Waar het
kwaad ook
in ons is
Vrijdenker, feminist avant la lettre en macho
Ten strijde!
Donna
Tartt
Biografie Multatuli
vrijdag 20 september 2002
Graag zou hij een wereld
hebben verkend die verder
reikte dan de uithoeken van
Rusland. Graag ook zou hij sa
lon en landgoed hebben verla
ten om - tot eigen genoegen en
tot eer van de staat - de grenspa
len van het keizerrijk te verzet
ten. En hoe gaarne zou hij zich
niet hebben willen onttrekken
aan de machinaties en intriges,
aan de spionnen van de macht
die zetelt in kerk, paleis en som
ber kantoor! De spiedende blik
ken van de sociale klikspanen
omringden zijn bestaan. En dat
gold de verhalen over lichtzin
nigheid, ruwe braspartijen en
de hijgerige jacht op fladderend
vrouwvolk. De burgerij mocht
er opgewekt van genieten, maar
de kringen die trachtten de sta
tuur van een zekere afkomst
hoog te houden, spraken er
schande van, driewerf schande.
Bovendien, hoe stond het met de
loyaliteit van Aleksandr Serge-
jevitsj Poesjkin, de in het leven
verliefde dichter en minnaar,
ambtenaar zonder werkop
dracht, zondagsruiter en mili
tair? Hoe beproefd was zijn
trouw aan stand en tsaar? In
hem waakte het vlammetje van
de revolutie dat een flakkerend
schijnsel spreidde over moraal
en conventie, over de gesel van
de heerschappij, over de wille
keur van de dommige autocraat.
Balling
De rebelse gevoelens strekken
niet tot enigerlei verheffing van
de verworpenen der aarde. De
aristocraat Poesjkin hield tuig
en grauw op de afstand die hem
welvoeglijk voorkwam. Hij had
een verengde blik op de waarde
van zijn oude adelskwartieren
en waande zich groter dan de
heersende Romanovs. Groter en
hoger, omdat zijn afkomst de
zelfde zou zijn en zijn talenten
die van de tsaar verre overtrof
fen. Dat standpunt kon ten pa-
leize niet op instemming reke
nen. Er werd temidden van de
malachieten zuilen, de roze ja
ponnen en de Fabergé-eitjes
wat lacherig op de aspiraties
van de edelman-dichter gerea
geerd. Poesjkin was immers een
aanstellerige fluim die niet echt
tot de coterie hoorde. Zijn ver
schijning was omgeven met de
minne soort vrolijkheid die ge
makkelijk kan omslaan in er
gernis. In 1820 - de toen al ge
vierde dichter telde 21 jaren -
werd de held van Roeslan en
Ljoedmila uit Sint Petersburg
naar de rurale gebieden verban
nen. Het was een wat weelderig
uitgevallen ballingschap.
Poesjkin kon zich vrij bewegen
op de landgoederen die zijn dol
en dwaas geachte familie toebe
hoorden. Hij beschikte over lijf
eigenen, noemde zich weliswaar
een gevangene ten plattelande,
maar zette het leven van de bon-
vivant voort. Het jaar 1824
bracht de Opstand van de Deka-
bristen, een beweging tegen de
nieuwe tsaar Nicolaas, kruit
damp, een loden regen uit vele
kartetsen, sabelhouwen, be
weende doden, een arrestatie-
golf en de publieke ophanging
van de gangmakers. Poesjkin
sympathiseerde zéér met de re
volte, maar ontsprong de kerker
en de dans aan de galg. Zijn op
stelling bleef niet onopgemerkt.
Er waren kruiperige briefjes
aan de geminachte Romanov
nodig om de felste vuren te blus
sen. De tijd zou Poesjkin veel
hebben vergoed. Met hoeveel
nauw verholen plezier zou
Aleksandr Sergejevitsj kennis
genomen hebben van het huwe
lijk van zijn kleindochter Na-
thalia met de hertog Nicolaas
van NassauGroter nog zou zijn
wijn uit stinkende zakken en
spoelt het asschebrood weg met
smerig duits bier. Hij wordt ge
confronteerd met sneeuwjacht,
aardverschuiving en modderla-
wine. De vlooien eisen hun deel,
builen en zweren ook, zomede
de Zwarte Dood, Een Kalmukse
schone slaat de vingervlugge
amant met een muziekinstru
ment haar tent uit - dappermans
kiest de vlucht. Hij proeft de
haat van Tsjerkessen en ont
komt aan Ossetische rovers.
