pzc Geef gewone mensen een stem Kan een Indiase alleenstaand zijn en gelukkig? Vroeger laat nooit los Conny Braam in Zierikzee Anita Nair 27 Laatste 1 seizoen op Vlieland Robert Menasse vrijdag 8 november 2002 Met haar roman Laatste sei zoen heeft Vonne van der Meer haar trilogie met een va- kantiehuisje op Vlieland als middelpunt afgerond. Wat is er zo boeiend aan een va kantiehuisje? Helemaal niets, ben je in eerste instantie ge neigd te zeggen. Het is een groot artikel waarvan slechts voor korte duur gebruik wordt ge maakt. En vervolgens kan het met het grootste gemak worden vergeten. Maar na lezing van Laatste seizoen van Vonne van der Meer ga je plotseling heel anders aankijken tegen de tijde lijke verblijfplaats. Wie hebben eigenlijk nog meer die deur ge opend? Wat heeft zich allemaal in het bed afgespeeld? En waar om ontbreken er twee pagina's in het gastenboek? Hans, een van de romanfiguren in Laatste seizoen, is zijn geheu gen op een bepaald moment lie ver kwijt dan rijk. Hij bracht vo rig jaar een paar dagen door in een vakantiehuisje, samen met zijn toenmalige vriendin Marti- ne. Hans greep de paar dagen aan als een geschikt moment om de relatie te verbreken. En nu heeft zijn nieuwe vriendin Ma- nou hem weten te verrassen met een kort verblijf in, jawel, het zelfde onderkomen. Hans is slechts één van de ver bindende schakels tussen de verschillende delen van de trilo gie van Vonne van der Meer. Ze publiceerde drie jaar geleden de opmerkelijke roman Eilandgas- ten, met het zomerhuisje Duin roos op Vlieland als rode draad voor een reeks verhalen. De tij delijke bewoners komen zonder het te beseffen met elkaar in aanraking: ze slapen in hetzelf de bed en eten aan dezelfde ta fel. Maar ook schrijven ze zo nu en dan iets in het gastenboek, waarvan delen in de roman zijn beland. Sommige personages keren terug in het vorig jaar ver schenen De avondboot en nu ook in Laatste seizoen. De drie romans vormen met elkaar een geheel, maar laten zich ook af zonderlijk lezen. Het zijn vooral verhalen over liefde en vergankelijkheid die Van der Meer in haar trilogie heeft opgenomen. Over een jon ge zakenvrouw die zich pro beert voor te stellen hoe haar minnaar het weekend door brengt, samen met zijn gezin. Of over een ouder echtpaar dat op het eiland de dood van een zoon probeert te verwerken. Maar vooral heeft Van der Meer aller lei aspecten van het 'eilandge voel' in haar romans verwerkt, met de aankomst en het vertrek van de veerboot als belangrijk ste ijkpunten in de dagindeling. En wie heeft in Laatste seizoen het laatste woord? Natuurlijk, de schoonmaakster die ieder seizoen het vakantiehuisje on der handen neemt. Zij opende de trilogie met de woorden: 'Het wordt hoog tijd dat ik afsluit.' En nu, aan het eind gekomen, is ze te moe geworden om haar ta ken zorgvuldig uit te voeren. Haar laatste zin: 'Ik voel het, dit is zo voorbij.' Jacob Moerman Vonne van der Meer: Laatste seizoen - Uitgeverij Contact, 200 blz.. €15,80. oms is de geschiedenis nu eenmaal zo dat je de zaken niet anders dan zwart/wit kunt stellen. Het is toch onmogelijk over vernietigingskampen genuanceerd te schrijven", zegt Conny Braam. Ze reageert daarmee op een kritiek, waarin ze een 'ouderwetse socialiste' wordt genoemd voor wie arbeiders uitsluitend wit en werkgevers alleen maar zwart zijn. Conny Braam is dinsdag 12 november te gast in Zierikzee. In de aula van scholengroep Pontes, locatie Pieter Zeeman vertelt zij over haar werk en drijfveren als schrijfster. Conny Braam werd in 1948 in Arnhem geboren. Pas in 1992 debuteerde zij met haar eerste boek. Voor die tijd kwam het er niet van. Bijna een kwart eeuw was zij activiste voor de Zuid-Afrikaanse vrijheids strijd. Zij was oprichtster van de Anti-apartheidsbeweging in Nederland. „Dat strijden tegen onrecht lag zo voor de hand als je kort na de oorlog was geboren