Elke spriet behoort weer
tot een andere grassoort
Houtwal, struweel en drinkput terug op de akker
Westkapelle had een statuüs
Natuurouders op stap
Nieuwe Raadkaart
dinsdag 2 juli 2002
Boswachter Dirk Fluit en de ouders pauzeren tijdens hun uitstapje in natuurgebied Dijkwater bij Sirjansland. foto Marijke Foikertsma
Het zonnetje schijnt en de temperatuur is ideaal. Een
mooie dag voor het jaarlijkse uitje van de natuurouders
Schouwen-Duiveland. Aan de rand van het natuurgebied
Dijkwater, tussen Dreischor en Sirjansland, wordt eerst een
kopj e koffie gedronken. Ook de Zeeuwse bolus laat zich goed
smaken. Na wat uitleg van boswachter Dirk Fluit over de
ontwikkeling van het natuurgebied, waarschuwt
hij de vrouwen. „Pas op, want het krioelt hier van de teken!
Voordat de moeders het hek overklimmen, worden eerst de
sokken opgetrokken en de broekspijpen naar beneden ge
rold.
Het uitstapje naar het Dijk
water is een bedankje van
de Werkgroep Schoolbiologie
voor de inzet van de oudei's. Bo
vendien worden er ook nieuwe
ideeën opgedaan voor het vol
gende schooljaar. De aanwezige
vijfentwintig moeders, afkom
stig van verschillende basis
scholen op Schouwen-Duive
land, luisteren dan ook
aandachtig naar de boswachter.
Natuurgebied Dijkwater staat
bekend om zijn wilde orchidee
ensoorten, maar Fluit laat ook
een aantal planten zien die
langs de oever van het meertje
groeien, zoals de zeebies en de
zilte aster.
Eén van de natuurmoeders,
Marlies van Pijkeren, tuurt door
haar verrekijker. Ze ontdekt een
knobbelzwaan en een lepelaar
in het water. „Ik heb vroeger ook
een natuurstudie gedaan en ben
dus altijd al geïnteresseerd ge
weest in dit soort dingen." Van
Pijkeren is al meer dan tien jaar
natuurouder bij De Stoof in
Noordwelle en doet het nog
steeds met plezier. „Het is leuk
om kleuters te zien voelen en
ruiken aan de natuur. Dan laten
we ze bijvoorbeeld wonnen zoe
ken en oppakken of we leggen ze
op een stukje papier. Dan kun
nen ze kijken hoe de beestjes
kruipen", legt ze uit. Ook het
contact met andere ouders tij
dens dit soort dagen vindt ze
heel belangrijk. „Je wisselt
ideeën uit en steekt iets van el
kaar op. Ik denk dat dat een be-:
langrijke basis vormt voor de
rest van het natuurouder-
schap."
Op Schouwen-Duiveland zijn
momenteel 130 natuurouders
werkzaam die zich vrijwillig in
zetten voor hun basisschool.
Zo'n vijftien jaar geleden begon
de Werkgroep Schoolbiologie
met de eerste cursussen aan ou
ders in de Westhoek. De laatste
jaren is ook de oostkant van het
eiland in aanraking gekomen
met het nat uurouderschap. Co
ordinator A. Lilipaly van de
Werkgroep Schoolbiologie
helpt de scholen bij het opzetten
van het project. „Als een school
geïnteresseerd is in het natuur-
ouderschap dan helpen wij alles
op touw te zetten en steunen we
ze waar het kan. Bovendien
voorzien we ze van lespakketten
en materialen", aldus Lilipaly.
Het succes van het natuurou-
derschap kan ze ook verklaren.
„Het is een heel andere manier
van werken met de natuur. Kin
deren vinden het niet interes
sant als je ze verteld dat dat
plantje zo heet. Laat ze maar
eens tien verschillende halmen
zoeken", zegt ze, terwijl ze er
één in de wei afplukt. „Dit lijkt
een gewoon gras, maar het heet
duizendblad. Kinderen komen
er ook achter dat het niet alle
maal gras is en er verschil inzit.
Ze vinden het spannend om al
hun zintuigen te gebruiken."
Wanneer ouders zich op hebben
gegeven of al natuurouder zijn,
kunnen ze in gebouw De Drie
hoek in Zierikzee cursussen vol
gen om hun kennis wat op te vij
zelen. Die worden gegeven door
onder meer Lilipaly. Tevens
worden er excursies naar bij
voorbeeld de boswachterij in
Westers chouwen georgani
seerd. Eén van de natuurmoe
ders heeft daar een paddestoe
lencursus gevolgd. „Voordat ik
daar aan meedeed kende ik
maar één of twee soorten padde
stoelen, maar degene die ons
rondleidde was zo'n freak. Die
wist alles", lacht ze. „Op den
duur waren we naar overjarige
eikels aan het zoeken, omdat
daar bepaalde zwammen op
groeiden."