Ontspanning vindt hij in de
thermale baden, waar de spie
ren verslappen en de geilheid
glimt. Een gekoesterde aan
dacht gaat uit naar eunuchen en
andere castraten. Ook een van
kwalijk gereedschap voorziene
hermaphrodiet trekt warme
aandacht. De karavaan ver
volgt de weg, vele wersten lang,
naar steeds nieuwe taferelen. Zo
worden schaapskoppen ge
kliefd en stieren de nek afgesla
gen ter toetsing van nieuwe
zijdgeweren. Zo ook vindt men
langs de heirbaan jeugdige Rus
sen, ontdaan van hoofd en lede
maten. Het uur der wrake zal
een zoet uur zijn. De zwepen
knallen en Poesjkin houdt het
niet langer uit. Hij rooft een
paard, grijpt een speer en stormt
als een wonderlijk uitgedoste
Kozak de vijand tegemoet.
Trots
Als het vereiste contingent Tur
ken in de pan is gehakt en de
Vrede van Adrianopel een feit is,
staan de Russen het zwaar be
vochten Erzurum af. Poesjkin is
er niet in geslaagd om zich bui
ten Rusland te begeven. Op het
moment dat hij in Erzurum arri
veerde, was de streek al tot Rus
sisch grondgebied verklaard.
Als dat geen knersing der tan
den oplevert...
De woede van de tsaar was
groot. De dichter die zich méér
dan zijn gelijke voelde, had de
Petersburgse geboden gene
geerd en bleek achteraf ook niet
van plan een groots gedicht aan
de koene daden van de expedi
tionaire macht te wijden. Poesj
kin hield het bij zijn journaal:
Reis naar Erzurum. Na zijn te
rugkeer verviel hij in de wetma
tigheden van zijn oude bestaan.
De losbol diende de lichtzinnig
heid, zwierezwaaide, gokte,
danste, beledigde en werd bele
digd. De dichter oogstte een
stroom van woorden en beelden
- licht somtijds als het bloempje
Niemendal, vaker groots en
doorleefd. Hij werd in het 1837
bij een duel gedood, 37 jaren
oud, het leven verroekloosd en
verdaan. De schrijver van Jev-
geni Onegin en Boris Godoenov
werd getroffen door de snelle
kogel van Georges d'Anthés, de
beau van het hofleven en de
mignon van de gezant Van
Heeckeren van Beverweerd.
Lange tijd is beweerd, dat dit
eindgericht was voorbereid
door de bozige tsaar. Minder ro
mantisch gestuurde lieden hou
den het op des dichters eigen
schuld, geschraagd door trots
en de hang naar het grote ge
baar. Om Poesjkin is, buiten zijn
oude adel, diep getreurd. Hij is,
naar zijn eigen fiere woord, de
Buurman van God genoemd.
Zijn wij dat niet allen?
Andreas Oosthoek
Naar aanleiding van het verschijnen
van Reis naar Erzurum, in de verta
ling van Monse Weijers uitgegeven
door Hoogland van Klaveren te
Amsterdam, 118 pagina's, €.10,25 en
het herlezen van De buurman van
God, een biografie door Arie van der
Ent, Wereldbibliotheek, Amster
dam, 360 pp, €22,50.
proza
Conny Braam: De Onweer
staanbare Bastaard. Conny
Braam wroette in de archieven
van IJmuiden, om de geschiede
nis van het vissersplaatsje in
kaart te brengen. In het 'kleur
rijke familiedrama' De Onweer
staanbare Bastaard beschrijft
ze de dorpse perikelen die het le
ven van Lena Boerhaave-Abra-
ham doorkruisen. Tijdens WOI,
als op zee Engelse pantserkrui
sers en Duitse onderzeeërs ge
nadeloos strijd leveren, is de ha
venplaats strijdtoneel van de
oorlogvoerende landen. Cor
ruptie lijkt voor reders, vishan
delaren en gelukzoekers niet
meer dan logisch. Dat gaat na
verloop van tijd niet zonder slag
of stoot. De auteur schrijft over
haar eigen familiegeschiedenis,
die zich vanaf de negentiende
eeuw in IJmuiden wortelde.
Uitgeverij Augustus. 350 pag.,
€18,50.
