Surfen naar
dejoodse
herinnering
Bevrijd achter
dertien tralies
Rondelen
van Lenze
L. Bouwers
proza
Dave GoldsteinLucifer. Ro
mandebuut van ex-IT'er Dave
Goldstein (Zaandam, 1972). De
22-jarige hoofdpersoon van Lu
cifer j aagt zijn vaders erfenis er
doorheen in het casino. Aan zijn
psychiater doet hij verslag van
zijn obsessies: de leugen, het
vinden van een zuiniger alter
natief voor de lucifer en zijn
grote liefde Juliette.
Uitgeverij Vassallucci, 117 pag.,
€15,95.
vrijdag 4 oktober 2002
Tegen wind in, met stuivende zandbanen
schurend langs je huid kilometers lopen,
alleen maar met je levensritme hopen
op evenwicht, de verre toekomst open
als de stormlucht boven, je ver weg wanen
van lange, rechte, plechtstatige lanen
naar kerkhoven, om de dood te ontlopen
tegen wind in, met stuivende zandbanen
prikkend in je ogen, met vreugdetranen
het zeezout proeven, de felle windvanen
horen bij strandopgangen, blijven lopen,
terwijl meeuwen in hun zwenking verma
nen
tegen wind in, met stuivende zandbanen.
Patrick ConradDe aap van
God. Wanneer ex-boekhouder
Flor Daens uit de gevangenis
wordt ontslagen, is hij een be
rooide, eenzame man zonder
toekomst. Hij belandt in een
miezerig hotelletje in de Ant
werpse rosse buurt, waar hij aan
zijn nieuwe, uitzichtloze vrij
heid probeert te wennen. De aap
van God is de zevende roman
van dichter, schilder, scenarist
en filmregisseur Patrick Conrad
rondom de thema's liefde en
dood.
Uitgeverij Houtekiet, 238 pag.,
€17,20.
poëzie
e hoofdpersoon van Joshua Sobols debuutroman
volhardt zo koppig in zijn zwijgen, dat het
lichtelijk verwondert dat de auteur blijkt te
kunnen spreken. Iets anders is of er ook naar de beroemde
Israëlische toneelschrijver geluisterd wordt in zijn door
geweld geteisterde land. „Dat is moeilijk te zeggen", vindt
Sobol. Zijn toneelstukken zijn succesvol, sommige lopen al
jaren en trekken veel publiek. „Dus ik mag niet klagen over
aandacht. In het begin van de tweede intifada was er angst
foto Klaas Koppe/GPD
eens gezegd dat joden het zich
niet kunnen veroorloven ver
drietig te zijn. Daar ben ik het
mee eens. Mijn neiging om te
zoeken naar de komische aspec
ten in het leven komt doordat
dat typisch is voor de Israëlische
gemeenschap."
„Natuurlijk is het niet gezond
om altijd maar onder de drei
ging van aanslagen te levenniet
voor kunstenaars of voor wie
dan ook. Er is veel schade aan
gericht. Maar de laatste maan
den geloof ik heel sterk dat we
de bodem van de wanhoop heb
ben bereikt en dat de situatie
gauw zal verbeteren. Zowel bij
de Israëliërs als de Palestijnen
vormen de extremisten nog niet
één procent van de bevolking.
De meerderheid beseft dat ge
weld niets oplost en dat de hui
dige machthebbers tot niets an
ders in staat zijn dan elkaar te
vernietigen. Sharon en Arafat
moeten beiden weg. Ze hebben
elkaar gebracht tot waar ze nu
zijn en moeten samen hun show
beëindigen."
Peter van Vlerken
Joshua Sobol: Zwijgen - Vertaling:
Corrie Zeidler. Uitgeverij Byblos,
268 blz., €22,50.
Het keurslijf zit de dichter
Lenze L. Bouwers (geb.
1940) als gegoten. Dat klinkt
een beetje of je zegt: de kooi is
voor een leeuw z'n natuurlijke
omgeving. Maar het is wel dege
lijk waar dat gebondenheid
Bouwers vrijheid geeft. Zijn
nieuwe boek Groeiringen
maakt dat duidelijk. Hij debu
teerde in 1985 in cle poëzie met
de bundel Rondelen. Het ron
deel is altijd zijn favoriete genre
gebleven.
