Een Klein Duimpje met klasse
J
I
De Solex was een paspoort
naar de vrijheid
Terre des Hommes
29
1
Tel Aviv
Oom Simon
zaterdag 7 december 2002
k SOk
\>C~
Ron van Huizen (links) en Hans Guyt, de Pietje Bells van Terre des Hommes
foto Evert-Jan Daniels/GPD
Je zou ze met recht de Pie
tje Bells van de Neder
landse ontwikkelingshulp
kunnen noemen: Ron van
Huizen en Hans Guyt van
Terre des Hommes in Den
Haag. Een eigenzinnig duo
dat graag tegen heilige huis
jes schopt en de hulporgani
satie bevrijdde van haar
saaie imago. Vorige maand
trad Terre des Hommes toe
tot het selecte gezelschap or
ganisaties dat overheidssub
sidie krijgt.
Wat je allemaal niet moet
doen om er eindelijk bij te
horen, verzucht Terre des Hom-
mes-directeur Ron van Huizen
(54)Het is onophoudelijk beu
ken tegen de muur tot die einde
lijk barst, vult hoofd projecten
Hans Guyt (50) aan. Maar het
geduld en het doorzettingsver
mogen omnet als onder meer
Novib en Plan International
(voorheen Foster Parents Plan),
overheidssubsidie te krijgen,
was niet voor niets. Begin no
vember gaf staatssecretaris Van
Ardenne (CDA) van ontwikke
lingssamenwerking Terre des
Hommes groen licht. De komen
de vier j aar krijgt zij vijf milj oen
euro per jaar om haar projecten
in de Derde Wereld te verbre
den.
Twee jaar duurde de strijd van
de ontwikkelingshulporganisa
tie om te participeren in het
budget voor ontwikkelings
hulp. Een budget dat was voor
behouden aan de grote vijf: No
vib, Cordaid, Hivos, Icco en
Foster Parents Plan. Samen
verdeelden zij een miljard gul
den. Organisaties die ook wil
den toetreden tot dit selecte ge
zelschap moesten voldoen aan
uitgebreide criteria zoals werk
zaam zijn in verschillende con
tinenten en het bestrijden van
armoede.
Voor Terre des Hommes leek dat
niet zo'n probleem, zegt Hans
Guyt. ,.Want aan al die criteria
voldeden we prima. Maar het
schandalige was dat de comm is-
sie die moest beoordelen of een
nieuwe toetreder wel of niet ge
schikt was, bestond uit de direc
teuren van juist de gevestigde
organisaties zelf. Wij waren dus,
net als ieder ander, bij voorbaat
kansloos om in aanmerking te
komen."
De reden die voor de afwijzing
van het verzoek werd gegegen,
was dat Terre des Hommes geen
'toevoegende waarde ten op
zichte van de andere hulporga
nisaties had. ,,En dus wees de
toenmalige minister Herfkens
ons verzoek af. We hebben ver
volgens alle beroepsprocedures
die mogelijk zijn aangegrepen,
maar zonder resultaat. Hoewel,
uiteindelijk kwam er wel een
nieuw beleidskader. Een onaf
hankelijke commissie moest
daarbij adviseren over aanvra
gen van nieuwe toetreders, in
clusief die van de gevestigde or
ganisaties", zegt Van Huizen.
De volgende barrière die moest
worden geslecht, was het schrij
ven van een bedrijfsplan voor de
periode 2003 tot en met 2006.
„Dat was werken onder hoog
spanning. Maar binnen drie we
ken hebben we dat toch voor el
kaar gekregen", zegt Van
Huizen„En wat we vroegen
aan subsidie, vijf miljoen euro
per jaar, is gehonoreerd."
Terre des Hommes Nederland,
opgericht in 1966, opereert in
twintig ontwikkelingslanden
verspreid over Zuid-Azië. Zuid-
oost-Azië, Latijns-Amerika en
Oost-Afrika. Kleinschaligheid,
dat heeft bij de hulporganisatie
altijd de boventoon gevoerd.
