pzc
Geef gewone mensen een stem
Kan een Indiase alleenstaand zijn en gelukkig?
Vroeger laat nooit los
Conny Braam
in Zierikzee
Anita Nair
27
Laatste
1 seizoen op
Vlieland
Robert
Menasse
vrijdag 8 november 2002
Met haar roman Laatste sei
zoen heeft Vonne van der
Meer haar trilogie met een va-
kantiehuisje op Vlieland als
middelpunt afgerond.
Wat is er zo boeiend aan een va
kantiehuisje? Helemaal niets,
ben je in eerste instantie ge
neigd te zeggen. Het is een groot
artikel waarvan slechts voor
korte duur gebruik wordt ge
maakt. En vervolgens kan het
met het grootste gemak worden
vergeten. Maar na lezing van
Laatste seizoen van Vonne van
der Meer ga je plotseling heel
anders aankijken tegen de tijde
lijke verblijfplaats. Wie hebben
eigenlijk nog meer die deur ge
opend? Wat heeft zich allemaal
in het bed afgespeeld? En waar
om ontbreken er twee pagina's
in het gastenboek?
Hans, een van de romanfiguren
in Laatste seizoen, is zijn geheu
gen op een bepaald moment lie
ver kwijt dan rijk. Hij bracht vo
rig jaar een paar dagen door in
een vakantiehuisje, samen met
zijn toenmalige vriendin Marti-
ne. Hans greep de paar dagen
aan als een geschikt moment om
de relatie te verbreken. En nu
heeft zijn nieuwe vriendin Ma-
nou hem weten te verrassen met
een kort verblijf in, jawel, het
zelfde onderkomen.
Hans is slechts één van de ver
bindende schakels tussen de
verschillende delen van de trilo
gie van Vonne van der Meer. Ze
publiceerde drie jaar geleden de
opmerkelijke roman Eilandgas-
ten, met het zomerhuisje Duin
roos op Vlieland als rode draad
voor een reeks verhalen. De tij
delijke bewoners komen zonder
het te beseffen met elkaar in
aanraking: ze slapen in hetzelf
de bed en eten aan dezelfde ta
fel. Maar ook schrijven ze zo nu
en dan iets in het gastenboek,
waarvan delen in de roman zijn
beland. Sommige personages
keren terug in het vorig jaar ver
schenen De avondboot en nu
ook in Laatste seizoen. De drie
romans vormen met elkaar een
geheel, maar laten zich ook af
zonderlijk lezen.
Het zijn vooral verhalen over
liefde en vergankelijkheid die
Van der Meer in haar trilogie
heeft opgenomen. Over een jon
ge zakenvrouw die zich pro
beert voor te stellen hoe haar
minnaar het weekend door
brengt, samen met zijn gezin. Of
over een ouder echtpaar dat op
het eiland de dood van een zoon
probeert te verwerken. Maar
vooral heeft Van der Meer aller
lei aspecten van het 'eilandge
voel' in haar romans verwerkt,
met de aankomst en het vertrek
van de veerboot als belangrijk
ste ijkpunten in de dagindeling.
En wie heeft in Laatste seizoen
het laatste woord? Natuurlijk,
de schoonmaakster die ieder
seizoen het vakantiehuisje on
der handen neemt. Zij opende
de trilogie met de woorden: 'Het
wordt hoog tijd dat ik afsluit.'
En nu, aan het eind gekomen, is
ze te moe geworden om haar ta
ken zorgvuldig uit te voeren.
Haar laatste zin: 'Ik voel het, dit
is zo voorbij.'
Jacob Moerman
Vonne van der Meer: Laatste seizoen
- Uitgeverij Contact, 200 blz..
€15,80.
oms is de
geschiedenis nu
eenmaal zo dat je de
zaken niet anders dan
zwart/wit kunt stellen. Het
is toch onmogelijk over
vernietigingskampen
genuanceerd te schrijven",
zegt Conny Braam. Ze
reageert daarmee op een
kritiek, waarin ze een
'ouderwetse socialiste'
wordt genoemd voor wie
arbeiders uitsluitend wit en
werkgevers alleen maar
zwart zijn.
