Eindelijk rijp voor het museum Muziekdagen bieden een tweede kans Nog steeds dat duiveltje, nog steeds die gedrevenheid Fotografie van Hans Sibbelee 27 Lucas Vis Phil Collins vrijdag 6 december 2002 Niet vier, maar wel vijf etma len duren dit jaar de Neder landse Muziekdagen. Van woensdag 11 tot en met zondag 15 december is het puur Neder lands wat de klok slaat in Mu ziekcentrum Vredenburg in Utrecht, en op zaterdag ook let terlijk van de Domtoren. Lucas Vis, dirigent en artistiek direc teur van het Conservatorium van Amsterdam, programmeer de editie 2002 en belooft vóór elk concertblok iets over 'zijn' muziek te zeggen. Lucas Vis: „Mijn Muziekdagen gaan over composities uit de vo rige eeuw die maar één keer zijn gespeeld in hun leven en die het waard zijn een tweede keer te worden gespeeld. Een tweede uitvoering, is mijn ervaring als dirigent, klinkt meestal onvoor stelbaar veel beter dan de eer ste. Dat komt omdat je bi] de eerste uitvoering vaak al blij bent als de noten doorkomen. Maar ook omdat het begrip van die muziek in ons collectieve muzikaal geheugen met de tijd groeit, of het nu dezelfde uit voerders zijn of niet. Vandaar mijn keuze voor composities die hun tweede uitvoering beleven, of hooguit hun derde." - Waarom worden goeie compo sities maar één keer gespeeld? „Dat heeft twee redenen. Ten eerste is er elk jaar een enorm groot aanbod aan nieuwe com posities in Nederland. Ten twee de programmeert men graag premières want die genereren publiciteit en dat is weer goed voor de zaalbezetting. Je kunt de waarde van zo'n eerste uit voering natuurlijk niet onder schatten, maar een tweede uitvoering is minstens zo be langrijk, zo niet belangrijker." - Welk programmaonderdeel ligt je het meest na aan het hart? „Moeilijk te zeggen. Mijn zoon vroeg me laatst waar hij naar toe moest gaan. Hij is eenen twintig, student aan de TU in Delft en zit niet in de muziek. Hij wilde best eens een pro gramma horen dat zijn vader had geprogrammeerd. Toen ik hem avond voor avond had be schreven constateerden we dat élk programma wel geschikt voor hem was. Iedere keer was er wel iets wat hem aansprak. Er zit ook wel een lijn in. Alle stuk ken die ik heb gekozen vertonen een muzikale taal die een soort welsprekendheid heeft, een hel der idioom. Bovendien zit er een enorme vaart in al die program ma's. Misschien zou je kunnen zeggen dat er een zeker optimis me spreekt uit het geheel." - Hoe klinkt optimisme in de muziek? „Het gaat om muziek met een enorme drijfkracht, een gewel dige energie. Het hoeft niet al tijd vrolijk te zijn en niet altijd luid, het kan ook zacht en mooi zijn. Maar in al die stukken klinkt een sterke wil door tot het overbrengen van wat zich in die muziek manifesteert." - Je hebt Guus Janssen de op dracht gegeven voor een viool concert. Guus Jansen en dan zo'n versleten muzikaal genre, is dat een pesterigheidje? „Hahaha, dat is in overleg met hem gegaan. We hebben ook over andere instrumenten ge sproken, maar hij had enorm veel zin in een vioolconcert. Dat heeft hij natuurlijk wel naar zijn hand gezetin het stuk geeft hij de solist ruimte om te impro viseren. Het is geschreven voor Mark Feldman, die juist ook op het gebied van improvisatie een uniek figuur is. Het zal twee keer gespeeld worden, om te er varen wat dat is, een soloconcert met die improvisatorische kan ten erin." - Nederlandse muziek heeft iets typisch Nederlands, zegt com ponist Chiel Meijering, terwijl Guus Janssen het begrip Neder landse muziek maar betrekke lijk vindt. Wat vind jij? „Nu schieten er heel verschil lende dingen door mijn hoofd. We hebben het tegenwoordig bij alles over internationalisering, over wereldwijde contacten, maar interculturaliteit is zo oud als de wereld in de muziek. Mu ziek is een taal die begint waar woorden tekort schieten. Dat maakt