Tribuut aan een archeoloog
In de grotere huizen links was het armenhuis
V ernieuwing
landbouw vraagt
om idealisme
tz
Nieuwe Raadkaart
V
maandag 16 september 2002
Johannes Adriaan Hubregtse
foto uit archief Hubregtse
Een eenzame speurder
naar het verleden. Zo is
de in 1940 overleden
Schouwse amateur-archeo
loog en onderwijzer Johan
nes Adriaan Hubregtse ooit
getypeerd. Hij verzamelde
dertig jaar lang aardewerk,
munten en andere metaal-
resten, vooral in de Kop van
Schouwen, maar ook elders
in Zeeland (behalve Zeeuws-
Vlaanderen).
Na zijn verscheiden ging de
collectie naar het Konink
lijk Zeeuwsch Genootschap
der Wetenschappen. Hubregtse
liet ook een grote hoeveelheid
persoonlijke aantekeningen na,
niet alleen over archeologie,
maar ook over dialect en folk
lore. Voor een deel zijn die
uitgewerkt door wijlen J. L.
Borghouts (van het Administra
tief Dienstencentrum Zeeland).
Het hele archief is afgelopen
vier jaar geordend door vrijwil
liger Dicky de Koning-Kaste-
lijn. Het is daai'door veel beter
toegankelijk geworden voor
belangstellenden. Na ruim
zestig jaar een tribuut aan
Hubregtse.
Als bestuurslid van de Archeo
logische Werkgemeenschap Ne
derland, afdeling Zeeland, is
Dicky de Koning-Kastelijn uit
's-Gravenpolder volop bezig
met archeologie en geschiede
nis. Dat is extra gevoed door de
studie die haar zoon volgde voor
archeoloog. „Mijn interesse
gaat uit naar wat je niet meer
ziet en wat er toch geweest moet
zijn", zegt ze. Vooral grasduinen
in de archieven heeft haar be
langstelling. Ze verdiept zich
onder meer in de vliedbergen -
oude verhogingen in het land
schap, die ten onrechte wel wor
den beschouwd als vluchtplaat-
sen tegen het water. „Dat is een
hardnekkige vergissing", weet
De Koning inmiddels.
Het was haar onderzoek naar de
vliedbergen dat haar bij Hub
regtse deed belanden. Bekend
was dat hij veel werk had gesto
ken in onderzoek van vliedber
gen. „Hij is zo'n beetje begon
nen toen de vliedberg van
Duivendijke op Schouwen werd
afgegraven. Dat gebeurde in die
tijd gewoon. Daar vond hij ook
aardewerk, waaronder Romein
se scherven. Hij heeft er ontzet
tend veel over opgeschreven,
compleet met tekeningen", ver
telt De Koning. „Ik kreeg inte
resse in Hubregtse. Het bleek
echter dat zijn archief niet erg
toegankelijk was. Het zat wel
netjes in hangmappen in kasten,
maar was niet geordend. Het
was enorm moeilijk iets te vin
den."
Jan Kuipers van de Stichting
Cultureel Erfgoed Zeeland, af
deling archeologie, zag een lang
gekoesterde wens in vervulling
gaan. „We hadden al lang het
verlangen om het archief Hub
regtse te ordenen, maar door ge
brek aan menskracht en geld
kwam het er niet van. We heb
ben hier meer spullen die goud
waard zijn aan kennis, waar wat
mee moet gebeuren. Als je ie
mand met talent en vaardighe
den kunt vinden die daar mee
aan de slag wil, dan moet je dat
dankbaar aangrijpen. Dicky de
Koning was bereid in het archief
Hubregtse te duiken. Een hele
klus, het is een heel omvangrijke
verzameling. Ze is er vier jaar
één dag in de week mee bezig ge
weest."
Geologie
Volgens Kuipers steeg Hubregt
se boven de gemiddelde ama
teur-archeoloog uit. „Zijn be
langstelling was voornamelijk
middeleeuws gericht, maar ging
ook uit naar het ontstaan van
Zeeland - de geologie eigenlijk.
Hij probeerde betekenis aan
zijn vondsten te geven. Het is
heel positief dat hij allerlei ver
schijnselen met elkaar in ver
band bracht. Daarin was hij zijn
tijd een beetje vooruit. Wel hield
hij van brede theorieën en dat is
altijd gevaarlijk. Ze blijken nu
ook gedateerd te zijn, maar dat
is vaak zo. De wetenschap
schrijdt steeds voort."
