Ecg werd basis van cardiologie Wapenhandel bloeide ten tijde van de Republiek Hartafwijking is levenslang juk Chemieonderzoek staat onder druk Reukvermogen neemt af Eredoctoraat onderzoeker Borst Hart filmpje honderd jaar geleden uitgevonden Heerlijke gekkigheid met cijfers en letters postzegels Aland 0,35 donderdag 21 november 2002 LEIDEN - Eén op elke tien jongvolwassenen met een aange boren hartafwijking wordt afgewezen voor een levensverze kering of moet een hogere premie betalen. Eén op de zeven met een ernstige afwijking krijgt bovendien het advies niet aan kinderen te beginnen en één op de vier kan geen baan vin den of moet stoppen met werken. Dit blijkt uit een onderzoek waarop Mascha Kamphuis pro moveerde aan de universiteit van Leiden. Kamphuis sprak met 160 mensen van 17 tot 32 jaar, van wie de ene helft is gebo ren met een lichte hartafwijking en de andere helft met een complexe, geopereerde vorm. Van de groep met een ernstige afwijking ervaart bijna iedereen (89 procent) minimaal één beperking in het dagelijks leven. Het meest genoemde pro bleem (39 procent) is het afsluiten van een levensverzekering. GPD UTRECHT - De onderzoeksprogramma's chemie van de Ne derlandse universiteiten staan onder druk door de daling van studenten die voor scheikunde kiezen. Ook de chemische in dustrie heeft daar op den duur last van. Dat stelt de visitatie commissie Onderzoek Chemie en Chemische Technologie van de Vereniging van Universiteiten (VSNU) in een gisteren be kendgemaakt rapport. Volgens de commissie is de kwaliteit van de overgrote meerderheid van de onderzoeksprogram ma's ruim boven het gemiddelde wereldniveau. Deze onder zoeken leveren een belangrijke bijdrage aan de internationa le voortgang van chemieonderzoek en toegepaste chemie, stelt de commissie. Maar zij heeft zorgen over het gebrek aan studenten. Nu al is het moeilijk om goed gekwalificeerde tij delijke onderzoeksmedewerkers te vinden. Steeds vaker moeten die uit het buitenland komen. GPD SAN DIEGO - Naast het gehoor en gezichtsvermogen neemt met het stijgen der jaren ook het reukvermogen af. Van de 80- plussers kampt ruim 60 procent met een verminderd reukver mogen zonder dat zij dat zelf in de gaten hebben, schrijft C. Murphy (University of California, San Diego) in het medisch vakblad JAMA op grond van een onderzoek onder 2491 oude ren. Een verminderd reukvermogen kan zowel de gezondheid (minder zin in eten, herkennen van bedorven voedsel) als de veiligheid (niet ruiken van een gaslek) in gevaar brengen. GPD LEIDEN - De Amsterdamse emeritus hoogleraar Piet Borst krijgt een eredoctoraat van de Universiteit Leiden. De uni versiteit eert hem voor zijn baanbrekende onderzoek op het gebied van kanker en de ontwikkeling van kankercellen. Borst verwierf de afgelopen decennia wereldfaam met onder zoek op de terreinen van de biochemie en de moleculaire bio logie. Borst (68) is sinds 1965 als hoogleraar verbonden aan de Universiteit van Amsterdam. In 1983 werd hij wetenschappe lijk directeur in het Nederlands Kanker Instituut/Antoni van Leeuwenhoek ziekenhuis, waarna het instituut een enorme ontwikkeling doormaakte. Sinds 1999 is hij daar staflid. Borst onderzocht onder meer het ontstaan en de stofwisse ling van mitochondriën. Deze kleine chemische fabriekjes zitten in dierlijke cellen en maken energie vrij uit koolhydra ten en vetten. Ze zorgen ervoor dat een cel zijn werk kan doen. Ook deed hij onderzoek naar slaapziekteverwekkers en naar de vraag hoe het kan dat kankercellen resistent worden voor bepaalde medicijnen. GPD jnnrAnne Velthausz