Van munitie-opslag naar trouwplek Kameleon van de zee is de enige vis met een nek 29 29 30 30 Nieuwe bestemming fort Ellewoutsdijk weerwoord Natuurouders op excursie in Dijkwater Zuidstraat Westkapelle rond 1930 Oude schuur is een waar kunstwerk Iedere weke gieng d'n naè urgelles In cle hooimaand moet gebraden, wat in september moet geladen Nieuwe weerwoorden - zijn welkom bij de redactie PZC, postbus 18, 4380 AA Vlissin- gen, fax 0118-470102, e-mail redactie@pzc.nl Buitengebied is een luekelijkse bijlage over natuur en landschap, land- en tuinbouw, streektaal en streekcultuur, visserij, recreatie en vrije lijd. Vragen, opmerkingen en suggesties zijn welkom bij de redactie van de PZC, postbus 18, 4380 AA, Vlissingen, fax 0118-470102, e-mail redactie@pzc.nl dinsdag 2 juli 2002 f Het fort bij Ellewoutsdijk. De inwoners van het dorp is gevraagd ideeën aan te dragen voor de toekomst van het verdedigingswerk. foto's Dirk-Jan Gjeltema welijksvoltrekkingen moeten ook mogelijk zijn. Enige tijd geleden is de dorps raad gaan deelnemen in een werkgroep die zich over de toe komst van het fort beraadt. De ideeën-avond (op woensdag 3 juli, vanaf 19.30 uur in het fort zelf), is bedoeld om de wensen die er onder de bevolking leven te inventariseren. „Het zou mooi zijn als je aan het eind van de avond een stuk of vijf, zes voorstellen hebt", stelt Broekuizen. De meest kansrijke suggesties gaat de dorpsraad aan de werkgroep voorleggen. De voorzitter hoopt dat er in de loop van volgend jaar concrete stappen gezet kunnen worden. Aanleiding voor de bouw van het fort was destijds de Belgi sche Opstand (1830-1832). De zuidelijke Nederlanden scheid den zich af en vormden het ko ninkrijk België. Opnieuw was de Westerschelde een begeerde grensrivier en de Nederlandse regering deed er alles aan om de aanspraken op het beheer van de rivier veilig te stellen. Aanleg van een aantal fortificaties hoorde daarbij en één ervan was het fort Ellewoutsdijk. Dat werd gesitueerd tegenover het sluizencomplex bij Terneuzen, dat zelf tussen 1833 en 1839 van stevige vestigingswerken werd voorzien. Aanleg van het kustf ort op het zuidelijkste puntje van Zuid- Beveland, recht tegenover Ter- neuzen, diende niet alleen als extra bescherming van het slui zencomplex, maar ook om het scheepvaartverkeer langs de noordkant van de Westerschel de te kunnen beheersen. In 1834 tekende Willem I een Konink lijk Besluit voor de bouw van het fort. Dat kreeg de vorm van een zeshoekige redoute, ofwel een eenvoudig rechthoekig ge sloten verdedigingswerk. Het verrees tussen de zeedijk van de Westerschelde en de inlaagdijk van de Ellewoutsdijkpolder en werd omgeven door een gracht. Een ophaalbrug maakte het toe gankelijk. De zuidelijke kant, aan de zeezijde, werd 78 meter lang, de achterkant - de noorde lijke wal- 74 meter. Beide zij den kregen een lengte van 35 meter. Aan de zeekant werden kaze matten gemetseld, met bovenop plaats voor de kanonnen. Die stonden op een hoogte van on geveer elf meter en hadden een vrij schootsveld (dat verdween overigens door latere verhogin gen van de zeedijk). Bovenop kwam een borstwering van een twee meter dikke laag grond. Er was royaal plaats voor enkele honderden militairen, maar de vaste bezetting was aanzienlijk kleiner: een opzichter van forti ficaties, een artillerist, een ser geant, een korporaal en twaalf soldaten. Voor een klein dorp als Ellewoutsdijk was de bezetting - een aantal militairen bracht het gezin mee - een welkome aanvulling op het inwonertal. Zuidgors Het fort ligt precies tussen de door Natuurmonumenten be heerde gebieden Zuidgors en In laag 1887. Daarom wilde de ver eniging het bouwwerk in 1981 graag kopen. Het is bovendien een broedplaats voor verschil lende vogels, als de boerenzwa luw en de gekraagde roodstaart. In de afgelopen periode zijn di verse restauratiewerkzaamhe den uitgevoerd. Ook is de water afvoer vanuit de gewelven naai de gracht hersteld. Een groot deel van die gracht is verdwe nen door het op deltahoogte brengen van de zeedijk, die nu - anders dan vroeger - achter het fort langs loopt. Natuurmonumenten