Wroeten naar een beter bestaan Een leuk krokodilletje als aandenken PZC Diamanten Garantie tegen tarakany 26 Top 10 foute souvenirs zaterdag 3 augustus 2002 Complete families wroeten in de droge grond van Zuid-India naar diamanten. foto Harald Doornbos/GPD Op de plek waar ooit de befaam de Indiase diamant, de Koh-i- Noor, werd gevonden, troffen dor pelingen afgelopen week diaman ten aan op de bodem van een leeg- gevallen meer. Dit was het sein voor diamantkoorts in de regio. Dertig duizend, meestal zeer arme Indiërs, raakten in de ban van de diamant en begonnen te wroeten, te wroeten en nog eens te wroeten. Maar zoals zo vaak met diamantkoorts wordt de hoop overvleugeld door teleur stelling en afgunst. De oude en gammele bus die over de hoofdweg van het stoffige dorpje Paritala rijdt, zit vol met mensen die uit de openstaande ramen schreeuwen: „Diamanten, diamantenEven ver derop gaat er net een school uit en rent een groep kinderen joelend richting het nabijgelegen drooggevallen meer. Ook zij roepen: „Diamanten! Paritala, een onbeduidend gat op 230 kilometer ten oosten van de Zuid-In- diase stad Hyderabad, is in de ban van 's werelds hardste en kostbaarste edel steen. De diamantkoorts kon alleen maar ontstaan omdat het hier al lange tijd niet heeft geregend. De jaarlijkse moesson wil namelijk maar niet begin nen, de passerende wolken weigerden open te breken. De boeren in de regio klaagden steen en been: het was vol strekt onmógelijk om hun gewassen te planten in de gort droge grond. Zelfs de rivier de Krishna, die even verderop stroomt en honderd kilometer later uit komt in de Indische Oceaan, is verwor den tot een miezerig stroompje. De el lende voor de bevolking van Paritala bereikte haar top toen het vlak naast het dorpje gelegen meer ook droog viel Het dorp was de wanhoop nabij: geen water meer voor de gewassen, de palm bomen en de buffels. Koopje Er kwam een abrupt einde aan het ge klaag toen een vrouw uit het dorp over de bodem van het opgedroogde meer liep en plotseling iets zag glinsteren in de zon. Ze raapte het op, nam het mee naar huis en wat bleek: het steentje was een ruwe diamant van tien karaat. Ze verkocht de steen aan een diamanthan delaar uit Hyderabad voor 10.000 euro. Een koopje, want de werkelijke waarde van de steen bedraagt ongeveer 30.000 euro. De vondst van de vrouw bleef niet onopgemerkt in zo'n kleine rurale sa menleving. Geruchten deden de ronde dat er een diamant was gevonden van 100 karaat. Anderen hadden gehoord dat er dui zenden diamanten voor het oprapen la gen op de bodem van het drooggevallen meer. Niemand wist er natuurlijk het fijne van, maar als de koorts toeslaat maakt dat niet veel meer uit. En zo ge schiedde dat er binnen enkele uren honderden dorpelingen met hun han den in de bodem van het meer zatenDe volgende dag nam hun aantal toe tot een paar duizend want vanuit de nabu rige dorpen waren hele families gearri veerd. Op dag drie zag het meer zwart van 30.000 gravers; ook gelukzoekers uit het duizend kilometer verderop lig gende Mumbai (het voormalige Bom bay) hadden Paritala inmiddels weten te vinden. De diamantenkoorts is bijna een week oud als er op de akkers naast het meer zo'n duizend mensen aan het graven zijn. Waarom zit niemand in het meer? „Kijk zelf maar," zegt een man terwijl hij met zijn vinger wijst in de richting van een paar palmbomen waaronder een zestal politiemannen de wacht houdt. Het blijkt sinds een dag of twee verboden te zijn om het meer te betre den. De lokale overheid, die nooit oog heeft voor de problemen van het dorp, is er nu wel als de kippen bij om de mogelijk aanwezige diamanten voor zichzelf veilig te stellen. „Het meer is publiek bezit", beweert politieman Ra- kesh, „Dus mensen die diamanten voor zichzelf houden, overtreden de wet en een dorpeling, terwijl hij een bruine steen laat zien. Een ander kijkt naar de steen en zegt: „In geen duizend jaar Het probleem is dat bijna niemand hier weet wat een diamant eigenlijk is of hoe-ie eruit ziet. Deze mensen zijn over het algemeen zo arm, dat ze nog nooit een diamant hebben gezien. Rijst, buf fels, betonnen huisjes en palmbomen kennen ze. Maar diamanten? Nee. Een