ENSCHEDE - Precies honderd jaar geleden werd voor het eerst een hartfilmpje gemaakt. De uitvinder, professor Willem Einthoven, liet zijn eerste pati ënten op een stoel zitten met hun handen in een glazen pot met een sterke zoutoplossing. Dit zorgde voor een betere gelei ding van de elektrische stroom. Een eeuw later is het elektrocar diogram uitgegroeid tot een van de meest voorkomende onder zoeken in het ziekenhuis. Heeft u al eens eerder een hart filmpje gehad? Het is de stan daardvraag aan mensen wan neer er een elektrocardiogram, oftewel een ecg wordt gemaakt. „De naam hartfilmpje is hele maal ingeburgerd", verduide lijkt Ton de Witte, hartfunctie- laborant van het Medisch Spectrum Twente in Enschede. Samen met zijn collega's maakt hij dagelijks vrijwel aan de lo pende band hartfilmpjes. „Het is wat je noemt de basis van de cardiologie." Het is druk deze woensdagoch tend in de wachtkamer van de afdeling hartfunctie/ecg. Pati ënten lopen af en aan en wach ten op hun beurt. In de onder zoeksruimte nemen ze plaats op de ligbank naast het ecg-appa- raat. Daaraan bengelen ge kleurde draden met de bekende elektroden die op borst, armen en benen worden 'geplakt' om de elektrische activiteit van het hart te registreren. „Het is niet pijnlijk hoor", zo stelt Ton de Witte de patiënten gerust. „Al leen de vloeistof die ik aanbreng voelt wat koud aan. Die vloei stof is nodig om beter contact te kunnen maken met het hart." Even later print de hartfunctie- laborant de gegevens uit, die naar huisarts of cardioloog gaan. Op een simpel A'viert je zijn de twaalf bekende op en neergaande lijnen te zien die de elektrische activiteit van het hart weergeven. Aan de hand daarvan kan de arts zien hoe de toestand van het hart is. De uitvinding van het elektro cardiogram was honderd jaar geleden opzienbarend. De jonge Leidse hoogleraar fysiologie Willem Einthoven presenteerde toen een onversterkte span ningsmeter die via telefoondra den met het academisch zieken huis in Leiden was verbonden. Daarmee registreerde hij voor het eerst de elektrische activi teit van een mensenhart. De snaargalvanometer, zo werd de voorloper van het huidige ecg genoemd. Het apparaat stelde de artsen in staat om zich, zon der het lichaam te openen, een beeld te vormen van de toestand van het hart. Al eerder was uit gevonden dat bij elke samen trekking van het hart kleine elektrische stroompjes optra den. Professor Einthoven vond het instrument uit om de stro men nauwkeurig te registreren. Zo legde hij het verband tussen bepaalde afwijkingen van het standaardpatroon van de curve en enkele veel voorkomende hartafwijkingen. De eerste pa tiënten die hij onderzocht zaten met hun handen in een pot met een sterke zoutoplossing, zodat de elektrische stroom beter ge leid werd. Argwaan De uitvinding zorgde aanvan kelijk voor grote argwaan bij de artsen. Maar enkele jaren later was de uitvinding niet meer weg te denken uit de ziekenhuizen. En Einthoven ontving voor zijn werk in 1924 de Nobelprijs. Het elektrocardiogram is niet meer weg te denken als 'hallbe wakerin het ziekenhuis. Het maken van een ecg is inmiddels een routine-onderzoek. De ap paratuur is sinds de uitvinding door de Leidse professor voort durend verfijnd. Door middel van het elektrocardiogram kan men het hart van twaalf kanten bekijken. Ton de Witte: „Eén druk op een knop en al die gege vens staan op een papier. Toen ik 25 jaar geleden een hartfilmpje maakte, moest ik nog twaalf keer schakelen met een draai- knop en kwam er hele een lange strook papier uit het apparaat." Jaarlijks worden