Frits Abrahams: Liefde en an
der leed. Niet voor niets heet de
column van Frits Abraham in
NRC Handelsblad 'Dag'. De on
derwerpkeuze gaat van sport
via kunst naar politiek. Ook het
leven van alledag is een inspira
tiebron voor zijn verhalend pro
za. In Liefde en ander leed gaan
de stukken natuurlijk vooral
over liefde en het onvermijdelij
ke leed dat daar nogal eens uit
voortvloeit. Uitgeverij Prome
theus, 226 pag., €14,95.
vertaald
Joan Anderson: Samen aan Zee.
'Aan mijn man, die zich nog
steeds ontwikkelt' schrijft Joan
Anderson voorin haar boek.
Ook dankt ze Oprah Winfrey
omdat ze de zin van een sabbati
cal year in het huwelijk en het
belang van individuele ruimte
binnen de relatie onder de aan
dacht bracht. In Samen aan zee
brengt ze haar persoonlijke reis
met haar echtgenoot in kaart.
Ze probeert haar huwelijk
nieuw leven in te blazen, onder
steund door de brieven die ze
schreef toen ze pas verliefd op
hem was. Uitgeverij Bzztöh, 192
pag., €16,50.
Orest Kiprenski, portret van
A.S. Poesjkin, 1827
genoegen geweest zijn over de
verbintenis van zijn achter
kleindochter Sofia met groot
vorst Michael Romanov. Zeker
en vast zou hij bij beide gelegen
heden gezwegen hebben over
het vervelende feit dat het
Poesjkin-bloed tot een morga
natisch huwelijk leidde. De
Nassau moest zijn naam zelfs
inleveren en vervolgde het ge
kwelde bestaan in de groene
heuvelen van Letzeburg als
graaf van Merenberg.
In 1829 betuigt Poesjkin ander
maal zijn lak aan tsaar Nico
laas. Hij legt een reisverbod
naast zich neer en trotseert
daarmee de woede van de ma
jesteit. De rebel kiest passage
naar Turkije waar een onbe
trouwbaar bevonden volkje de
knoet zal worden getoond Met
koets en dienaar buigt de dich
ter af naar het Zuiden om zich
bij de Ulanen, Kozakken en
Dragonders te voegen. Het gaat
niet wondergoed met de Osma
nen. Ze hebben nijver aan geo
politiek gedaan, breidden hun
rijk uit naar Byzantium, Molda
vië, Walachije, Perzië en Egyp
te. De Turken golfden in een
langgerekte veroveringsslag tot
aan de poorten van Venetië, Ro
me en Wenen. Een wezenlijke
zachtaardigheid trad daarbij
zelden aan het oppervlak. Rilke
heeft daar in vloeiende regelen
over bericht in Die Weise von
Liebe und Tod des Cornets
Christoph Rilke en F.C.Ter-
borgh verzorgde een bezonken
vertoog in de drie verhalen van
De Turkenoorlog. Georg Noel
Gordon lord Byron, het lichtend
voorbeeld van Poesjkin, stelde
zich aan het hoofd van een
Griekse macht tégen het Turkse
geweld, maar moest in 1824 af
haken toen hij werd achter
haald door de dodelijke moeras
koortsen. Vijf jaren later is het
de beurt aan Poesj kinDoel is de
verovering van het gebied en de
stad Erzurum, beneden de
streek van Trebizonde, in de sfe
ren van Armenië, zuidelijker
dan de Kaukasus met zijn vijan
dige stammen, verder nog dan
het wingewest Georgië. De stad
met de Dubbele Minaret en de
turkooizen tegels ligt tussen
bergen en bossen, rivieren en het
steppenland.
Ontberingen
Aleksandr Poesjkin, de dichter,
waagt zich aan het proza van de
dag en schrijft een reisjournaal.
Het is het ingedikt verslag van
een veldtocht. Zal hij, de burger
zonder uniform - de dwaas in
zijn vilten cape - zich mengen in
de slachtpartij? De verleiding is
groot en de ontberingen méér
dan waard. De flauwgebouwde
aristocraat krijgt zoute thee met
ramsvet te drinken, eet ge
droogd merrievlees, slobbert
ien jaar geleden was De verborgen geschiedenis van
Donna Tartt een sensatie. Meer dan 700.000
exemplaren zijn in Nederland verkocht van deze
verrassende debuutroman. Tien jaar liet de Amerikaanse
schrijfster wachten op haar tweede: De kleine vriend. Die
verschijnt onlangs in een oplage van 150.000, een maand
voor de Amerikaanse versie op de markt komt.
