Waar het kwaad ook in ons is Vrijdenker, feminist avant la lettre en macho Ten strijde! Donna Tartt Biografie Multatuli vrijdag 20 september 2002 Graag zou hij een wereld hebben verkend die verder reikte dan de uithoeken van Rusland. Graag ook zou hij sa lon en landgoed hebben verla ten om - tot eigen genoegen en tot eer van de staat - de grenspa len van het keizerrijk te verzet ten. En hoe gaarne zou hij zich niet hebben willen onttrekken aan de machinaties en intriges, aan de spionnen van de macht die zetelt in kerk, paleis en som ber kantoor! De spiedende blik ken van de sociale klikspanen omringden zijn bestaan. En dat gold de verhalen over lichtzin nigheid, ruwe braspartijen en de hijgerige jacht op fladderend vrouwvolk. De burgerij mocht er opgewekt van genieten, maar de kringen die trachtten de sta tuur van een zekere afkomst hoog te houden, spraken er schande van, driewerf schande. Bovendien, hoe stond het met de loyaliteit van Aleksandr Serge- jevitsj Poesjkin, de in het leven verliefde dichter en minnaar, ambtenaar zonder werkop dracht, zondagsruiter en mili tair? Hoe beproefd was zijn trouw aan stand en tsaar? In hem waakte het vlammetje van de revolutie dat een flakkerend schijnsel spreidde over moraal en conventie, over de gesel van de heerschappij, over de wille keur van de dommige autocraat. Balling De rebelse gevoelens strekken niet tot enigerlei verheffing van de verworpenen der aarde. De aristocraat Poesjkin hield tuig en grauw op de afstand die hem welvoeglijk voorkwam. Hij had een verengde blik op de waarde van zijn oude adelskwartieren en waande zich groter dan de heersende Romanovs. Groter en hoger, omdat zijn afkomst de zelfde zou zijn en zijn talenten die van de tsaar verre overtrof fen. Dat standpunt kon ten pa- leize niet op instemming reke nen. Er werd temidden van de malachieten zuilen, de roze ja ponnen en de Fabergé-eitjes wat lacherig op de aspiraties van de edelman-dichter gerea geerd. Poesjkin was immers een aanstellerige fluim die niet echt tot de coterie hoorde. Zijn ver schijning was omgeven met de minne soort vrolijkheid die ge makkelijk kan omslaan in er gernis. In 1820 - de toen al ge vierde dichter telde 21 jaren - werd de held van Roeslan en Ljoedmila uit Sint Petersburg naar de rurale gebieden verban nen. Het was een wat weelderig uitgevallen ballingschap. Poesjkin kon zich vrij bewegen op de landgoederen die zijn dol en dwaas geachte familie toebe hoorden. Hij beschikte over lijf eigenen, noemde zich weliswaar een gevangene ten plattelande, maar zette het leven van de bon- vivant voort. Het jaar 1824 bracht de Opstand van de Deka- bristen, een beweging tegen de nieuwe tsaar Nicolaas, kruit damp, een loden regen uit vele kartetsen, sabelhouwen, be weende doden, een arrestatie- golf en de publieke ophanging van de gangmakers. Poesjkin sympathiseerde zéér met de re volte, maar ontsprong de kerker en de dans aan de galg. Zijn op stelling bleef niet onopgemerkt. Er waren kruiperige briefjes aan de geminachte Romanov nodig om de felste vuren te blus sen. De tijd zou Poesjkin veel hebben vergoed. Met hoeveel nauw verholen plezier zou Aleksandr Sergejevitsj kennis genomen hebben van het huwe lijk van zijn kleindochter Na- thalia met de hertog Nicolaas van NassauGroter nog zou zijn wijn uit stinkende zakken en spoelt het asschebrood weg met smerig duits bier. Hij wordt ge confronteerd met sneeuwjacht, aardverschuiving en modderla- wine. De vlooien eisen hun deel, builen en zweren ook, zomede de Zwarte Dood, Een Kalmukse schone slaat de vingervlugge amant met een muziekinstru ment haar tent uit - dappermans kiest de vlucht. Hij proeft de haat van Tsjerkessen en ont komt aan