in het Medisch Spectrum Twente 40.000 ecg's gemaakt en het is daarmee een van de meest voorkomende on derzoeken inhet ziekenhuis. „Je kunt het zien als een soort alge mene screening. Een eerste stap in het onderzoek door de cardio loog", verduidelijkt Ton de Wit te. Een ecg wordt gemaakt om te zien of er iets aan de hand is met het hart, maar ook om dit uit té sluiten. De patiënten hebben bijvoorbeeld pijn op de borst of zijn kortademig. Bovendien wordt een ecg gemaakt van mensen die een operatie moeten ondergaan. Vernauwing Op een ecg is te zien of iemand een hartafwijking heeft, of er sprake is van vernauwing van de kransslagader, maar ook kunnen bijvoorbeeld geleiding problemen worden gesigna leerd. Deze kunnen er de oor zaak van zijn dat mensen soms even weg raken. Ook is op een ecg te zien of iemand eerder een hartinfarct heeft gehad. In de beginperiode van het ecg wer den vooral aangeboren hartaf wijkingen opgespoord met be hulp van een ecg, maar deze worden tegenwoordig door middel van echografie in beeld gebracht. Van angst voor het onderzoek is veelal geen sprake, zo is de erva ring van Ton de Witte. Meestal zijn mensen blij dat ze geholpen worden en duidelijkheid krij gen over de oorzaak van hun klachten. Eventuele problemen met het hart zijn overigens niet altijd te zien op een ecg. „Soms is de ene dag niets te zien, en de volgende dag wel. Het verhaal van de patiënt weegt ook mee. Daarom wordt soms een tweede hartfilmpje gemaakt, of wordt een fietstest oftewel inspan ningstest gedaan. Ik vergelijk het wel eens met een auto die mooi gepoetst in de garage staat. Prachtig om te zien aan de buitenkant, maar je merkt pas hoe de motor loopt als de auto rijdt. Dat verhaal gaat op voor patiënten met bijvoorbeeld een vernauwing van de kransslag ader. De typische afwijking is dan op het hartfilmpje te zien als de patiënt inspanning le vert." GPD De uitvinding van professor Willem Einthoven: het elektrocardiogram. foto GPD door Aly Knol DEN HAAG - Je vraagt je af hoe de vergadering is verlo pen waarop werd vastgesteld aan welke lettercode de Eu ropeaan zou kunnen herken nen in welk land een bepaald eurobiljet is gedrukt. Om nog maar te zwijgen over het nachtmerrieachtige overleg, waarop werd bepaald hoe het controlecijfer zou moeten worden berekend, waaraan een computer kan herkennen of hij de voorgaande tien cij fers van het volgnumriier op een biljet goed heeft gelezen. Beide bijeenkomsten moeten bijna hallucinerende erva ringen zijn geweest getuige de besluiten die zijn geno men. Ga maar na: de landen van de Europese Unie hebben een letter gekregen 'in omge keerde alfabetische volgorde van hun naam in de lands taal'. België staat bovenaan met de letter Z, voor het Uni ted Kingdom (Groot-Brit- tannië), hoewel het nog niet besloten heeft tot de overstap naar de euro, is voorlopig als laatste de letter J gereser veerd. Een in Nederland ge drukt biljet gaat door het le ven met een P. In dit fraaie systeem is overigens een vooralsnog onbegrijpelijke fout geslopen: Griekenland en Denemarken zijn verwis seld. Controlenummer Al deze 'logica' is echter nog niets vergeleken bij het bepa len van het controlenummer: 'Vervang eerst de letter door een getal, in volgorde A 10, B ll, C 12 enzovoort. Tel nu de tien cijfers van het volgnummer hierbij op. Dus bijvoorbeeld het Nederland se biljet P0123456789 levert als som 26 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 26 45 71. Deel dit cijfer door 9, en neem daarvan de rest. In dit geval dus 71/9 7, rest 8. Trek dit getal af van 9, en dat is het controlegetal: 9-8 1. Het volledige nummer op het eurobiljet is daarom dus P01234567891.' Het is allemaal heerlijke gek kigheid, te lezen in het zo juist verschenen boek 7 op de schaal van Richter en andere getallen van wetenschaps journalist Hans van Maanen. Hij haalt van alles overhoop, van Aardbevingen tot Zuur, van Brillen tot Waterhoog ten, van Cito-score tot Voor voegsels, alles waarbij getal len en letters in het geding zijn, soms zinvol, niet zelden echter ook onpraktisch. 