staat ach ter het initiatief van de.dorps- raad om de mening van de inwo ners te peilen. „We hebben er alle belang bij om aan het fort een nieuwe bestemming te ge ven. Dat verdient het ook als in teressant cultuurhistorisch mo nument" zegt inspecteur G. van der Slikke. „Het moet niet leeg en ongebruikt blijven. Mij staat voor ogen om een onderzoekbu reau met de ideeën die op tafel komen, aan de slag te laten gaan. We hebben dat op Tien Gemeten ook gedaan. Het bu reau moet uitzoeken welke functies precies mogelijk zijn en daar partners, die ook wat cen ten meebrengen, voor zoeken." De inspecteur verwacht dat daarbij voor vrijwilligers een voorname rol zal zijn wegge legd. Wat Natuurmonumenten betreft hoeft het niet per se een natuureducatief centrum te worden. „Belangrijke voor waarde is dat een functie past binnen de waarden die het fort heeft als monument en de na tuur langs de Westerschelde", aldus Van der Slikke. Hij wijst erop dat de vereniging ook bezig is met plannen om het fort ver der te restaureren. Rinus Antonisse Ideeën-avond over fort Elle woutsdijk: morgen vanaf 19.30 uur in het fort. Op 30 juni 1839 kwam de bouw gereed van het fort Ellewoutsdijk. Er was ruim vier jaar aan gewerkt en het verdedigingswerk kostte het voor die tijd kapi- taleT&edrag van anderhalf miljoen gulden. Het fort heeft in oorlogshandelingen geen rol gespeeld. Na de Eer ste Wereldoorlog, waarin Nederland neutraal bleef, verdwenen de kanonnen en werd het fort een militaire opslagplaats. Zowel voor als na de Tweede Wereldoorlog werden er geruime tijd NSB- ers in opgesloten. Na 142 jaar militair gebruik kocht de Vereniging Natuurmonu menten het verdedigings werk. Een echt zinvolle nieu we bestemming is er nooit voor gevonden. Misschien komt daar verandering in. De dorpsraad van Ellewouts dijk gaat de inwoners vra gen welke ideeën er leven over nieuwe bestemmingen voor het fort. „We constateren dat het ge bouw, nu het niet meer gebruikt wordt, langzaam maar zeker een beetje in verval raakt. Als er niks mee gebeurt, dan verloe dert het. Er worden ruitjes inge- pingeld, het gaat er verwaar loosd uitzien. Als dorpsraad hebben we gezegd: daar moet wat aan gebeuren", vertelt dorpsraad-voorzitter L. Broek huizen. „We willen dat het fort een nieuwe toekomst krijgt." Hij vindt dat de inwoners van het dorp daar nadrukkelijk bij betrokken moeten worden. „Het fort is best beeldbepalend voor het dorp. In het verleden zijn er verschillende pogingen ondernomen om er activiteiten in onder te brengen, onder meer het inrichten van een jongeren- hangplek en er was ook een plan voor een soort outdoor-cen trum. Dat is allemaal niet door gegaan." Hij denkt zelf bijvoor beeld aan kleinschalige culture le activiteiten. „Een grote disco zie ik niet zo zitten, maar expo sities kunnen heel goed en hu Er bestaat veel verwarring over de systematiek van zeepaardjes. Veel soorten zijn dubbel of zelfs meermalen on der verschillende namen be schreven. Specialisten gaan er tegenwoordig vanuit dat er on- bijzonder blauw geveer 32 tot 34 soorten be staan. De foutieve benaming van zeepaardjes komt doordat ze ons gemakkelijk misleiden: afhankelijk van de omgeving waarin ze leven, kunnen zee paardjes die tot dezelfde soort behoren er toch heel anders uit zien. Ze verschillen in kleur en huidstructuur waardoor ze te gen iedere achtergrond goed ge camoufleerd zijn. Ontwikkelin gen in de genetica en DNA- technieken kunnen ertoe leiden dat in de toekomst de soorten gemakkelijker te onderschei den zijn. Het zeepaardje behoort tot de familie van de beenvissen (Syn- gnathidae) en is verwant aan de zeenaalden, de pijp- en trom- petvissen. Alle zeepaardjes behoren tot het geslacht Hippo campus, een naam die is afge leid van de Griekse woorden hippo (paard) en campus (zee monster). Zeepaardjes zijn onmiskenbaar in vorm. De kop, die loodrecht op de lichaamsas staat, heeft iets weg van een paardenhoofd waaraan het visje zijn naam ontleent. Het zeepaardje is de enige vis met een 'nek'. Zijn li chaam is zijdelings afgeplat. De staart mist een staartvin, wordt in een buikwaarts gedraaide