De Great White behandel je met respect
In Poppendamme is een uurtje zo voorbij
Naar de haaien
in Gansbaai
i
Jr 1
■v W
zaterdag 27 juli 2002
Naar Zuid-Afrika ga je
voor de big five: de
leeuw, de olifant, de neus
hoorn, het jachtluipaard en
de buffel. Je vindt ze in het
Krugerpark en andere wild
parken in het noorden. Maar
een enkele durfal gaat tegen
woordig op zoek naar num
mer zes, tevens de grootste
en afschrikwekkendste ja
ger van allemaal: de Great
White Shark. Nergens an
ders ter wereld vind je een
grotere concentratie men-
senhaaien dan in Gansbaai
waar je 'Jaws' vanuit een
kooi bijkans kunt aanraken.
Het verdient wel aanbeve
ling om na deze ultieme con
frontatie een paar dagen bij
te komen op Kersefontein,
de luxe Kaaps-Hollandse
boerderij van Julian Melck,
waar het lijkt alsof de tijd
250 jaar heeft stilgestaan.
A I s de dag in het haventje
xllvan Kleinbaai begint, is
het eerst toch even slikken. Of er
eerst maar even een papiertje
wordt ondertekend, waarop na
drukkelijk staat dat André
Hartman en Jopie Botha geen
enkele verantwoording nemen
in geval er iets misgaat. „We
kunnen je namelijk niet verze
keren tegen een Great White,
dat doet geen enkele maat
schappij", zegt Hartman in het
voor Hollanders goed verstaan
bare Afrikaans. De grijns op
zijn door weer en wind gelooide
gelaat spreekt boekdelen, maar
stelt het gezelschap weinig op
het gemak. Ook niet als hij er
aan toevoegt: „We hebben sinds
1991, toen het duiken naar haai
en hier begon, maar vier onge
lukken meegemaakt. Dat is ver
houdingsgewijs toch niks,
nietwaar?"
Iets opgeluchter ademhalen doe
je pas als deze bebaarde zee
bonk van het zuiverste soort uit
legt dat die vier incidenten ab
soluut niets uitstaande hadden
met haaien.
De ongelukken waren de schuld
van de toeristen zelf, die tijdens
de twintig minuten durende
boottrip door de wilde branding
van de Indische Oceaan zo on
verstandig waren zich niet goed
aan de reling vast te houden. De
klappen die je met de boot op de
vier meter hoge golven maakt,
geven inderdaad geen aanlei
ding tot het uithalen van fratsen
met losse handjes. Zo'n frivoli
teit bekoop je geheid met een
smak tegen het dek.Maar intus
sen zijn Dyer Island en Geiser
Rock in zicht.
Sharks Alley
Daar, twaalf kilometer uit de
kust en tussen de twee eilanden
in, huistde grootste populatie
witte haaien ter wereld. Er
zwemmen er zo'n 600, variërend
in lengte van anderhalf tot ruim
zes meter. Waarom ze juist daar
zijn, wordt snel duidelijk. Op
het ene rotseiland vertoeven
50.000 pelsrobben en op het an
dere verblijven verscheidene
kolonies vogels en pinguïns, met
- tussen mei en oktober - alle
maal jongen. Die jongen raken
nog wel eens in paniek als moe
der te lang wegblijft of helemaal
niet meer terugkomt. Ze wagen
zich dan in zee, in Sharks Alley.
Hartman is voor anker gegaan
achter de engte bij de eilanden.
Hij perst een haaienlever uit in
het water, een stinkend goedje
dat zich als een olievlek op het
water verspreidt en als geur-
Schipper André Hartman tikt een grote witte haai op de neus.
spoor voor de haaien dient. Ver
volgens werpt hij een rubberen
boei uit met aan het eind van het
touw de kop van een boven
maatse tonijn. „Bloed komt er
niet aan te pas. Daar worden
haaien agressief van. Dat is niet
wat we willen. De Great White
is een beschermde diersoort. Die
behandel je met respect. Die
verhalen en films over een nie
mand en niets ontziende roof-
machine slaan nergens op.
Mensen vallen ze zelden aan.
Tuurlijk zijn ze niet ongevaar
lijk. Maar dat is een leeuw even
min. Die ga je ook niet voor de
voeten lopen. Die hou je eerbie
dig op afstand."
