na vieren Terriër Ice loopt voorop in Danny's duistere wereld PZC RUDEN RIEMENS Staffordshire is kostbaar zaterdag 31 augustus 2002 FOTOGRAFIE Danny Hilferink: „Zelfs als ik uitleg dat Ice geen pitbull maar een raszuivere, lieve Staffordshire is, die absoluut niet zal bijten als je hem aait, geloven ze me vaak niet." foto Jan Paul Kuit/GPD Als Danny Hilferink met Ice door Roermond stiefelt, doet menigeen een stapje opzij. Ice oogt als een pitbull, vandaar. Om razend van te worden, vindt Dan ny, een lange slungel van net 22 en vanaf zijn achttiende blind door eigen dommigheid. Ice is een raszuivere, lieve American Staffordshire Terrier. Gediplo meerd om richting te geven aan Danny's donkere wereld. Een bij zondere ontmoeting. Danny's nieuwe, onmisbare vriend mag alleen maar donders goed luisteren. Geen geintjes op straat. Daar krijg je op een kwade dag ongelukken van. Rukken aan de riem, soms zelfs onbarmhartig hef tig, houden hem bij de les. Niet dat Ice daar onder lijdt. Eigen lijk weet 'ie niet beter. Net zeven we ken oud, is Ice uitverkoren voor dit heilzame hondenleven. Uit een nest van drie puppies bij een fokker in Reuver heeft deze donkergrijze reu als enige een toegeworpen propje pa pier keurig teruggebracht. Zijn twee broertjes hebben er alleen maar in gebeten. En zakten daarmee zwaar voor het beproefde 'will to please' examen, opgelegd door Dennis Hey- sterkamp, hoofd van Desudo, school voor blindengeleidehonden in Lely stad. Intense vreugde in het hoekhuis van Nico en Jans Hilferink in Roermond. Eindelijk een lichtpuntje in het vanaf januari 1999 plotsklaps verduisterde leven van hun jongste zoon Danny. Een jongensdroom komt toch uit; Danny krijgt een American Stafford shire Terriër. Eerder en anders dan verwacht, dat helaas wel. Terwijl haar zoon en Ice samen met een trainer van Desudo die middag voor het eerst wegwijs raken op het NS-station in de Limburgse bis schopsstad, verduidelijkt Jans Hil ferink: „Dat Danny een Staffordshi re zou krijgen, was logisch. Mijn man en ik zweren bij dit lieve ras, dat door het gedoe met verkeerd opgevoede pitbulls helaas een slechte naam heeft gekregen. Onze oudste zoon heeft er drie, waarvan er een zelfs we reldkampioen is. Geen liever ras dan deze terriër. Danny is ermee opge groeid. Van ons mocht hij pas een Staffordshire als ie op zichzelf zou wonen..." Maar na die avond op 26 januari 1999 kantelt de kleine wereld van het ge zin Hilferink. Gelukkig zijn er poli tieberichten van wat er zich die avond in de Spoorlaan in Roermond heeft afgespeeld. Want in Danny's geheelde hersenpan gaapt nog altijd een gat, hol van herinneringen. Dat het die avond stortregende, heeft Danny van horen zeggen, zo verzucht hij moe, terug van de inspannende speurtocht op de perrons van NS. En dat Roy, zijn beste vriend van net ze ventien, bij hem achterop de scooter zat. Dat hij links van de weg en maar dertig kilometer per uur reed, ook dat tafereel is hem later verteld. Harder kon ook niet, want Roy sleurde met z'n ene hand een duobak mee. Ge woon voor de gein. Net als Danny naar rechts uitwijkt, komt een buurt- jongen met een bloedgang van zeker zeventig kilometer per uur met zijn scooter aangescheurd. Opgeteld een botsing van honderd kilometer, cata strofaal voor hun jonge levens. Levensgevaar Roy overlijdt een dag later. De jongen uit dezelfde buurt raakt zwaarge wond en Danny in levensgevaar. Twaalf dagen blijft de 18-jarige, net bij NedCar aangenomen knul van de wereld. Al op de derde dag krijgen de ouders te horen dat hun zoon blind zal blijven, mocht 'ie ooit uit z'n coma komen. Door de enorme bloeduit storting zijn de oogzenuwen afge storven. Terug op de wereld moet Danny voortaan vertrouwen op helpende handen. Dankzij revalidatieoorden in Hoensbroek, Apeldoorn, Ermelo, Sittard en Lelystad krijgt hij weer grip op zijn ingeperkt bestaan. Ook leert Danny al gauw de weg naar het altijd met bloemen bedekte graf van iijn weggerukte vriend Roy de Bie. Als Danny vaker die kant op wil, ko men er van gemeentewege paaltjes in de berm en geribbelde rubbertegels op het voetpad^ Zo voelt hij met zijn wit-rode stok meteen aan waar links of rechts af te slaan. Danny wil meer dan alleen zijn ka mer volpompen met rap van Tupac Shakur, die hij af en toe met zijn akoestische gitaar probeert bij te houden. Nee, aangepast werk heeft hij nog niet. Wel een vriendinnetje. Ice vindt haar leuk, gelukkig maar. Dat is prettiger met wandelen. Boos is 'ie alleen op die knul uit de buurt. Die reed die avond veel te hard. Hoezo omkijken in wrok? „Hij heeft het niet expres gedaan. Niet dat ik contact met hem wil. Als ik hem te genkom, zie ik hem niet staan." Kwaad op zichzelf?,In het begin wel Zo van: had ik maar de helm op ge daan. Maar nu weet ik dat treuren of jezelf de