Onderwijs, gezondheidszorg en
sport en spel zijn de projecten
waar de organisatie zich op
richt. Guyt: „Onze projecten
zijn laag bij de grond. Altijd in
samenwerking met lokale orga
nisaties. En er wordt steevast
een bijdrage van de mensen
daar gevraagd. Het is niet zo dat
wij vrijuit geven en de mensen
hun handen op houden. Wij heb
ben bijvoorbeeld onlangs een
vliegtuig aangeschaft waarmee
we de nomaden in Noord-Kenia
van gezondheidszorg voorzien.
Maar daarvoor is het wel nodig
dat zij landingsbanen aanleg
gen en die ook onderhouden.
Dat tekent onze organisatie. In
vesteren in kleinschaligheid en
wederzijdse coöperatie. Alsje
blieft geen grote instituten zoals
ziekenhuizen waar je miljoenen
inpompt zonder dat daar ooit
iets uitkomt. Want je denkt toch
niet dat die nomaden naar een
ziekenhuis toe gaan? Nee, wij
moeten naar hen toe."
Het ontwikkelingsbudget van
Terre des Hommes steekt qua
omvang schril af in vergelijking
met dat van de echt grote spelers
als Novib. Over 2001 werd een
bedrag van 16 miljoen euro be
steed waar de andere organisa
ties tientallen miljoenen euro's
uitgeven. „Prima hoor", zegt
Guyt, „als wij hadden gewild,
hadden we ook een subsidie
aanvraag kunnen doen van der
tig of veertig miljoen. Maar wij
willen zelf onze broek ophou
den. We willen voor niet meer
dan 25 procent afhankelijk zijn
van de overheid. Als je afhanke
lijk bent van subsidies drijf je
weg van de samenleving. Terre
des Hommes wordt gedragen
door vrijwilligers en donateurs.
Als je die verliest, verlies je au
tomatisch ook maatschappelijk
draagvlak."
Van Huizen vult aan: „Boven
dien leert de ervaring dat je veel
effectiever kimt werken dan
wanneer je groot bent. Grote or
ganisaties worden onherroepe
lijk bureaucratisch. Terre des
Hommes wil geen Philips of So
ny zijn, maar Bang Olufsen.
Klem, maar weluitblinken in
kwaliteit."
Greenpeace
Dat uitgangspunt, een Klein
Duimpje met klasse, leerden
Van Huizen en Guyt bij Green
peace. Guyt was in 1978 mede
oprichter van Greenpeace Ne
derland, Van Huizen werd twee
jaar later aangesteld als direc
teur. „We hebben geluk gehad
bij een organisatie te werken die
in de kinderschoenen stond,
maar met een geweldige poten
tie. Het opbouwen van een orga
nisatie, dat vinden we span
nend."
In de elf jaar dat ze samen bij
Greenpeace werkten, steeg het
aantal donateurs van 16.000 in
1980 naar ruim 800.000 in 1991.
Een prachtige tijd, zo blikt het
duo terug.
„Het is fenomenaal dat op een
bepaald moment de juiste men
sen bij elkaar komen om een
club vanuit het niets tot iets te
brengen. Geweldig gewoon",
zegt Van Huizen.
Guyt zat zelf op de Greenpeace-
bootjes. Een actievoerder in
hart en nieren. Die ook op de
Rainbow Warrior meevoer en
aan boord was toen in 1985 de
Franse geheime dienst een bom
aan boord tot ontploffing
bracht in Auckland in Nieuw-
Zeeland. Die aanslag kostte een
Portugese fotograaf het leven.
„Dat was op 10 juli 1985, de dag
dat jouw vader overleed. Ja, een
bijzonder hoofdstuk", zegt hij
tegen Van Huizen. „We hadden
een bijzondere wisselwerking
samen. In die tijd ging Ron over
de geldstromen, ik over de zee
stromen en samen waren we te
genstromen."
Na Greenpeace splitsten zich de
wegen van het duo. Guyt werd
restauranthouder in Ierland en
Van Huizen werkte kortstondig
voor Radio 538. In 1994 werd hij
directeur van Terre des Hom
mes. „Toen ik hier kwam, was de
club degelijk en betrouwbaar.