en je ouders vooral slachtoffer waren geweest in die vreselijke periode. Het overkwam hen ten slotte allemaal maar. Ik werd activiste, maar niet wetende dat het zoveel jaren zou duren. In mijn besef duurden oorlogen ge middeld vijf jaar. Maar toen uit eindelijk in 1990 Mandela uit de gevangenis werd vrijgelaten, besefte ik dat ik nu snel met schrijven zou kunnen begin nen." Haar eerste twee boeken Operatie Vulva (1992) en De Bokkenslachter (1993) waren autobiografisch, gebaseerd op haar ervaringen in Zuid-Afrika Haar eerste echte roman Zwa vel (1996) speelde zich daar ook af en gaf inzicht in het leven en werken van politievrouwen. Nadat haar vierde boek De ama zone van Dahomey (1998) tegen een Zuid-Afrikaans decor was uitgekomen, vond haar vader Nico Braam het welletjes. „Nu moet je ophouden met die boe ken over Zuid-Afrika. Nu wordt het tijd dat je over onze ei gen fa milie in Ijmuiden gaat schrij ven", hield hij zijn dochter voor. Hij had al vele jaren gegevens over de familie verzameld. De voorouders waren ooit vanuit het Oosten komen vluchten. Wellicht zelfs vanuit Rusland, maar die veronderstelling kon niet worden bevestigd. De voor ouders van de Bramen vestig den zich in de duinstreek Brees- aap bij IJmuiden. De zee gold Conny Braam: „Sommigen vinden je gevaarlijk als je het opneemt voor arme mensen." als hun grens. „Mijn familie hield gewoon niet van water. Ondanks dat ze aan zee woon den, gingen ze nooit varen of zwemmen. Volgens mij wasten ze zichzelf ook nauwelijks. Ik was de eerste van de familie die een zeereis maakte", zegt Conny Braam. De naspeuringen van haar va der leverden haar prima bouw stenen voor een roman over gewone mensen tegen een histo risch decor. Haar intense per soonlijke herinneringen aan Aan de uitwerking is veel speur werk in dossiers vooraf gegaan. De verhalen van haar moeder vlak voor haar dood én de aan sporingen van vrienden uit Zee land wakkerden haar interesse en sympathie voor deze provin cie aan. „Mijn moeder stamt af van die polderjongens die des tijds aan het kanaal hebben meegegraven. Ze was daar een beetje beschaamd over, omdat ze veel armoediger waren dan die vrijgevochten duinbewo ners van mijn vaders kant. Ze is opa Bert Braam die zijn leven lang doodgraver was op de Wes terbegraafplaats in IJmuiden en die zo boeiend kon vertellen over het verleden toen zijn grootvader nog boer en strand vonder was, motiveerden haar. Ze zou het boek samen met haar vader gaan schrijven, maar de plotselinge dood van Nico Braam trok een streep door dat voornemen. In De woede van Abraham (2000) - over het graven van het Noordzeekanaal tussen 1864 en 1876 - combineert de schrijfster op speelse wijze de 'krenten' uit haar familiegeschiedenis met historische gebeurtenissen. Het feit dat Nicolas Abraham, de stamvader van de latere 'Bra men', met zijn boerderij tje moest wijken voor het kanaal, bood haar bruikbare emoties. er pas heel laat over gaan pra ten." Volgens Braam kwamen veel kanaalgravers uit Zeeuws- Vlaanderen, simpelweg omdat ze werk zochten om te overle ven. De waargebeurde overval in de nacht van 23 op 24 novem ber 1845 op de boerderij van de rijke Isaac Nortier in Oostburg voedde haar fantasie. De over val werd gepleegd door landar beiders die door het verloren gaan van de oogst bijna stierven van de honger. „Een vriendin van mijeen rechtenstudente, heeft de gegevens van de hoger beroepzaak kunnen achterha len. De overvallers van Nortier werden ter dood veroordeeld, maar de executie heeft nooit plaatsgevonden Volgens mij waren de autoriteiten bang voor een volksoproer. Er verbleven in die tijd nogal wat opstandige lieden in Zeeland, een soort linkse intelligentia die hun in vloed deden gelden via de toen malige Zeeuwsche Courant", luidt Braams theorie over dit gebeuren. In haar boek heeft ze de namen van twee overvallers gecombineerd tot één