Conny Braam is dinsdag 12
november te gast in
Zierikzee. In de aula van
scholengroep Pontes, locatie
Pieter Zeeman vertelt zij
over haar werk en drijfveren
als schrijfster.
Conny Braam werd in 1948 in
Arnhem geboren. Pas in
1992 debuteerde zij met haar
eerste boek. Voor die tijd kwam
het er niet van. Bijna een kwart
eeuw was zij activiste voor de
Zuid-Afrikaanse vrijheids
strijd. Zij was oprichtster van
de Anti-apartheidsbeweging in
Nederland. „Dat strijden tegen
onrecht lag zo voor de hand als
je kort na de oorlog was geboren
en je ouders vooral slachtoffer
waren geweest in die vreselijke
periode. Het overkwam hen ten
slotte allemaal maar. Ik werd
activiste, maar niet wetende dat
het zoveel jaren zou duren. In
mijn besef duurden oorlogen ge
middeld vijf jaar. Maar toen uit
eindelijk in 1990 Mandela uit de
gevangenis werd vrijgelaten,
besefte ik dat ik nu snel met
schrijven zou kunnen begin
nen." Haar eerste twee boeken
Operatie Vulva (1992) en De
Bokkenslachter (1993) waren
autobiografisch, gebaseerd op
haar ervaringen in Zuid-Afrika
Haar eerste echte roman Zwa
vel (1996) speelde zich daar ook
af en gaf inzicht in het leven en
werken van politievrouwen.
Nadat haar vierde boek De ama
zone van Dahomey (1998) tegen
een Zuid-Afrikaans decor was
uitgekomen, vond haar vader
Nico Braam het welletjes. „Nu
moet je ophouden met die boe
ken over Zuid-Afrika. Nu wordt
het tijd dat je over onze ei gen fa
milie in Ijmuiden gaat schrij
ven", hield hij zijn dochter voor.
Hij had al vele jaren gegevens
over de familie verzameld. De
voorouders waren ooit vanuit
het Oosten komen vluchten.
Wellicht zelfs vanuit Rusland,
maar die veronderstelling kon
niet worden bevestigd. De voor
ouders van de Bramen vestig
den zich in de duinstreek Brees-
aap bij IJmuiden. De zee gold
Conny Braam: „Sommigen vinden je gevaarlijk als je het opneemt voor arme mensen."
als hun grens. „Mijn familie
hield gewoon niet van water.
Ondanks dat ze aan zee woon
den, gingen ze nooit varen of
zwemmen. Volgens mij wasten
ze zichzelf ook nauwelijks. Ik
was de eerste van de familie die
een zeereis maakte", zegt Conny
Braam.
De naspeuringen van haar va
der leverden haar prima bouw
stenen voor een roman over
gewone mensen tegen een histo
risch decor. Haar intense per
soonlijke herinneringen aan
Aan de uitwerking is veel speur
werk in dossiers vooraf gegaan.
De verhalen van haar moeder
vlak voor haar dood én de aan
sporingen van vrienden uit Zee
land wakkerden haar interesse
en sympathie voor deze provin
cie aan. „Mijn moeder stamt af
van die polderjongens die des
tijds aan het kanaal hebben
meegegraven. Ze was daar een
beetje beschaamd over, omdat
ze veel armoediger waren dan
die vrijgevochten duinbewo
ners van mijn vaders kant. Ze is
opa Bert Braam die zijn leven
lang doodgraver was op de Wes
terbegraafplaats in IJmuiden
en die zo boeiend kon vertellen
over het verleden toen zijn
grootvader nog boer en strand
vonder was, motiveerden haar.
Ze zou het boek samen met haar
vader gaan schrijven, maar de
plotselinge dood van Nico
Braam trok een streep door dat
voornemen.