Niet alleen de cursussen helpen
de ouders om op nieuwe ideeën
te komen. Ze kunnen ook de zo
genaamde les- en ontdekkisten
bij de Werkgroep Schoolbiolo
gie bestellen. Natuurouder Di-
neke Mulder uit Sirjansland
vroeg een schelpenkist aan. De
groepen 1,2 en 3 kregen een
schatkistje in de klas. „We zijn
met z'n allen naar het strand ge
gaan en de kinderen hebben
naar schelpen gezocht. Het is
zo'n prachtig gezicht om ze dan
bezig te zien. Dan komen ze met
allemaal schelpjes.aan en die
mogen in het schatkistje. Het
leuke is dat ze die kennis ook
meenemen in de zomer als ze op
vakantie zijn." Ook Mulder
vindt het buitenwerk een meer
waarde voor de natuureducatie.
„Het sterke ervan is dat wat ze
in de klas leren ook in de prak
tijk kunnen brengen. Het is zo
veel leuker dan vanalles uit een
boekje te leren, net als vroeger",
zegt ze.
Toekomst
Het lijkt dat een natuurouder
goed biologisch onderricht
moet zijn, maar Lilipaly ont
kent dat. „Het is handig als je
iets weet, maar het hoeft niet.
Dat is ook niet belangrijk. Je
moet alleen bereid zijn vrije tijd
op te offeren, tegen een spetter
regen kunnen en laarzen aan je
voeten willen doen", lacht ze.
Het zijn tegenwoordig niet eens
meer ouders die alleen laarzen
aan willen trekken. Momenteel
zijn er vijftien leerkrachten van
het eiland bezig met een cursus,
zodat ook zij binnenkort met
hun leerlingen de wijde natuur
in kunnen.
Tegen het eind van de tocht door
het Dijkwater lopen veel ouders
met stengels in hun handen.
Boswachter Dirk Fluit ziet ook
hoe enthousiast de moeders
zijn.
„Ik ben hartstikke blij met dit
initiatief. De jeugd moet meer
betrokken raken bij de natuur
en deze groep kan dat realise
ren. Het is een aanvulling op de
natuurbeleving voor de jeugd.
En zij zijn toch de toekomst."
Andrea Bolle
jm./
De nieuwe kaart uit Hans Lindenberghs verza
meling gaat over een stad in een heel andere
Zeeuwse regio dan Westkapelle. Een dubbele
vraag: de naam van de stad en die van de afgebeel
de straat. Toelichtingen zijn, als altijd, welkom bij
de redactie van Buitengebied.
Oplossingen kunnen tot en met uiterlijk zaterdag
6 juli worden gezonden aan: redactie PZC Buiten
gebied, postbus 18,4380 AA VHssingen, fax 0118-
470102 of e-mail redactie@pzc.nl. Voor inzenders
van goede oplossingen zijn drie waardebonnen
beschikbaar.
Het geallieerde bombarde
ment op de Walcherse zee
weringen in oktober 1944 richt
te in Westkapelle grote
verwoestingen aan. Het dorp
werd voor meer dan driekwart
plat gegooid. Ook de Zuidstraat
- afgebeeld op de raadkaart in
Buitengebied van vorige week -
ontkwam niet aan het geweld.
Na de wederopbouw ontstond
een geheel ander beeld, maar
desondanks Wisten veel inzen
ders de foto, genomën om
streeks 1930, thuis te brengen.
Prominent aanwezig het opval
lende gebouw rechts op de
kaart. Dit was het gemeentehuis
op de hoek van de Zuidstraat en
de Kloosterstraat. „In Westka
pelle zei men overigens 't Sta
tuüs", schrijft J. W. P. Cornelis-
sen uit Yerseke. „Terecht, want
Westkapelle had immers eeu
wenoude stadsrechten." P. J.
Flipse uit Koudekerke meldt
dat Westkappel in 1223 stads
rechten kreeg. „Het oude stad
huis met de gevel van een klas
sieke Griekse'tempel is
gebouwd in 1784." Cornelissen
noemt 1783 als jaar waarin de
neo-klassieke gevel met de vier
arduinstenen zuilen werd ge
bouwd.
Ook W. Valckenier-von Geusaul
Brouwer uit Middelburg houdt
het op 1783. Ze geeft aan dat de
gevel werd aangebouwd aan het
oorspronkelijke gebouw uit de
15e eeuw. Vóórhaar heeft de
kaart bijzondere waarde. Haar
ouders zijn erin 1941 getrouwd.