Donna Tartt kwam tien jaar
geleden uit het niets met de
meeslepende roman De verbor
gen geschiedenis. Een verhaal
dat op weergaloze wijze span
ning en diepgang combineert.
Nu haar tweede boek De kleine
vriend dan eindelijk in de win
kels ligt, is het de grote vraag of
I de schrijfster haar overdonde
rende debuut heeft geëvenaard.
Van gemakzuchtig voortkabbe
len op haar eerste succes is in ie-
I der geval geen sprakeal grij pt
Tartt deels terug op een be
proefd recept. Ook De kleine
vriend is een spannend en knap
opgebouwd verhaal dat draait
om moord en de manier waarop
mensen daarmee omgaan. En
Tartt snijdt opnieuw thema's
aan als schuld en boete, een
zaamheid, verveling, misver
stand en noodlot. Maar er zijn
ook verschillen.
Anders dan in haar debuut leunt
Tartt dit keer niet op de (Griek
se) klassieken en op de filosofie
en ze doet haar verhaal ook op
een andere manier. In De ver
borgen geschiedenis treedt een
ik-figuur als verteller op; in De
kleine vriend kijkt de lezer door
verschillende ogen. Het verhaal
wordt in de derde persoon ver
teld aan de hand van de beleving
van wisselende personen.
In een stadje in Mississippi,
wordt de negenjarige Robin
hangend aan een boom gevon
den, vlak bij zijn huis waar op
dat moment Moederdag gevierd
wordt. Of het moord is, zelf
moord of een tragisch ongeluk
wordt nooit opgehelderd. Maar
deze gebeurtenis draagt de kiem
in zich voor een drama dat zich
twaalf jaar later zal ontrollen,
geholpen door onwetendheid,
misverstand en noodlot.
Tartt bekommert zich niet om
het oplossen van de moord,
maar houdt zich vooral bezig
met het waarom van de mense
lijke daden en de manier waar
op ze zo uit de hand kunnen lo
pen.
De familie verwerkt het verlies
slecht. De moeder is verlamd
door verdriet en verwaarloost
haar kinderen (twee dochters)
en haar huis. Haar man zoekt el
ders troost en onderkomen.
Harriet Dusfresnes, de hoofd
persoon, is slechts enkele maan
den oud als Robin sterft. Zij
groeit deels eenzaam op en
geniet deels de koesterende
warmte van haar oma en enkele
oudtantes. Ze leeft in een eigen
fantasiewereld, die bevolkt
wordt door helden als Sherlock
Holmes, ontdekkingsreizigers
en boeienkoning Houdini.
Als ze twaalf jaar is, beseft Har
riet dat ze een doel nodig heeft
in het leven en besluit ze op zoek
te gaan naar de moordenaar van
haar broertje. Ze probeert op al
lerlei manieren aan de weet te
komen wat toen gebeurd is. En
dat valt niet mee in een familie
met zo'n beperkt blikveld als de
Cleves. Deze familie van moe
ders kant vegeteert op vergane
glorie en leeft van de restanten
van een vroeger fortuin. Al voor
de geboorte van Harriet hadden
de Cleves het voorvaderlijk
huis, dat heel toepasselijk De
Beproeving heet, moeten verko
pen om het prijs te geven aan
verder verval en de uiteindelijke
ineenstorting.
Harriet is een pittig en actief
meisje, maar heel haar levens
wijsheid bestaat uit datgene
wat zij heeft opgepikt uit avon
turenboeken en uit haar om
gang met hun trouwe maar be
nepen huishoudster, haar oma
en haar oudtantes.
„Ze (Harriet) bezat in uitzon
derlijke, verontrustende mate
het beperkte blikveld dat alle
Cleves in staat stelde te vergeten
wat ze zich niet wilden herinne
ren en te overdrijven of anders
zins te wijzigen wat ze niet kon
den vergeten: en terwijl ze het
skelet van het verdwenen mon
strum, dat het fortuin van haar
familie had gevormd, weer op
bouwde, besefte ze niet dat er
met bepaalde botten was ge-
Donna Tartt biedt een blik op een lege, platte wereld, een wereld zonder houvast.
foto Timothy Greenfield-Sanders/GPD
knoeid, dat andere bij totaal
verschillende dieren hoorden en
dat veel van de massiefste en
spectaculairste botten helemaal
geen botten waren, maar ver
valsingen van gips."