In De woede van Abraham
(2000) - over het graven van het
Noordzeekanaal tussen 1864 en
1876 - combineert de schrijfster
op speelse wijze de 'krenten' uit
haar familiegeschiedenis met
historische gebeurtenissen. Het
feit dat Nicolas Abraham, de
stamvader van de latere 'Bra
men', met zijn boerderij tje
moest wijken voor het kanaal,
bood haar bruikbare emoties.
er pas heel laat over gaan pra
ten."
Volgens Braam kwamen veel
kanaalgravers uit Zeeuws-
Vlaanderen, simpelweg omdat
ze werk zochten om te overle
ven. De waargebeurde overval
in de nacht van 23 op 24 novem
ber 1845 op de boerderij van de
rijke Isaac Nortier in Oostburg
voedde haar fantasie. De over
val werd gepleegd door landar
beiders die door het verloren
gaan van de oogst bijna stierven
van de honger. „Een vriendin
van mijeen rechtenstudente,
heeft de gegevens van de hoger
beroepzaak kunnen achterha
len. De overvallers van Nortier
werden ter dood veroordeeld,
maar de executie heeft nooit
plaatsgevonden Volgens mij
waren de autoriteiten bang voor
een volksoproer. Er verbleven in
die tijd nogal wat opstandige
lieden in Zeeland, een soort
linkse intelligentia die hun in
vloed deden gelden via de toen
malige Zeeuwsche Courant",
luidt Braams theorie over dit
gebeuren. In haar boek heeft ze
de namen van twee overvallers
gecombineerd tot één toonaan
gevend persoon onder de ka
naalgravers: Daniël Lauret. Een
ander hoofdpersonage hierin is
de journalist Ezekiël Boer-
haave. Vooral via dit fictieve
personage creëert ze ruimte om
haar mening over machtsmis
bruik en de sociale ellende van
de arbeiders in die tijd te venti
leren. „Daar krijg ik weieens
kritiek op ja. Sommigen vinden
je gevaarlijk als je het opneemt
voor arme mensen", zegt
Braam.
Haar onlangs uitgekomen ro
man De onweerstaanbare bas
taard speelt zich af in het roeri
ge IJmuiden tijdens de Eerste
Wereldoorlog. De nazaten van
Boerhaave en Lauret spelen er
een belangrijke rol in. De titel
slaat op één van de hoofdperso
nen Bart Boerhaave, maar dan
meer in de Engelse betekenis
van het woord, schurk dus.
Maar meer nog zegt die titel iets
over IJmuiden zelf. Deze haven
plaats speelde een cruciale rol
tijdens die macabere oorlogsja
ren. Op bladzijde 284 laat zij de
Engelse consul tegen de burge
meester van Velsen zeggen: 'Nou
u kunt trots zijn op uw bastaard
in het duin. De vlegel is uitge
groeid tot een jongeman van
aanzien' De burgemeester zelf
heeft zo zijn bedenkingen. Vol
gens Braam schaamde de man
zich zijn ogen uit zijn kop voor
al die taferelen en verwikkelin
gen in IJmuiden met al zijn
kroegen en dranklokalen.
Het was in de oorlogsjaren een
toevluchtsoord voor Belgische
Söii
foto Rob Hendriks/GPD
vluchtelingen, Duitse en Russi
sche deserteurs en ontsnapte
krijgsgevangenen. Verder wa
ren er de reders die woekerwin
sten maakten door de vis voor de
hongerlijdende bevolking in
Duitsland en Engeland letter
lijk duur te laten betalen.
IJmuiden is als inspiratiebron
voor Braam nog lang niet opge
droogd. In hotel Augusta werd
later de NSB opgericht en de zo
geheten Velser Affaire, gericht
op het uitschakelen van in
vloedrijke linkse figuren,
schreeuwt om ontrafeling. „Ik
heb mezelf ruim twee jaar gege
ven voor het volgende boek,
waarin ook weer nazaten van
Boerhaave en Lauret zullen te
rugkeren", zegt de schrijfster.