toonaan gevend persoon onder de ka naalgravers: Daniël Lauret. Een ander hoofdpersonage hierin is de journalist Ezekiël Boer- haave. Vooral via dit fictieve personage creëert ze ruimte om haar mening over machtsmis bruik en de sociale ellende van de arbeiders in die tijd te venti leren. „Daar krijg ik weieens kritiek op ja. Sommigen vinden je gevaarlijk als je het opneemt voor arme mensen", zegt Braam. Haar onlangs uitgekomen ro man De onweerstaanbare bas taard speelt zich af in het roeri ge IJmuiden tijdens de Eerste Wereldoorlog. De nazaten van Boerhaave en Lauret spelen er een belangrijke rol in. De titel slaat op één van de hoofdperso nen Bart Boerhaave, maar dan meer in de Engelse betekenis van het woord, schurk dus. Maar meer nog zegt die titel iets over IJmuiden zelf. Deze haven plaats speelde een cruciale rol tijdens die macabere oorlogsja ren. Op bladzijde 284 laat zij de Engelse consul tegen de burge meester van Velsen zeggen: 'Nou u kunt trots zijn op uw bastaard in het duin. De vlegel is uitge groeid tot een jongeman van aanzien' De burgemeester zelf heeft zo zijn bedenkingen. Vol gens Braam schaamde de man zich zijn ogen uit zijn kop voor al die taferelen en verwikkelin gen in IJmuiden met al zijn kroegen en dranklokalen. Het was in de oorlogsjaren een toevluchtsoord voor Belgische Söii foto Rob Hendriks/GPD vluchtelingen, Duitse en Russi sche deserteurs en ontsnapte krijgsgevangenen. Verder wa ren er de reders die woekerwin sten maakten door de vis voor de hongerlijdende bevolking in Duitsland en Engeland letter lijk duur te laten betalen. IJmuiden is als inspiratiebron voor Braam nog lang niet opge droogd. In hotel Augusta werd later de NSB opgericht en de zo geheten Velser Affaire, gericht op het uitschakelen van in vloedrijke linkse figuren, schreeuwt om ontrafeling. „Ik heb mezelf ruim twee jaar gege ven voor het volgende boek, waarin ook weer nazaten van Boerhaave en Lauret zullen te rugkeren", zegt de schrijfster. Haar keus voor de overstap van uitgeverij Meulenhof naar Au gustus van Tilly Hermans afge lopen zomer lijkt naadloos te passen bij haar gevoel voor rechtvaardigheid. „Nou, het lag eigenlijk gewoon voor de hand. Tilly was altijd mijn eindredac teur en een persoonlijke vrien din. Ik moet er niet aan denken een wildvreemd figuur als eind redacteur te krijgen. Bovendien pakt het allemaal heel prettig uit nu in de huidige kleine kring. En ik heb ook nog eens veel res pect voor Tilly dat ze het aange durfd heeft uit Meulenhof te stappen. Dat is dapper, want die uitgeverij is eigenlijk een heel harde mannenwereld." Ali Pankow Literaire avond Conny Braamdins dag 12 nov. in de aula van scholen groep Pontes m Zierikzee, 19.30 uur Kaarten: boekhandel De Vries en openbare bibliotheek De Stolpe. Uitgaven Conny Braam: De onweer staanbare bastaard - Uitgeverij Au gustus, 18,50De woede van Abra ham - Uitgeverij Meulenhoff, €19,50. Met De verdrijving uit de hel heeft de Oostenrijkse schrijver Robert Menasse een weergaloze dubbelroman ge schreven over het begin en het einde van de Europese geschie denis, de periode tussen Spino za en de val van de Berlijnse Muur. Hij stond plotsklaps oog in oog met zichzelf. Begin 1992. Robert Menasse liep nietsvermoedend in museum Martin Gropius-Bau in Berlijn op een tentoonstelling over Jüdische Lebenswelten rond toen zijn blik viel op een schilderij van een Hollandse meester. Hij las de legenda naast het doek. 