Maar het leven was eruit. Er
moest meer schwung in de orga
nisatie komen." Een paar jaar
later ging de telefoon over in
huize Guyt in Ierland. Tegen het
voorstel om hoofd projecten te
worden, kon hij geen nee zeg
gen. En dus werd het duo in 1996
herenigd. En mocht Guyt zijn
hobby uitleven: actie voeren te
gen de schendi ngen van de rech
ten van het kind. Maar niks lu
dieks, zegt Van Huizen. „Wat
heb ik een hekel aan die actie
voerders die voor de zoveelste
keer zich als een sojaboon ver
kleden als ze protesteren tegen
gentechnologie. Houd daarmee
op!"
De aanschaf van een vliegtuig
voor Kenia, de bouw van een
hospitaalschip voor bewoners
in Bangladesh, dat zijn de acties
waar het om gaat.
Hoe belangrijk ze ontwikke
lingshulp ook vinden, zonder
transparantie is het waanzin.
„Natuurlijk mag je vraagtekens
plaatsen bij ontwikkelingshulp.
We hebben het over een miljard
gulden aan belastinggeld dat
naar de Derde Wereld gaat. De
overheid zou moeten toezien op
wat er met het geld gebeurt Dat
gebeurt nu te weinig", zegt Van
Huizen.
Taco van der Mark
De Solex roept bij velen nog altijd een ach-gut-gevoel op Op tal van plaatsen wor
den jaarlijks Solex-races gehouden. foto Paul Vreeker/ANP
Tienduizenden Nederlanders heb
ben sinds het eind van de jaren
veertig op een Solex gereden. Het ver
nuftige brommertje met zijn rolletje op
de voorband was ooit een populair ver
voermiddel. Er waren zelfs wachtlijs
ten voor. Maar de helmplicht in 1974
betekende de doodsteek. Over de Solex
is onlangs is een boek verschenen: Het
Grote Solex Boek.
Precies weet hij het niet, maar hij heeft
zo rond de 250 bromfietsen waaronder
50 Solexen. Jan Klugkist uit Moor
drecht mag je gerust een liefhebber
noemen, vooral van de Solex, het won
derlijke motortje uit Frankrijk.
Hij heeft er eentje van stal gehaald voor
een proefrit. Een zwarte Solex OTO -
model 1958 - met als bijnaam 'Koffer
tje' vanwege de opbergruimte voor het
gereedschap. OTO staat voor 'Otomati-
sche Koppeling', eind jaren vijftig een
noviteit die een einde maakt aan het
vermoeiende trappen na ieder rood
stoplicht. Voortaan kan de motor blij
ven draaien terwijl de Solex stilstaat.
Om gas te geven moet je de gashendel,
gewoon een fietsspaak, langzaam los
laten. Links zit een handrem en er is
ook een terugtraprem. Opschieten doet
het niet met een krappe 25 kilometer
per uur, maar de Solex snort wel aan
genaam geluidloos over de weg.
Klugkist heeft ook een nieuwe zilver
kleurige Solex staan - ze worden inder
daad nog steeds gemaakt, maar dan in
China en Hongarije en ze zijn ook in
Nederland nog te koop. Wereldwijd
hebben bijna zeven miljoen Solexen
hun weg naar de klant gevonden. Op 31
augustus 1988 stopte de West-Europe-
se productie van de Solex.
Frankrijk is de bakermat van de Solex,
waar Marcel Mennesson en Maurice
Goudard aan het begin van de vorige
eeuw de onderneming 'Societé Goud
ard en Mennesson' oprichtten. Zij
brengen in 1909 een eigenvinding op de
markt, een radiateur voor autobussen.
Een groot probleem is de firmanaam.
Die is zo lang, die past niet op de radia
teur. Daarom houdt Goudard een wed
strijd onder familie en vrienden om een
geschikte firmanaam te bedenken. Uit
honderden woorden kiest Goudard So
lex, een naam die geen betekenis heeft
en in alle talen hetzelfde uitgesproken
wordt.
Al vanaf 1917 is Mennesson bezig met
ideeën over een goed en goedkoop een
voudig rijwiel met hulpmotor. In 1941
realiseert hij het eerste prototype van
een 38 cc motor. Vanaf april 1946 wor
den zestien Solexen per dag afgeleverd.