goed maandloon in het dorp is 2000 rupies, omgerekend 45 euro. Een laag inkomen, en dat hebben de meesten, bedraagt 1.000 rupies, net iets meer dan 20 euro. De werklozen - en ook dat zijn er behoorlijk veel - hebben hele maal niets. Een diamant ter grootte van maken zich schuldig aan een vorm van diefstal. Daarom is het meer verboden gebied." Maar omdat de akkers rond het meer privébezit zijn van de boeren, kunnen de met lange bamboestokken bewa pende dienstkloppers niet voorkomen dat de akkers bevolkt worden door honderden mensen die aan niets anders denken dan diamanten. Hele families zitten met kleine stokken in de grond te spitten. Centimeter voor centimeter doorwroeten ze de aarde. Kinderen, maar ook volwassenen, klampen je aan en vragen of je hun diamanten wil ko pen. Maar de meeste 'diamanten' zien er uit als kiezels, slechts een paar zijn doorzichtig waardoor ze tenminste iets weg hebben van ruwe diamant. „Is dit een diamant?", vraagt N. K. Gandhi, een luciferskop staat hier gelijk aan een paar jaarsalarissen. En dan te beden ken dat de Koh-i-Noor, die in 1406 in dit gebied werd gevondenongeveer duizend keer groter is. Is het daarom gek dat Raj al een week lang op z'n hur ken zit? Helemaal afkomstig uit Mum bai hoopt hij op een wonder. „Als ik hier diamanten vind, kom ik terug in Mumbai als een koning", zegt hij. Z'n handen zijn volledig verweerd van het gegraaf, z'n gezicht zit onder het stof. In een plastic zak draagt hij een vijftig tal stenen. „Ik geloof niet dat het diamanten zijn, maar als die vrouw on langs vier lakh rupies (10.000 euro, red.) voor een steen heeft gekregen, dan kan ik dat ook." Even verderop zit de familie Kumar. Vader, moeder en een paar kinderen. Afkomstig uit de regio vertelt de vader dat ze niets anders te doen hebben dan zoeken naar diaman ten. „Mijn akker is verdroogd, daar kan ik toch niets op verbouwen. Verklikken Maar het leger van gravende armen is weinig succesvol. Diamanten worden niet gevonden, kiezelstenen des te meer. De sfeer wordt steeds minder ge zellig. Mensen roddelen en beschuldi gen elkaar ervan 'de goede plekjes in te pikken'. Een bewoner van Paritala die de naam weet van de vindster van de grote diamant, besluit de politie te bel len en haar identiteit te verklikken. De vrouw wordt delfde dag nog gearres teerd. Heel even krijgt de diamant- koorts een impuls, als blijkt dat een in aanbouw zijnde weg die op driehon derd meter van het meer loopt, is ge maakt van zand dat afkomstig is uit het meer. Honderden mensen spoeden zich naar de weg en steken vol goede moed hun stokje erin. Probleem is echter dat vrachtwagens over de half klare weg denderen en de diamantzoekers bijna worden doodgereden Hoe er hier ook wordt gezocht, opnieuw vindt niemand een diamant. De diamantkoorts levert tot nu toe zegge en schrijve één echte diamant op. De duizenden handen mo gen dan non-stop door de aarde wroe ten, niemand heeft na al die dagen iets waardevols gevonden. De diamant- koorts lijkt een beetje over te gaan. Mensen raken moedeloos. Zelfs Raj uit Mumbai denkt eraan om weer terug te keren. Niet als koning maar zoals hij vertrok: een arme sloeber die niet al leen een illusie maar ook het geld van een treinkaartje armer is. Harald Doornbos Die ene mooie schelp, dat aardige tasje. De kleurrijke veren. Het zijn geliefde vakan tiesouvenirs. Maar de kans is groot dat het gaat om bedreigde plant- of diersoorten. Ook deze zomer let de douane daar scherp op en het We reld Natuur Fonds is een speciale campagne be gonnen. ,Kijk. dat is foute boel. Een schoudertas van py- thonleer", zegt douane-beambte Chiel. Hij laat hij de eigenares voorbij lopen. Zijn collega's in aankomsthal twee van Schiphol maken zich er ook niet druk over. Hoeft ook niet. Want zij draagt een fel gekleurde plastic tas met de 'print' van een python. „En hoeveel pythons zijn er lila?", vraagt Chiel lachend. „Als het echt een pythontas was, dan kreeg de vrouw een boete van ruim tweehonderd euro", zegt Jan van de Poll, lid van het expertise-team van de Douane op Schiphol. De luchthavendouane kijkt niet alleen naar drugs, wapens, alcohol, sigaretten of imitaties van merkartikelen, maar