muziek ook zo geschikt om buiten haar territorium te treden. Op lokaal niveau in de wereld zie je karakteristieke kenmerken in de muzikale taal. Maar componisten luisteren wereldwijd naar elkaar, en zo stijgt muziek boven een bepaald gebied uit. Guus en Chiel heb ben dus alle twee gelijk. Je hebt een typisch geluid van onze Ne derlandse componisten in een bepaalde periode. Louis An- driessen met zijn leerlingen is daar een duidelijk voorbeeld van, Tristan Keuris en zijn leer lingen ook. Maar de studenten van die componisten zijn voor de helft buitenlanders. Sommi gen gaan terug naar hun land van herkomst en nemen dan iets mee wat ze daar ter plekke weer uitzaaien. Zo komt er een onge looflijke bloei van iets dat hier begon en zich aan de andere kant van de wereld verder ont wikkelt." - Is er dan nog wel een verschil tussen de Nederlandse, de Duit se en de Engelse Muziekdagen? „Een verschil dat zich laat om schrijven als de verschillen in het straatbeeld van verschillen de steden. We hebben nu een maal in Amsterdam een andere cultuur dan in Berlijn. Maar waar ik met name aandacht voor wil wagen en wat een enor me drijfveer is achter de pro gramma's van de Nederlandse Muziekdagen, dat is de onvoor stelbare kracht van muziek als taal om zaken in uit te drukken die je anders niet over het voet licht krijgt. Muziek is een kunstvorm die iedere keer weer helemaal nieuw is. Zodra mu ziek gespeeld wordt is ze er, als ze niet gespeeld wordt is ze er niet. En hoe oud de muziek ook is: als ze klinkt is ze nieuw Het zegt iets over ruimte en tijd. Je moet daar zijn, met je gedachten en al je zintuigen, in het hier en nu. Ook daarom is een tweede keer zo belangrijk." Joke Dame Nederlandse Muziekdagen, van woensdag 11 tot en met zondag 15 december in Muziekcentrum Vre denburg, Utrecht. e foto's van Hans Sibbelee zijn eindelijk rijp voor het museum. De stalinist die katholiek werd kon een lege kerk tot leven wekken. Zijn 'verboden' foto's zijn nu te zien in museum Het Valkhof in Nijmegen. Op het toilet in de woning van Hans Sibbelee (1915) in Maartensdijk hangt een foto van de kathedraal in Bourges. Het was Sibbelees inzending voor Foto 48, de eerste grote na oorlogse foto-expositie in het Stedelijk Museum in Amster dam. Dat was een provocatie. Sibbelee stuurde geen optimis tisch tafereel van herrijzend Nederland in, zoals de meeste andere deelnemers aan die ex positie. Op zijn foto staat een weliswaar mooie, maar dooie kerk. De stalinist lag al niet goed bij zijn vakgenoten binnen de fotografenbond GKf; na dit incident werd de verhouding met collega's er niet beter op. De foto's van Hans Sibbelee krijgen de laatste jaren einde lijk de waardering die ze verdie nen. Museum Het Valkhof toont de foto's die Sibbelee in de twee de helft van de jaren vijftig in Moskou maakte. Het Nijmeegse museum neemt bovendien vijf tig foto's uit het oeuvre van Sib belee in bruikleen van het Kunsthistorisch Documentatie Centrum. Sibbelee hoort bij de generatie van Cas Oorthuys (1909-1975), bij de fotografen van de family of man, waartoe ook Maria Au stria wordt gerekend en die is vernoemd naar een expositie in het Museum of Modern Art in New York in 1955. Ze fotogra feerden mensen, boeren op Walcheren en rijstpachters in Indonesië. Iedereen wil wede, zeggen die foto's. Sibbelee maakte ook van die menselijke foto's, maar hij werd nooit zo bekend als die andere fotogra fen die het optimisme in tijden van de Koude Oorlog probeer den vast te leggen. Misschien kwam het omdat Sib belee vrijwel uitsluitend in het buitenland mensen fotografeer de, in China en Rusland. Op de .duizenden foto's die hij in eigen land maakte zie je hoofdzake lijk stille kerkinterieurs en hy giënische wederopbouwarchi tectuur. De in Leeuwarden geboren fo tograaf werkte vanaf 1947 der tig jaar voor professor Frits