Een dichter van rondelen haalt
zich heel wat op de hals. Vooral
de zogeheten refreinregel zorgt
voor problemen. De hei'haling
hoort nu eenmaal ongedwongen
over te komen. Het bij deze be
spreking afgedrukte gedicht is
een typisch Bouwers-rondeel.
Het is dertien.regels lang, het
heeft één refreinregel en het telt
slechts twee rijmklanken. Het
belangrijkste is echter dat juist
het stramien als een scharnier
werkt. Het knappe kunstje leidt
allerminst tot gekunsteldheid.
Het strakke schema lijkt de
spontaniteit te bevorderen. Ik
zeg met enige nadruk: lijkt.
Want ik besef natuurlijk dat de
maker eindeloos heeft zitten
passen en meten. Maar het gaat
bij poëzie om het resultaat in
plaats van om de inspanning. En
in dit geval is het resultaat een
schijnbare ongedwongenheid.
Bouwers beschrijft in het ge
dicht mooi wat een strandwan
deling met je kan doen. Een een
zame strandwandeling wel te
verstaan, alleen dan wordt de
gewenste loutering bereikt. De
dichter, die elders in de bundel
vaak met de dood en de doden
bezig is, kan zich nu ver weg
wanen van lanen die naar kerk
hoven voeren. De trieste ge
dachten maken plaats voor
vreugdetranen. Het verleden
verwaait, de stormlucht opent
het zicht op de toekomst. Het is
alsof deze ervaring, een geeste
lijke bevrijding eigenlijk, uit
sluitend met alle beperkende
voorschriften van het rondeel
kon worden verwoord. Hij laat
vaker zien dat hij een uitsteken
de rondelen-dichter is, maar is,
hij ook een uitstekende dichter?
Teleurstellend genoeg luidt he:
antwoord: nee. De bundel beval
behalve rondelen ook sonnetten!
en nog minder strakke versvor-l
men. Die gedichten voeren jel
naar dezelfde wereld van golven j
en duinen, planten en vogels!
Maar op een of andere manier
blijft de bezieling uit. Je wordt,
afgeleid door dwaze rijmen en
geforceerde grammatica. De,
rondelen van Bouwers hebben
altijd iets van een stevige hand
druk, in zijn andere gedichten
word je een slap handje gereikt,
Neem zo'n met de beste bedoe-1
lingen geschreven sonnet o\v
de vergevingsgezindheid van
Nelson Mandela: 'Waarhakmes,
dolk of vuist gewoon zou zijnj
om al het leed dat zo immens
sluw tegen/ hem werd uitge
speeld, heeft leven met pijn?
hem gewijd tot man met een
priesterzegen.'
Spanningsloos en onbeholpen!
vriendelijker kwalificaties kan
ik niet bedenken voor bijvoor
beeld het gedicht over zijn ster
vende moeder en zijn gestorven
vader ('Nu ik onkruidbestrij
dingsmiddel spuit/ moet ik op
eens aan hem denken, mijn va
der'). De dichter had het niet
duidelijker kunnen zeggen: laat
mij weer in m'n kooi, achter de
tralies is mijn domein, de der
tien tralies van het rondeel ma-I
ken mij vrij.
Mario Molegraai!
Lenze L. Bouwers: Groeiringen -
Uitgeverij Querido, 64 pag., €15,35.!
Vladimir NabokovGedichten.
Toen de in 1899 geboren Vladi
mir Nabokov in 1977 overleed,
was er naast een onvoltooide ro
man nog een project dat hij niet
had afgemaakt: de definitieve
samenstelling van een verzame
luitgave van zijn Russische ge
dichten. Zes jaar voor zijn dood
had hij een summiere keuze uit
die gedichten laten verschijnen
in zijn tweetalige Poems and
Problems. In 1979 verscheen
Stichi met een ruim 300 bladzij
den tellende selectie van zijn in
het Russisch geschreven poëzie.
De in de Nederlandse vertaling
opgenomen gedichten zijn op
deze uitgave gebaseerd. Met een
uitgebreid nawoord van Kees
Verheul. Vertaling: Anne Stof
fel. Uitgeverij Hoogland Van
Klaveren, 95 pag.. €19,50.