'Rembrandt van Rijn - Portret van Rabbi Menasse'. „Maar dat ben ik! dacht ik. Ik dacht namelijk dat er Robbie Menasse stond. Mijn vrienden en ouders noemen me allemaal Robbie in plaats van Robert. Toen ik nog eens keek, zag ik pas dat er 'rabbi' stond, maar het idee was toen al geboren. Ik was één seconde identiek met hem, en in die seconde wist ik: dit is een boek." Research zette Menasse op het spoor van zijn oude naamgenoot, Menasseh ben Israël (1604-1657), die in de zeventiende eeuw zoals zo vele Portugese joden vanuit Lissa bon naar Amsterdam bleek te zijn gevlucht en in de Nederlan den van die tijd onder anderen de joodse filosoof en ethicus Spinoza (1632-1677) tot zijn leerlingen mocht rekenen. „Ik wil er niet te dramatisch over doen, maar voor mij was het een zeer betekenisvol mo ment. De Muur was nog maar net gevallen. Het communisme was voorbij. De discussie ging over de vraag of de geschiedenis aan het einde was gekomen. En daar stond ik, aan het eind van de moderne tijd, aan het einde van de Verlichting, oog in oog met een naamgenoot van mij die aan het begin van de Verlichting had gestaan. Ik had dus het be gin en ik had het einde, en toen moest ik wel." En dus schreef Robert Menasse (1954) de roman De verdrijving uit de hel. Waarin hij twee el kaar spiegelende verhaallijnen zo door elkaar weefde dat de le zer soms niet weet of de hande ling in 17e-eeuws Amsterdam plaatsheeft of in Wenen ten tijde van de Tweede Wereldoorlog en daarna. Vloeiend lopen de ge schiedenissen van Menasseh ben Israël, die door de inquisitie van Portugal naar Amsterdam wordt gedreven, en Viktor Abravanel, een jongen wiens fa milie zwaar te lijden heeft ge had onder de nazi's, in elkaar over. „Ik geloof dat de formulering 'leren van de geschiedenis' niet klopt. Volgens mij heeft nog nooit iemand geprobeerd iets van de geschiedenis te leren. Om een eenvoudige reden: wie zich met geschiedenis bezighoudt, probeert niet te leren, maar pro beert een legitimatie te vinden waarom hij is zoals hij is en waarom hij doet wat hij doet." „Kijk naar de Serviërs op de Balkan, die anderen de koppen inslaan. Dat doen ze niet omdat ze van de geschiedenis geleerd hebben, maar juist omdat ze zo intensief met en in de geschiede nis leven dat ze menen dat een veldslag uit de 14e eeuw hen nu nog dwingt oorlog te voeren om dat recht te zetten. Nu nog goed willen maken wat in de 14e eeuw misging - zou het dan niet juist veel beter zijn om te zeg gen: vergeet de geschiedenis! Raakt hij in Wenen gedepri meerd, dan neemt hij snel het vliegtuig naar Amsterdam, waar hij een appartement heeft. Een vrijwillige verdrijving uit de hel, die hij eerderal eens mee maakte. Menasse prijst zich ge lukkig dat hij meteen na zijn studie het land kon verlaten. Hij aanvaardde een baan als docent op de universiteit van Sao Paulo in Brazilië. „Dan kon ik daar naast aan mijn eerste boek schrijven. Toen dat gepubli ceerd werd, heb ik meteen ont slag genomen om in Europa van de pen te leven." Menasse publiceerde eerder een romantrilogie, waarvan de eer ste twee delen zijn vertaald als Bar Hopeloos en Zalige tijden, breekbare wereld. Het derde deel verschijnt volgend jaar. Daarnaast verschenen in het Duits literaire en politieke es says. Ook literair gezien was Brazilië voor Menasse van eminent be lang. „Latijns-Amerika heeft mij literair bevrijd. Toen ik met schrijven begon, was vertellen uit den boze. Het hele Duitse taalgebied zuchtte onder de ra zernij van de vorm. Experimen- teel schrijven was verplicht. Ik wilde vertellen. Ik wilde iets wat niemand meer wilde." Maar toen ontdekte hij Machado de Assis, en andere Zuid-Ameri kaanse auteurs. „In de kunstgeschiedenis zijn er enige constanten die we soms even uit het oog verliezen. Lite ratuur moet vertellen. Muziek moet melodie hebben. Schilde rijen moeten beeldend zijn. Mijn roman is een episch vertelwerk. Maar het is niet 19e-eeuws. Niet in de stijl van vóór Ulysses of Der Mann ohne Eigenschaften. Het boek is wel degelijk ook mo dern en eigentijds. Een boek als Ulysses is een doodlopende weg. Je moet een weg zien te vinden door de blinde muur aan het ein de van zo'n doodlopende weg. Eenmaal door die muur tref je daarachter een groot land schap. het landschap van het vertellen." Theo Hakkert Robert Menasse: De verdrijving uit de hel - Roman Vertaling: Paul Beers. Uitgeverij De Arbeiderspers, 416 blz., €29,90 (geb.). Robert Menasse Met haar tweede roman Ladies Coupé heeft de Indiase schrijfster Anita Nair een internationaal publiek weten aan te spreken. Naast de edities in haar eigen land en Engeland zijn vertalingen uitgegeven in onder meer Nederland, Frankrijk en Italië. De schrijfster is verbaasd: „Ik hadnooit ge dacht dat mijn werk ook in andere landen zou verschijnen." „Mensen in mijn land hangen waarden en normen aan die duizenden jaren hebben be staan", geeft Anita Nair (geborenin 1966 en woonachtig in Bangalore, een stad in het zuiden van India) nadrukkelijk aan. „En het is natuurlijk niet eenvoudig om die te veran deren. Maar heel langzaam begint er iets te verschuiven. Mensen van mijn generatie kiezen er steeds vaker voor om zelf beslis singen te nemen en hun levensloop te bepa len. Ik weet zeker dat de toekomst er beter uit gaat zien." Haar woorden lijken eveneens betrekking te hebben op de paden die ze zélf de afgelo pen jaren bewandelde. Nair werkte lange tijd in de advertentiebranche. „Ik werd goed betaald, maar het werk stond me steeds minder aan", vertelt ze. Om aan de dagelijkse sleur te ontsnappen ging ze in haar vrije tijd schrijven. Over het dorp van haar jeugd, zodat haar zoontje later iets over zijn voorvaderen zou kunnen lezen. Dat schrijfwerk deed ze stiekem. „En hele maal voor mezelf. Ook mijn man wist van niets. De eerste die iets van mijn hand las, was een bevriende redacteur van een krant. Ik had op dat moment al een aantal verhalen in de la liggen." De redacteur was enthousiast en de verha len belandden vervolgens bij een uitgeverij, wat resulteerde in haar eerste boek. „Dat debuut viel meteen op, omdat ik openlijk schrijf over seks en gevoelens. Die aanpak is Anita Nair: „India wordt langzaam maar zeker minder conservatief." foto Harmen de Jong/GPD men in India bepaald niet gewend. Maar mijn eerste boek werd gelukkig positief be sproken.Daarna volgde haar eerste roman The better man, waarin de hoofdrollen zijn weggelegd voor de mannen. Heel anders is Ladies Coupé (in het Nederlands nu ver schenen onder de titel De damescoupé), waarin de mannen alleen maar op de ach tergrond aanwezig zijn. De titel verwijst naar de alleen voor vrouwen toegankelijke treincoupés die in India tot 1998 hebben be staan. „En in de stations had je tot dat mo ment gescheiden verkoopplaatsen voor treinkaartjes. Een loket voor vrouwen, ge handicapten en ouderen, en een loket voor mannen. Altijd als ik in zo'n rij stond, vroeg ik me af waarom die scheiding ooit was aan gebracht. De vrouwen werden blijkbaar lange tijd gezien als zeer zwak, terwijl ze volgens mij nu juist veel sterker dan man nen zijn. Het leek mij dus een uitdaging om een roman over voornamelijk vrouwen te schrijven. Niet over vrouwen in hoge posi ties, maar over vrouwen die je dagelijks op straat ziet." Daarnaast bleek Nair een damescoupé een geschikte locatie te vinden als situering van een romanverhaal. „Een ontmoetingsplek voor slechts een paar uur. Maar ook een plek waar je gemakkelijk naar elkaar kunt luis teren, totaal afgescheiden van de buitenwe reld. Het lijkt mij niet vreemd dat vrouwen in zo'n coupé veel over zichzelf vertellen. Bovendien is het gemakkelijker om meer aan iemand te vertellen die je waarschijn- lijk nooit meer zult zien dan aan iemand uit je naaste omgeving." Waarom werd de damescoupé overigens in 1998 afgeschaft? „Om veiligheidsredenen. Het was een gewoonte om in zo'n coupé el kaar voedsel en drinken aan te bieden. Som migen hebben daarvan misbruik gemaakt, door hun medepassagiers met een middeltje te verdoven en daarna te bestelen. Maar ook is het bewustzijn steeds meer gekomen dat vrouwen niet anders dan mannen hoeven te worden behandeld. Tot voor kort had je in de bioscopen ook een