24
gestrand
Ik ben nu eenmaal geneigd tot grote somberheid
PZC
Voor eeuwig
Meneer Aart
RUDEN RIEMENS
zaterdag 19 oktober 2002
Aart Staartjes (1938) is terug van
(even) weggeweest. De man achter
legendarische jeugdprogramma's als
Stratemakeropzeeshow, J.J. de Bom
Geef je ouders maar de schuld, Klok
huis en Sesamstraat, was eigenlijk met
pensioen. Maar de ongekroonde keizer
van de kindertelevisie kan het acteren,
na een tv-loopbaan van pakweg 3 5 jaar,
nu eenmaal niet missen. In het net ver
schenen boek Meneer Aart, leven en
werken van de man die geen kinder
vriend wil zijn beschrijft auteur Sietse
van der Hoek Staartjes' carrière. De ac
teur zelf is niet onverdeeld gelukkig
met de biografie. ,,Het is net alsof mijn
grafrede al is uitgesproken."
Sinds anderhalve maand staat hij weer
ingeschreven bij een castingbureau. „Ik
kan het acteren niet missen. Het avonturie
ren, het peuteren, het klooien met anderen
aan een nieuw idee, een nieuwe rol. Fouten
maken, worstelen. Toen ik bedacht had dat
ik wilde stoppen, was ik aan het einde van
mijn Latijn. Ik méakte niets meer, ik speel
de alleen maar wat. Sesamstraat is altijd
leuk, maar Klokhuis, daar vond ik niets
meer aan, het is veel te educatief geworden,
te bureaucratisch. En met de pensionering
van regisseur Rudolf Spoor dacht ik: dan
ook maar ophouden met die Sinterklaasin-
tochten. Zo'n man als ik, die alles beter
weet, zit alleen maar in de weg als er een
nieuwe ploeg begint.
Het lastige aan oud worden vind ik dat ik me
nog voel alsof ik jong ben. Ik heb teveel
energie. Ik mis het acteren. Het is een ma
nier van levenMet collega's praten over wat
ze hebben gemaakt. Het uitproberen van
nieuwe dingen. We hebben wat afgekloot.
En al die jaren gevochten tegen onwillige
omroepbazen, tegen bureaucratische regel
tjes. Soms was het net Rusland.
Bij Sesamstraat was ik redacteur en, als het
zo uitkwam, ook regisseur. We hadden een
scène op de Afsluitdijk. Ik kreeg opeens te
horen: de Afsluitdijk kan niet doorgaan, die
is te duur. Hoezo te duur? Er ligt er toch één?
Maar nee, die moest gebouwd want er was
geen geld voor een losse cameraploeg dus
die scène moest in de studio opgenomen. Die
stond nu eenmaal al gepland. Of je wilde een
trappetje, maar dat kon je niet bij de Gam
ma kopen, dat moest gemaakt worden door
de decorafdeling van het NOB. Er was nu
eenmaal een contract. Kostte dat trappetje
opeens zesduizend gulden! Ik werd er soms
gek van.
Joost Prinsen zegt in het boek: 'Aart komt
altijd door de achterdeur binnen'. Dat is ook
wel zo. Kindertelevisie was immers altijd
een sluitpost. Daarom deden we het maar op
mijn manier, je moet nu eenmaal de sluip
weggetjes kennen. Als je een programma
begint moet je dat in de luwte doen. Geen
pretentie, geen budget. Het begin is altijd
shit, altijd rotzooi. Pas als het gaat lopen
kun je eisen gaan stellen. Ik zie zoveel poeha
rond nieuwe programma's. Programma's
waarvan de reclamecampagne duurder is
dan het hele programma. Uiteindelijk denk
je dan: is dat het nou? Je moet een beetje
kunnen kloten.
Nieuwe programma's zetten we op in va-
kantietijd, als iedereen weg was. Scripts
hielden we achter, omroepbazen kregen ze
niet te zien. Dan zeiden ze, 'nu wil ik toch
wel eens iets lezen' en mompel de je 'ja ja, het
komt, we moeten er nog het een en ander aan
veranderen.' Vervolgens werd het: eerst op
nemen en dan pas die scripts laten lezen.
Veel kosten maken, zorgen dat er alvast de
cors getimmerd werden en dat ze er dus niet
meer van af konden. Bij Klokhuis hebben
we het eerste jaar waanzinnig veel opgeno
men .Opeens zetten ze de rem er opmaar die
trein die reed al.
De Stratemakeropzeeshoio is eigenlijk bij
toeval ontstaan. De vraag van de Vara was
of ik niet een programmaatje kon bedenken
waar ze de filmpjes in kwijt konden die nog
op de plank lagen. Geen geld, geen facilitei
ten, een programmaatje dat in een hoekje
van de studio gemaakt kon worden. Ik zei
natuurlijk meteen ja en flikkerde al die
plannen meteen weg om met goeie mensen
iets héél anders te gaan doen. Ook weer: in
vakantietij d.
Bij onze derde aflevering sprong de Tele
y~Y/A
Aart Staartjes
graaf er bovenop: 'Vara leert jeugd schut-
tingtaal' stond er opeens in de krant. Het
was onze poep, kak en pies-aflevering. Ze
schrokken zich rot bij de Vara, tijdens de re
petitie kwam er eenhele delegatie met daar
bij Dolf Kohnstamm, de grote kinderpsy
choloog. Waarom we niet overlegd hadden
of het allemaal wel verantwoord was. Maar
foto Roland de Bruijn/GPD
het was juist de mop dat het volslagen onpe
dagogisch was. En toen het een hit werd,
hoorde je ze ook niet meer klagen. Zo gaat
het altijd in Hilversum: gaat iets scoren en
wordt er geld verdiend dan kan alles. Kijk
naar de intocht van Sinterklaas, dat Ster
blok houdt maar niet op! Dan ben je popu
lair.