Diverse auteurs: Ouder, de
mooiste gedichten over ouder
zijn. 'Elke ochtend, tussen het
aandoen van zijn linker- en
zijn rechterschoen trekt zijn
hele leven even langs. Soms
komt de rechterschoen er dan
bijna niet meer van'. Dit gedicht
van Judith Herzberg is een van
de vele in deze melancholische
bundel. Met gedichten van An-
nieM.G. Schmidt, Anton Korte-
weg, Gerrit Kouwenaar en Jules
Deelder.
Uitgeverij 521, 128 pag.,
12,50.
vertaald
Nicola Barker: Vergeten Eiland.
Enkel een strandje, een natuur
reservaat en een fokkerij voor
wilde zwijnen heeft het eiland
Sheppey. Dit stukje land voor de
zuidkust van Engeland is letter
lijk een vergeten eiland. Maar
niet voor schrijfster Nicola Bar
ker. Zij laat vijf personages tot
leven komen. Naarmate hun
verhaal vordert, blijkt dat ze
veel met elkaar te maken heb
ben. Nicola Barker won met het
boek de IMPAC-Award. Verta
ling: Han Visserman.
Uitgeverij Bert Bakker, 276
pag., €19,95.
bij de mensen om uit te gaan, maar nu bezoeken ze weer
massaal de theaters en is er grote vraag naar eigentijds
drama."
/^Vnlangs ging 'Crocodiles' in
première, een absurde ko
medie waarin twee thuisloze
Arabieren en twee eveneens
thuisloze joden een nieuwe le
venshouding en een manier van
samenleven ontwikkelen. „Zo
wel joden als Arabieren gaan
het stuk zien. Maar of het in
staat is de maatschappij te beïn
vloeden? Ik weet het niet. Ik
denk wel dat het kan bijdragen
tot een sfeer waarin gepraat kan
worden over de dingen. En dat is
belangrijk, want als er niet meer
gesproken wordt, als er geen
dialoog meer is, is geweld het
enige alternatief."
Al is het de laatste jaren minder,
vrijwel vanaf het begin van zijn
carrière in de jaren '70 was So
bol een controversiële toneel
schrijver. Een satire over de ma
nier waarop orthodoxe joden
hun levenswijze probeerden op
te leggen aan geseculariseerde
landgenoten leidde tot heftige
debatten in het parlement en tot
zijn ontslag als theaterdirecteur
in Haifa, waarop hij voor een
viertal jaren de wijk nam naar
Londen. Ook schreef hij het to
neelstuk 'Ghetto', hier opge
voerd door onder andere Globe
in 1986. Sobol liet daarin naast
de verschrikkingen van een get
to en een concentratiekamp in
Litouwen als tegenhanger het
plezier zien dat de gevangenen
er hadden.
„Het doorbrak een taboe", zegt
Sobol. „Voordien werden joden
afgeschilderd als schapen die in
de Tweede Wereldoorlog wil
loos werden afgeslacht door de
nazi-moordenaars. Maar er za
ten ook andere aspecten aan het
leven in de getto's en de concen
tratiekampen. Gevangenen
probeerden de aan hen opgeleg
de passiviteit om te buigen in
activiteit. Mensen trachtten om
te gaan met onmogelijke situa
ties, vochten om te overleven,
hadden een sterke wil en veel
gevoel voor humor. Dat was niet
mijn uitvinding. Ik heb de lied
jes gelezen die er geschreven
werden en de muziek gehoord
die er werd gecomponeerd. De
theaterdirecteur die de oorlog
had overleefd, vertelde mij hoe
belangrijk zijn theater voor de
mensen was."
Wat later zorgde 'Het Jeruzalem
Sjmdroom' voor een nationaal
schandaal. Door haviken in Is
raël werd zijn stuk verkeerd uit
gelegd. „Ik wilde laten zien hoe
joods fanatisme in de Romeinse
tijd voor de vernietiging van Je
ruzalem had gezorgd en de jo
den ballingschap had gébracht.
Maar omdat het stuk werd op
gevoerd bij het begin van de in
tifada, werd het gezien als een
metafoor voor de Palestijnse
opstand tegen Israël."
Heeft Sobol, zoals het persona
ge in zijn roman, nooit overwo
gen om te zwijgen? Dat niet,
maar hij kan zich voorstellen
dat iemand bij het zien van alle
gruwel en geweld gewoon be
sluit te stoppen met spreken.