Haar keus voor de overstap van
uitgeverij Meulenhof naar Au
gustus van Tilly Hermans afge
lopen zomer lijkt naadloos te
passen bij haar gevoel voor
rechtvaardigheid. „Nou, het lag
eigenlijk gewoon voor de hand.
Tilly was altijd mijn eindredac
teur en een persoonlijke vrien
din. Ik moet er niet aan denken
een wildvreemd figuur als eind
redacteur te krijgen. Bovendien
pakt het allemaal heel prettig
uit nu in de huidige kleine kring.
En ik heb ook nog eens veel res
pect voor Tilly dat ze het aange
durfd heeft uit Meulenhof te
stappen. Dat is dapper, want die
uitgeverij is eigenlijk een heel
harde mannenwereld."
Ali Pankow
Literaire avond Conny Braamdins
dag 12 nov. in de aula van scholen
groep Pontes m Zierikzee, 19.30 uur
Kaarten: boekhandel De Vries en
openbare bibliotheek De Stolpe.
Uitgaven Conny Braam: De onweer
staanbare bastaard - Uitgeverij Au
gustus, 18,50De woede van Abra
ham - Uitgeverij Meulenhoff,
€19,50.
Met De verdrijving uit de hel
heeft de Oostenrijkse
schrijver Robert Menasse een
weergaloze dubbelroman ge
schreven over het begin en het
einde van de Europese geschie
denis, de periode tussen Spino
za en de val van de Berlijnse
Muur.
Hij stond plotsklaps oog in oog
met zichzelf. Begin 1992. Robert
Menasse liep nietsvermoedend
in museum Martin Gropius-Bau
in Berlijn op een tentoonstelling
over Jüdische Lebenswelten
rond toen zijn blik viel op een
schilderij van een Hollandse
meester. Hij las de legenda naast
het doek. 'Rembrandt van Rijn -
Portret van Rabbi Menasse'.
„Maar dat ben ik! dacht ik. Ik
dacht namelijk dat er Robbie
Menasse stond. Mijn vrienden
en ouders noemen me allemaal
Robbie in plaats van Robert.
Toen ik nog eens keek, zag ik pas
dat er 'rabbi' stond, maar het
idee was toen al geboren. Ik was
één seconde identiek met hem,
en in die seconde wist ik: dit is
een boek." Research zette
Menasse op het spoor van zijn
oude naamgenoot, Menasseh
ben Israël (1604-1657), die in de
zeventiende eeuw zoals zo vele
Portugese joden vanuit Lissa
bon naar Amsterdam bleek te
zijn gevlucht en in de Nederlan
den van die tijd onder anderen
de joodse filosoof en ethicus
Spinoza (1632-1677) tot zijn
leerlingen mocht rekenen.
„Ik wil er niet te dramatisch
over doen, maar voor mij was
het een zeer betekenisvol mo
ment. De Muur was nog maar
net gevallen. Het communisme
was voorbij. De discussie ging
over de vraag of de geschiedenis
aan het einde was gekomen. En
daar stond ik, aan het eind van
de moderne tijd, aan het einde
van de Verlichting, oog in oog
met een naamgenoot van mij die
aan het begin van de Verlichting
had gestaan. Ik had dus het be
gin en ik had het einde, en toen
moest ik wel."
En dus schreef Robert Menasse
(1954) de roman De verdrijving
uit de hel. Waarin hij twee el
kaar spiegelende verhaallijnen
zo door elkaar weefde dat de le
zer soms niet weet of de hande
ling in 17e-eeuws Amsterdam
plaatsheeft of in Wenen ten tijde
van de Tweede Wereldoorlog en
daarna. Vloeiend lopen de ge
schiedenissen van Menasseh
ben Israël, die door de inquisitie
van Portugal naar Amsterdam
wordt gedreven, en Viktor
Abravanel, een jongen wiens fa
milie zwaar te lijden heeft ge
had onder de nazi's, in elkaar
over.