Wachtend op de eerste haaien
ontzenuwt dekmaat Herman de
kritiek van sommige biologen
dat deze vorm van ecotoerisme
oneigenlijk is en de haaien bij
Dyer Island tam en sloom
maakt. „We voeren ze niet, we
lokken ze alleen. Soms komen ze
weg met een stuk vis, maar dat is
eerder uitzondering dan regel.
Haaien zijn nieuwsgierig, dik
wijls komen ze alleen kijken. Ik
heb eens zo'n milieuactivist
meegenomen en gevraagd of hij
aan het eind van de dag op het
vlondertje wilde gaan zitten
met zijn benen buiten boord.
Dat durfde hij toch maar niet,
zijn bewering over deze zoge
naamde tamme haaien ten
spijt."
Op dat bewuste vlondertje ach
terop de boot staat Hartman
met zijn blote voeten in het wa
ter. „Shark", zegt hij simpel en
wijst op een rugvin die, als in
een documentaire op Discovery
Channel, het bijna turkooise
water doorklieft. Een schaduw
van drieëneenhalve meter doet
het gezelschap terugdeinzen
naar het midden van de boot, die
opeens veel kleiner lijkt dan-ie
was en veel dichter op het water
meteen het sein om de kooi over
boord te laten. Het gevaarte is
rond, drie meter hoog en eigen
lijk niet veel meer dan een open
gewerkte constructie van ij ze-
7U/Ö
j2
VANA
O
Pretoria J S
Johannesburg SWAZIU^ND
ZUID-AFRIKA
Kaapstad Gansbaai
Kleinbaai
'Dyer Island
ligt dan daarvoor het geval
scheen. Zo kruisend langs het
schip kun je die rugvin bijna
beetpakken. Maar dat laat je
wel uit je hoofd als je eenmaal
een rij tanden van dichtbij hebt
gezien.
Het spotten van de eerste haai is
Port Elizabeth
INDISCHE OCEAAN
ren staven zoals die hier wel in
de bouw worden gebruikt door
betonijzervlechters. Drijvers
zorgen dat de kooi aan de opper
vlakte blijft, touwen dat die niet
afdrijft. Vanuit de boot stap je
op het dak en laat je je in het om
hulsel zakken. „Dat is eigenlijk
alles", zegt Herman op een toon
alsof hij een boterham met pin
dakaas besmeert. „Wie trekt als
eerste een wetsuit aan? Ja, dat
pak is waterdicht."
Intussen cirkelen er andere
haaien om de boot, soms met
drie tegelijk. Een joekel van
ruim vier meter versnelt achter
het aas dat André Hartman aan
het touw naar zich toehaalt.
Vlak voor de vlonder, vlak voor
zijn blote voeten, haalt hij de
kop van de tonijn op, net als de
haai wil toehappen. Op dat mo
ment zakt Hartman door de
knieën, strekt zijn arm en tou
cheert j a wel) met de toppen van
zijn vingers het kolossale beest
op de neus dat achterover zakt
en zijn muil wijd openspert.
Langs rijen haarscherpe tanden
kijken we van een meter afstand
tot bijna in zijn maagHier pas
sen kop en schouders van een
volwassen man ruimschoots in.
De twee vrouwen uit Texas sla
ken op hetzelfde moment een gil
van ontzetting. Zijn muil nog
open, zeilt de Great White zij
waarts van de boot weg. Met zijn
staart zwiept hij watermeters
de hoogte in. Dit heeft toch wel
héél véél weg van de film Jaws -
maar dan in het echt.
Onder water, met lucht van bo
ven aangereikt door een slang, is
het zicht tien meter hetgeen
door de kenners als zeer helder
wordt aangemerkt. Toch doemt
de haai op als vanuit het niets,
opeens is-ie daar. De adrenaline
pompt door je lichaam.Onder-
zoekend en met zijn oog van in
digo neemt dik vier meter vis de
twee ineengekrompen mensjes
van allemachtig dichtbij op. Als
verstijfd volgen die detraag-lo-
f oto Ad van Kaam/GPD
me bewegingen van de grote
haai met zijn witte buik en don
kere rug.
Eenmaal gewend aan het idee
dat j e echt niets kan overkomen
maakt angst plaats voor ontzag.