„De man in het boek realiseert
zich dat taal de werkelijkheid
niet kan veranderen. Op de
avond van zijn besnijdenis be
gint de Tweede Wereldoorlog.
Als de boodschapper van het
kwaad zijn intrede doet, valt de
man, die dan nog maar een baby
is, voorgoed stil. Door de shock
van het moment krijgt hij een
alomvattend begrip van taal en
beseft hij tegelijkertijd dat hij er
niets mee kan. Taal is een waar
deloos instrument. Hij kan de
gebeurtenissen niet stoppen,
niet zijn besnijdenis, niet zijn
deel aan de fatale geschiedenis
van het joodse volk."
De romanvorm gaf Sobol ande
re mogelijkheden dan toneel.
„Je kunt voortdurend wisselen
van scène, springen in de tijd.
De roman ligt dichter bij de ma-
Joshua Sobol: „Voortdurend gevecht met het geheugen en met de taal."
nier waarop ons bewustzijn
werkt. Vergelijk het met inter
net, waarbij je steeds weer nieu
we links kunt openen. Deze ro
man is een soort van surfen naar
joodse herinneringen. Het start
punt was vrijwel steeds auto
biografisch, vervolgens kwa
men er zoveel herinneringen,
verbeeldingen en associaties
dat ik bijna niet meer op kon
houden. Er staan zinnen in die
vrijwel oneindig zijn. Steeds
kwam er weer iets nieuws bij me
op. Het was een voortdurend ge
vecht met het geheugen en met
de taal."
De roman Zivijgen beschrijft de
geschiedenis van Israël vanaf
1939, niet toevallig ook het ge
boortejaar van Sobol. Zijn fa
milie van vaderskant kwam in
1922 uit de Oekraïne, zijn fami
lie van moederskant in 1934 uit
Polen. „Ikzelf was nog te jong
om me de oorlog te kunnen her
inneren, maar ik weet dat in
mijn familie vergif werd klaar
gezet om in te nemen voor het
geval de Duitsers Israël zouden
binnenvallen. Nadat Rommel
was verslagen door Montgome
ry sloeg de stemming om in opti
misme, maar vrijwel direct be
gonnen we informatie te krijgen
over de massaslachting in Euro
pa. De hele joodse gemeenschap
in Polen en de Oekraïne, inclu
sief een groot deel van mijn fa
milie, bleek na de oorlog te zijn
weggevaagd. In dat bewustzijn
ben ik opgegroeid, terwijl woor
den als holocaust en shoah nog
niet eens waren uitgevonden."
Het is moeilijk Sobols roman te
lezen zonder niet ook aan de
huidige situatie in Israël te den
ken. De auteur betrekt in Zwij
gen de stelling dat schrijven
eigenlijk geen zin heeft als het
alleen maar kan gaan over haat
en geweld en niet ook over liefde
en lust. „Ik denk dat dat waar is.
Kunstenaars moeten zich ook
met positieve emoties kunnen
bezighouden. Op een of andere
manier is de Israëlische maat
schappij de meest optimistische
en vitale die ik gezien heb op
mijn vele reizen over de wereld.
Het laatste jaar heeft een raar
fenomeen de kop opgestoken.
Mensen van alle leeftijden ko
men in grote aantallen bij el
kaar om liederen te zingen.
Soms moeten we daar zelf om
lachen. Zijn we nu helemaal gek
geworden dat we zingen bij zo
veel ellende om ons heen? Op
een of andere manier weigeren
wij ons te wentelen in verdriet
en rouw. Arthur Miller heeft
Rudy Kousbroek Zo dichtbij
et ongelofelijke van deze foto
is de tijdloosheid. Als ik pro
beer vast te stellen waar dat
in schuilt, is het antwoord:
herkenning. Ik tuur en tuur op die foto en her
ken alles. Alles eerder gezien, bekend, ver
trouwd; er is het gevoel van 'daar ben ik vaak
langs gekomen' - bijvoorbeeld toen, die eerste
winter in Holland, net uit Indië.
De herkenning heeft te maken met een bepaal
de nonchalante manier van kijken. Wat zie je
als je ergens niet naar kijkt? Hoe herinner je je
wat je zag toen je er niet naar keek? Het is kij
ken zoals je doet wanneer je op weg bent ergens
naartoe, naar een afspraak, naar school, naar
muziekles, naar een tentamen; je hebt het on
bewust in je opgenomen en dat geeft dat vage
gevoel van herkenning.