scheiding, maar die is eveneens afgeschaft. De samenleving in In dia wordt langzaam maar zeker minder conservatief." Hoofdfiguur in De damescoupé is de 45-ja- rige en alleenstaande vrouw Akhila, die als belastingklerk de kost verdient. Via haar herinneringen krijgen de lezers een beeld van haar verleden voorgeschoteld en wordt het langzaam maar zeker duidelijk dat ze nooit haar eigen leven heeft kunnen leiden. Akhila heeft altijd rekening moeten houden met de mensen uit haar omgeving, als doch ter, kostwinner, tante of zusZe besluit voor haar eigen leven te kiezen, als ze op een dag een treinkaartje koopt voor een reis naar Kanyakumari, een badplaats in het uiterste zuiden van India. En dan belandt Akhila in een damescoupé. Daar stelt ze haar reisgenoten de vraag waar ze graag het antwoord op wil weten: kan een vrouw alleenstaand zijn en geluk kig, of heeft ze een man nodig om zich een compleet mens te voelen? Akhila krijgt de meest uiteenlopende antwoorden, die in verschillende hoofdstukken zijn ingedeeld en in feite het hart van deze roman vormen. Middels de verhalen kunnen de lezers zich een beeld vormen van het hedendaagse In dia. En tegelijkertijd laat Nair zien dat de dilemma's en problemen waarmee vrouwen te maken krijgen in hun relaties met man nen, moeders, vrienden en werkgevers over al ter wereld hetzelfde zijn. „Ik ben een schrijfster met veel ideeën", geeft Nair aan. „En soms blijft een idee voor een boek steeds naar boven komen. Zo is het ook gebeurd met deze roman. Ik heb geen pamflet willen schrijven, of misstanden aan de kaak willen stellen. Ik ben ook niet ie mand die graag een podium beklimt om een speech af te steken. Het vertellen van verha len bevalt mij beter." Hoe is ze te werk gegaan? Heeft Nair bij voorbeeld voor het schrijven van haar ro man vrouwen geïnterviewd? Ze schrijft mo menteel per slot van rekening zo nu en dan voor een dagblad. „Ik heb eigenlijk alleen maar gebruik gemaakt van mijn fantasie. Op een paar uitzonderingen na. In een krant las ik een verhaal over een vrouw die een van haar kinderen aan een bedrijf had verkocht uit geldnood. Dat verhaal kon ik voor mijn roman goed gebruiken. Verder heb ik een vrouw uit mijn eigen omgeving proberen te beschrijven. In het zwembad zag ik een ou dere vrouw, samen met haar man Alhoewel ze niet kon zwemmen had ze enorm veel ple zier. Iedere week kwam ik haar tegen. In de kleedkamer vroeg ik haar een keer waarom ze op haar leeftijd had besloten om te leren zwemmen. Haar antwoord sprak boekdelen en heb ik ook voor mijn roman gebruikt: ze had altijd graag willen leren zwemmen, maar dat mocht nooit van haar schoonmoe der. En die was kort geleden overleden." Enige vrouwen in de roman waren beter af geweest als ze zich van hun echtgenoot had den laten scheiden. De Indiase wet verbiedt evenwel een scheiding, als het initiatief van de vrouw komt. Maar volgens Nair is er meer aan de hand. „In India is de reputatie van de mensen zeer belangrijk. De meesten voelen de ogen van de anderen voortdurend op zich gericht en willen om die reden zo min mogelijk in een kwaad daglicht komen te staan. Dat is een van de redenen waarom een echtpaar zich niet snel laat scheiden. Veel heeft natuurlijk ook te maken met het hindoeïsme, de belangrijkste religie van In dia. In de hindoeïstische geschriften wordt nergens gerept over het begrip 'scheiding'." Heeft N ah trouwens een roman over Indiase vrouwen willen maken, of over vrouwen in het algemeen? „Toen ik het boek schreef was ik in mijn hoofd alleen maar bezig met de positie van de vrouwen in India. En ik had nooit gedacht dat het ook in andere landen zou verschijnen. Nu zie ik wel in dat mijn ro man een meer universeel karakter heeft." Jacob Moerman Anita Nair: De damescoupé - Uitgeverij De Arbei derspers, €17,95.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2002 | | pagina 27