Voor bewondering ook - voor dit
angstaanjagende maar tevens
superieure roofdier dat even
sierlijk zijn domein doorklieft
als een prima ballerina over
haar podium danst. Je bent, zo
bevat je opeens ten volle, in het
territorium van de Great White
Shark. Je bent, zo besef je tege
lijkertijd, een nietig maar be
voorrecht mens.
Kersefontein
Als je de andere dag wakker
wordt en een beetje bijgekomen
bent van de schrik, schalt de so
praan van Maria Callas over het
brede erf van Kersefontein.
Tweehonderd kilometer boven
Gansbaai, in de richting van de
Atlantische Oceaan, is dit het
domein van Julian Melck, here-
boer in hart en nieren.
Hij bestiert een landgoed met
een oppervlakte zo groot als de
stad Leiden. Hier stroomt het
water van de Bergrivier waar in
1860 het laatste ni j lpaard het le
ven liet, afgemaakt omdat hij
het zoontje van een boeren
knecht dodelijk had verwond.
Als gast in de deels tot hotelac
commodatie omgebouwde
Kaaps/Hollandse boerderij van
ruim drie eeuwen oud, hoef je je
daar geen zorgen meer om te
maken. Je kunt er ongestoord
baden.
Martin Melck, voorvader van
Julian, kwam destijds als sol
daat met een schip van de VOC
naar de Kaap, vocht zich vrij en
kocht in 1770 voor de lieve som
van 30.000 gulden de boerderij-
tegenwoordig een juweel van
een monument. Een aantal ge
neraties later bouwde Julian
met zijn acht zwarte personeels
leden een deel van de stallen en
bijgebouwen om tot gastver
blijven die zo luxueus zijn inge
richt, dat een blad als VT/Wo-
nen bij het zien ervan volkomen
uit zijn dak zou gaan. Alles is af.
De badkamer, de hemelbedden,
de gordijnen, het behang, de
huiden op de vloer en vooral de
bediening bij het ontbijt in de
suite. Je mag, nee je moet als je
iets behoeft, klingelen met de
bel. Je voelt je een tikje opgela
ten. Dit is niet van deze tijd. Dat
geldt ook voor het interieur van
de zeventiende-eeuwse in oud-
Hollandse stijl ingerichte eet
kamer waar Melck na de borrel
in de goed gevulde bar zijn gas
ten ontvangt. Hoewel de Zuid
afrikaners vooral komen voor
diner, overnachting en ontbijt,
heeft Julian Melck voor zijn
gasten uit den vreemde nog wel
wat extra's in huis. Op zondag
ochtend croquet spelen op het
gazon voor de statige hoofdge
bouw bijvoorbeeld. Of samen
met hem een uur of drie paard
rijden over het uitgestrekte do
mein. Of achter in het bakkie
van de four wheel drive een
tocht maken door het land dat
afwisselend bestaat uit bush en
bouwland en dat reikt zover het
oog kan kijken.
Wie goed oplet ziet daar wilde
zwijnen, verschillende soorten
springbokken, vossen, schild
padden, ja zelfs struisvogels in
het wild. Ook de Kaapse cobra
steekt hier de kop op. Op nijl-
ganzen mag je eventueel met de
Winchester schieten, net als op
de rooikat, de lynx. Die beesten
zijn schadelijk voor zijn gewas
sen en voor zijn veestapel. „Of ik
daar een vergunning voor nodig
heb?", kijkt de hereboer zijn
gast uit de Lage Landen oprecht
verbaasd aan. „Dit land is al
acht generaties in ons bezit. Ik
bepaal zelf wel wat er hier ge
beurt."
Ad van Kaam
Naar Kaapstad vlieg je met de KLM (via Johannensburg) of Bri
tish Midland/South African Airlines (via Londen);
- Autoverhuur vliegveld: Herz en Visa;
- Gansbaai ligt 200 kilometer ten oosten van Kaapstad bij Herma-
nus waar ook walvissen gespot kunnen worden;
- Voldoende hotelaccommodatie, ook bij particulieren;
- Sharkdiving met verschillende maatschappijtjes waaronder die
van Hartman en Botha, twee ervaren duikers die regelmatig figu
reerden op National Geographic en Discovery Channel in docu's
over haaien;
- De maanden mei t/m september zijn het meest geschikt. Reserve
ren via internet;
- Kersefontein ligt 150 kilometer boven Kaapstad bij Hopefield. E-
mail:
info@kersefontein.co.za of www.kersefontein.co.za.