Ossetische rovers. Ontspanning vindt hij in de thermale baden, waar de spie ren verslappen en de geilheid glimt. Een gekoesterde aan dacht gaat uit naar eunuchen en andere castraten. Ook een van kwalijk gereedschap voorziene hermaphrodiet trekt warme aandacht. De karavaan ver volgt de weg, vele wersten lang, naar steeds nieuwe taferelen. Zo worden schaapskoppen ge kliefd en stieren de nek afgesla gen ter toetsing van nieuwe zijdgeweren. Zo ook vindt men langs de heirbaan jeugdige Rus sen, ontdaan van hoofd en lede maten. Het uur der wrake zal een zoet uur zijn. De zwepen knallen en Poesjkin houdt het niet langer uit. Hij rooft een paard, grijpt een speer en stormt als een wonderlijk uitgedoste Kozak de vijand tegemoet. Trots Als het vereiste contingent Tur ken in de pan is gehakt en de Vrede van Adrianopel een feit is, staan de Russen het zwaar be vochten Erzurum af. Poesjkin is er niet in geslaagd om zich bui ten Rusland te begeven. Op het moment dat hij in Erzurum arri veerde, was de streek al tot Rus sisch grondgebied verklaard. Als dat geen knersing der tan den oplevert... De woede van de tsaar was groot. De dichter die zich méér dan zijn gelijke voelde, had de Petersburgse geboden gene geerd en bleek achteraf ook niet van plan een groots gedicht aan de koene daden van de expedi tionaire macht te wijden. Poesj kin hield het bij zijn journaal: Reis naar Erzurum. Na zijn te rugkeer verviel hij in de wetma tigheden van zijn oude bestaan. De losbol diende de lichtzinnig heid, zwierezwaaide, gokte, danste, beledigde en werd bele digd. De dichter oogstte een stroom van woorden en beelden - licht somtijds als het bloempje Niemendal, vaker groots en doorleefd. Hij werd in het 1837 bij een duel gedood, 37 jaren oud, het leven verroekloosd en verdaan. De schrijver van Jev- geni Onegin en Boris Godoenov werd getroffen door de snelle kogel van Georges d'Anthés, de beau van het hofleven en de mignon van de gezant Van Heeckeren van Beverweerd. Lange tijd is beweerd, dat dit eindgericht was voorbereid door de bozige tsaar. Minder ro mantisch gestuurde lieden hou den het op des dichters eigen schuld, geschraagd door trots en de hang naar het grote ge baar. Om Poesjkin is, buiten zijn oude adel, diep getreurd. Hij is, naar zijn eigen fiere woord, de Buurman van God genoemd. Zijn wij dat niet allen? Andreas Oosthoek Naar aanleiding van het verschijnen van Reis naar Erzurum, in de verta ling van Monse Weijers uitgegeven door Hoogland van Klaveren te Amsterdam, 118 pagina's, €.10,25 en het herlezen van De buurman van God, een biografie door Arie van der Ent, Wereldbibliotheek, Amster dam, 360 pp, €22,50. proza Conny Braam: De Onweer staanbare Bastaard. Conny Braam wroette in de archieven van IJmuiden, om de geschiede nis van het vissersplaatsje in kaart te brengen. In het 'kleur rijke familiedrama' De Onweer staanbare Bastaard beschrijft ze de dorpse perikelen die het le ven van Lena Boerhaave-Abra- ham doorkruisen. Tijdens WOI, als op zee Engelse pantserkrui sers en Duitse onderzeeërs ge nadeloos strijd leveren, is de ha venplaats strijdtoneel van de oorlogvoerende landen. Cor ruptie lijkt voor reders, vishan delaren en gelukzoekers niet meer dan logisch. Dat gaat na verloop van tijd niet zonder slag of stoot. De auteur schrijft over haar eigen familiegeschiedenis, die zich vanaf de negentiende eeuw in IJmuiden wortelde. Uitgeverij Augustus. 350 pag., €18,50. Frits Abrahams: Liefde en an der leed. Niet voor niets heet de column van Frits Abraham in NRC Handelsblad 'Dag'. De on derwerpkeuze gaat van sport via kunst naar politiek. Ook het leven van alledag is een inspira tiebron voor zijn verhalend pro za. In Liefde en ander leed gaan de stukken natuurlijk vooral over liefde en het onvermijdelij ke leed dat daar nogal eens uit voortvloeit. Uitgeverij Prome theus, 226 pag., €14,95. vertaald Joan Anderson: Samen aan Zee. 