Hetzelfde gebeurde ook bij Klokhuis en Se
samstraat. Als het aan de omroepbazen had
gelegen, waren die programma's er niet
meer geweest. Nu zijn ze niet meer weg te
denken. Ieniemienie, Tommy, Pino, elk kind
in Nederland kent ze. Van de menselijke fi
guren is Meneer Aart het meest populair. Hij
ontstond twintig jaar geleden, per ongeluk,
omdat er 'een meneer' nodig was die bij
Frank op bezoek kwam. Op het kostuuma
telier vond ik een lelijk bruin pak, de bril
kwam van de Noordermarkt in Amsterdam.
Ik wilde een echte klootzak spelen. Hij was
veel venijniger dan nu. Meneer Aart verte
genwoordigt iets wat heel veel kinderen
heel graag eens zouden willen doen. Hij
liegt, hij jat, hij bedriegt, maar toch vinden
kinderen hem aardig. Dat is toch wat ieder
een wil: dat mensen van je houden, ondanks
jezelf."
Tragiek
„Meneer Aart staat dicht bij mezelf. Net als
iedereen wil ik aardig gevonden worden,
maar ik ben bang om veel van mezelf te la
ten zien. In die rol durf ik veel meer dan in
werkelijkheid. Meneer Aart is eigenlijk een
tragische figuur, hij heeft geen vrienden en
als er dan iemand langskomt schopt hij 'm
de deur uit. Kinderen herkennen die tra
giek. Ze denken, mensen die zich zo laten
zien, zijn écht. Kinderen houden er niet van
als je voor ze op je knieën gaat zitten. Of op
een toon tegen ze begint te praten alsof het
een vreemde diersooil is.
Ik ben geen kindervriend, maar ik voel me
wel verbonden met ze. Ik weet hoe erg het is
om kind te zijn. Het is zo vreselijk aftasten:
wie is te vertrouwen, wat is mijn ijkpunt in
deze wereld? Toen ik kind was mocht ik
niks. Ik moest mijn mond houden. Mijn va
der hoefde alleen maar te kijken en dan
zweeg je. Overdreven autoritair allemaal.
Het was De Avonden van Van het Reve. Door
het spelen kon ik me aan dat verstikkende
milieu onttrekken. Op mijn zeventiende
was ik het huis al uit. Langzaam ontdekte ik
dat ik het in me had om te acteren. Voor het
eerst had ik het gevoel dat ik iemand was.
Net als schildertalent of muzikaal talent is
het spelen een enorme troost. Je kunt nog
zo'n verkreukelde krant zijn, maar in dat
werk bén je iemand.
In het spelen heb ik een voorliefde voor rol
len als die van Meneer Aart of die van onbe
schofte minister van financiën in de VPRO-
serie Mevrouw de Minister. Die man zegt
gewoon: 'ik vind jou een trut'. Heerlijkzo
onbeschoft te zijn. Zelf ben ik een laffe lui
Daarom speel ik ook toneel, omdat ik in hel
echte leven zo weinig durf.
Vroeger was ik ook een lachebek, altijd vro
lijk, maar ondertussen had ik een bloedhe
kel aan mezelf. Eeuwig ijsvrij, schreef eens
iemand over me. Ik was beledigd, maar het
klopte natuurlij k welTot het moment datik
een vreselijke persoonlijke crisis terecht
kwam. Toen heb ik eigenlijk deze chagrijni
ge kop aangenomen, dat is veel beter. Hij
past beter. Ik ben nu eenmaal geneigd tot
grote somberheid. Zeven jaar therapie, heel
lang heel erg depressief geweest.
Als ik niet had kunnen spelen was ik een
Meneer Aart geworden: totaal teruggetrok
ken in de vormelijkheid. Als ik heel erg som
ber ben ga ik ook boekhouden, dat geeft or
dening en rust. Dan staat alles tenminste op
papier in rijtjes en vakjes, debet, credit.
Ik ben een absolute neuroot, anders dan
Claus, die meer melancholisch was. Ver
schrikkelijk voor zo'n lieve en gevoelige
man. Hij was degene die het koningshuis
nog te verteren maakte. De rest is allemaal
om dood te schoppen, stuk voor stuk van een
grenzeloze truttigheid en burgerlijkheid,
Daar liep hij dan tussen, met die starre kop
in het strakke keurslijf. Verschrikkelijk.
Zelf was ik de depressie weer nabij toen ik
dat boek over mezelf had gelezen. Soms
denk ik dat het beter is als dat boek niet was
geschreven. Aanvankelijk was ik er niet
eens aan begonnen, ik wilde het niet lezen,
maar toen kwamen de interviewaanvragen
en toen wist ik, ze gaan natuurlijk van all®
over dat boek vragen. Het is verschrikkelijk
als er tijdens je leven een boek over je ver
schijnt, alsof je grafrede al is uitgesproken
Op papier krijgt alles ook opeens zo'n la
ding terwijl ik denk, als ik dat lees: heb ik
dat gezegd? Zo heb ik het niet bedoeld! All®
krijgt opeens zoveel gewicht. Ik zeg dus
maar steeds tegen iedereen dat ze niet alles
moeten geloven wat er in dat boek staat. Da'
ik in die studio altijd vrolijk en opgewekt
was, dat kan ik me bijvoorbeeld niet herin
neren. Ik ben soms een enorme azijnzeiker.
Net als Meneer Aart ja.
Monique Brand'
Meneer Aart, leven en werken van de man
die geen kindervriend wil zijn, kost 14 euro-
Uitgeverij: L. J. Veen