7 op de schaal van Richter, oftewel 'De ontcijfering van alledaagse nummers, cijfers, maten en gewichten' zoals de ondertitel luidt, is geen boek om van voor naar achteren te lezen, maar wel een heel leuk naslagwerk. Het vertelt je bijvoorbeeld dat alle E-wegen in Europa, die eindigen op een oneven getal van twee cijfers, altijd noord-zuid routes zijn, dat een huwelijk dat 65 jaar standhoudt een briljanten huwelijk is, terwijl een hu welijk van 80 jaar slechts als eiken wordt betiteld, dat een mens in een leven van tachtig jaar ruim vijftien ton droog voedsel verstouwt, dat etens waren met veel E-nummers niet per se verwerpelijk zijn, dat vreemd genoeg -40 gra den Fahrenheit ook precies - 40 graden Celsius is, dat 15 denier op een nylonkous be tekent dat negen kilometer van de daarvoor gebruikte nylondraad 15 gram weegt, dat schoenmaat 42 gelijk staat aan 28 centimeter en dat schoenmaat 43 tweeder de centimeter langer is, dat het getal op ons schuurpa pier niet anders aangeeft dan het gemiddelde aantal kor rels per vierkante millimeter dat je met een HB-potlood met gemak een streep van vijftig kilometer lang kunt trekken, wat overeenkomt met 45.000 woorden, en dat het berekenen van de restze tels voor de Tweede Kamer zo mogelijk nog ingewikkel der is dan het bepalen van het controlenummer op een eu robiljet. Van Maanen heeft een ware 'encyclopedie der getallen' gemaakt, vlot geschreven en toegankelijk. Hij sluit her en der een foutje niet uit, maar houdt zich 'van harte aanbe volen voor alle scherpslijpe rij' van oplettende lezers. GPD Hans van Maanen: 7 op de schaal van Richter en andere getallen - Uitgeverij Bert Bakker, 288 pag., €17,95. door Esther Hartenberq LEIDEN - In de Republiek der Verenigde Nederlanden van 1585 draaide alles om oorlog voering tegen het Spaans - Habsburgse Rijk. Het Staatse leger (van de Republiek) kreeg een enorme financiële klap toen de Spanjaarden onder leiding van de hertog van Parma de welvarende gewesten Vlaande ren en Brabant in handen kre gen. Onder leiding van prins Maurits van Oranje-Nassau en graaf Willem Lodewijk maakte de Republiek een opmerkelijke comeback. De Leidse historicus Michiel de Jong heeft moeten vaststellen dat de Nederlandse Republiek tussen 1585 en 1621 een om vangrijke wapennijverheid en wapenhandel opbouwde. De Republiek ontwikkelde zich in die periode tot één van de meest vooraanstaande wapenmark- ten in Europa. Dat kon alleen door een intensieve samenwer king tussen overheid en koop lieden, waarbij de overheid het initiatief nam. Volgens De Jong (32) is deze vooruitstrevende rol van de overheid onderbelicht in de Ne derlandse geschiedenis en op merkelijk voor een tijd waarin staten zich vooral inzetten voor landsverdediging en rechts handhaving. Hij promoveerde onlangs aan de Universiteit Lei den op het proefschrift Staet van Oorlog, over het ontstaan van die samenwerking tussen wapenproducenten, -handela ren en overheid. Het samenspel tussen overheid en ondernemers biedt volgens De Jong een goede basis om de economische, militaire en staat kundige veranderingen tussen 