Van een overtollige bijen
zwerm in een kartonnen
doos tot een dagattractie die
jaarlijks 80.000 tot 100.000 be
zoekers trekt midden op het
platteland van Walcheren. Dat
is het verhaal van imkerij Pop
pendamme bij Grijpskerke.
Van lieverlee groeide de hobby
van Piet de Meester. De bijen
zwerm van 1975 leidde in 1980
tot de eerste huisverkoop van
honing. In 1988 werd het een
soort honingwinkel en zo breid
de de imkerij Poppendamme
steeds verder uit. Op dit mo
ment staat de imkerij in het te
ken van het ldeinste landbouw
huisdier, de honingbij, en het
grootste landbouw huisdier, het
Zeeuws trekpaard. Volgend jaar
komt daar het thema duurzame
energie bij.
Bij de ingang zit een mansgrote
knuffelbeer in een loket. Hij
doet niets als je zonder betalen
doorloopt. Opmerkelijk op Wal
cheren. Eenmaal binnen is het
een en al bijen, honing en ho-
ningproducten wat de klok
slaat.
De bezoeker wordt onmiddel
lijk naar een groot raam getrok
ken waar achter bijen krioelen.
Ze vliegen af en aan. Dat raam is
ook een van de grote trekpleis
ters voor kinderen die er bij
voorbeeld graag de bijenkonin
gin zoeken. En als je dan het
geluk hebt dat Piet de Meester
zelf iets komt vertellen over de
bijen en hun soms wonderlijke
gedrag is er zo een uurtje voor
bij.
In andere ruimten zijn exposi
ties over de bijen te zien of er
wordt een film vertoond. Er is
een ruimte waar iets gedronken
kan worden en bij goed weer
kunnen bezoekers op het terras
terecht.
Imkerij Poppendamme.
De familie Flipse uit Westkapel-
le is voor het eerst op bezoek in
de imkerij. „Het is gek, we wo
nen zo dichtbijmaar waren hier
nog nooit geweest. Laatst waren
we met het werk hier voor een
barbecue en toen dacht ik: dat is
ook wel iets voor de kinderen",
vertelt pa Flipse. Vooral omdat
de kinderen toch al veel met de
natuur bezig zijn, blijkt het be
zoek aan de imkerij erg aan te
slaan.
Het Zeeuws trekpaard is de
tweede pijler van imkerij Pop
pendamme. In de schuur van de
imkerij is, in samenwerking met
de stichting 'Het werkend trek
paard Zeeland' een tentoon
stelling ingericht, maar die
moet volgend jaar wijken voor
een expositie over duurzame
energie.
Bezoekers die met het trekpaard
kennis willen maken, moeten
wel een entreebedrag betalen
(volwassen 3 Euro, kinderen 2
Euro). Ze mogen dan ook in de
boerenhof tuin van de imkerij.
Vandaar dat deze hoek van het
bedrijf het drukst is als er de
monstraties met paarden zijn.
Dat is op maandag- en woens
dagmiddag. Op dinsdag- en
donderdagmiddag rijdt de
paardentram nog tot en met 21
augustus. Iedere vrijdagmiddag
(vanaf 2 augustus) geeft de im
ker demonstraties.
René Schrier
Imkerij Poppendamme, Pop-
pendamseweg 3 Grijpskerke.
Geopend van 9 maart tot 2 no
vember. Dinsdag tot en met za
terdag van 10.00 uur tot 17.00
uur. In de maanden juli en au
gustus is de imkerij van maan
dag tot en met vrijdag geopend
van 10.00 uur tot 20.00 uur en op
zaterdag van 10.00 uur tot 18.00
uur. De toegang is gratis.
Maandag 5 augustus is de dag
van de Zeeuwse ringrijdersver-
eniging van 13.30 uur tot 17.30
uur en woensdag 7 augustus zijn
er behendigheidswedstrijden
voor jonge trekpaardhouders
van 14.00 tot 17.00 uur.