Lobbyisten zijn als oliemannetjes 23 We zijn dijkbewakers ^8® Netwerk is essentieel Geloof in elke missie zaterdag 8 juni 2002 i< '-D. r j; V'fWv/ Het zijn drukke tijden voor de infor mateur en de fractievoorzitters van CDA, WD en LPF. In korte tijd trachten zij een regeerakkoord in el kaar te timmeren. Tientallen organisa ties proberen daar invloed op uit te oe fenen, getuige de nog steeds groeiende stapel brieven op het bureau van infor mateur Piet Hein Donner. ,,Te laat", zegt Rinus van Schendelen van de Rot terdamse Erasmus Universiteit. De hoogleraar is gespecialiseerd in het fe nomeen lobbyen. „Degenen die nu met hun verzoek de krant halen, zijn ama teurs. Die komen er achteraan draven." Hoe pakt een goede lobbyist zijn zaken dan wel aan? In de loop van de afgelopen tien jaar is de lobbyist uit de schaduw getreden. Eerst was hij een wat schimmige figuur die in ach- terkamertjes zaken bekonkelde; een schar relaar met een zweem van corruptie en ge heimzinnigheid. Tegenwoordig komen sommigen van hen er trots voor uit het vak te beoefenen. Op internet presenteren zij de lijst van bedrijven en instellingen die ze ver tegenwoordigen. Maar over hóe ze te werk gaan, doen de goeden geen boekje open, al dus Van Schendelen. „Een verstandige be langengroep zal altijd ontkennen dat ze be zig is geweest, anders gooit ze haar eigen glazen in." Lobby is het Engelse woord voor wandel gang, maar heeft er een betekenis bij gekre gen: 'een poging de politieke besluitvor- ming te beïnvloeden.' Lobbyisten zijn oliemannetjes. Ze smeren de radertjes tus- I sen de politiek en een bedrijf, instelling of overheid. Ze onderhouden contacten met ambtenaren en politici. Meestal ook met an dere partijen die bij de zaak betrokken zijn zoals werkgeversorganisaties en vakbon den. Als ze de pers inschakelen, laten ze hun klant het woord doen. Zelf spelen ze hooguit souffleur. Met de verkiezingen in het vooruitzicht hebben de lobbyisten hard gewerkt. Bij het opstellen van verkiezingsprogramma's viel veel te winnen. Wie nu nog aan de slag gaat, is dan ook te laat, meent Van Schendelen. „De lobbyist had veel eerder moeten inste ken. De goeden hebben de risico's netjes ge spreid over PvdA, WD en CDA. Vooral met het CDA zit je nu goed." Hard Van Schendelen oordeelt hard over degenen die nu met hun brieven de informateur be stoken. Zoals de BVE Raad, de brancheor ganisatie van alle onderwijsinstellingen in het beroepsonderwijs en de volwassenen educatie. Zij vragen minimaal 880 miljoen deren aan de deur kloppen. De slimme amb tenaar en politicus zorgen daar ook voor." De geoefende lobbyist komt niet alleen. Partijen met gelijke belangen neemt hij op in zijn (tijdelijke) team. Boeren en natuur organisaties sluiten de rijen als de groene ruimte in gevaar dreigt te komen. De 'vijan den' Stichting Natuur en Milieu en ANWB vinden elkaar in het streven naar meer groen rond de stad. Cacaoboeren uit Ghana en Ivoorkust sloten een aantal jaren geleden de gelederen met de Nederlandse Bond van Plattelandsvrouwen, de Scheepvaartver eniging Noord en de haven van Amsterdam in een campagne voor echte chocolade. Als cacaovervoerders en -producenten vrees den ze het effect van het plan van de Europe se Commissie om ook andere vetten dan ca caoboter toe te laten in echte chocolade. In een interview met Intermediair in 1999 vatte Pauw deze werkwijze als volgt samen: „Je bestudeert het onderwerp van alle kan ten, inventariseert mogelij ke mee- en tegen standers en je brengt het besluitvormings proces in kaart. Daarna wordt de strategie bepaald, de boodschap geformuleerd en stel je een lobbyplan op. Dan pas benader je ambtenaren en politici." foto