„Ik geloof dat de formulering
'leren van de geschiedenis' niet
klopt. Volgens mij heeft nog
nooit iemand geprobeerd iets
van de geschiedenis te leren. Om
een eenvoudige reden: wie zich
met geschiedenis bezighoudt,
probeert niet te leren, maar pro
beert een legitimatie te vinden
waarom hij is zoals hij is en
waarom hij doet wat hij doet."
„Kijk naar de Serviërs op de
Balkan, die anderen de koppen
inslaan. Dat doen ze niet omdat
ze van de geschiedenis geleerd
hebben, maar juist omdat ze zo
intensief met en in de geschiede
nis leven dat ze menen dat een
veldslag uit de 14e eeuw hen nu
nog dwingt oorlog te voeren om
dat recht te zetten. Nu nog goed
willen maken wat in de 14e
eeuw misging - zou het dan niet
juist veel beter zijn om te zeg
gen: vergeet de geschiedenis!
Raakt hij in Wenen gedepri
meerd, dan neemt hij snel het
vliegtuig naar Amsterdam,
waar hij een appartement heeft.
Een vrijwillige verdrijving uit
de hel, die hij eerderal eens mee
maakte. Menasse prijst zich ge
lukkig dat hij meteen na zijn
studie het land kon verlaten. Hij
aanvaardde een baan als docent
op de universiteit van Sao Paulo
in Brazilië. „Dan kon ik daar
naast aan mijn eerste boek
schrijven. Toen dat gepubli
ceerd werd, heb ik meteen ont
slag genomen om in Europa van
de pen te leven."
Menasse publiceerde eerder een
romantrilogie, waarvan de eer
ste twee delen zijn vertaald als
Bar Hopeloos en Zalige tijden,
breekbare wereld. Het derde
deel verschijnt volgend jaar.
Daarnaast verschenen in het
Duits literaire en politieke es
says.
Ook literair gezien was Brazilië
voor Menasse van eminent be
lang. „Latijns-Amerika heeft
mij literair bevrijd. Toen ik met
schrijven begon, was vertellen
uit den boze. Het hele Duitse
taalgebied zuchtte onder de ra
zernij van de vorm. Experimen-
teel schrijven was verplicht. Ik
wilde vertellen. Ik wilde iets wat
niemand meer wilde." Maar
toen ontdekte hij Machado de
Assis, en andere Zuid-Ameri
kaanse auteurs.
„In de kunstgeschiedenis zijn er
enige constanten die we soms
even uit het oog verliezen. Lite
ratuur moet vertellen. Muziek
moet melodie hebben. Schilde
rijen moeten beeldend zijn. Mijn
roman is een episch vertelwerk.
Maar het is niet 19e-eeuws. Niet
in de stijl van vóór Ulysses of
Der Mann ohne Eigenschaften.
Het boek is wel degelijk ook mo
dern en eigentijds. Een boek als
Ulysses is een doodlopende weg.
Je moet een weg zien te vinden
door de blinde muur aan het ein
de van zo'n doodlopende weg.
Eenmaal door die muur tref je
daarachter een groot land
schap. het landschap van het
vertellen."
Theo Hakkert
Robert Menasse: De verdrijving uit
de hel - Roman Vertaling: Paul
Beers. Uitgeverij De Arbeiderspers,
416 blz., €29,90 (geb.).
Robert Menasse
Met haar tweede roman Ladies Coupé
heeft de Indiase schrijfster Anita Nair
een internationaal publiek weten aan te
spreken. Naast de edities in haar eigen land
en Engeland zijn vertalingen uitgegeven in
onder meer Nederland, Frankrijk en Italië.
De schrijfster is verbaasd: „Ik hadnooit ge
dacht dat mijn werk ook in andere landen
zou verschijnen."
„Mensen in mijn land hangen waarden en
normen aan die duizenden jaren hebben be
staan", geeft Anita Nair (geborenin 1966 en
woonachtig in Bangalore, een stad in het
zuiden van India) nadrukkelijk aan. „En het
is natuurlijk niet eenvoudig om die te veran
deren. Maar heel langzaam begint er iets te
verschuiven. Mensen van mijn generatie
kiezen er steeds vaker voor om zelf beslis
singen te nemen en hun levensloop te bepa
len. Ik weet zeker dat de toekomst er beter
uit gaat zien."
