Een klus van historische betekenis PZC Maritieme wereld gaat onvolwassen om met ongelukken van een oudje Vraagtekens bij de ondergang Berging van de Prestige Pronkstuk 27 Tokio zaterdag 23 november 2002 De diepzee wordt wel vergeleken met het duistere, luchtledige heelal: geen mens kan er gaan zonder de j uiste techniek en uitrusting. Het is er koud, donker en de druk is enorm: met elke tien meter neemt de druk toe met 1 atmosfeer, ofwel 1 kilo gram per vierkante meter. In zo'n omge ving, op een diepte van 3,6 kilometer, liggen op dit moment de olietanks van de tanker Prestige op de bodem van de Atlan tische Oceaan. Nog maar kort geleden zou het onmogelijk zijn geweest deze tanks alleen al te berei- ken. In de wereld van bergers beginnen de grotere diepten onder de 50 meter. Dit is de diepte die duikers met gewone duikuitrus- ting nog aan kunnen. Met speciale hulp- middelen, zoals een bemanningsverblijf i op grotere diepte, is een maximale diepte te 1 halen van 300 meter. Bij dit saturation di- ving passen duikers zich lichamelijk aan de grote waterdruk aan, door een langdu- ng verblijf in druktanks. Deze methode is gebruikt bij de berging van de Russische onderzeeër Koersk op een diepte van 160 1 meter De kosten van zo'n operatie zijn enorm. Smit International ontwikkelde daarom - een nieuwe, commercieel aantrekkelijker methode om bergingen op grotere diepten te kunnen uitvoeren: het PollutionRecove- ry-systeem, kortweg PolRec. „Het is vol- g'ens ons de toekomst van de berging", zegt woordvoerder Lars Walder van Smit. „Er 1 gebeuren wel minder ongelukken op zee, maar als er wat gebeuld is het vaak gecom- pliceerder en zijn er gevaarlijker stoffen mee gemoeid". Smit ontwikkelde het systeem samen met de Noorse pompspecialist en partner Frank Mohn. Het is ontworpen om op gro- tere diepten chemicaliën of olie te bergen. Duikers komen er niet meer aan te pas. Es sentieel in het systeem is het gebruik van onbemande, op afstand bestuurde duikro- bots, de ROV's (Remote Operated Vehicles). De ROV's worden eerst ingezet om in de Vrijwilligers ruimen olie aan de Spaanse kust. vijandige diepte situatie en conditie van een gezonken schip met camera's in kaart te brengen. Vervolgens klampen mini- onderzeeërs zich op strategische punten vast aan de huid van het schip. Met speci aal ontwikkelde boren worden gaten in de wand van de tanker gemaakt. Een centraal geplaatste pen drukt daarbij een stalen ci linder in de tank. Een klein reseivoir vangt het boorafval op. Daarna kan de inhoud van de tank langs een afgedichte verbinding worden opge- foto X. Rey/EPA pompt. Gaat het om olie, dan moet eerst het effect van kou en hoge druk worden op geheven, want clie maken olie stroperig en onhandelbaar. Dit gebeurt door de olie tij dens het oppompen steeds met stoom te verwarmen. Smit International boekte het eerste suc ces met dit systeem voor de kust van Zuid- Korea, waar op een diepte van 80 meter olie uit twee gezonken tankers werd gebor gen. Het leverde het bedrijf de Seatrade Award op, een prijs op het gebied van de bestrijding van vervuiling in zee. Hetzelfde gebeurde vorig jaar met de la ding van de chemische tanker Ievoli Sim, die in oktober 2000 in het Kanaal was ver gaan. Op een diepte van 95 meter werd met het PolRec-systeem 4000 ton van het ui terst gevaarlijke styreen geborgen. Omdat deze tanker dubbelwandig was moest een speciale boor worden gemaakt. De olieberging uit de Prestige zou een klus zijn van historische betekenis. Het zou voor het eerst zijn dat zoiets op zo'n