Van der Meer, hoogleraar Kunstge schiedenis der Middeleeuwen te Nijmegen, Die samenwerking veranderde het leven van de man die als een overtuigd com munist uit de Tweede Wereld oorlog was gekomen en die in de jaren dertig in Spanje tegen Franco's fascisten had gevoch ten. Bekering Sibbelee liet zich in 1973 dopen. „Hij was Don Camillo en kame raad Peppone in één persoon", zegt Niels Coppes, medewerker van het Kunstohistorisch Docu mentatie Centrum in Nijmegen dat achtduizend positieven van Sibbelee beheert. Rond de beke ring tot het katholicisme veran derde de stijl van Sibbelee. Cop- Artistiek directeur Lucas Vis pes laat een foto uit die tijd zien: op deze plaat geen lege kerk banken, maar een meisje dat van een priester de hostie krijgt. Coppes, van wie in 2004 een boek over Sibbelee verschijnt, koos ook de vijftig foto's - vinta ge prints, door de fotograaf zelf gemaakte afdrukken - die Het Valkhof in bruikleen krijgt. Het is een dwarsdoorsnede uit het werk van de fotograaf, land schappen, kerkbeelden, Russi sche schoolkinderen, maar er zit bijvoorbeeld ook een foto van het pas opgeleverde gemeente huis in Arnhem bij. Hans Sibbelee was in de eerste plaats een technische fotograaf met een voorkeur voor statische onderwerpen. Iemand die uren lang op het juiste natuurlijke licht kon wachten en dan meest al maar een of twee keer afdruk te. Hij schakelde het toeval uit, liet het moment van het licht af hangen en niet van het moment, zoals Oorthuys deed. Die was veel meer een reportagefoto graaf, in thematiek en senti mentaliteit vergelijkbaar met cineast Bert Haanstra. Hans Sibbelee, die een elektro technische opleiding volgde, kreeg tijdens de Spaanse Bur geroorlog voor het eerst een fo totoestel in handen gedrukt. Roeping en geroepene troffen elkaar door het toeval. Enkele jaren later, tijdens de bezetting, reisde hij al door Nederland en België om foto's te maken voor de serie 'De schoonheid van ons land' van uitgeverij Contact. Dat werk hield Sibbelee uit de Arbeitseinsatz en voorkwam dat hij zou worden gerekruteerd door een Duits persbureau. Sibbelee leidde tijdens de Twee de Wereldoorlog een dubbelle ven. Als fotograaf in dienst van Contact kon hij reizen wat hij wilde, maar hij werkte tegelij kertijd voor de communistische verzetsorganisatie Linie Oost. Hij behoorde tot de groep foto grafen die later bekend zou worden als de Ondergedoken Camera, die de hongerwinter fotografeerde. Maar de commu nisten kregen na de bevrijding niet de rol in het opkrabbelende Nederland waar ze op grond van hun verzetswerk wellicht op hadden gehoopt. Na de oorlog liep Sibbelee op drachten mis om zijn politieke voorkeur. En toch stond het grootste deel van zijn arbeidza me leven in dienst van een ka tholiek instituut. Voor professor Van der Meer fotografeerde hij alle kathedralen in Frankrijk, enkele honderden. Sibbelee zit pas weer om werk verlegen als zijn vriend Van der Meer halver wege de jaren zeventig met emeritaat gaat. Rond die tijd verdwijnt ook een andere con stante uit Sibbelees leven. Als Contact wordt overgenomen door Bert Bakker bedankt het nieuwe management van de uit geverij voor de diensten van de fotograaf. Koude oorlog De fotograaf droeg door de ja ren heen kant en klare boeken aan, waarvan slechts een deel daadwerkelijk werd uitgege ven. Bij die uitgeverij had eind jaren vijftig ook het boek 'Dit is Moskou' moeten verschijnen. De uitgeverij stuurde Sibbelee in 1955 op reis, maar durfde het uiteindelijk niet aan om op het hoogtepunt van de Koude Oor log een onschuldig boek over de Sovjetunie op de markt te bren gen. Een Franse en een Duitse uitgeverij brachten het boek met foto's van Sibbelee wel uit. Met één pijnlijke vergissing. 'Das ist Moskou. 