ook naar 'foute' souve nirs. Het gaat onder meer om koralen, sommige soorten schelpen, tassen en schoenen gemaakt van slangen- of krokodillenleer. Op de zwarte lijst staan ook culinaire zaken zoals het vlees van leguaan en aap. Speciaal daarvoor heeft de douane een paar flinke diepvrieskisten op Schiphol staan. Daarin kan het beperkt houd bare bewijsmateriaal goed bewaard worden. Wie wordt betrapt, betaalt een boete van min stens 46 euro. Dat is de straf voor het meenemen van een doopvontschelp of een stukje koraal. Volgens Van de Poll windt bijna niemand zich op over de boetes. „Ze vinden het veel erger dat de spullen bij ons moeten blijven." Afgehakte hand In een klein kantoor vlakbij de aankomsthal doet hij een greep in een grote kast die is gevuld met voorbeelden van foute souvenirs: veren van een paradijsvogel, een opgezette zeeschildpad, Hij loopt vlug terug naar aankomsthal twee. Daar komen deze ochtend duizenden passagiers terug van een vakantie in Thailand, Singapore, Maleisië en Indonesië. De douane beschouwt de ze vluchten als risicovluchten. Dat betekent een verhoogde kans op koffers met doopvontschel pen, ivoren beeldjes, wortel van de ginsengplant en armbanden gemaakt van zeeschildpadden. Er kunnen ook geprepareerde vlinders bij zitten. Die zijn 'zwaar' beschermd met boetes die kun nen oplopen tot 1100 euro. „Soms heb je bij een paar vluchten al vlug meteen een stuk of vijf fou te souvenus te pakken. Maar dat is lang niet al tijd het geval", zegt Van de Poll. Een Nederlandse vrouw die net is teruggekomen uit Thailand moet haar koffer laten uitpakken. „Ik ben altijd de klos", zegt zij. Daarna legt zij uit hoe vaak de douane haar controleert. „Maar er is nooit iets aan de hand", benadrukt zijDat lijkt nu ook het geval. Er gaan heel wat koffers open. Geen enkele vakantieganger klaagt. Som migen vertellen de douaneambtenaren enthou siast over hun belevenissen. „Thailand heeft veel tempels en je hebt er prachtige stranden", zegt een jongen. Even verderop is een man heel wat minder spraakzaam. Zijn koffer spreekt boekdelen. Want de bagage bestaat grotendeels uit nep-Rolexenimitatie Chanel-parfum en na maak Tweety-etuis. Van de Poll wordt gevraagd om naar een andere aankomsthal te gaan om een collega te assiste ren. „Dit is een moeilijke", zegt de man tegen Van de Poll. Hij onderzoekt een dertig centime ter lange slachttandvormige pijp die is meege nomen dooreen man uit Hong Kong. „Het lijkt ivoor", zegt de douane-beambte. Na een paar minuten constateert Van de Poll dat er niets aan mankeert. Het blijkt geen ivoor, maar been. Het is typerend voor wat de douane verder die dag vangt: bot, dus. „Maar morgen kan het anders zijn", zegt een douanebeambte. Mare Brink Uit een onderzoek van het Wereld Natuur Fonds (WNF) blijkt dat de kennis over wat foute souvenirs zijn groeit. Ruim driekwart van de Nederlanders kan een of meerdere verboden 'natuursouvenirs' noemen. Het WNF waarschuwt dat in sommige landen de eigen bevolking bepaalde 'wildlife-souvenirs' mag gebruiken, maar dat export is verboden. De ver warring kan worden vergroot omdat in hotellobby's, winkelcentra en ver trekhallen van vliegvelden foute sou venirs te koop zijn. Het WNF advi seert over het algemeen: hoe verder en exotischer de bestemming, des te meer reden om attent te zijn. WNF heeft een top tien van veel voor komende souvenirs van bedreigde dieren en planten die vakantiegan gers tegen kunnen komen. 1Koralen (soms verwerkt tot siera den). 2. Grote schelpen zoals de doopvont schelp. 3. Olifanten-ivoor. 4. Zeeschildpadden (soms verwerkt als pennenbak en haarkam). 5. Grote katten zoals tijgers, jaguars, jachtluipaarden en de kleinere lynx. 6 Slangen en hagedissen. 7Orchideeën en cactussen. Be schermde planten mogen alleen met vergunning Nederland worden inge voerd. 8. Vlinders. 9. Papegaaien. 