De Koning begon met alles uit te
zoeken en op trefwoorden onder
te brengen. De niet overgetypte
en toch belangrijke stukken zijn
door haar geselecteerd en geko
pieerd en ook opgenomen in wat
nu heet Inventaris en Nadere
Toegang transcriptie-archief
Hubregtse. De toegang is een
trefwoordenlijst op diverse on
derwerpen met korte toelichtin
gen. Er zijn vijf hoofdonderwer
pen: munten, correspondentie,
folklore, Haymanlanden en dia
lect. Hubregtse correspondeer
de met wetenschappers over
zijn vondsten. Hij liet hen de
vindplaatsen op het strand en in
de duinen zien en beschreef
daarna het besprokene.
Gaandeweg kreeg Dicky de Ko
ning belangstelling voor de
mens Hubregtse. Snuffelen in
iemands papieren heeft iets van
een persoonlijke kennismaking.
„Ik ben gaan denken: wat was
het voor een figuur. In elk geval
iemand die nieuwsgierig was en
het lef had iedereen te benade
ren om informatie. Hij praatte
veel met mensen en daar komen
de volksverhalen en aanteke
ningen over het dialect uit
voort."
Het was ook iemand die het niet
breed had. Hij gebruikte alles
waarop geschreven kon wor
den; ook de adresbandjes van
Het Volk (krant van de SDAP)
en De Radiogids (van de VARA)
zijn benut en de achterkant van
reclamefolders. Er zijn wel en
kele achtergronden van Johan
nes Adriaan Hubregtse bekend.
Hij werd 22 maart 1878 in
Scherpenisse geboren. Na zijn
opleiding aan de Rijkskweek
school in Haarlem begon hij als
onderwijzer in Poortvliet.
In 1907 belandde hij op de open
bare lagere school in Burgh,
waar zijn vader hoofd was. Het
aantal leerlingen liep terug en
meester Wannes werd in 1934 op
wachtgeld gezet. Om aan geld te
komen verkocht hij vondsten
aan een antiquair aan de Kei-
zersdijkin Goes.
Hubregtse was ongehuwd en
zijn archeologische en heem
kundige activiteiten beteken
den veel voor hem. Hij verwaar
loosde zijn gezondheid en
een uitgestelde operatie werd
fataal. Hij overleed 10 juli 1940
in het ziekenhuis te Noord-
gouwe.
Passie
Dicky de Koning vindt dat uit
de vele aantekeningen blijkt
met hoeveel passie hij bezig
was. „Hij maakte heel precies
aantekeningen, maar ik denk
dat hij zelf ook wel eens moeite
heeft gehad dingen terug te vin
den." Zijn oude school in Burgh
is nu museum; daar is een be
scheiden expositie aan zijn ar
cheologisch werk gewijd.
Rinus Antonisse
Een voortdurende zoektocht
naar vernieuwing is een ab
solute voorwaarde voor een vi
tale Zeeuwse landbouw, stelt
voorzitter Peter de Koeijer van
de Zuidelijke Land- en Tuin
bouw Organisatie Zeeland
(ZLTO). Hij is dan ook blij met
initiatieven van boeren voor
vermindering van het gebruik
van gewasbeschermingsmidde
len en pogingen minder afhan
kelijk te worden van die midde
len, voor het bevorderen van het
gebruik van dierlijke mest (ten
koste van kunstmest) en voor
het spaarzaam omgaan met zoet
water.
Dergelijke initiatieven vergen
wel een flinke dosis idealisme,
weet De Koeijer. „Het gevoel
hebben dat het beter kan en dat
vervolgens uitproberen." Hij
wijst erop dat dit niet nieuw is in
boerenland. Door de eeuwen
heen zijn er altijd agrariërs ge
weest die een pioniersrol ver
vulden en vernieuwingen in
gang zetten. De Koeijer: „Dank
zij dat proces lopen we allang
niet meer in berenvellen en zal
de landbouw over tien jaar ook
anders zijn dan de landbouw
van nu.
Hij vindt het van grote waarde
dat het boeren zélf zijn (en geen
wetenschappers vanachter hun
bureau), die in de praktijk wer
ken aan een andere bedrijfsvoe
ring. Zijn vernieuwende ideeën
eenmaal van hun kinderziektes
ontdaan, dan zullen ze snel ge
meengoed worden, verwacht De
Koeijer.
