Als een strijkijzer de Westerschelde over Fiets/voetveer zaterdag 20 juli 2002 Het model van het fiets/voetveer neemt de kunstmatig opgewekte golven. fotografie Rob Leenarts Directeur Piet Hein Noordenbos (r) van Damen Shipyards en zijn collega Rik Vrugt van Sovereign Marine Services kijken toe tijdens het testen van het model. Het fiets/voetveer neemt de 'hoge' golven met enige moeite. De boeg duikt telkens diep de golven in zodat het water over de voorplecht gutst. Een mede werker van Damen Shipyards kijkt bezorgd en mompelt: „Dat gaat verkeerd." In gedachte ziet hij de passagiers al groen en geel over hun stoelen hangen terwijl dat juist niet mag gebeuren. Het fiets/voetveer moet immers als een strijkijzer over het water van de monding van de Westerschelde gaanDe medewerker kijkt pas opgelucht als hij hoort dat de sta bilisatievinnen van het model van de veerboot nog niet in de goede stand staan. Met een hoorbare zucht zegt hij: „Gelukkig. Ik vreesde al dat we opnieuw moes ten beginnen." In een reusachtige hal van het Mari tiem Research Instituut Nederland (Marin) bij Wageningen test Damen Shipyards een bijna vier meter groot model van het toekomstige fiets/voet veer tussen Vlissingen en Breskens. Het geel-grijze model vaart daar heen en weer en doorklieft kunstmatig op gewekte golven. Kabelbundels, voor de doorgifte van data, verbinden het met een indrukwekkend uitziend meet- en bedieningsplatform dat bo ven het bassin hangt. Het model, voorzien van schroeven met elektromotoren en vier onafhan kelijk bestuurde stabilisatievinnen, wordt radiografisch bestuurd zodat het geheel zelfstandig kan varen. Aan de rand van het 170 bij 40 meter grote en 5 meter diepte bassin kijkt direc teur Piet Hein Noordenbos van Da men Shipyards nauwgezet toe hoe het model de golven neemt. Deze proef vaarten bepalen hoe het model (1:10) op werkelijke grootte in de hangaars in Vlissingen-Oost moet worden ge bouwd voor de inzet tussen Vlissingen en Breskens. Damen en de Provincie Zeeland heb ben voor het Marin gekozen omdat het Wageningse instituut de plek bij uit stek is voor het testen van prestatie en vaareigenschappen van schepen. Het heeft zich in de loop der jaren gespeci aliseerd in het ontwikkelen en toe passen van hydromechanische tech nologie en kan bijna exact de golfbe wegingen die voorkomen in de mon ding van de Westerschelde in een van de reusachtige bassins nabootsen. Golven met een hoogte van een halve meter kunnen daar probleemloos worden opgewekt. Het Damen-model krijgt te maken met golven van maxi maal 25 centimeter hoog. Bij wind kracht negen is 2,5 meter immers de maximale golfhoogte in de monding van de Westerschelde, aldus de direc teur. Noordenbos vindt het niet nodig het model te testen bij nog zwaarder weer omdat geen kapitein bij wind kracht negen of hoger uit zal varen. Hij wijst naar het programma van ei sen: het fiets/voetveer met z'n 176 zit plaatsen en 75 parkeerplekken voor (brom)fietsen moet tot windkracht negen Beaufort probleemloos dienst doen. Swath Noordenbos is nog steeds flink in zijn sas met de beslissing van de Provincie Zeeland om de bouw van de beide fiets/voetveren te gunnen aan Damen. Het biedt het bedrijf de mogelijkheid een geheel nieuw scheepstype aan de toch al lange lijst toe te voegen. Tot nu toe heeft Damen nog nooit een swath gebouwd, wel al eens een ontworpen. Bij deze catamaran-achtige veerbo ten steekt de romp boven de waterop pervlakte uit, omdat die rust op tor pedovormige drijvers onder water. Hierdoor hebben swaths veel minder hinder van golfslag dan gewone sche pen. Ze zijn volgens Noordenbos dan ook bij uitstek geschikt voor een woe lig gebied als de monding van de Wes terschelde met haar typische korte golfslag. Hij weet dat ook bij wind kracht acht de passagiers straks rede lijk comfortabel naar de overkant kunnen zonder dat ze allemaal nood gedwongen over de reling moeten hangen. Het fiets/voetveer wordt speciaal voor de Westerscheldemonding ont worpen. Elk stroomgebied vraagt im mers om een aangepast ontwerp, weet Noordenbos. Het ontwerp voor deze veerboot kan dan ook niet zomaar ge kopieerd worden voor de bouw van een boot die tussen de Shetland-ei- landen gaat varen. „Elk water vraagt om een eigen type." Rik Vrugt geeft ook aan dat een swath het vaartuig bij uitstek is om passa giers tussen Breskens en Vlissingen te vervoeren. „Zeker als er gekozen wordt voor een klein vaartuig." Vrugt houdt namens de Provincie Zeeland toezicht op het gehele bouwproces. De directeur van het adviesbureau Sovereign Marine Services kent de Westerschelde en de Provinciale Stoombooddiensten. Hij was als pro ject-manager en toezichthouder ook al betrokken bij de bouw van de PSD- veerboten Prinses Juliana, Koningin Beatrix en de Prins Johan Friso. We gens zijn kennis is hij door de provin cie gevraagd het hele proces rondom het fiets/voetveer te begeleiden. Zelfs als hij een ongelimiteerde hoeveelheid geld zou hebben, kiest hij voor een swath-schip om de verbinding tussen Breskens en Vlissingen te onderhou den, zegt hij terwijl hij kijkt naar het klaarmaken van het model voor de tweede 'run'. De swath is volgens hem gewoon het stabielste en betrouw baarste platform voor passagiersver voer