'Aan mijn man, die zich nog steeds ontwikkelt' schrijft Joan Anderson voorin haar boek. Ook dankt ze Oprah Winfrey omdat ze de zin van een sabbati cal year in het huwelijk en het belang van individuele ruimte binnen de relatie onder de aan dacht bracht. In Samen aan zee brengt ze haar persoonlijke reis met haar echtgenoot in kaart. Ze probeert haar huwelijk nieuw leven in te blazen, onder steund door de brieven die ze schreef toen ze pas verliefd op hem was. Uitgeverij Bzztöh, 192 pag., €16,50. Orest Kiprenski, portret van A.S. Poesjkin, 1827 genoegen geweest zijn over de verbintenis van zijn achter kleindochter Sofia met groot vorst Michael Romanov. Zeker en vast zou hij bij beide gelegen heden gezwegen hebben over het vervelende feit dat het Poesjkin-bloed tot een morga natisch huwelijk leidde. De Nassau moest zijn naam zelfs inleveren en vervolgde het ge kwelde bestaan in de groene heuvelen van Letzeburg als graaf van Merenberg. In 1829 betuigt Poesjkin ander maal zijn lak aan tsaar Nico laas. Hij legt een reisverbod naast zich neer en trotseert daarmee de woede van de ma jesteit. De rebel kiest passage naar Turkije waar een onbe trouwbaar bevonden volkje de knoet zal worden getoond Met koets en dienaar buigt de dich ter af naar het Zuiden om zich bij de Ulanen, Kozakken en Dragonders te voegen. Het gaat niet wondergoed met de Osma nen. Ze hebben nijver aan geo politiek gedaan, breidden hun rijk uit naar Byzantium, Molda vië, Walachije, Perzië en Egyp te. De Turken golfden in een langgerekte veroveringsslag tot aan de poorten van Venetië, Ro me en Wenen. Een wezenlijke zachtaardigheid trad daarbij zelden aan het oppervlak. Rilke heeft daar in vloeiende regelen over bericht in Die Weise von Liebe und Tod des Cornets Christoph Rilke en F.C.Ter- borgh verzorgde een bezonken vertoog in de drie verhalen van De Turkenoorlog. Georg Noel Gordon lord Byron, het lichtend voorbeeld van Poesjkin, stelde zich aan het hoofd van een Griekse macht tégen het Turkse geweld, maar moest in 1824 af haken toen hij werd achter haald door de dodelijke moeras koortsen. Vijf jaren later is het de beurt aan Poesj kinDoel is de verovering van het gebied en de stad Erzurum, beneden de streek van Trebizonde, in de sfe ren van Armenië, zuidelijker dan de Kaukasus met zijn vijan dige stammen, verder nog dan het wingewest Georgië. De stad met de Dubbele Minaret en de turkooizen tegels ligt tussen bergen en bossen, rivieren en het steppenland. Ontberingen Aleksandr Poesjkin, de dichter, waagt zich aan het proza van de dag en schrijft een reisjournaal. Het is het ingedikt verslag van een veldtocht. Zal hij, de burger zonder uniform - de dwaas in zijn vilten cape - zich mengen in de slachtpartij? De verleiding is groot en de ontberingen méér dan waard. De flauwgebouwde aristocraat krijgt zoute thee met ramsvet te drinken, eet ge droogd merrievlees, slobbert ien jaar geleden was De verborgen geschiedenis van Donna Tartt een sensatie. Meer dan 700.000 exemplaren zijn in Nederland verkocht van deze verrassende debuutroman. Tien jaar liet de Amerikaanse schrijfster wachten op haar tweede: De kleine vriend. Die verschijnt onlangs in een oplage van 150.000, een maand voor de Amerikaanse versie op de markt komt. Donna Tartt kwam tien jaar geleden uit het niets met de meeslepende roman De verbor gen geschiedenis. Een verhaal dat op weergaloze wijze span ning en diepgang combineert. Nu haar tweede boek De kleine vriend dan eindelijk in de win kels ligt, is