De ZLTO-voorzitter consta
teert dat idealisme veel doorzet
tingsvermogen vergt. „Binnen
de smalle marges van het ren
dement in de landbouw zijn de
grenzen snel bereikt. Kinder
ziekten of een wegvallende
vraag, zoals bij de bewerkte
mest, bewijzen dat iets nieuws
in aanvang dikwijls geld
kost. Die wetenschap remt het
ontwikkelen van experimen
ten."
Hij komt tot zijn ontboezemin
gen in de brochure Boeren met
het milieu, uitgegeven door het
provinciaal bestuur van Zee
land. Milieugedeputeerde Toine
Poppelaars legt er in uit dat de
provincie de ontwikkeling naar
een duurzame landbouw na
drukkelijk stimuleert en de
voorlopers onder de boeren on
dersteunt met geld. „Omdat de
dagelijkse praktijk uiteindelijk
van doorslaggevend belang is
voor wat betreft het daadwer
kelijk boeken van milieuwinst",
betoogt Poppelaars.
De brochure is bedoeld om aan
de hand van voorbeelden uit de
praktijk, duidelijk te maken
wat er door individuele boeren
wordt ondernomen en welke
problemen zij op hun weg tegen
komen. Dat is in elk geval een
behoorlijke bureaucratische
rompslomp. Het lijkt er soms op
dat de pionier-boeren twee ba
nen hebben: overdag op het land
of in de stal en 's avonds achter
een bureau als administrateur.
Er moet aan veel voorschriften
en voorwaarden worden vol
daan en de praktijk blijkt nogal
eens weerbarstiger dan de theo
rie.
De maatschap P. en H. Remijn
uit Burgh-Haamstede gebruikt
gezuiverd afvalwater uit de ri
oolwaterzuiveringsinstallatie
Westerschouwen als zoetwater
bron, om akkerbouw-teelten te
verbeteren. Dat hoeft dan niet
op de Oosterschelde te worden
geloosd. Het ei van Columbus,
maar makkelijker gezegd dan
gedaan. Alleen al het vinden
van het juiste systeem voor
druppelbevloeiing kost hoofd
brekens (het is in Israël opge
spoord).
Vlasverwerkingsbedrijf Van
Gremberghe bij Koewacht
stond voor de vraag: modernise
ren of stoppen. Door het project
herinrichting vlasketens kon
een nieuwe machine worden
aangeschaft, die vele milieu
voordelen biedt. Ook de ar
beidsomstandigheden zijn een
stuk beter. Elk stukje van de
vlashalm wordt gebruikt. Zelfs
het stof en het zand worden op
gevangen en in kleine brokjes
geperst. Die gaan terug op het
land.
Varkensboer Arie van Dam uit
Aagtekerke heeft op zijn bedrijf
een mestscheider geplaats,
waarmee dunne en dikke mest
gemaakt kan worden. Met name
de dikke mest, die lijkt op pot
grond, is goed voor het milieu,
maar toch kost het Van Dam
grote moeite die af te zetten.
Voor afname van dunne of onbe
werkte mest krijgt een akker
bouwer geld toe, voor de dikke
mest niet. Van Dam is erachter
gekomen dat akkerbouwers
vooral geïnteresseerd zijn in
hun portemonnee en niet graag
experimenteren.
David Coppoolse uit Veere
werkt mee aan een project voor
mechanische onkruidbestrij-
ding (die directe milieuwinst
biedt boven de chemische). Een
oude eg, nog van zijn opa, be
wijst daar goede diensten bij.
Hoewel Coppoolse twijfelt aan
de omvang van het milieuvoor
deel ('als ik weinig spuit, is er
ook weinig schade') doet hij
toch mee aan het project, omdat
hij achter het streven naar ver
mindering van chemische mid
delen staat.
Andere boeren die in de brochu
re aan het woord komen,
houden zich bezig met milieu
bewust water geven in de fruit
teelt, een gewasbeschermings-
en weerinformatie-systeem en
gebruik van apparatuur (fluo
rescentiemeter) waarmee de
toediening van bestrijdings
middelen precies kan worden
afgepast.
Rinus Antonisse
Boeren met het milieu. Milieu
reeks nummer 23. Samenstel
ling Kroese voor tekst, Middel
burg. Uitgave provincie
Zeeland, Middelburg.
Biezelinge, het geboortedorp
van premier Balkenende,
die morgen zijn eerste rijksbe
groting presenteert, stond vori
ge week op de raadkaart in Bui
tengebied.
