Lampsins heeft nog steeds lef Kaapvaart dinsdag 2 juli 2002 Het Maritiem MuZEEum in Vlissingen: het in renaissancestijl opgetrokken Lampsinshuis, rechts de nieuwbouw waarin de entree van het museum is gevestigd. foto Lex de Meester De Vlissingse reder Cornells Lampsins (1600-1664) had lef. Om te laten zien dat hij vooral met kaapvaart een goed belegde boterham verdiende liet hij in 1633 de (in middels verdwenen) buitenplaats Lam- merenburg aanleggen. En alsof dat niet genoeg was bouwde hij in 1641 een impo sant patriciërshuis mét uitkijktoren aan de Nieuwendijk aan de haven. Dat Vlissingen nu een eigen op het mari tieme verleden en heden gericht museum krijgt, is ook een kwestie van doorzet tingsvermogen én lef. Het museum wordt heel toepasselijk in het verbouwde en uitgebreide Lampsinshuis gevestigd. Hoewel de bouw- en inrichtingsactivitei- tennog niet helemaal afgerond zijn, opent het Maritiem MuZEEum zaterdag 6 juli de deuren voor het publiek. Vrijdag 20 sep tember is de officiële opening. Zeeuws lofdicht op de kaapvaart Merckt doch eens op 't proffijt, dat ons dees vaert gaet geven Hoe menich bedruckt mensch en arinen daer by leven. De armen van ons Stadt, van Vlissing', dacht gevoelt, Hoe dese vaert, den brant, van hare armoed', coelt. Wie de Vrijbuutvaert laect, den Armen moet verachten, Merckt wat het Vaderlant, hier al profijen heeft, Hoe menich arm Matroos, by dese vaert oock leeft, Want van 't verovert goet, het lant treckt 12 ten hondert. (Een uitgebreide versie van dit gedicht is afgedrukt in Zeeuwen en de Westindische Compagnie door Doeke Roos). Wapen van de familie Lampsins, zoals dat in het raam boven de voordeur Detailvan hetpanorama van Vlissingen, dat J.B. Seghersin 1669 schilderde. Het Lampsinshuis aan de Nieuwen- van het Lampsinshuis is te zien. dijk heeft een lichtere toets gekregen dan de overige huizen. Achtergrondfoto: door zeewater aangetaste scheepshuiden, waarmee in het Maritiem MuZEEum een wand is bekleed.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2002 | | pagina 19