het de grote vraag of I de schrijfster haar overdonde rende debuut heeft geëvenaard. Van gemakzuchtig voortkabbe len op haar eerste succes is in ie- I der geval geen sprakeal grij pt Tartt deels terug op een be proefd recept. Ook De kleine vriend is een spannend en knap opgebouwd verhaal dat draait om moord en de manier waarop mensen daarmee omgaan. En Tartt snijdt opnieuw thema's aan als schuld en boete, een zaamheid, verveling, misver stand en noodlot. Maar er zijn ook verschillen. Anders dan in haar debuut leunt Tartt dit keer niet op de (Griek se) klassieken en op de filosofie en ze doet haar verhaal ook op een andere manier. In De ver borgen geschiedenis treedt een ik-figuur als verteller op; in De kleine vriend kijkt de lezer door verschillende ogen. Het verhaal wordt in de derde persoon ver teld aan de hand van de beleving van wisselende personen. In een stadje in Mississippi, wordt de negenjarige Robin hangend aan een boom gevon den, vlak bij zijn huis waar op dat moment Moederdag gevierd wordt. Of het moord is, zelf moord of een tragisch ongeluk wordt nooit opgehelderd. Maar deze gebeurtenis draagt de kiem in zich voor een drama dat zich twaalf jaar later zal ontrollen, geholpen door onwetendheid, misverstand en noodlot. Tartt bekommert zich niet om het oplossen van de moord, maar houdt zich vooral bezig met het waarom van de mense lijke daden en de manier waar op ze zo uit de hand kunnen lo pen. De familie verwerkt het verlies slecht. De moeder is verlamd door verdriet en verwaarloost haar kinderen (twee dochters) en haar huis. Haar man zoekt el ders troost en onderkomen. Harriet Dusfresnes, de hoofd persoon, is slechts enkele maan den oud als Robin sterft. Zij groeit deels eenzaam op en geniet deels de koesterende warmte van haar oma en enkele oudtantes. Ze leeft in een eigen fantasiewereld, die bevolkt wordt door helden als Sherlock Holmes, ontdekkingsreizigers en boeienkoning Houdini. Als ze twaalf jaar is, beseft Har riet dat ze een doel nodig heeft in het leven en besluit ze op zoek te gaan naar de moordenaar van haar broertje. Ze probeert op al lerlei manieren aan de weet te komen wat toen gebeurd is. En dat valt niet mee in een familie met zo'n beperkt blikveld als de Cleves. Deze familie van moe ders kant vegeteert op vergane glorie en leeft van de restanten van een vroeger fortuin. Al voor de geboorte van Harriet hadden de Cleves het voorvaderlijk huis, dat heel toepasselijk De Beproeving heet, moeten verko pen om het prijs te geven aan verder verval en de uiteindelijke ineenstorting. Harriet is een pittig en actief meisje, maar heel haar levens wijsheid bestaat uit datgene wat zij heeft opgepikt uit avon turenboeken en uit haar om gang met hun trouwe maar be nepen huishoudster, haar oma en haar oudtantes. „Ze (Harriet) bezat in uitzon derlijke, verontrustende mate het beperkte blikveld dat alle Cleves in staat stelde te vergeten wat ze zich niet wilden herinne ren en te overdrijven of anders zins te wijzigen wat ze niet kon den vergeten: en terwijl ze het skelet van het verdwenen mon strum, dat het fortuin van haar familie had gevormd, weer op bouwde, besefte ze niet dat er met bepaalde botten was ge- Donna Tartt biedt een blik op een lege, platte wereld, een wereld zonder houvast. foto Timothy Greenfield-Sanders/GPD knoeid, dat andere bij totaal verschillende dieren hoorden en dat veel van de massiefste en spectaculairste botten helemaal geen botten waren, maar ver valsingen van gips." Schitterend en bij vlagen humo ristisch beschrijft Tartt het kleinsteedse leven in een tame lijk arme streek in het zuiden van de Verenigde Staten. Ze schetst bijna terloops maar toch indringend hoe