„Een trouwfoto met op de ach
tergrond het gemeentehuis is
ook in mijn bezit." Valckenier
voegt eraan toe dat links van het
gemeentehuis de voormalige
tuinmanswoning is zien is, des
tijds behorend bij het huis van
de ambachtsheer. Deze woning
staat er nog altijd. Aan de zijge
vel van het gemeentehuis, aan
de toenmalige Kloosterstraat, is
het 'plakkebord'tezien, waarop
mededelingen van het gemeen
tebestuur werden aangebracht.
De Kloosterstraat is tijdens de
wederopbouw meer naar links
opgeschoven.
Ook M. P. Geschiere-van Sig-
hem uit Grijpskerke beschikt
over een trouwfoto van haar ou
ders ('mijn moeder in dracht
met een prachtig anjer-bruids
boeket en vader met hoed'), ge
nomen op de trappen van het ge
meentehuis. „Waarschijnlijk
één van de laatste foto's van het
gemeentehuis; ze zijn in 1944
getrouwd."
J. Huibregtse uit Westkapelle
attendeert op de drie huisjes on
der één kap, iets naast het ver
woeste gemeentehuis. Ze wer
den tijdens het bombardement
gespaard en dienen nog steeds
als woning. G. J. de Rooij uit
Middelburg vertelt dat na de
oorlog op de Markt een nieuw
gemeentehuis is verrezen, naar
een ontwerp van architect Ro-
senburg.
Verderop aan de rechterkant
van de Zuidstraat signaleert
Cornelissen nog een opvallende
gevel. „Die is van de openbare
lagere school. De lokalen waren
achter elkaar geplaatst, lood
recht op de straat. Er waren
twee toegangspoorten. Aan de
rechterzijde voor de eerste klas
en aan de andere kant voor de
overige klassen. De gevel was
opvallend versierd met natuur
steen. In de steen in het midden
van de gevel was het bouwjaar
1884 gehouwen. In de steen bo
ven het rechtertoegangspoortje
stond 'school'." Hij en ook ande
re inzenders wijzen op de gevels
van twee cafés (links op de
kaart) tegenover het gemeente
huis. Ze stonden elk op een hoek
van de Papestraat: Het Koffie
huis en café De Valk.
In het laatste etablissement
moet kunstenares Charley
Toorop vaak gelogeerd hebben.
Zij was een van de eerste toeris
ten in het dorp. A. J. van
Rooij en-Roelse uit Vlissingen
herinnert zich als uitbaters van
De Valk de dames Miene en Tie-
ne. Zij noemt de latere commis
saris van de koningin jhr.
A. F. C. de Casembroot als bur
gemeester, die tijdens de Twee
de Wereldoorlog plaats moest
maken voor Piet Surrogaat. Be
kend hoofd van de school was
Piet de Vos, die veel liedjes in
dialect schreef. Tussen 1885 en
1912 was J. J. van Elsacker
schoolhoofd, meldt K. Stroo-
Louws uit Zoutelande.
De winnaars van de waarde
bonnen zijn: C. Adriaanse-
Faasse, Zoutelande, M. Ver-
straate, Westkapelle en M. Buy-
ze-Houmes, Nieuwerkerk.
Rinus Antonisse
Toename van het aantal grote
natuurgebieden in Neder
land zit er nauwelijks in. Om
bijna elke vierkante meter
ruimte wordt geknokt. Het is
bovendien zeer de vraag of een
nieuwe regering er genoeg geld
voor over heeft. Toch is de nood
zaak voor het terugbrengen en
versterken van natuur nadruk
kelijk aanwezig. Niet alleen
voor het instandhouden van de
verscheidenheid aan planten en
dieren, ook omdat de mensen
juist uit oogpunt van leefruimte
behoefte hebben zich te laven
aan natuur en landschap. Om
uit die spagaat te komen, is een
slimme aanpak nodig. Als uit
breiding van gebieden niet mo
gelijk is, dan moet er op andere
wijze meer natuur komen. Vol
gens directeur Marten Hemmin-
ga van stichting Het Zeeuwse
Landschap (HZL) kan dat pri
ma door delen van Zeeland in te
richten als Agrarisch Natuur
landschap.
Het voorstel van HZL-directeur
Plemminga voor een Agrarisch
Natuurlandschap sluit perfect
aan bij de breed gedragen op
vatting dat de boeren een be
langrijke - betaalde - rol kun
nen vervullen bij natuurbeheer.
Van producent van voedsel naar
leverancier van natuur. Het le
vert alleen maar winst op, stelt
Hemmiga.