in de monding van de Wester schelde. „Zeer bedrijfszeker", zegt hij met nadruk. Vrugt beseft heel goed dat het einde van de PSD voor Zeeland iets bijzon ders is. De PSD is immers Zeeland, zegt hij. Elke keer als hij vanuit zijn woonplaats Overijse (België) naar Vlissingen rijdt en bij Kruiningen 'de boot' boven de dijk ziet uitsteken, doet hem dat wat. Hij vindt dat zo'n typisch Zeeuws beeld. „Ook ik zal dat straks missen." Vrugt houdt fulltime toezicht op het gehele bouwproces. Hij heeft bij wijze van spreken ongelimiteerde toegang tot alle kantoren van Damen waar ge sproken wordt over het fiets/voetveer. „Wij zijn zeer dominant aanwezig", zegt hij dan ook met een glimlach. „Wij bemoeien ons overal mee." Tot nu toe is hij zeer te spreken over het verloop van het ontwerpproces 'en de goede samenwerking met het gehele projectteam van Damen'. Hij ver wacht dan ook dat in september, als de proeven bij het Marin succesvol verlopen, gestart kan worden met de bouw van de eerste veerboot. Als het swath-model voor de tweede keer afvaart, ki j kt de medewerker van Damen gespannen toe. De eerste me ters wordt het model met twee houten stokken vastgehouden tot het op snel heid is. Daarna vaart het geheel op ei gen kracht en is precies te zien hoe het reageert op de golfslag. De medewer ker kijkt opgelucht want nu de stabi lisatievinnen in de juiste stand staan vaart het fiets/voetveer redelijk sta biel naar de overkant. Jacob Pinkster van Universiteit Delft begeleidt enkele trainees van Damen. Hij is speciaal met hen naar Wagenin gen gekomen om het Marin en de tes ten met de swath te laten zien. De ingenieur is onder de indruk van de professionaliteit van de medewerkers van het Marin. „Vanuit heel Europa komen ze naar hier om schepen en boorplatform te testen." Voor die platforms is een dertig meter diepe bak gegraven zodat zelfs de grootste modellen beproefd kunnen worden. Pinkster noemt de testen van het Marin ook zeer deskundig. „Na de werkelijkheid the next best thing." Vol ontzag vertelt hij dat elk stroming, elk type golfslag in de bakken van het Marin is na te bootsen. „Van het Veer- se Meer tot de Golf van Biskaje, van windkracht nul tot voorbij wind kracht twaalf.Modellen die voorzien zijn van een stempeltje van het Marin kunnen volgens hem dan ook hun werk aan. Bij de Koninklijke Schelde Groep in Vlissingen staan veel werknemers bij wijze van spreken te springen om mee te werken aan bouw van de fiets/voet veren, vertelt Noordenbos. Niet vreemd, want de werknemers kunnen straks de beide schepen vanaf de bou levard in Vlissingen heen en weer zien varen. „Heel wat anders dan de jach ten die ze nu bouwen", lacht de direc teur. Die verdwijnen na oplevering immers naar het Midden-Oosten, de Caraïben en andere verre oorden. Daar valt nauwelijks mee te pronken. Net als de fregatten, die verdwijnen ook uit het zicht. Beide swaths worden geheel in Vlis- singen-Oost gebouwd. Het eerste 37,4 meter lange en 17,31 meter brede schip wordt december volgend jaar opgeleverd, het tweede twee maanden later. Interesse Sinds Damen het contract voor de bouw van de veerboten tekende heb ben tal van andere instanties te ken nen gegeven dat ze mogelijk interesse hebben in een of meerdere swaths. Namen noemt Noordenbos niet maar: „Het gaat om allerlei (semi)over- heidsdiensten die werkzaam zijn op de Noordzee." Als over een kleine an derhalfjaar de eerste proefvaarten met de swath worden gehouden zullen dan ook tal van vertegenwoordigers van die diensten meevaren de Wester schelde en de Noordzee op En daarna, als het fiets/voetveer definitief heen en weer vaart tussen Breskens en Vlis singen, zal Damen ook regelmatig met een gezelschap aan boord stappen om potentiële opdrachtgevers kennis te laten maken met de veerboot. „Zien is immers geloven." Dat gezelschap zal zeker ook de stuur hut aandoen, zo weet Noordenbos. Daar mag het niet geconfronteerd worden met mopperende kapiteins die klagen over gebrekkig zicht, onlo gisch geplaatste apparatuur en ande re onvolkomenheden. Om dat te voor komen bouwt Damen eerst een houten model van de stuurhut op een schaal van 1:1. Vervolgens wordt een aantal toekomstige kapiteins en stuurlieden uitgenodigd om daarin 'droog te varen'. Daar kunnen ze dan direct commentaar geven waarna hun op merkingen verwerkt worden in het definitieve ontwerp. „Het gebruiks gemak is heel belangrijk, staat bij ons hoog in het vaandel." Na afloop van de eerste serie proeven verlaat het gezelschap de testruimte van het Marin. In een van de gangen staat een andere swath, een model dat getest wordt voor de Duitse kust wacht en dat door een Duitse werf wordt gebouwd. Noordenbos houdt even stil, hurkt en kijkt maar de on- derkant van het bijna tien meter lange model. Met een lachje bekent hij dat hij zoiets niet kan laten, even kijken hoe de concurrenten bouwen. Daarna spreekt hij weer met de nodige trots over de eigen swath en de belangstel ling van allerlei andere instanties. Als slechts een deel van die belangstelling omgezet kan worden in definitieve contracten, zo zegt hij, ligt er heel wat werk in het verschiet voor de Zeeuwse scheepsbouwers. EmileCalon

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2002 | | pagina 21