74 Aufnahmen von Cas Oorthuys', stond op de titelpagina van het boek. Om streeks dezelfde tijd leverde Sibbelee ook foto's voor een boek dat Theun de Vries schreef ter gelegenheid van het veertig jarig bestaan van de Sovjetunie. Werner Bossmann Expositie: Dit is Moskou - Het Rus land van de jaren '50 gefotografeerd door Hans Sibbelee Tot 9 februari 2003 in het prentenkabinet van mu seum Het Valkhof, Nijmegen. ..Muziek is een kunstvorm die iedere keer weer helemaal nieuw is." foto George Verberne/GPD Het Rode Plein in Moskou. Russisch-orthodoxe priester te Zagorsk. Meisje in een crèche in Leningrad. Kolchoz-markt in de Oekraïne. Taren lang was Phil Collins één van de best U verkopende artiesten ter wereld. Als zan ger/drummer van Genesis of gewoon als au teur van zijn eigen soloalbums, het maakte niet uit. Alles waar deze olijk ogende En gelsman zijn handtekening onder zette werd een hit. De laatste jaren bleef het ech ter betrekkelijk rustig rond ome Phil. Hij was hertrouwd, kreeg onlangs een zoontje en deed de soundtrack voor de Disney-film Tarzan. De popartiest Phil Collins leek ech ter verleden tijd. Zijn laatste studioplaat 'Dance Into The Light' dateerde namelijk al uit 1996 maar Phil Collins is terug met het ingetogen al- "bum Testify. Een plaat die bij momenten doet terugdenken aan zijn legendarische debuutplaat 'Face Value'. Wat bewoog de multimiljonair die de laatste jaren met zijn gezin in het Zwitserse Genève woont om toch weer de studio in te kruipen? De nu bij na helemaal kale maar fit ogende Phil Col lins geeft ruiterlijk toe dat Testify helemaal niet was gepland. Hij had liedjes op de plank 1 ïggen en nam er rustig de tijd voor om ze zonder enig doel op te nemen. Collins:.Het rare is dat ik zelf helemaal niet besefte dat ik al zes jaar geen nieuw studio album had gemaakt. Voor mijn gevoel heb ik al die tijd gewoon hard door gewerkt. Ik had mijn eigen big band waarmee ik onder meer op het North Sea Jazz-festival speelde en deed de filmmuziek voor Tarzan. Testify was gewoon de volgende stap, maar ik be- Phil Collins grijp heel goed dat veel mensen hebben ge dacht dat ik ermee was gestopt." Wat bij het beluisteren van Testify meteen opvalt is dat Collins zoals op 'Face Value' bijna alles zelf inspeelde. Daarnaast is de behaagzucht die vooral zijn laatste drie so loalbums domineerde grotendeels verdwe nen. Collins: „Testify is duidelijk een Phil Collins-album maar eigenlijk ook weer niet. Op het moment dat je de cd aanzet hoor je mij n stem maar krijg je toch het gevoel dat het anders is. Althans, dat gevoel krijg ik er bij. Testify is meer een 'klein' album. Ik ben teruggegaan naar de werkwijze van 'Face Value'. Het is een soort 'homemade-album' geworden." „De meeste songs zijn ontstaan in 1994 toen ik op tournee was om de cd 'Both Sides' te promoten. Ik had een klein keyboard bij me waarop ik lekker kon pielen en componeren Al die kleine stukjes heb ik op een disk be waard. Dat was dus nog ver voordat ik Tar zan deed. Pas later ben ik ermee aan de slag gegaan. Puur experimenteel maar die werk wijze levert vaak de beste songs op. Ik heb bij mezelf de druk weggenomen." En dat past prima bij de Phil Collins van nu. Die ervaart zijn rol als superster dan ook heel anders dan pakweg tien jaar terug. Toen moest hij presteren en veel cd's verko pen. Van zijn manager, van zijn platen maatschappij en vooral van zichzelf. Die tijd is voorbij. „Ik heb eigenlijk nooit goed onder druk kunnen werken omdat ik niet ie mand ben die gaat zitten en tegen zichzelf zegt: 'zo, vandaag zal ik eens een mooi lief desliedje schrijven'. Zo werkt dat niet bij mij." Collins geeft toe dat er de laatste jaren mo menten zijn geweest dat hij er helemaal mee wilde stoppen Het was een wilde gedachte die werd gevoed door de onrust in zij n privé- leven. Dat gevoel is volledig verdwenen. „Door het simpele feit dat ik niets anders kan. Ik heb nooit een