grote diepte lukt. „Theoretisch kan het", zegt Walder van Smit. „Maar praktisch zijn er nog heel wat hobbels." Het PolRec-sys teem in zijn huidige vorm is maar bruik baar tot een diepte van 250 meter. Volgens de informatie van het bergingsbedrijf ma ken 'toekomstige aanpassingen' het moge lijk om op dieptes te werken van 2500 me ter 'tot zelfs 3000 meter'. Volgens Walder zijn er vele maanden aan voorbereiding voor nodig eer ook maar met de berging begonnen kan worden. En dan is het nog maar de vraag of de tanks nog heel zijn. Complicerend is ook de dei ning op zee, die vrijwel het hele jaar min stens vijf meter bedraagt. Het ondersteu ningsschip dat als uitvalsbasis dient - bijvoorbeeld de varende offshore installa tie Smit Pioneer - moet namelij k tijdens de operatie precies op zijn plaats boven het werk op de zeebodem blijven. Voor alles is het de vraag wie deze kostbare operatie gaat betalen. Walder heeft geen idee wie dat kan zijn. De Spaanse over heid, de Europese Unie, Verzekeraars? Niemand weet het. De belangrijkste reden dat Smit nog niet met de klus is begonnen is dan ook eenvoudig: „Niemand heeft het ons nog gevraagd." Anko de Jong De Prestige is gezonken. Los van de schade voor het milieu die dit ongeluk voor de Spaanse kust met zich meebrengt, blijkt uit het ongeluk met deze oude tanker eens te meer dat politiek belangrijker is dan invoering en handhaving van fatsoen lijke kwaliteitsnormen. Terwijl Madrid en Londen ruzieden over Gibraltar kreeg de - toen al - lekkende tanker niet de aandacht die nodig was. De ramp met de olietanker Prestige voor de Spaanse kust heeft opnieuw duidelijk ge maakt dat de maritieme wereld geen kans ziet een kwaliteitsslag te maken. In geval van ongelukken prevaleren veelal ruzies over schuldvraag en schadevergoedingen boven adequaat ingrijpen. De Spaanse autoriteiten hebben de lek kende tanker Prestige uit territoriale wa teren gedirigeerd op een moment dat de meeste olie al uit één van de lekgeslagen tanks van het schip was gestroomd en een directe bedreiging vormde voor de Spaan se westkust. De tanker zelf dreigde op dat moment te breken. De specialisten van het Rotterdamse ber gingsbedrijf Smit Salvage hadden een dag nadat het schip in problemen was geko men, de tanker graag naar een baai langs de Spaanse kust gesleept. In die omgeving, en omgeven door voldoende veiligheids maatregelen, had de resterende olie uit de Prestige kunnen worden gepompt. Nu moest de oude tanker, met nog ruim zeven tigduizend ton stookolie aan boord, in slecht weer op zee blijven. Er kunnen een heleboel vraagtekens wor den gezet bij de kwaliteit van de in 1976 in Japan gebouwde tanker. De Prestige is een oudje, een zogeheten enkelwandige tan ker. Moderne tankers hebben een dubbele romp, waarmee in geval van incidenten de kans op oliemorsing aanmerkelijk kleiner is. Is het verstandig om zo'n oude tanker helemaal vol te laden met stookolie en er van de ene kant van de wereld (Letland) naar de andere kant van de wereld (Singa pore) te varen op een moment dat op een flink deel van die route met extreem slecht weer rekening moet worden gehouden? Het antwoord op die vraag is natuurlijk 'nee'. Maar er is geen enkele regel die het uitvaren van de Prestige verbiedt. De ma ritieme wereld is het er wel over eens dat enkelwandige tankers niet meer op zee thuishoren, maar de sloop van deze sche pen is over een veel te lange tijd uitge smeerd. De Prestige zou pas in het voorjaar van 2005 met pensioen gaan. Voldeed de Prestige wel aan alle eisen? Er zijn geen