krul gedragen en doet dienst als grijporgaan. Behalve de be weeglijke staart komt het zee paardje enigszins stijf en stram over. Dit komt doordat zijn li De PZC heeft een stuk Oosterscheldenatuur geadopteerd. Het gaat om de Rumoirtschorren en de Slikken in de Krabben- kreek, achterin de Oosterschelde. Ook het scharretje voor de Oesterput, langs de noordkust van Noord-Beveland hoort bij het geadopteerde gebied. De krant betaalt mee aan het be houd van dit bijzondere stukje Zeeland, door een sponsorbij drage aan Het Zeeuwse Landschap. In 'Bijzonder blauw' wordt het wel en wee van het reservaat belicht en bovendien komen er regelmatig vertegenwoordigers van de unieke flora en fauna ter sprake. chaam wordt omgeven door een stevig pantser van beenplaatjes. Dit pantser is niet bedekt met schubben maar heeft een slij merige huid, en doet dienst als een soort uitwendig skelet. Op een paar minuscule borstvinnen en een kleine rugvin na, ontbre ken andere vinnen. Zeepaardjes zijn niet snel, maar ze kunnen uitstekend manoeuvreren. Hun rugvin werkt als een soort 'pro peller', waardoor ze zich op een karakteristieke rechtopgaande manier door het water voortbe wegen. Met hun borstvinnen aan weerszijden van de kop kunnen ze zorgvuldig sturen om hun weg door de onderwater begroeiing te vinden. Zeepaardjes kunnen hun ogen afzonderlijk van elkaar bewe gen om prooien en vijanden van alle zijden te kunnen waarne men. Samen met hun vermogen om van kleur te verschieten - een uitstekende manier om zich te beschermen tegen roofvissen en te communiceren met soort genoten - hebben deze eigen schappen ertoe geleid dat zee paardjes vaak 'de kameleons van de zee' worden genoemd. Voortplanting Naast hun bijzondere verschij ning staan zeepaardjes ook be kend vanwege hun uitzonderlij - ke manier van voortplanten. Hoewel in het dierenrijk de zorg voor nakomelingen grotendeels voor rekening van de vrouwtjes komt, heeft in het geval van het Zeepaardj e in het Arsenaal in Vlissingen foto Lex de Meester zeepaardje het mannetje zich voor deze taak opgeworpen. De geëmancipeerde rol van het de balts: zij neemt het initiatief en gaat op zoek naar een ge schikte partner. Tijdens het zeepaard-vrouwtje begint al bij baltsen grijpen het mannetje en het vrouwtje - die er overigens vrijwel identiek uitzien - elkaar bij de staarten vast, zodat ze met de buiken naar elkaar toe zijn gericht. Als de tijd voor paring is aangebroken laten de diertjes elkaar los en deponeert het vrouwtje via een legbuis (de ei leider die iets buiten het li chaam uitsteekt) haar eitjes in de broedbuidel van het manne tje, waar de bevruchting plaats vindt. Uitzondering De broedbuidel is een speciale huidweefsel-structuur aan de buikzijde die, afhankelijk van de soort, ruimte biedt aan vijf honderd tot tweeduizend eitjes. Voor vissen is dit een relatief laag aantal. Dat is te verklaren door de intensieve broedzorg van het mannetje met als gevolg een grote overlevingskans van de larven. Aan de binnenzijde van de broedbuidel lopen bloed vaten die, nadat de eitjes zijn uitgekomen, de ontwikkelende zeepaardjes van voedsel voor zien. Het geheel lijkt enigszins op een placenta bij zoogdieren, met de opzienbarende uitzon dering dat in dit geval het hele ontwikkelingsproces van ei tot jong zeepaardje zich voltrekt bij de vader en niet bij het moeder- dier. Tijdens de 'bevalling' maakt het mannetje een pompende bewe ging met zijn lichaam, waarbij hij zijn lichaam als een knipmes voorover buigt. Door middel van spiersamentrelckingen van de broedbuidel stoot hij de jon gen in groepjes tegelijk naar buiten. Vervolgens moeten de miniatuur zeepaardjes (lengte ca. 15 mm) het zelf zien te red den. Gedurende de eerste le vensweken zwemmen de dier tjes vrij in het water rond en voeden zich met kleine plank tondiertjes. Later vestigen zij zich, net als hun ouders, op de zeebodem en gaan ze over op grotere voedseldiertjes. Binnen een jaar zijn ze geslachtsrijp. Manon en Michel Laterveer Volgende week: zeepaardjes in de Oosterschelde

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2002 | | pagina 27