Haar woorden lijken eveneens betrekking
te hebben op de paden die ze zélf de afgelo
pen jaren bewandelde. Nair werkte lange
tijd in de advertentiebranche. „Ik werd
goed betaald, maar het werk stond me
steeds minder aan", vertelt ze. Om aan de
dagelijkse sleur te ontsnappen ging ze in
haar vrije tijd schrijven. Over het dorp van
haar jeugd, zodat haar zoontje later iets
over zijn voorvaderen zou kunnen lezen.
Dat schrijfwerk deed ze stiekem. „En hele
maal voor mezelf. Ook mijn man wist van
niets. De eerste die iets van mijn hand las,
was een bevriende redacteur van een krant.
Ik had op dat moment al een aantal verhalen
in de la liggen."
De redacteur was enthousiast en de verha
len belandden vervolgens bij een uitgeverij,
wat resulteerde in haar eerste boek. „Dat
debuut viel meteen op, omdat ik openlijk
schrijf over seks en gevoelens. Die aanpak is
Anita Nair: „India wordt langzaam maar zeker minder conservatief."
foto Harmen de Jong/GPD
men in India bepaald niet gewend. Maar
mijn eerste boek werd gelukkig positief be
sproken.Daarna volgde haar eerste roman
The better man, waarin de hoofdrollen zijn
weggelegd voor de mannen. Heel anders is
Ladies Coupé (in het Nederlands nu ver
schenen onder de titel De damescoupé),
waarin de mannen alleen maar op de ach
tergrond aanwezig zijn. De titel verwijst
naar de alleen voor vrouwen toegankelijke
treincoupés die in India tot 1998 hebben be
staan. „En in de stations had je tot dat mo
ment gescheiden verkoopplaatsen voor
treinkaartjes. Een loket voor vrouwen, ge
handicapten en ouderen, en een loket voor
mannen. Altijd als ik in zo'n rij stond, vroeg
ik me af waarom die scheiding ooit was aan
gebracht. De vrouwen werden blijkbaar
lange tijd gezien als zeer zwak, terwijl ze
volgens mij nu juist veel sterker dan man
nen zijn. Het leek mij dus een uitdaging om
een roman over voornamelijk vrouwen te
schrijven. Niet over vrouwen in hoge posi
ties, maar over vrouwen die je dagelijks op
straat ziet."
Daarnaast bleek Nair een damescoupé een
geschikte locatie te vinden als situering van
een romanverhaal. „Een ontmoetingsplek
voor slechts een paar uur. Maar ook een plek
waar je gemakkelijk naar elkaar kunt luis
teren, totaal afgescheiden van de buitenwe
reld. Het lijkt mij niet vreemd dat vrouwen
in zo'n coupé veel over zichzelf vertellen.
Bovendien is het gemakkelijker om meer
aan iemand te vertellen die je waarschijn-
lijk nooit meer zult zien dan aan iemand uit
je naaste omgeving."
Waarom werd de damescoupé overigens in
1998 afgeschaft? „Om veiligheidsredenen.
Het was een gewoonte om in zo'n coupé el
kaar voedsel en drinken aan te bieden. Som
migen hebben daarvan misbruik gemaakt,
door hun medepassagiers met een middeltje
te verdoven en daarna te bestelen. Maar ook
is het bewustzijn steeds meer gekomen dat
vrouwen niet anders dan mannen hoeven te
worden behandeld. Tot voor kort had je in
de bioscopen ook een scheiding, maar die is
eveneens afgeschaft. De samenleving in In
dia wordt langzaam maar zeker minder
conservatief."
Hoofdfiguur in De damescoupé is de 45-ja-
rige en alleenstaande vrouw Akhila, die als
belastingklerk de kost verdient. Via haar
herinneringen krijgen de lezers een beeld
van haar verleden voorgeschoteld en wordt
het langzaam maar zeker duidelijk dat ze
nooit haar eigen leven heeft kunnen leiden.