aanwijzingen dat dat niet het ge val was. Een groot aantal partijen moet daar op toe zien, maar uiteindelijk is de re der de eindverantwoordelijke, De Griekse eigenaar laat de Prestige varen onder de vlag van de Bahama's, dat als vlaggestaat de nodige eisen stelt. Dat de Bahama's be schikt over een scheepsregister heeft veel meer met fiscale zaken te maken dan met een vooruitstrevende maritieme traditie. Eisen stellen ook de klassificatiemaat- schappijin dit geval het American Bureau of Shipping, evenals de verzekeringsmaat schappij Londen P&I Club. Alle betrokke nen hebben tot nu toe verklaard dat het schip aan alle eisen voldeed. Vorig voor jaar nog is de Prestige in het Midden-Oos ten in dok geweest voor inspectie en nood zakelijke reparaties. Daarbij moet worden aangetekend dat vlaggestaat, klassifica- tiebureau én verzekering er natuurlijk be lang bij hebben dat een schip vaart. De drie partijen ontvangen van de reder geld. Negentien, voornamelijk westerse, landen hebben jaren geleden afgesproken om als kuststaat bezoekende buitenlandse sche pen steekproefsgewijs te inspecteren. Deze zogeheten Port State Control (PSC)-in- specties zijn streng en bij gebleken tekort komingen kan een vaarverbod worden op gelegd. De Prestige is op 1 september 1999 in Rotterdam geïnspecteerd. Drie tekort komingen (twee op het gebied van red- dingsmaterieel en een 'algemene' veilig- heidsbemerking) waren onvoldoende voor een aanhouding. Daarna heeft de Prestige geen PSC-inspectie meer ondergaan, on danks het feit dat de tanker de afgelopen jaren in havens van aangesloten landen is geweest. Dat is vreemd en zegt veel over het functio neren van PSC. Griekse reders hebben geen al te beste veiligheidsreputatie en de Prestige moet alleen al gezien haar leeftijd tot de hoogste risicogroep worden gere kend. De aangesloten landen streven naar een kwantitatieve inspectienorm. Pas de laatste tijd praten de PSC-partners over inspectie op grond van risico-analyse. Het is een bekend gegeven dat sommige kust staten liever gemakkelijke inspecties uit voeren aan boord van haast fonkelnieuwe schepen, in plaats van de tijdrovende con troles van erkende roestbakken, om snel aan het afgesproken aantal inspecties te komen. Vorige maand nog heeft de maritieme in dustrie in Rotterdam gesproken over on der meer vluchthavens voor in nood verke rende schepen. Zowel 4e Internationale Maritieme Organisatie (IMO) als de Euro pese Unie ijvert voor voldoende uitwijkha- vens, maar het blijkt lastig leden en lidsta ten te laten instemmen met regelgeving. De vergoeding voor het ontvangen van een 'probleemschip' is doorgaans laag en de ri sico's zijn niet zelden groot. Spanje heeft de afgelopen dagen de lekkende tanker Prestige asiel onthouden. Inmiddels is dui delijk dat in de ladingpapieren Gibraltar weliswaar als bestemming is genoemd, maar dat de ladingeigenaar ter hoogte van de doorgang naar de Middellandse Zee de exacte bestemming aan de kapitein had willen doorgeven. Nu is het aan Spanje om de olie op te ruimen, die de Prestige heeft verloren. Alexander Bakker Olieslachtoffer. foto Santiago Lyon/AP De laatste seconden van de Prestige. foto Paul Hanna/Reuters Als een ecologische tijdbom liggen op een diepte van 3600 meter de olietanks van de gezonken tanker Prestige voor de Spaanse kust. Het is nog niet eerder vertoond, maar de olie zou zelfs op deze diepte geborgen kun nen worden. Het Nederlandse ber gingsbedrijf Smit International bezit als enige de kennis en apparatuur. En er komt geen duiker aan te