gevoelig de ver houdingen daar liggen tussen blanken en zwarten. Naast het verhaal van de verga ne glorie van een kleinburgerlij ke, nog wel welvarende maar niet meer rijke familie, schildert Tartt een andere familie van ar me blanken, die zich met mis daad en drugs in leven houdt. Ondanks het moord- en mis daadgehalte is De kleine vriend eerder een psychologische ro man dan een thriller. Het boek is een ideale combinatie van spanning en diepgang en de schrijfster hindert nergens met simpele boodschappen over normvervaging. Toch is het doortrokken van een beangsti gende kijk op wat er aan de hand is met de samenleving. Het boek schudt daarmee aan de fundamenten van ons geloof in vaste waarden als vader, moe der, gezin, familie. Het biedt ons een blik op een lege, platte we reld, een wereld zonder houvast, waarin liefde en vriendschap ons niet of maar ten dele kunnen behoeden voor het kwaad dat niet alleen buiten ons bestaat, maar ook in ons is. Tartt is daarbij een volbloedver telster die mythen, dromen, fan tasieën en sprookjes zo door haar roman weeft dat zij een onthutsende blik op de werke lijkheid van alledag biedt. Haar personages zijn zelden sympa thiek, toch leef je met ze mee en wil je ze net zo graag laten ont snappen aan de gerechtigheid als dat zij dat zelf willen. Want verontrustend is niet zozeer de misdaad die de karakters van Tartt bijna argeloos begaan, maar hun gebrek aan schuldbe sef. Verder dan een vaag onbe hagen en een groot verlangen om te ontsnappen komen ze niet. Met De kleine vriend heeft Tartt de belofte van tien jaar geleden meer dan waargemaakt. Mieske van Eek Donna Tartt: De Kleine vriend - ver taling Christien Jonkheer, Barbara de Lange en Babet Mossel. Uitgeve rij De Bezige Bij, 600 pag., €27,50. Multatuli Schrijver W.F. Hermans was ervan over tuigd dat het een onmogelijke opgave was: het schrijven van een volledige biogra fie over Eduard Douwes Dekker, beter be kend onder zijn pseudoniem Multatuli. Dik van der Meulen bewees onlangs Hermans' ongelijk. In de vuistdikke biografie waarop hij afgelopen week aan de Leidse universi teit promoveerde, documenteert hij het on stuimige leven van een schrijver die geen schrijver wilde zijn, van een man die even zoveel aanbidders als vijanden had, van de auteur die nog steeds als de belangrijkste in het Nederlands taalgebied wordt be schouwd. In een smal huisje in de Amsterdamse Kors- jespoortsteeg, tegenwoordig omringd door peeskamertjes, zag Eduard Douwes Dekker in 1820 het levenslicht. Vandaag de dag ze telt hier het Multatuli Museum. Wie een idee wil krijgen van het oeuvre van de schrijver moet er eens een kijkje gaan nemen. In een grote kast staan ze netjes gerangschikt: zijn zeven bundels Ideeën (met daarin het be kende Woutertje Pieterse), zijn Minnebrie ven, zijn Millioenenstudieën en natuurlijk het werk waarmee hij beroemd is geworden, Max Havelaar, in maar liefst veertig talen vertaald. En daarnaast een minstens zo gro te kast met werk over Multatuli. Een dezer dagen wordt daar zijn eerste volledige bio grafie bijgezet. Dat daarmee het laatste woord over Multa tuli is gezegd, lijkt onwaarschijnlijk. Al tij dens zijn leven wist hij de pennen in bewe ging te zetten en sindsdien is het niet anders geweest. Niet alleen vanwege zijn literaire prestaties, maar - en misschien wel: vooral - om wie hij was: een compromisloze per soonlijkheid, even hartstochtelijk vereerd als verguisd. Bovenal een man die wist te fascineren. Die aantrekkingskracht zit hem vooral in zijn paradoxale karakter, denkt Van der Meulen. Want keer op keer gaf Multatuli er weer blijk van een vat vol tegenstrijdighe den te zijn. Zijn biograaf somt op: „Eén: al vanaf zijn