astronaut of een for mule 1-coureur willen zijn. Vanaf mijn vijf de wilde ik maar één ding: drummer wor den. Mijn oom maakte mijn eerste drumkit en ik bleek er prima mee overweg te kunnen Dat was het begin. Mijn positie als de drum mer van Genesis heeft ervoor gezorgd dat ik andere dingen kon doen zoals zingen, song- schrijven en zelfs in films spelen." De tijd dat de 52-jarige Engelsman zijn le ven liet leiden door de muziekindustrie is echter voorgoed verleden tijd. Collins doet de dingen voortaan in zijn eigen tempo. Zijn gezin is voor hem het allerbelangrijkst „Ik heb een geweldig gezin met vier kinderen. Twee tieners, één twintiger en een klein zoontje, Nicolas. Ja, ik ben erg gelukkig, zelfs gelukkiger dan ik ooit ben geweest. Dat hoor je ook in de teksten van mijn nieu we songs die nog altijd autobiografisch zijn. Soms pakt dat goed uit, soms ook niet. In 1993 sloeg het donkere album 'Both Sides' waarop de lyrics vooral over mijn scheiding gingen in als een bom. Iedereen zag mij tot aan dat moment als een aardige, brave huis vader die er opeens met een andere vrouw vandoor was gegaan. Ik werd geslacht. In die jaren heb ik mezelf voor de roddelpers letterlijk in hotels moeten verstoppen en dat was een verschrikkelijke tijd. Er is zelfs een moment geweest dat ik geen muzikant meer wilde zijn." Toch is het niet zo dat de Phil Collins van nu op een roze wolk door het leven zweeft. Hij geeft toe nog steeds een piekeraar te zijn die zich soms behoorlijk irritant kan gedragen. „Op Testify staat de song 'Driving Me Crazy' en het gaat over het duiveltje dat in mij zit. Maar het probleem is dat ik mijn hele leven al weiger om de consequenties van dat dui veltjesgedrag te accepteren. Daar kan een rustige levensstijl in Zwitserland niets aan veranderen. Ik kan mij nog steeds erg druk maken over ogenschijnlijk onbenullige din gen. Zo hoor je tegenwoordig net zo goed mooie als lelijke songs op de radio. Vroeger was dat niet zo en dat maakt mij gek. Het publiek wordt als het ware belazerd. Tegen woordig word je in alle landen als artiest ontvangen door mannen in pakken met stropdassen. Zoiets was vroeger ondenk baar. Het is ook niet mijn wereld. Ik schrijf daarom precies wat ik wil schrijven. Dat kunnen soms totaal onpraktische dingen voor een radiostation zijn maar dat interes seert mij niet. Ik heb ook nog steeds dezelfde gedrevenheid die overigens niet wordt ge voed door ambitie maar door de wil om te onderzoeken en nieuwe dingen uit te probe ren." Daar zal hij de komende jaren tijd genoeg voor hebben. Collins maakte onlangs be kend niet meer op tournee te gaan. De su perster wenst op die beslissing ook niet meer terug te komen. „Waarom ik niet meer op tour ga? Aan de ene kant wil ik het ge woon met meer, aan de andere kant is het ook fysiek niet meer mogelijk. Tijdens de opnames van Testify heb ik in één oor een gedeelte van mijn gehoor verloren; 32 pro cent ben ik nu kwijt. Een virusinfectie was de oorzaak en mijn gehoor is tot nu toe niet meer teruggekomenDe specialist adviseer de mij om niet meer te toeren. Hij zei tegen mij. 'Je hebt het toch niet nodig.' Ik kan nu redelijk met dit gemis omgaan Alleen in ge horige omgevingen krijg ik het moeilijk. Dat ik nu niet meer kan toeren is voor mij geen probleem. Een wereldtour kost je toch al snel twee jaar en nu dat wegvalt heb ik tijd genoeg om andere dingen te doen. Ik wil me de komende jaren concentreren op het schrijven van soundtracks. Dat is iets waar ik mij verder in wil verdiepen. Overeen paar jaar maak ik misschien weer een nieuwe so- lo-cd of een plaat met mijn eigen big band. Alles staat open. Ik zal in ieder geval nooit dingen doen die ik niet wil doen Jean-Paul Heek De nieuwe cd van Phil Collins is getiteld Testify.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2002 | | pagina 27