pas. Het pronkstuk van het Ja panse interieur staat meestal in het kleinste kamer tje. Dé gemiddelde huiskamer mag op,een uitdragerij lijken, volgestouwd met meubelen die gemaakt lijken om westerse il lusies over de Japanse esthetiek te logenstraffen, maar het toilet heeft vaak eèn vorstelijke allu re. Dat is vooral te danken aan de wc zelf. Dat is een high-tech wonder. De po is voorzien van een instrumentenpaneel, waar mee de temperatuur van de bril kan worden geregeld, de kracht en de warmte van de twee reini gende stralen (een aparte voor mevrouw en een voor beide ge slachten) en de geur van de luchtververser. Het stelt de bui tenlandse bezoeker soms voor raadsels,- verkeerde knop en, hup, de verkeerde straal -, maar blijkt toch snel gebruikers vriendelijk. Dit is de standaard uitvoering. Maar in een land dat gek is op gadgets en waar men robots als 'huisdier' houdt, is er een groei ende behoefte aan meer geavan ceerde modellen. Een fabrikant denkt binnenkort een exemplaar op de markt te kun nen brengen, die op de stem van de bezoeker reageert. Je hoeft maar te kikken en het water is warmer of kouder, terwijl een 'persoonlijke' massage ook tot de mogelijkheden zal behoren. Dat is nog niets vergeleken bij wat de concurrentie in petto heeft. Het toilet van de toe komst zal uitgerust worden met apparatuur om bloeddruk, hartslag en de diverse bezink sels in de urine te meten. Dank zij een telefoon in de bril kunnen de gegevens via het internet doorgeseind worden naar de huisarts. Prijs Wie zich nu naar de sanitairko- ning wil spoeden om ook zo'n wonder-wc aan te schaffen, moet ik helaas teleurstellen. De wc's worden (nog) niet geëxpor teerd en zouden de begroting van het modale Nederlandse ge zin bovendien ver te boven gaan. Het supermodel kost rond de 3000 euro. Daar heb je vol gens mijn berekening een kleine 20.000 rollen wc-papier voor. Bij een normale stoelgang en een uitgekiend papiergebruik (de kleine medebewoners goed op het hart drukken dat het niet nodig is per beurt een halve rol af te scheuren!) kan het modale gezin, alweer volgens mijn bere kening, j aren voortIk heb daar bij geen rekening gehouden met veranderingen in het dieet die tot verstopping of veelvuldig wc-bezoek kunnen leiden en de voorkeur voor dubbel gelaagd (duurder) of simpel (goedkoper) papier. Niettemin moet de con clusie luiden: de aanschaf van zo'n installatie is ook gezien de afschrijvingskosten econo misch niet verantwoord. Privacy De grote vraag is nu natuurlijk: waarom doen Japanners het dan? Zoals gezegd hebben ze een zwak voor vernuftige, maar voor onze begrippen meestal nutteloze apparaten. Dat is één deel van het antwoofd. Het an dere is dat Japanners meestal zo klein behuisd zijn dat ze eigen lijk geen privacy hebben. Er is maar één ruimte waar ze onge stoord, voor zolang het duurt, alleen kunnen zijn. In de tradi tionele huizen was dat niet mo gelijk. Het toilet was een 'hurk- wc', en de houding die daarvoor moet worden aangenomen, is niet bevorderlijk voor een vre dige overpeinzing over de vreugden van het gezinsleven. Daar moet je makkelijk voor kunnen zitten. Combineer ant woord één nu met antwoord twee en voila, daar is de super- wc, Voor sommige, traditioneel ingestelde Japanners is dit de cadent gekwezel en zeker geen vooruitgang. Het verband is twijfelachtig, maar volgens hen ging het beter met het land toen men voor de grote boodschap nog moest hurken en geen troon besteeg. Peter van Nuijsenburg

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2002 | | pagina 27