Plemminga herinnert er nog
maar eens aan dat Nederland
een dichtbevolkt land is. „Voor
grootschalige natuur is domweg
geen ruimte, afgezien van de ge
bieden die al zijn aangewezen,
zoals de Oosterschelde en de
Waddenzee. De mogelijkheden
zijn beperkt. Dat is jammer voor
de mensen die graag de natuur
willen beleven, maar ook voor
de natuur zélf." Wel overal aan
wezig is het (agrarische) cul
tuurlandschap en daar kan ten
behoeve van de natuur, net als
vroeger, veel meer en beter ge
bruik van worden gemaakt. In
het verleden gebeurde dat als
vanzelfsprekend onderdeel van
de agrarische bedrijfsvoering.
Dat moet opnieuw aantrekke
lijk worden voor de boeren, be
toogt de HZL-directeur.
„Het Nederlandse cultuurland
schap is per traditie rijk geweest
aan planten en dieren. Die rijk
dom hebben we verloren. Het
merendeel van verdwenen plan
ten en dieren zijn we kwijtge
raakt in het cultuurlandschap."
Hemminga noemt het de 'verka-
ling van het cultuurland': door
schaalvergroting sneuvelden
natuurlijke elementen als
bomen, struiken, hagen, drink
putten. „Het kleinschalige
landschap van de patrijs, veld
leeuwerik en meikever is ver
dwenen. Akkerkruiden en tal
Zak van Zuid-Beveland, omgeving Baarland.
van vogels zijn achteruit ge
gaan. Er was geen plaats meer
voor. Dat kleinschalige land
schap moet niet als definitief
verloren worden beschouwd.
Het kan terugkomen", zegt
Hemminga.
Hij doelt nadrukkelijk niet op
het op grote schaal omzetten
van landbouwgronden in na
tuur. „Je kunt wél over het cul
tuurlandschap als het ware een
laag leggen van natuurelemen
ten, Je krijgt dan weer een ver
vlechting van landbouw en
natuur. Dat zal niet overal mo
foto Dirk-Jan Gjeltema
gelijk zijn, maar je moet selec
tief regio's aanwijzen waar het
bij uitstek kan. In verschillende
delen van Zeeland zijn er ont
zettend goede mogelijkheden
voor. Bijvoorbeeld de Zak van
Zuid-Beveland, grote delen van
Walcheren, in West-Zeeuws-
Vlaanderen. Heel Tholen heeft
kansen voor een Agrarisch Na
tuurlandschap waar je wat mee
kunt," aldus de HZL-directeur.
Het reikt volgens hem wel wat
verder dan het jaarlijks inzaai
en van een akkerrand. „Het gaat
om meer dan een struikj e hier en
een dingetje daar, het is lastiger
dan een akkerrand. Je moet
denken aan hagen, houtwallen,
struwelen, zoomranden en
drinkputten, maar ook aan al
leenstaande bomen. Het moet
duurzaam zijn, voor langere
tijd." Daarom is het een voor
waarde dat boeren die aan een
Agrarisch Natuurlandschap
willen meewerken, de zekerheid
krijgen dat ze voor een langere
termijn kunnen rekenen op een
goede (financiële) regeling.
„Anders verzandt het in goede
bedoelingen", meent Hemmin
ga.
De directeur van Het Zeeuwse
Landschap erkent dat het te
rughalen van het kleinschalige
cultuurland niet makkelijk zal
zijn, alleen al omdat de eigen
tijdse agrarische bedrijfsvoe
ring (kavelgrootte, machines) er
niet op ingesteld is. „Maar je
kunt heel wat doen aan de ran
den van kavels en in de vorm van
blokjes natuur. Ik denk dat er
voldoende boeren zijn die er de
waarde van inzien. En als je als
boer verder wil gaan met na
tuurbeheer als 'product', dan is
het logisch dat je het voorlange
re termijn doet en er ook een be
hoorlijke vergoeding voor
krijgt."
Hemminga kondigt aan dat de
stichting werkt aan een 'streek
eigen' voorbeeldplan, waarbij
nadrukkelijk samenwerking
gezocht wordt met agrarische
natuurverenigingen. De ideeën
passen naar zijn overtuiging
ook in de plannen die de onlangs
door de Zuidelijke Land- en
Tuinbouw Organisatie opge
richte stichting In Natura Zuid
wil verwezenlijken. „Je ver
vaagt in feite een beetje de nu
strikte grens tussen een natuur
gebied en het kale agrarische
gebied zonder veel natuurwaar
den. Het is een uitdaging de juis
te vorm te vinden, ook passend
in de regels van de Europese
Unie, waardoor het voor boeren
aantrekkelijk wordt mee te
doen aan het Agrarisch Natuur
landschap."
Rinus Antonisse