Roland de Bruin/GPD Hij deelt een statig pand aan de Dr. Kuyperstraat in Den Haag met de Griekse ambassade. De inrichting past daar wel bijblauw met wit. Re- né Glaser staat aan het hoofd van een bureau in public affairs, een lobby bureau dat met zeven medewerkers tot de middelgrote in de hofstad hoort. De lobby maakt 5 tot 10 procent van de werkzaamheden uit, denkt Glaser. Daarmee bedoelt hij de informele ge sprekken met kamerleden of ambte naren. Verder houdt zijn werk vooral in dat hij de ontwikkelingen volgt, deze analyseert en informatie ver strekt aan alle betrokken partijen. „Goede kennis van de dossiers en procedures is het belangrijkste." Na 28 jaar in de Haagse enBrusselse politiek kent Glaser veel mensen. „Zo'n netwerk is essentieel. En ima go. Je moet zorgen dat mensen naar je verhaal willen luisteren. Glasers bureau richt zich vooral op het beïnvloeden van het beleid 'waar Europese wetgeving in de Neder landse wordt opgenomen'.Deze week rent hij heel wat af om de belan gen van Koninklijke Nedalco te be hartigen. Dit bedrijf produceert uit melasse de duurzame brandstof bio- alcohol. In 1996 wist hij voor een paar jaar accijnsvrijstelling te rege len voor het bedrijf in Bergen op Zoom. Ook nu moet de Tweede Ka mer over een mogelijke accijnsvrij stelling beslissen. „Volgende week worden deze vastgelegd in de Euro pese Raad van Ministers." Zonder zo'n vrijstelling gaat het Nederland se bedrijf ten onder in de concurren tie met Frankrijk, Zweden en Italië. Nu het nieuwe kabinet nog niet is ge ïnstalleerd, is de rol van de ambtena ren groot. „Dus met hen praten we heel intensief. Dat kan een bedrijf ver weg van Den Haag niet behap pen." De vele vacatures in de vaste kamercommissies maken het voor Glaser niet makkelijk de juiste poli tici te benaderen. Als lobbyist zal hij geen invloed pro beren uit te oefenen op de keuze van ministers of staatssecretarissen, de 'poppetjes'. „Absoluut niet. Daar blijven we buiten. We moeten ge woon werken met de mensen die er komen." Bij de inrichting van zijn werkka mer, met uitzicht op het Binnen hof, heeft lobbyist Jan Eisenga (59) geen enkele onduidelijkheid laten bestaan over zijn opdrachtgever. Een schilderij van appeltjes uit het Fries Museum, van havenarbeiders uit Harlingen en een grafzerk uit het Drents museum vullen de ruimte. Zijn gesprekspartners uit de residen tie vragen hem vaak op meewarige toon: 'moet je vanavond nog héle maal richting Groningen?' Daarmee stippen ze precies zijn missie aan: duidelijk maken dat het noorden heus niet het andere einde van de we reld is en op allerlei terreinen veelte bieden heeft. Eisenga werd door de provincie Friesland 'vooruitgeschoven' naar Den Haag, later kreeg hij de hoofd missie om de economische positie van Noord-Nederland te versterken. Daarnaast zijn allerlei andere onder werpen en projecten in zijn orderpor tefeuille opgenomen. Bij elke nieuwe opdracht vraagt de contactfunctionaris zich af of die deugt en of alle betrokkenen erachter staan. Daarna boort hij zijn netwerk van adviseurs van bewindslieden en parlementariërs aan. Eisenga's stan daardopening: „Ik heb een probleem. Met wie kan ik daar verstandig over praten." Ondanks het soms wat schimmige imago van de lobbyist laat de echte vakman of -vrouw het wel uit het hoofd om oneigenlijke manieren toe te passen, stelt hijEén misslag hier en je kunt gelijk vertrekken." Volgens Eisenga wordt het beroep van lobbyist weliswaar 'anoniem' uitgevoerd, maar is de lobbyist vol strekt transparant over zijn werk wijze tegenover zijn opdrachtgever. Een goede werkrelatie met onder meer commissarissen van de konin gin Nijpels (Friesland), Alders (Gro ningen) en Ter Beek (Drenthe), die in dit geval allemaal Haagse ervaring hebben, is daarbij een vereiste. Ei senga hanteert een persoonlijke stel regel. „Ik moet zelf in elke missie ge loven." Deze hectische periode van kabi netsformatie ervaart hij als 'fantas tisch'. „Je moet proberen te behou den wat je voor Noord-Nederland in de vorige periode hebt bereikt, en an derzijds je eigen boodschap laten aansluiten bij de nieuwe spelers." euro om een inhaalslag te kunnen maken. Geld dat nodig is om nieuwkomers te bege leiden en goed geschoold personeel voor het bedrijfsleven te kunnen leveren. Nederland Natüürlijk vraagt om extra aan dacht en 250 miljoen euro voor groen in en om de stad. De naam staat voor een coalitie van achttien organisaties op het gebied van water, natuur, recreatie en milieu. Onder hen de grote milieuorganisaties die normaal gesproken hun eigen lobbyist in Den Haag hebben rondlopen en de ANWB die ook de wegen wel weet te bewandelen. Transport en Logistiek Nederland liet de partijen vorige week weten dat vrachtwa gens door fileleed 10 procent van de tijd stil staan. Een kostenpost van 1,2 miljard euro. Deze lobby leek vorige week al geslaagd toen fractievoorzitters Gerrit Zalm (WD), Jan Peter Balkenende (CDA) en Mat Herben (LPF) lieten weten dat ze van de kilometer heffing af willen en met extra rijstroken de files willen oplossen. Toch vallen deze brandbrieven onder de noemer 'slechte lobby'. Want een goede lob by valt niet op. „Overdrijf en overvraag niet"is een van de tien geboden voor lobby isten volgens vakgenoot Frans Kok en Tom van der Maas. InhunboekjeDe Wandelgang zetten zij de praktij kuiteen. Een smeekbede om geld levert geen bijdrage aan de oplossing van het probleem van de ander. Dat is zondigen tegen het negende gebod. Kapitale panden Lobbyen is meer dan vragen om centen. Want dat kan een bedrijf of vereniging wel zelf doen. En dat gebeurt, getuige ook de brieven aan Donner. De professionals weten echter precies wanneer ze op welke plek moeten zijn en wie ze daar moeten benade ren. Hun bureaus zetelen in kapitale panden een paar honderd meter van de Tweede-Kamer. Zodra ambtenaren gaan broeden op een be leidsvoorstel, komt de lobbyist in actie. Hij volgt een voorstel door het hele besluitvor mingsproces. Op strategische momenten voert hij hun gegevens. Soms schrijft hij zelf een aanzet. Past dat in het politieke plaatje, dan pikken ambtenaren dat wel eens dank baar op. Eén-nul voor de lobbyist. Al zal hij zich daarvoor niet op de borst kloppen. On opvallend moet hij zijn. Stiekem, noemen de critici dat. Hoe dan ook: de lobbyist spreidt het bedje voor zijn klanten. Alleen als een politicus om informatie uit de praktijk vraagt, hoeft deze zijn eigen zaak bepleiten. Uiteindelijk, als een voorstel in de ministerraad arri veert, is het grootste karwei al geklaard. Daarbij zorgt de lobbyist er niet alleen voor dat hij zelf goed geïnformeerd is, hij voor ziet ook de andere partij van juiste gege vens. Wie onjuiste informatie verstrekt, verbruit het voor de rest van zijn loopbaan. Volgens oudgediende Ben Pauw - van Pauw, Sanders, Zeilstra Van Spaendonck - hoort daarbij dat je ook meldt wat de nadelen van een voorstel zijn. Van Schendelen is milder in het boekje Tien jaar lobby in de praktijk, uitgegeven bij het tienjarig jubileum van Glaser Public Af fairs. „Weliswaar krijgt de ontvanger een verhaal waarvan hij weet dat het onvolledig is, maar hij weet ook dat het van een profes sional komt en dat zijn deel ervan klopt. De professional weet namelijk dat als zijn in formatie niet klopt, hij geen tweede keer hoeft terug te komen. Na hem zullen ook an- Skybox Een