Aan de rol
Aanvankelijk zijn het alleen de dokter
en de notaris, maar al gauw gaan ook de
schilder, de vroedvrouw, de visser, de
tiener, de hippie, de 65-plusser en zelfs
de deftige dame met hun Solex 'aan de
rol'. Over dit fenomeen gaat het Grote
Solex Boek. Want de Solex is niet zo
maar een brommer. „Als de Solex een
automobiel was geweest, zou hij zeker
in één adem genoemd worden met klas
siekers als de Volkswagen Kever of de
Citroën 2CV, bekend als de Lelijke
Eend", betoogt Joost Heesakkers, de
auteur van het boek.
De Solex is vanaf het begin een hit. Van
der Heem en Stokvis zijn de twee be
drijven die de productie van de 'Rij-
wielSolex' in Nederland zelf ter hand
nemen. Maar de productie komt maar
langzaam op gang. Op 29 mei 1948
loopt de eerste Solex van de band. Het
eerste jaar worden er zo'n 1300 gepro
duceerd. De vraag is echter vele malen
groter. Er is in oktober 1949 zelfs al een
wachttijd van acht maanden. Er ko
men honderden brieven van dames en
heren op leeftijd en van invaliden,
maar bijvoorbeeld ook van een onder
wijzeres die schrijft: 'Ik heb het Rij-
wielSolex nodig voor mijn werk aan
vijf scholen die zo verspreid liggen dat
ik dagelijks dertig, veertig kilometer
moet fietsen en dikwijls in een zeer snel
tempo'. Een dame van 75 schrijft dat ze
dolgraag zo snel mogelijk een Solex
wil, maar dat ze bang is 'dat ik in het
graf lig alvorens van de heerlijkheden
van deze fiets genoten te hebben'. Ook
doktersverklaringen worden opge
stuurd in een poging om voorrang te
krijgen bij de levering van de Solex.
Het zal tot ongeveer augustus 1950 du
ren voor alle wachtlijsten zijn wegge
werkt. De goedkoopste Solex kost dan
399 gulden.
Lydia de Boorder vindt het een gewel
dig verhaal. „De Solex was een pas
poort naar de vrijheid." De Boorder is
met haar man Wout Meppelink uitge
ver van het Grote Solex Boek. Alles
wordt in dat boek besproken: de oor
sprong. de triomftocht, de Solex Servi
ce Stations, de Solex-vakantiereizen
en de rally's, de concurrentie van Kap-
tein Mobylette, de publiciteit, de Solex
Clubs en de Solex Races, die overigens
nog steeds worden gehouden.
„Geen ander merk komt de eer toe de
geschiedenis van onze dagelijkse mo
biliteit zo te hebben beïnvloed als de
Solex Want direct na de duistere jaren
van de bezetting en lang voordat de
naam bromfiets werd bedacht, was dit
kleine wonderlijke motortje uit Frank
rijk al aan zijn opmars begonnen", zegt
Wout Meppelink. Hij is gek van brom
fietsen en dat komt goed uit, want hij is
tevens de uitgever van Bromfiets, het
oudste bromfietsblad ter wereld
Ook Meppelink pakt met enige regel
maat, als het mooi weer is, de Solex
voor een ritje naar zijn ouders in Rijs
wijk. „Vijfentwintig kilometerlang
onthaasten. Gewoon mooi. En het kost
bijna niks: honderd kilometer op een li
tertje."
Jacqueline van Ginneken
Het Grote Solex Boek is te bestellen via
het bestelformulier op de site
www.Bromfiets.nl. of via telefoon
nummer 0182-356050. De prijs be
draagt 39,50.
De Solex was vooral bij het wat bedaagder deel der natie razend populair
illustratie afkomstig uit het Grote Solex boek.
De feestmaand december be
gon in huize Tak aan de
Spoorstraat in Abcoude in mi
neur. Toch nog geheel onver
wacht was tante Heintje uit
Blijdorp in de nacht van 1 op 2
december in ziekenhuis Dijk-
zigt in Rotterdam als gevolg van
een fatale hersenbloeding ont
slapen."