jeugdjaren wilde hij schrijver worden, maar toen hij het eenmaal was, had hij er grote moeite mee, sprak hij zelfs van 'geestelijke prostitutie'. Twee: was hij een overtuigd atheïst, maar zag zichzelf tegelij kertijd als een soort Christusfiguur. Drie: hij vond dat de vrouw door de kerk en de maat schappij in haar ontwikkeling werd belem merd, hij was een van de pioniers van het fe minisme, maar tegelijkertijd was hij zelf wat we nu een macho zouden noemen. En zo is er nog wel een aantal punten te noemen." Een belangrijk vrijdenker, een feminist avant la lettre, een man die veel betekend heeft voor de arbeidersbeweging: het zijn allemaal karakteriseringen die op Multatu li van toepassing zijn. Waar hij vandaag de dag echter vooral om herinnerd wordt, is zijn uitgesproken standpunt in het kolonia le debat. Overigens was hij, in tegenstelling tot wat vaak gedacht wordt, geenszins anti- koloniaal, zegt Van der Meulen. „Neder- lands-Indië moest ook volgens Multatuli behouden blijven. Wel was hij fel gekant te gen de uitbuiting van de inlandse bevol king." Deze strijd voor een rechtvaardig koloniaal bestuur werd vanaf 1856 een centraal the ma in zijn leven. In dat jaar was Multatuli aangetreden als assistent-resident van Le- bak op Java. Toen hij constateerde dat de lokale bevolking werd uitgebuit door de in landse hoofden, diende hij meteen een aan klacht in. „Er is lang gediscussieerd of hij hier correct heeft gehandeld", zegt Van der Meulen. „Voor mij staat vast dat hij dat ge daan heeft. Wat je hem achteraf wel kwalijk kunt nemen, is zijn te grote haast en gebrek aan tact." Dat vond ook Duymaer van Twist, gouverneur-generaal en daarmee de machtigste man op de Indische arch ipelHij gelastte de onmiddellijke overplaatsing van Multatuli. Die diende daarop terstond zijn ontslag in en keerde terug naar Europa. Van der Meulen: „Een buitengewoon moedige zet, want hij zat vlak voor zijn pensioen. Daar moest hij nu van afzien." Het incident stond aan de basis van Max Havelaar, het beroemde boek waarvan Mul tatuli het manuscript in vier weken tijd op een onverwarmd, Brussels zolderkamertje schreef. Toen het in 1860 gepubliceerd werd, ging er 'eene zekere rilling' door het land, zoals een kamerlid schreef. Er werden zelfs kamervragen gesteld over het boek - Multatuli was in één klap de meest bespro ken man van Nederland. Toch bracht het boek hem niet datgene waarom hij het in de eerste plaats had geschreven: macht, in vloed en eerherstel. „In eerste instantie am bieerde hij nog een hoge functie, lid van de Raad van Indië' bijvoorbeeld. Op latere leeftijd fantaseerde hij zelfs hoe hij als kei zer van Insulinde op de troon zou zitten." Al zijn inspanningen om politieke macht te verwerven, liepen echter op niets uit. „En ja. dat verbitterde hem wel", zegt Van der Meu len. „Het publiek vindt mijn boek mooi. maar doet er niets mee, klinkt keer op keer door in zijn brieven." Toch denkt de bio graaf dat Multatuli de invloed van zijn ge schriften onderschat heeft. „Het is immers wel zo dat generaties bestuursambtenaren bij wijze van spreken met dat boek in de hand naar Indië' afreisden. En ook in de dis cussie over de koloniën die in het begin van de twintigste eeuw oplaaide - met de zoge naamde 'ethische politiek' als gevolg heb ben zijn ideeën een belangrijke rol ge speeld." Multatuli heeft het zelf niet meer mee mo gen maken .Naar Indië keerde hij nooit meer terug. Hij bleef in Europa, waar hij tot aan zijn dood (1887) een zwervend bestaan leid de. Rody van der Pols Dik van der Meulen: MultatuliLeven en iverk van Eduard Douwes Dekker - Uitg. SUN, €45,-.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2002 | | pagina 27