10. Krokodillen. De douane is extra alert op foute souvenirs. koraal, beeldjes van ivoor en de roze gekleurde doopvontschelp. Van de Poll geeft toe dat het niet altijd even vlot herkenbaar is van welk ma teriaal een product is gemaakt. Maar dat excuus geldt niet voor de toerist die op Schiphol werd betrapt met een asbak gemaakt van de afgehak te hand van een gorilla. Die asbak heeft inmid dels een plaatsje gekregen in een groot depot in Amsterdam. foto Phil Nijhuis/GPD In het kleinere douanedepot op Schiphol staan ook twee diepvrieskisten. Hierin ligt niet alleen de huid van een jonge jaguar maar ook een kar tonnen doos met het vlees dat in de doopvont schelp huist. „In Caribische gebieden is het heel gewoon voedsel. Het staat op het menu van veel restaurants. Maar je mag het hier niet invoeren. Vooral Antillianen snappen daar niks van", zegt Van de Poll. Wat moest ik hartelijk la chen toen ik een tijd gele- 1 den bij een vriend een kakker lak over de keukenvloer zag dribbelen. „Huisdieren voor viespeuken", zei ik vals, want j kakkerlakken zijn in Moskou een plaag waar weinig tegen te beginnen valt. Ze zijn overal, van vervallen flats in de buiten wijken tot de chique apparte menten aan de Tverskaja Straat. Nieuw is het ongemak evenmin Naar verluidt werden de troe pen van Napoleon al zo gek van de kakkerlakken dat ze eerder voor de kleine insecten op de vlucht sloegen dan voor de Rus sische soldaten. Ik kan me daar iets bij voorstel len. Een paar weken geleden had ik namelijk mijn vuurdoop als viespeuk. Rond middernacht liep een reusachtige kakkerlak doodgemoedereerd over het ta pijt in mijn woonkamer. Ik sliep die nacht slecht. Steeds als ik een lichte kriebeling voelde, dacht ik dat mijn nieuwe huis dieren gezellig bij me in bed wa ren gekropen. De volgende ochtend lichtte ik onze werkster Nad ja in over de ongenode gasten. Dodelijk be ledigd, was ze. Eerst moest ik uitvoerig verklaren dat haar schoonmaakvaardigheden bui ten kijf stonden. Dat hielp, want enigszins gerustgesteld beloofde ze er naar te kijken. Daar had Nadja niet lang voor nodig. Een uur later had ik haar bibbe rend aan de lijn. Ze had twee kakkerlakken gezien, maar, verklaarde ze ernstig: „Ony ne nasjy." Even was ik uit het veld geslagen. Hoezo 'dat zijn niet de onze'? De hele stad zit vol kak kerlakken. Er is in Moskou zelfs een punkband die zichzelf 'Ta- rakany'-'de kakkerlakken'- j noemt. „Ja, maar zulke grote I kakkerlakken hebben wij niet in Rusland, hield Nadja vol. „De buurvrouw zegt het trouwens ook." Pogrom D e b uurvrouwNu werd het echt gevaarlijk. Diezelfde buur vrouw had bij de huisbazin al eens samenzweerderig geïnfor-1 meerd of we misschien joden I waren. (Huisbazin: „Nee, ze ko-| men uit Nederland." Buur vrouw: „Maar daar heb je ze ook!Voorzichtig vroeg ik aan Nadja hoe die kakkerlakken dan in godsnaam in ons huis wa ren beland. Daar had ze samen j met buurvrouw al een sluitende verklaring voor gevonden. Waarschijnlijk hadden we de beestjes na ons laatste bezoek aan Nederland per ongeluk meegenomen. Natuurlijk. Dat ik daar niet eer der aan had gedacht: Neder land, het land der kakkerlak ken. Wat zou volgen? Een kleine pogrom onder leiding van onze stokoude buurvrouw om de Ne derlandse reuzenkakkerlakken en hun - misschien wel joodse - handlangers het gebouw uit te jagen? Ik moest iets onderne men, dat was duidelijk. In wanhoop beide ik een insec tenverdelger. Enigszins be duusd probeerde ik de man er op voor te bereiden dat onze kak kerlakken wel erg groot waren „We hebben in Moskou kakker lakken zo groot als garnalen", liet hij koeltjes weten. „Maakt u zich geen zorgen. Voor 700 roe bel (23 euro) doen we alles. En u krijgt drie jaar garantie." Oplossing Een paar dagen later deed Dr. Death inderdaad zijn werk. Niemand heeft precies gezien wat hij gedaan heeft, want wij waren er niet en Nadja zei dat ze de stank niet kon verdragen Geholpen heeft het wel. Sinds dien heb ik geen kakkerlak meer gezien. Enthousiast belde ik mijn vriend om Dr. Death aan te prijzen als oplossing voor zijn kakkerlakkenprobleem. „Je krijgt drie jaar garantië, hield ik hem voor, maar hij begon te vertellen dat kakkerlakken zelfs kernrampen overleven. Dr. Death moest dus wel een zeer giftig goedje hebben gebruikt. „Fijn die garantie te gen kakkerlakken, maar heb ben jullie ook een garantie dat jullie zelf die drie jaar overle ven?" Helaas heb ik dat nooit gevraagd. F rank Hendrickx

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2002 | | pagina 26