schuld geven geen zin heeft. Het leven kan toch al heel kort uit pakken. Kijk maar naar mijn vriend Roy. Daarom heb ik ook geen tijd voor dipjes; ik moet en wil vooruit." Striphond Daarvoor is hij vooral afhankelijk van Ice, een terriër die met zijn vier kante kaken en massieve kop met guitige oortjes veel wegheeft van die altijd hapklare striphond uit Tom Jerry. En allesbehalve oogt als een al tijd en overal aaibare Golden Retrie ver of Labrador, ook en vooral in trek bij blinden en slechtzienden. Natuurlijk kan Danny best begrijpen dat menigeen opkijkt van zijn keuze. Lang duurt dat begrip niet. Danny en Ice hebben ook een missie. Een terri ër - en dan vooral een American Staf fordshire - verdient een beter imago dan dat van de straat. Daar hoort hij nagenoeg dagelijks gemompel over 'kijk die blinde daar, die loopt met een pitbull'. Zoveel domme klets, om hels van te worden. „Zelfs als ik uitleg dat Ice geen pitbull maar een raszuivere, lie ve Staffordshire is, die absoluut niet zal bijten als je hem aait, geloven ze me vaak niet. Alsof ik sta te liegen. Eigenlijk ligt het gevaar eerder om gekeerd. Allereerst is een pitbull al tijd een gekruiste hond, een bastaard dus. Verder moet iedereen weten dat je een blindengeleidehond nooit moet aaien, tenminste niet als hij op straat is met zijn baas. Want dan is 'ie aan het werk. Dantnoet 'ie juist heel goed opletten. Ook in winkels moet je zo'n blindengeleidehond niet aaien, zelfs al is het een Golden Retriever." De allerergste 'beren' op de weg van een blinde met hond zijn zij die in parken, plantsoenen of op pleinen samendrommen, al dan niet met elk hun eigen hond. „Pas als ik er vlak bij ben, hoor ik dat ze honden bij zich hebben. Wat ik helaas niet meer kan zien, is of ze die honden ook aan de lijn houden. Zo niet, dan ben ik ont zettend opgefokt. Dan schreeuw ik dat ze die hond niet los moeten laten lopen, omdat Ice en ik daar schade van kunnen oplopen." „Ice heeft nog nooit een andere hond gebeten, laat staan iemand anders. Als 'ie wordt gebeten, loop ik het risi co dat Ice bij de eerstvolgende loslo pende hond als eerste toehapt. Zo van: mij bijt je niet meer. Nou, dan kan ik het wel schudden met Ice als geleidehond. Dan kan ik niet langer volledig op hem vertrouwen en moet Ice terug naar Lelystad om opnieuw te worden opgevoed." „Nu hij helemaal klaar is - Ice heeft zelfs een diploma - moet ie naar mij leren luisteren. Dat is van beide kan ten wennen. Ik moest vooral sneller leren lopen. Want Ice is gewend om stevig en zelfverzekerd door te lopen. - Ook als hij merkt dat ik onzeker ben En Ice moet uitstekend blijven luisde- - ren, onmiddellijk en zonder geintjes. Daarom moet ik hem stevig aan de riem trekken. Harder dan bij een an dere hond, omdat de pijngrens bij alt ras veel hoger ligt. Zodra hij het tuig om heeft, moet ie blijven werken en niet af en toe een grasveldje opzoeken om aan het gras te ruiken en al hele- maal niet om te pissen. Als ik'zoek' trap' commandeer, moet ie ook de h trap bij de cd-winkel opzoeken en j niet de lantaarnpaal." Hans Tonën 1 rt i Ook al kijkt Dennis Heysterkamp, eigenaar van Desudo in Lelystad, uit naar de dag dat visueel gehandicapten niet langer terugschrikken van zijn indrukwekkende hondenras, toch geeft hij zijn goed getrainde terriërs niet aan iedereen mee. Daarvoor staat er te veel op het spel. „Vergeet niet, dat een terriër dubbel zoveel kost om op te leiden tot geleidehond. In een Golden Retriever gaan honderdvij ftig tot tweehonderd uren zitten. Kun je nagaan hoe lang je bezig bent met een hond als Ice. Daarom geldt bij ons een aantal ijzeren criteria: heeft r' de blinde ervaring met dit specifieke ras? Weet ie al met hon den in het algemeen om te gaan? En niet in de laatste plaats wijzen wij op de nadelen. Want het is toch een hond die wil knokken, hoewel het een heel lief ras is." Juist om te voorko men dat er later alsnog iets fout gaat, laat Heysterkamp een reu al bij acht maanden castreren. Een tot geleidehond opge leide American Staffordshire Terriër kost 14.973 euro, wat volledig wordt vergoed door de overheid. Ice is niet de allereerste terriër van een blinde. Wel een van de 3 hooguit vijf in Nederland. Hoewel kynoloog Heysterkamp groot vertrouwen heeft in de combinatie Danny Ice, toont j hij begrip voor buitenstaanders die opzij stappen voor deze op een pitbull lijkende hond. „Inderdaad ziet men liever een Golden Retriever, die zijn makkelijker en flexibeler. Maar de j meeste beten komen van Retrievers. Komt omdat ze met zo j velen zijn en zo aaibaar ogen." Van de vijfhonderd blindenge- leidehonden in Nederland stamt negentig procent af van de Golden Retriever, Labrador, Duitse of Mechelse Herder. :I 1

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2002 | | pagina 24