„De gewone weg met een bocht
naar links is de Klinker. Het
paadje rechtdoor is het Haven
dijkje. De grotere huizen die
links boven de kleinere uitste
ken, waren het zogenoemde Ar
menhuis. Vlak voordat ze afge
broken werden, heb ik erin 1967
met mijn gezin tijdelijk in ge
woond", schrijft A. Zuidweg uit
Goes.
I. Bouwens-van de Vrie uit Bie
zelinge (haar geboortehuis is net
HAVcNZICHT. E
niet zichtbaar) voegt eraan toe
dat de foto is genomen op het
punt waar de Klinker overgaat
in de Eversdijkseweg. Rechts
ligt de gedempte haven van Bie
zelinge; het dorp stond vroeger
rechtstreeks in verbinding met
de Westerschelde. De huizen
links hebben plaats gemaakt
voor enkele bungalows. Het
grote huis dat rechts op de foto
staat, was de pastorie en later
woonde er de dokter, meldt J. J.
Goeree uit Graauw. Nu wordt
het bewoond door A. van der
Have.
De foto doet M. C. J. Rosmolen-
Murre uit Zierikzee terugden
ken aan de evacuatietijd febru
ari 1944-april 1945 in Biezelin
ge, geboortedorp van opa
Arjaan Murre. „Eerst woonden
we in de Nieuwe Kerkstraat,
niet ver van de familie Balke
nende, die daar een graanpak-
huis had. Later verhuisden we
naar het gehucht Eversdij k. Me
nig keertje heb ik over de Evers
dijkseweg gelopen, op weg naar
school. Het schoolgebouw was
gevorderd door de Duitsers, zo
dat we ondergebracht waren in
de consistories van de hervorm
de kerk en de gereformeerde
kerk."
Zakje meel
Het Havendijkje aflopend
kwam deze inzendster op de
Markt van Biezelinge, met naast
de pastorie van de hervormde
kerk de bakkerij van Smalle-
gange, waar ze een zakje meel
afleverde en na schooltijd enke
le broden (vier ponders) ophaal
de. „Links vooraan een wegje,
waaraan drie huizen stonden. In
het laatste woonde mijn school
vriendinnetje Jo Boei. Gezien de
elektriciteitsmasten schat ik de
kaart van eind jaren twintig van
de vorige eeuw."
J. C. Schrijver uit Krabbendijke
weet nog wie destijds in de hui
zen links woonden: de familie
Nieuwdorp, Je wanna de Regt en
Jan enBerra Kloosterman,
broer en zus die een winkeltje en
bakkerij hadden. Het Armen
huis bestond uit zes onderko
mens, waarin ook grootmoeder
Schrijver woonde. Net niet
zichtbaar was de werkplaats
van wagen- en laddermaker
Lansen, die speciale ladders
voor de hoge kersenbomen
maakte. Op de foto is langs het
Havendijkje - waar de twee kin
deren voor staan - een elektrici-
teitsmast met twee palen te zien
„Daar tegenover zie je nog een
stukje dak van een huisje. Voor
de oorlog woonde er de heer
Halover, kapper van beroep. Hij
reed altijd op een motor", ver
telt J. A. Berman uit Biezelinge.
„Na de oorlog was hij spoorloos.
Later bleek dat hij een zeer be
langrijke spion was geweest
voor de Duitsers." Deze inzen
der noemt als bewoners van de
huizen links nog de namen van
Hubrecht Vossen (getrouwd met
Johanna de Regt) en de familie
De Jager.
Eén inzender meende de Grind
weg richting Ossenisse te her
kennen. Voor de rest waren er
alleen goede oplossingen, waar
bij menigeen de 'verbinding'
met premier Balkenende legde.
De winnaars van de waarde
bonnen zijn: E. A. Slabbekoorn,
Zaamslag, J. de Vrieze-de
Schipper, Wemeldinge en K.
Kommer, Biezelinge.
Rinus Antonisse
Opnieuw uit de collectie van Hans Linden-
bergh een foto van een plaats met een haven
verleden. De vraag is: hoe heet deze plaats? Een
nadere toelichting over de foto wordt zeer op prijs
gesteld.
Oplossingen kunnen tot en met uiterlijk zaterdag
21 september worden gezonden aan: redactie PZC
Buitengebied, postbus 18, 4380 AA Vlissingen,
fax 0118-470102 of e-mail redactie@pzc.nl (gelie
ve hierbij ook huisadres te vermelden). Voor de in
zenders van goede oplossingen zijn drie waarde
bonnen beschikbaar.