld (nationaal en internationaal) en men al in een vroeg stadium over allerlei in novatieve ontwikkelingen wordt geïnfor meerd. Een norm wordt door alle belanghebbenden bepaald op basis van goed overleg, uitmon dend in algehele instemming. Elke norm verschijnt eerst als ontwerp, ook wel 'groentje' genoemd vanwege het groene pa pier van het ontwerp Daarop volgt een pe riode van drie tot zes maanden waarin een ieder commentaar mag leveren. Uiteinde lijk vindt er een laatste stemronde plaats. Bij goedkeuring wordt de norm definitief. Soms verwijst de wet naar een norm en is deze bindend. In andere gevallen fungeert een norm zuiver als afspraak tussen produ centen om de bedrijfsgang te vereenvoudi gen Of een bedrijf er aan meedoet, bepaalt het zelf, maar de meeste bedrijven confor meren zich er wel aan. Achterhaald Een norm komt dus niet zomaar tot stand Er wordt lang gewikt en gewogen. Gemid deld duurt het vijf jaar voordat ze wordt vastgesteld. Die lange tijdsduur ontmoet veel kritiek, zegt Foka Kempenaar, en er wordt ook wel naar gestreefd om die te be korten. „Daarnaast is het voor normont wikkelaars ook wel eens erg lastig een formele standaardisatie van de grond te krijgen. Neem de IT-sector. Daar gaan de technologische ontwikkelingen zó snel. Nog voordat de norm ervoor is ontwikkeld, is de techniek achterhaald. Feit is dat nor men sneller bij de eindgebruiker terecht moeten komen omdat de wereld, ondermeer door de technische vooruitgang, ook steeds sneller draait." In Nederland worden ongeveer 17.000 nor men toegepast: grofweg 2000 specifiek Ne derlandse normen, 6000 Europese normen en 9000 wereldnormen. Wereldwijd bestaan er zo'n 40.000 normen voor allerlei produc-| ten, diensten, bouwwerken en noem maar op. Van oudsher kennen sectoren als zware j industrie en elektrotechniek de meeste van dergelijke afspraken De laatste jaren is bij de ontwikkeling van normen een duidelijke verschuiving zicht- j baar van normen voor technische specifica-J ties van producten - zoals de afmetingen van een creditcard - naar normen met eisen voor systemen of diensten. Zo is onlangs eer leidraad gepubliceerd voor de ontruiming van gebouwen in het geval van calamitei- ten. Vele bedrijven en instanties beschikten al wel over eigen plannen daarvoor, maar eenduidige nationale richtlijnen waren er nog niet. Als het gaat om het ontwikkelen van nor men slaat Nederland in internationaal ver band geen slecht figuur, zegt Foka Kempe naar. De Nederlandse opstellers vervullen j op Europees gebied in bepaalde gevallen j zelfs een belangrijke voortrekkersrol. De I Nederlandse kassenbouw bijvoorbeeld ex- porteert al jaren complete kasconstructies over de hele wereld. De Nederlandse norm (NEN 3895) wordt nu vervangen door een j Europese norm (NEN-EN 13031-1), een af spraak die geheel vanuit een Nederlandse I visie tot stand is gekomen. Het aantal normen groeit snel. Vooral het I aantal Europese normen breidt zich door I regelgeving van de Europese Unie steeds meer uit en de verwachting is dat dit in de toekomst alleen nog maar zal toenemen. Al- le normen worden na enkele jaren opnieuw 1 bekeken en zo nodig herzien. Voor veel ge bruikers zijn ze moeilijk toegankelijk, iets wat NEN ook onderkent. De organisatie be kijkt continu hoe normen toegankelijker ec| makkelijker vindbaar kunnen worden ge maakt.. In een normalisatiecatalogus en op cd-rom staan alle 40.000 'wereldnormen' vermeld; I ze zijn per onderwerp gerangschikt, zodat j ze vrij gemakkelijk kunnen worden opge- I zocht. En op internet is vorig jaar de Norm-! shop geopend, een online-service voor ge- bruikers en geïnteresseerden Maar voor menigeen blijven normen een taaie materie De vele tientallen telefoontjes met vragen die de medewerkers van NEN-klantenser- vice dagelijks te verwerken krijgen getui- I gen daarvan. Rindert Paalman

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2003 | | pagina 22