Schitterend en bij vlagen humo
ristisch beschrijft Tartt het
kleinsteedse leven in een tame
lijk arme streek in het zuiden
van de Verenigde Staten. Ze
schetst bijna terloops maar toch
indringend hoe gevoelig de ver
houdingen daar liggen tussen
blanken en zwarten.
Naast het verhaal van de verga
ne glorie van een kleinburgerlij
ke, nog wel welvarende maar
niet meer rijke familie, schildert
Tartt een andere familie van ar
me blanken, die zich met mis
daad en drugs in leven houdt.
Ondanks het moord- en mis
daadgehalte is De kleine vriend
eerder een psychologische ro
man dan een thriller. Het boek is
een ideale combinatie van
spanning en diepgang en de
schrijfster hindert nergens met
simpele boodschappen over
normvervaging. Toch is het
doortrokken van een beangsti
gende kijk op wat er aan de hand
is met de samenleving.
Het boek schudt daarmee aan de
fundamenten van ons geloof in
vaste waarden als vader, moe
der, gezin, familie. Het biedt ons
een blik op een lege, platte we
reld, een wereld zonder houvast,
waarin liefde en vriendschap
ons niet of maar ten dele kunnen
behoeden voor het kwaad dat
niet alleen buiten ons bestaat,
maar ook in ons is.
Tartt is daarbij een volbloedver
telster die mythen, dromen, fan
tasieën en sprookjes zo door
haar roman weeft dat zij een
onthutsende blik op de werke
lijkheid van alledag biedt. Haar
personages zijn zelden sympa
thiek, toch leef je met ze mee en
wil je ze net zo graag laten ont
snappen aan de gerechtigheid
als dat zij dat zelf willen. Want
verontrustend is niet zozeer de
misdaad die de karakters van
Tartt bijna argeloos begaan,
maar hun gebrek aan schuldbe
sef. Verder dan een vaag onbe
hagen en een groot verlangen
om te ontsnappen komen ze
niet.
Met De kleine vriend heeft Tartt
de belofte van tien jaar geleden
meer dan waargemaakt.
Mieske van Eek
Donna Tartt: De Kleine vriend - ver
taling Christien Jonkheer, Barbara
de Lange en Babet Mossel. Uitgeve
rij De Bezige Bij, 600 pag., €27,50.
Multatuli
Schrijver W.F. Hermans was ervan over
tuigd dat het een onmogelijke opgave
was: het schrijven van een volledige biogra
fie over Eduard Douwes Dekker, beter be
kend onder zijn pseudoniem Multatuli. Dik
van der Meulen bewees onlangs Hermans'
ongelijk. In de vuistdikke biografie waarop
hij afgelopen week aan de Leidse universi
teit promoveerde, documenteert hij het on
stuimige leven van een schrijver die geen
schrijver wilde zijn, van een man die even
zoveel aanbidders als vijanden had, van de
auteur die nog steeds als de belangrijkste in
het Nederlands taalgebied wordt be
schouwd.
In een smal huisje in de Amsterdamse Kors-
jespoortsteeg, tegenwoordig omringd door
peeskamertjes, zag Eduard Douwes Dekker
in 1820 het levenslicht. Vandaag de dag ze
telt hier het Multatuli Museum. Wie een idee
wil krijgen van het oeuvre van de schrijver
moet er eens een kijkje gaan nemen. In een
grote kast staan ze netjes gerangschikt: zijn
zeven bundels Ideeën (met daarin het be
kende Woutertje Pieterse), zijn Minnebrie
ven, zijn Millioenenstudieën en natuurlijk
het werk waarmee hij beroemd is geworden,
Max Havelaar, in maar liefst veertig talen
vertaald. En daarnaast een minstens zo gro
te kast met werk over Multatuli. Een dezer
dagen wordt daar zijn eerste volledige bio
grafie bijgezet.
Dat daarmee het laatste woord over Multa
tuli is gezegd, lijkt onwaarschijnlijk. Al tij
dens zijn leven wist hij de pennen in bewe
ging te zetten en sindsdien is het niet anders
geweest. Niet alleen vanwege zijn literaire
prestaties, maar - en misschien wel: vooral -
om wie hij was: een compromisloze per
soonlijkheid, even hartstochtelijk vereerd
als verguisd. Bovenal een man die wist te
fascineren.