Ik herken inderdaad alles: het dak met een
beetje sneeuw, de zuilen, het lijstwerk, de
tympaan, de ramen, de trappen naar de voor
deur, de luiken van de onderdeur, dat alles
heeft bekendheid voor mij; wat ik ook opval
lend duidelijk herken is de grond, de natte be
strating, de paaltjes, de bomen. Vooral de bo
men, die zien er uit of ik ze zo nog gisteren had
gezien.
En nu dan de schok: het is allemaal illusie, mis-
leiding en bedrog, want dat gebouw bestaat al
lang niet meer. Het ziet er uit of je er zo kunt
'gaan kijken, maar het is al generaties geleden
verdwenen, afgebroken, weggevaagd. De foto,
je gelooft het haast niet, is van 1876, kort voor
dat het huis werd gesloopt, een van de meest
beschamende bladzijden in de geschiedenis
van de Nederlandse architectuur. Het is het
huis van Constantijn Huygens aan het Plein in
Den Haag. Alles aan dat huis was bijzonder,
alles wat ermee te maken heeft was bijzondei".
Constantijn Huygens was in mijn ogen een van
de opmerkelijkste en meest gecultiveerde Ne
derlanders die er ooit zijn geweest.
Constantijn Huygens leefde van 1596-1687.
Hij ontwierp het huis grotendeels zelf, samen
met zijn vrouw Suzanne, naar classicistische
voorbeelden die hij in Italië en Engeland had
gezien. Het is vermoedelijk ook dat classicisme
dat het huis zo herkenbaar maakt; er zijn in
Nederland nog een paar voorbeelden van,
waaronder het in dezelfde tijd gebouwde en
gelukkig nog niet afgebroken Mauritshuis. Het
bevestigt mij ook in de overtuiging dat het
classicisme de mooiste, beste en meest bruik
bare bouwstijl is die ooit heeft bestaan - nog
steeds toepasselijk, nog steeds modern, precies
zoals Constantijn Huygens ook zelf dacht in de
tijd dat hij het huis liet bouwen.
Constantijn Huygens was geleerd, muzikaal,
literair begaafd en bovendien de vader van de
grootste wis- en natuurkundige die onze klei
heeft voortgebracht: Christiaan Huygens, uit
vinder van het slingeruurwerk (1656), ontdek
ker van de ring van Saturnus (1655) en beden
ker van de golftheorie van het licht (1690). Hij
was ook een begaafd instrumentmaker; zo had
hij de 4 meter lange kijker waarmee dering van
Saturnus werd ontdekt (die ontdekking be
rustte overigens ook op een wiskundige rede
nering) zelf ontworpen en de lenzen ervoor had
hij zelf geslepen.
Het oculair waar de lichtstralen afkomstig van
de ringen van Saturnus op weg naar Christi
aan Huygens' oog doorheen zijn gegaan, heb ik
een keer in handen gehad en ik heb er ook door
gekeken. De lenzen waren troebel, maar dat
waren ze nog niet op die legendarische avond
in Maart 1655, toen de vier meter lange kijker
door Christiaan voor het eerst op Saturnus
werd gericht. Het ontroerende, het aangrij
pende, het verbluffende is dat dat gebeurde
door een van de dakramen die zichtbaar zijn op
deze foto. Daar was het. Daar ook, achter een
van de ramen beneden, was de speelkamer
waar vader Constantijn voor de ontwikkeling
van zijn zoons 'de 4 deelen van de Wereld van
Willem Blaeuw' had neergelegd. Je kijkt spra
keloos naar die foto en je vraagt je af welke
Hannah Belliots van die tijd dat huis hebben
kunnen slopen om er het derderangs pseudo-
renaissance snertgebouw voor in de plaats te
zetten dat er nu nog staat, het voormalige Mi
nisterie van Justitie. Het enige nog bestaande
onderdeel van het huis van Constantijn Huy
gens is een arcade, veilig verwerkt in de
Zuidvleugel van het Rijksmuseum in Amster
dam.
Het huis van Constantijn Huygens in Den Haag.
foto uit Domus, door F.R.E. Blom, H.G. Bruin en K.A. Ottenheym. Walburg Pers 1999.