1585 en 1621 te analyseren. „De toename van de overheidsbe moeienis droeg in belangrijke mate bij aan de explosieve eco nomische groei in de Gouden Eeuw. Zij beïnvloedde op deze manier het ondernemersgedrag in het wapenbedrijf." De zestiende eeuw was vergele ken met vandaag de dag een ge vaarlijke tijd. „Iedereen die een beetje geld had, liep met een mes of degen op zak", vertelt De Jong. „Van student tot hoog waardigheidsbekleder. Zonder wapen kon je simpelweg niet reizen. Het wapenbezit in Euro Historicus Michiel de Jong: „Het wapenbezit in Europa was in de zestiende eeuw te vergelijken met dat in de Verenigde Staten van nu." foto Marnix Schmidt/GPD pa was te vergelijken met de Verenigde Staten nu." Ook de behoefte aan wapens en munitie in de koopvaardij en handelscompagnieën nam fors toe. De groeiende stroom hary- delsschepen had extra geschut en manschappen nodig om ka ping te voorkomen. Het leger en de oorlogsvloot moesten in snel treinvaart van wapens en muni tie worden voorzien om de oor log tegen de Spaanse strijdkrachten vol te kunnen houden. De Nederlandse soldaten raak ten gedisciplineerder door in voering van tactieken met Ro meinse invloeden. „In 42 stappen leerden ze hun musket te laden en af te schieten", weet De Jong. „Daarbij wisselden ze elkaar af door steeds achter in de rij aan te sluiten, de zoge naamde contremars." Directe veldslagen werden vervangen door langdurige stadsbelege- ringen. Om de steden sneller te laten capituleren, werden de stadswallen gebombardeerd. Betere discipline en grotere vuurkracht maakten efficiënte re oorlogvoering mogelijk. Ook de vloot vernieuwde. Er was behoefte aan grotere sche pen die langer op zee konden blijven. Dat stelde hogere eisen aan de scheepsbouwtechniek. De ontwikkeling van jachten en spiegelschepen leidde tot een nieuwe, gespecialiseerde oor logsvloot. In 1597 kon deze vloot zich qua bewapening me ten met de Britten. „De schepen moesten beweeglijk zijn en de vijand dicht kunnen naderen voor een succesvolle entering." Uiteindelijk vochten schepen in de zeventiende eeuw steeds meer op de lange afstand en ver dween de betekenis van het en teren. Door al deze facetten groeide de wapenhandel razendsnel. Het staatsapparaat gebruikte ruim zeventig procent van zijn bud get ter ondersteuning van leger en vloot. De Republiek voelde de noodzaak zelf wapens te gaan maken en onafhankelijk te worden van wapenleveranties uit onder andere Duitsland en Luik. Binnen de bestaande nijverheid ontstond een eigen wapenpro ductie. Loodgieters, timmerlie den en grofsmeden gingen ook wapens maken, die de overheid gretig afnam. Ook trok het vele werk ambachtslieden uit het buitenland. De kosten waren hoog en productie en handel werd door een kleine groep kooplieden en ondernemers ge organiseerd. De financiële pro blemen kwamen echter snel. „Door de grote vraag naar grondstoffen als koper, zwavel en salpeter, stegen de prijzen explosief. De overheid hielp de ondernemers een handje door grondstoffen uit voornamelijk Polen en Zweden op te kopen en als afnemerskrediet aan de kooplieden te verlenen. De prij zen werden hierdoor gedempt." Om ondanks de onveilige situa tie en financiële nood risicovol le handelsreizen naar Afrika en Azië mogelijk te maken, leende de staat manschappen en wa- penmaterieel aan kooplieden uit. Zo kwam dertig procent van de bewapening van de VOC uit staatsarsenalen. Deze over heidsbemoeienis is zeer opval lend en volgens De Jong niet los te koppelen van de landsbelan gen en spectaculaire groei van de koopvaardij. „Het beleid van de Republiek