Die aantrekkingskracht zit hem vooral in
zijn paradoxale karakter, denkt Van der
Meulen. Want keer op keer gaf Multatuli er
weer blijk van een vat vol tegenstrijdighe
den te zijn. Zijn biograaf somt op: „Eén: al
vanaf zijn jeugdjaren wilde hij schrijver
worden, maar toen hij het eenmaal was, had
hij er grote moeite mee, sprak hij zelfs van
'geestelijke prostitutie'. Twee: was hij een
overtuigd atheïst, maar zag zichzelf tegelij
kertijd als een soort Christusfiguur. Drie: hij
vond dat de vrouw door de kerk en de maat
schappij in haar ontwikkeling werd belem
merd, hij was een van de pioniers van het fe
minisme, maar tegelijkertijd was hij zelf
wat we nu een macho zouden noemen. En zo
is er nog wel een aantal punten te noemen."
Een belangrijk vrijdenker, een feminist
avant la lettre, een man die veel betekend
heeft voor de arbeidersbeweging: het zijn
allemaal karakteriseringen die op Multatu
li van toepassing zijn. Waar hij vandaag de
dag echter vooral om herinnerd wordt, is
zijn uitgesproken standpunt in het kolonia
le debat. Overigens was hij, in tegenstelling
tot wat vaak gedacht wordt, geenszins anti-
koloniaal, zegt Van der Meulen. „Neder-
lands-Indië moest ook volgens Multatuli
behouden blijven. Wel was hij fel gekant te
gen de uitbuiting van de inlandse bevol
king."
Deze strijd voor een rechtvaardig koloniaal
bestuur werd vanaf 1856 een centraal the
ma in zijn leven. In dat jaar was Multatuli
aangetreden als assistent-resident van Le-
bak op Java. Toen hij constateerde dat de
lokale bevolking werd uitgebuit door de in
landse hoofden, diende hij meteen een aan
klacht in. „Er is lang gediscussieerd of hij
hier correct heeft gehandeld", zegt Van der
Meulen. „Voor mij staat vast dat hij dat ge
daan heeft. Wat je hem achteraf wel kwalijk
kunt nemen, is zijn te grote haast en gebrek
aan tact." Dat vond ook Duymaer van
Twist, gouverneur-generaal en daarmee de
machtigste man op de Indische arch ipelHij
gelastte de onmiddellijke overplaatsing van
Multatuli. Die diende daarop terstond zijn
ontslag in en keerde terug naar Europa. Van
der Meulen: „Een buitengewoon moedige
zet, want hij zat vlak voor zijn pensioen.
Daar moest hij nu van afzien."
Het incident stond aan de basis van Max
Havelaar, het beroemde boek waarvan Mul
tatuli het manuscript in vier weken tijd op
een onverwarmd, Brussels zolderkamertje
schreef. Toen het in 1860 gepubliceerd
werd, ging er 'eene zekere rilling' door het
land, zoals een kamerlid schreef. Er werden
zelfs kamervragen gesteld over het boek -
Multatuli was in één klap de meest bespro
ken man van Nederland. Toch bracht het
boek hem niet datgene waarom hij het in de
eerste plaats had geschreven: macht, in
vloed en eerherstel. „In eerste instantie am
bieerde hij nog een hoge functie, lid van de
Raad van Indië' bijvoorbeeld. Op latere
leeftijd fantaseerde hij zelfs hoe hij als kei
zer van Insulinde op de troon zou zitten."
Al zijn inspanningen om politieke macht te
verwerven, liepen echter op niets uit. „En ja.
dat verbitterde hem wel", zegt Van der Meu
len. „Het publiek vindt mijn boek mooi.
maar doet er niets mee, klinkt keer op keer
door in zijn brieven." Toch denkt de bio
graaf dat Multatuli de invloed van zijn ge
schriften onderschat heeft. „Het is immers
wel zo dat generaties bestuursambtenaren
bij wijze van spreken met dat boek in de
hand naar Indië' afreisden. En ook in de dis
cussie over de koloniën die in het begin van
de twintigste eeuw oplaaide - met de zoge
naamde 'ethische politiek' als gevolg heb
ben zijn ideeën een belangrijke rol ge
speeld."
Multatuli heeft het zelf niet meer mee mo
gen maken .Naar Indië keerde hij nooit meer
terug. Hij bleef in Europa, waar hij tot aan
zijn dood (1887) een zwervend bestaan leid
de.
Rody van der Pols
Dik van der Meulen: MultatuliLeven en iverk
van Eduard Douwes Dekker - Uitg. SUN, €45,-.