deel van dit lobbywerk gebeurt in het informele circuit. Via telefoontjes, in de ca fés aan het Haagse Plein of de skybox van een voetbalclub, op de eerste rij bij het to neel, tijdens congressen, sporttoernooien en studiedagen. Het contact is dan niet altijd kort en zakelijk - zoals dat volgens de gebo den uit De Wandelgang betaamt - maar ont spannen. Daarmee sluit het aan bij gebod nummer tien: „de beste lobby wordt niet er varen als een beïnvloedingspoging, maar als een prettige gebeurtenis". Als zo'n fijn feestje maar niet de smaak van omkooppraktijk met zich meebrengt. Want rijkelijk strooien met cadeaus en voordeel tjes werkt averechts. Daarmee komt de lob by in de louche hoek terecht, waar de pro fessionele lobbyist de laatste jaren nou net uit kruipt. Niet elk bedrijf en elke club maakt gebruik van professionals en daardoor kan het ge beuren dat een actie tot in lengte van dagen dient als voorbeeld van hoe het niet moet: het 'Beste Els'-brief je dat WD'er Frits Bol- kestein in 1996 schreef aan de toenmalige minister van volksgezondheid Els Borst. Bolkestein was commissaris van een farma ceutisch bedrijf dat overwoog de productie van een bepaald medicijn naar Frankrijk te verplaatsen. Dit zou banen kosten, dus tipte Bolkestein de minister. Op zich prima om een specifiek belang aan het algemeen be lang te koppelen - ook zo'n gebod. Alleen de heisa er omheen maakte dat de lobby een onvoldoende kreeg. Want een juiste lobby is, ondanks toenemende openheid, nog al tijd onopvallend. Gitte Brugman Lobbyen op van 1 procent van de rijksbegroting voor kunst en cultuur, en een eigen minister. Vier politieke partijen heb ben het eerste standpunt in hun ver kiezingsprogramma's opgenomen. Ook de Raad voor Cultuur en de Fe deratie van Kunstenaars verdedigen dit. Twee partijen pleiten voor een cultuurministèr. „Die kan in de we kelijkse ministerraad in de gaten houden of op andere departementen de kunstbelangen goed worden ge diend." Versteegh is ook tevreden over de belangstelling voor cultuure ducatie en de aandacht die kunst in het onderwijs krijgt. „Je ziet dat het gelukt is cultuur tot serieus onder werp te maken." Dit betekent niet dat Versteegh niets meer hoeft te doen. „Politiek is vluchtig. Je hebt te maken met een grote mate van onzekerheid. Succes hangt soms af van ongewisse facto ren. Daarom moet je kamerleden blijven informeren, uitnodigen, ze dingen laten zien. We hebben resul taat geboekt, maar de kunst is nu dat vast te houden en te versterken. We zijn een permanente dijkbewaker." Jan Eisenga. foto Roland de Bruin/GPD het Haagse Binnenhof. foto Roland de Bruin/GPD Haar bureau in een souterrain aan de Herengracht in Amsterdam ligt vol enveloppen en brieven. Een stapel boekjes met de titel 1 van de rijksbegroting voor kunst, cultuur en cultuurbehoud. Dat is het belang rijkste streven van de vereniging Kunsten '92, waar Marianne Ver steegh voor werkt. Ze noemt zichzelf geen lobbyist. „Ik noem mezelf secretaris van Kunsten '92. In Nederland is lobbyen nog al tijd niet helemaal netjes." Kunsten '92 werd opgericht om de belangen van de gesubsidieerde kunstinstellingen te behartigen. Versteegh zat jaren in Den Haag en bouwde daar haar netwerk op. Sinds een jaar zetelt de vereniging in Am sterdam, wat geen probleem is. „Als het nodig is, reizen we naar Den Haag. En je kunt hier ook je afspra ken makenKunsten '92 heeft de po sitie van woordvoerder bereikt en dus zoeken mensen nu zelf ook con tact met ons." De belangrijkste aandachtspunten van Kunsten '92 zijn het reserveren Marianne Versteegh. foto Phil Nijhuis/GPD

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2002 | | pagina 23