Liefhebbers herkennen in dit ci
taat onmiddellijk de belevenis
sen van courantier pur sang (en
broeder van de natte gemeente)
Koos Tak, in de jaren tachtig op
getekend door Rijk de Gooijer
en Eelke de Jong. Voor niet inge
wijden: tante Heintje was de
suikertante van Koos' vrouw
Tine en de weduwe van een aan
nemer die in de bange jaren '40-
'45 bunkers bouwde voor de
Duitse bezetter.
Het vooruitzicht van een erfenis
komt Koos niet ongelegen, al
moet hij als voormalig verzets
man eerst een onaangename
smaak wegslikken. De klap
komt hard aan als ze bij de nota
ris te horen krijgen dat tante
Heintje vrijwel haar hele ver
mogen - vier miljoen gulden -
heeft vermaakt aan de 'Golda
Meir Stichting voor Vredes
vraagstukken' in Tel Aviv. Haar
nicht Tine krijgt slechts 1500
gulden. Koos, des duivels,
spreekt het vermoeden uit dat
tante Heintje erin is geluisd
Ik moest onmiddellijk aan tante
Heintje denken, toen ik hier be
richten las over de pogingen van
de nabestaanden van ene Simon
Lechtuz om diens erfenis uit
handen van Israël te houden.
Lechtuz, in 1912 geboren in de
Poolse hoofdstad Warschau,
emigreerde als twaalfjarige
naar Palestina en vertrok in
1950 vanuit Haifa naar Califor-
nië waar hij de rest van zijn le
ven zou blijven.
Op 9 oktober 2000 belden klan
ten van een supermarkt in zijn
woonplaats, Laguna Hills, de
politie over 'een haveloze oude
zwerver' die, kennelijk bewus
teloos, over de rand van een
vuilniscontainer hing. Lechtuz,
want die was het, overleed drie
weken later in het ziekenhuis,
zonder dat iemand hem daar
had opgezocht. Zijn boekhou
der en een paar buren - familie
leden konden niet worden ach
terhaald - waren de enigen die
zijn begrafenis bijwoonden.
Lechtuz' nichten en neven - ne
gen in Israël en drie in Amerika -
traden pas uit de schaduw toen
bekend werd dat hun zonderlin
ge oom niet de arme sloeber was
geweest waarvoor ze hem steeds
hadden gehouden. Oom Simon
woonde in een armoedige flat,
kleedde zich in lompenstroopte
vuilnisbakken af en stonk vol
gens de buren een uur in de
wind. Maar zijn onduidelijke
handel in gebruikte meelzak
ken, lege olievaten en andere
oude troep had hem stiekem een
aardige spaarcent opgeleverd
en hij had het geld belegd in on
roerend goed.
Zijn erfenis bleek vijf miljoen
dollar te bedragen, die volgens
het testament gelijkelijk ver
deeld zouden worden tussen de
landmacht, de luchtmacht en de
marine van Israël, de technische
universiteit van Haifa en de me
dische organisatie Hadassah.
Hij had dat een paar jaar eerder
geregeld met een jurist van het
Israëlische consulaat in Los An
geles.
De neven en nichten lieten het er
niet bij zitten. Oom Simon was
erin geluisd, protesteerden ze.
Hij was volgens hen al ver heen
geweest toen hij in 1997 zijn tes
tament opmaakte, en daarvan
zou de staat Israël misbruik
hebben gemaakt.
„Hier zit een methode achter",
verklaarde een van de neven
„Hoe kunnen ze zoiets doen als
ze weten dat er rechtmatige erf
genamen zijn?" De familie lapte
spontaan vijftienduizend dollar
om het lichaam van oom Simon
te laten overbrengen naar een
joodse begraafplaats in Haifa.
Volgens de advocaat van de
staat Israël was dat onderdeel
van hun poging het geld alsnog
in handen te krijgen.
Het Israëlische ministerie van
j ustitie zag zich gedwongen be
schuldigingen tegen te spreken
dat het jacht maakt op eenzame
erflaters. Lechtuz verkeerde in
puike gezondheid toen hij zijn
handtekening onder zijn testa
ment plaatste. Tot ontsteltenis
van de familie kwam het Hoog
gerechtshof van de staat Cali-
fornië tot dezelfde conclusie.
Het ziet er niet naar uit dat de
neven en nichten frequente be
zoekers zullen worden van oom
Simons graf in Haifa.
Ad Bloemendal