in die tijd wordt door historici nog teveel gezien als handelbevorderend zonder daar zelf een intensieve bij drage aan te willen leveren", vindt De Jong. „De overheid probeerde wel degelijk knel punten voor ondernemers weg te nemen." GPD Het Finse eilandenrijkje voor de Zweedse oostkust, Aland (209 zegels in achttien jaar), heeft 9 oktober de vijf tiende zegel aan de nu veertien j aar lopende kerkenreeks toege voegd Op de zegel van 0,3 5in een oplage van een half miljoen, staat de kerk van Saltvik. Met deze nieuwe zegel begint de $Al?VtfC$ K'VftKA' kerkenreeks toch aardig gestal te te krijgen. Tijd voor een reca pitulatie: 1988, kerk van Jomala (1,40 Firn.), 1989, kerk van Fin- ström (1,50), 1990, de St.-An- dreaskerk, Lumparland (1,70), 1991, St.-Matthiaskerk, Vardo (1,80), 1992, kerk van Hammar- land(l,80), 1993, Maria Magda- lenakerk, Sotunga (1,80), 1994, kerk van Sund (2,00), 1995, kerk van Geta (2,00), 1996, kerk van Brandö (2,00), 1997, St.-Geor- gekerk van Mariehamn (1,90), 1998, St.-Laurentiuskerk van Eckerö (1,90), 1999, kerk van Lemland (1,90), 2000, St.-An- nakerk, Kökar (0,34 /2,00) en 2001, St.-Maria Magdalen- akerk, Föglö (0,34 2,00). Aan deze permanente kerken- zegel gingen 2 september twee bijzondere zegels vooraf met daarop vondsten uit de periode 500-1050 na Chr. Een lklass-ze- gel toont een bronzen pen uit de 8e of 9e eeuw, die in 1956 door een boer in het dorpje Syllöda in een bloemperk werd gevonden; op een 2klass-zegel een gesp (8e eeuw), in 1962 gevonden in een graf bij Persby. Oplage van bei de zegels: 400.000 stuks. België heeft 28 oktober zijn 'reis door de 20e eeuw in 80 postze gels' voltooid. Het nu versche nen velletje met twintig zegels van €0,41 heeft als titel 'Maat schappij en Sociaal Leven Dagelijks Leven'. De onderwer pen zijn onder meer sociale huisvesting, de studentenrevol te van 1968, vergrijzing, Euro pese Unie, mobiliteit en sociale zekerheid. Het is door de veel heid aan teksten het minst aan sprekende velletje van de vier. De International Council for the Exploration of the Sea (ICES) herdenkt haar 100-jarig be staan. De ICES, die momenteel 19 lidstaten telt werd in 1902 in Kopenhagen opgericht, waar nog altijd de hoofdzetel is. Het eeuwfeest was op 25 september voor Denemarken, Faroer en Groenland aanleiding om met een gemeenschappelijk uitgifte te komen. Op de zegels, met in beide gevallen vissen op de on derste helft van de zegels, het onderzoeksschip Dana en de vuurtoren van Hirsthals. Waar den: Denemarken 4,00 en 10,50 kr., Faroer 2 x 8,00 kr. en Groen land 7,00 en 19,00 kr. Alle drie de postadministraties hebben ook minivelletjes uitgegeven. IBELSIQUE-BEljG!EM2 sooxcocrr.' Denemarken bracht 25 septem ber nog twee emissies in roula tie. Het eerste traject van de Kopenhaagse metro, die 19 ok tober werd geopend, werd postaal luister bijgezet door de uitgifte van een 5,50 kr.-zegel waarop een trein nadert door een tunnel; daarnaast werd de reeks 'postzegelkunst' uitge breid met werken van Jens Bir- kemose (5,00 kr.,Childrens Cor ner) en Frans Kannik (6,50 kr., Schilders en modellen). Met als thema '500 jaar Deense huisar chitectuur' is Denemarken 8 no vember een reeks van twintig zegels gestart, vijf zegels per jaar. De eerste serie toont mo derne architectuur met onder andere vakantiehuizen, en de komende jaren wordt terugge gaan in de tijd. Waarden: 4,00 kr., 4,25 kr., 5,50 kr„ 6,50 lcr. en 9,00 kr. De 4,00 kr.-zegel zit ook in boekjes (tien stuks). Titel Danske boliger 1. Hero Wit

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2002 | | pagina 9