Akhila heeft altijd rekening moeten houden
met de mensen uit haar omgeving, als doch
ter, kostwinner, tante of zusZe besluit voor
haar eigen leven te kiezen, als ze op een dag
een treinkaartje koopt voor een reis naar
Kanyakumari, een badplaats in het uiterste
zuiden van India.
En dan belandt Akhila in een damescoupé.
Daar stelt ze haar reisgenoten de vraag
waar ze graag het antwoord op wil weten:
kan een vrouw alleenstaand zijn en geluk
kig, of heeft ze een man nodig om zich een
compleet mens te voelen? Akhila krijgt de
meest uiteenlopende antwoorden, die in
verschillende hoofdstukken zijn ingedeeld
en in feite het hart van deze roman vormen.
Middels de verhalen kunnen de lezers zich
een beeld vormen van het hedendaagse In
dia. En tegelijkertijd laat Nair zien dat de
dilemma's en problemen waarmee vrouwen
te maken krijgen in hun relaties met man
nen, moeders, vrienden en werkgevers over
al ter wereld hetzelfde zijn.
„Ik ben een schrijfster met veel ideeën",
geeft Nair aan. „En soms blijft een idee voor
een boek steeds naar boven komen. Zo is het
ook gebeurd met deze roman. Ik heb geen
pamflet willen schrijven, of misstanden aan
de kaak willen stellen. Ik ben ook niet ie
mand die graag een podium beklimt om een
speech af te steken. Het vertellen van verha
len bevalt mij beter."
Hoe is ze te werk gegaan? Heeft Nair bij
voorbeeld voor het schrijven van haar ro
man vrouwen geïnterviewd? Ze schrijft mo
menteel per slot van rekening zo nu en dan
voor een dagblad. „Ik heb eigenlijk alleen
maar gebruik gemaakt van mijn fantasie.
Op een paar uitzonderingen na. In een krant
las ik een verhaal over een vrouw die een van
haar kinderen aan een bedrijf had verkocht
uit geldnood. Dat verhaal kon ik voor mijn
roman goed gebruiken. Verder heb ik een
vrouw uit mijn eigen omgeving proberen te
beschrijven. In het zwembad zag ik een ou
dere vrouw, samen met haar man Alhoewel
ze niet kon zwemmen had ze enorm veel ple
zier. Iedere week kwam ik haar tegen. In de
kleedkamer vroeg ik haar een keer waarom
ze op haar leeftijd had besloten om te leren
zwemmen. Haar antwoord sprak boekdelen
en heb ik ook voor mijn roman gebruikt: ze
had altijd graag willen leren zwemmen,
maar dat mocht nooit van haar schoonmoe
der. En die was kort geleden overleden."
Enige vrouwen in de roman waren beter af
geweest als ze zich van hun echtgenoot had
den laten scheiden. De Indiase wet verbiedt
evenwel een scheiding, als het initiatief van
de vrouw komt. Maar volgens Nair is er
meer aan de hand. „In India is de reputatie
van de mensen zeer belangrijk. De meesten
voelen de ogen van de anderen voortdurend
op zich gericht en willen om die reden zo
min mogelijk in een kwaad daglicht komen
te staan. Dat is een van de redenen waarom
een echtpaar zich niet snel laat scheiden.
Veel heeft natuurlijk ook te maken met het
hindoeïsme, de belangrijkste religie van In
dia. In de hindoeïstische geschriften wordt
nergens gerept over het begrip 'scheiding'."
Heeft N ah trouwens een roman over Indiase
vrouwen willen maken, of over vrouwen in
het algemeen? „Toen ik het boek schreef was
ik in mijn hoofd alleen maar bezig met de
positie van de vrouwen in India. En ik had
nooit gedacht dat het ook in andere landen
zou verschijnen. Nu zie ik wel in dat mijn ro
man een meer universeel karakter heeft."
Jacob Moerman
Anita Nair: De damescoupé - Uitgeverij De Arbei
derspers, €17,95.