Madness vaart nu alleen nog maar bij mooi weer Goed opletten, dat is alles Een fan ben ik nooit geweest Drie concerten in Nederland Beppie Brood Jean Dubé, winnaar Lisztconcours De bakermat van Madness ligt in de Londense wijk Camden Town en Graham Mc pherson wil dan ook het liefst afspreken in zijn f avoi'iete pub in deze buurt. Want hij woont nog steeds in het hippe Camden Town en volgens hem heeft die honkvastheid ervoor gezorgd dat hij na 25 jaar in de snelle muziekbusiness nog steeds met beide benen op de grond staat. „Iedereen kent mij hier en nie mand doet opgefokt tegen mij. Voor de mensen hier ben ik ge woon een buurtbewoner die niet meer is dan wie ook. Daar houd ik van. Als ze je maar vaak ge noeg op straat zien lopen, dan vergeten de mensen vanzelf wel dat je een ster bent." Buurtleven Even later wijst hij door het raam van de donkerbruine kroeg naar de overkant. „Kijk, daar stond The Dublin Castle. Daar traden we met Madness voor het eerst op. De eerste vrij dagavond voor veertig mensen, de volgende voor tachtig en een paar weken later stond er een lange rij voor de deur." McPher- son vindt een normaal buurtle ven belangrijker dan wat ook, want hij kan nog altijd niet over straat lopen zonder herkend te worden. Niet zozeer omdat hij de zanger is van de roemruchte ska-band Madness en daar naast een succesvol album met Jools Holland heeft uitge bracht, maar omdat hij tegen woordig presentator is van een paar veel bekeken tv-shows op Channel 5. Hoewel Madness zijn glorieda gen beleefde in de jaren tachtig, staat de groep in Engeland nog steeds volop in de belangstel ling. Op dit moment is er zelfs een musical in de maak waarbij de liedjes van McPhersons groep centraal staan. „We zijn met Madness begonnen omdat we een vriendenclubje waren dat graag muziek wilde maken en bijna 2 5 j aar later zijn we nog steeds vrienden en willen we nog steeds graag muziek ma ken", vat Graham de historie van de groep bondig samen. „Maar ik denk dat we alleen maar hebben kunnen overleven omdat we op tijd hebben inge zien dat we ons niet moeten la ten meeslepen." „In het begin was de band ons leven en was er niets anders, maar naarmate we ouder wer den. hebben we steeds meer een stapje terug gedaan. We lieten ons niet langer verleiden overal naar toe te vliegen om onze mu ziek te promoten. En vooral de laatste jaren gaan we bij wijze van spreken alleen nog uit varen als het mooi weer is. Ik kan me nog goed de dagen herinneren dat we constant onderweg wa ren. We waren toen allemaal hartstikke jong en niet kapot te krijgen. Maar vijfjaar later ver anderde er toch wel wat, want ik was toen al getrouwd en vader van een kind. Na een tournee die precies een jaar had geduurd, kwam ik thuis en ik voelde me gewoon een vreemde in mijn ei gen omgeving en in mijn eigen gezin." „Ook de andere groepsleden met een gezin hadden die erva ring. Het was net alsof we van de oorlog thuiskwamen. Uitgeput en wereldvreemd. Dat is toen een keerpunt geworden in ons leven en vanaf dat moment be sloten we dat we het anders gin gen doen. Want we realiseerden ons maar al te goed dat er in dit leven meer is dan enkel die tred molen van optreden en reizen. Als je jarenlang rondreist en al leen podia, bussen en vliegtui gen ziet, wordt het steeds moei lijker je aan te passen. Als je in een vrij moment naar de pub op de hoek gaat, hoor je er niet meer bij. Je hebt het contact met de gewone wereld om je heen verloren. Net alsof je in de ge vangenis hebt gezeten." Ska, rhythm and blues, soul, het zijn allemaal invloeden die Ma dness vanaf het begin absor beerde en uiteindelijk z'n eigen muzikale gezicht gaf. „Maar ska was toch wel de grootste in vloed", vindt Graham. „Ikhoor- de die muziek voortdurend toen ik als jonge knaap naar de jeugdclubs ging en was er weg van. Ook op piratenstations als radio Caroline en Luxemburg werd veel ska gedraaid en met rode oortj es lag ik elke avond met een radiootje onder mijn kussen naar die platen te luiste ren. Die muziek klonk zo exo tisch, alsof ze van een andere planeet kwam." Maar ook de reggaemuziek van Bob Marley liet McPherson niet onberoerd. „Toen ik later zelf muziek ging maken, moest er dan ook een flinke dosis ska en reggae in terug te vinden zijn. Bij ska hoorde kort haar en dus liep ik rond met een bijna gemil limeterd kapsel. Mijn moeder vond dat helemaal niet leuk. Ze zei altijd dat het net leek alsof ik op het punt stond het leger in te gaan. Mijn vader heb ik trou wens nooit gekend, want die vertrok toen ik nog maar drie was. Het enige dat ik van hem weet is dat hij een enorme col lectie jazzplaten had." Naast muziek had Graham nog een andere grote liefde en dat was voetbal. „Ik ben zelfs een keer uit de band gezet omdat ik naar een wedstrijd van mijn fa voriete club Chelsea was gegaan op het moment dat ik met Mad ness moest repeteren. Een week later zag ik mi jn eigen groep met een nieuwe zanger ergens in de buurt optreden en dat deed me zoveel pijn dat ik vanaf dat mo ment zeker wist dat mijn plaats daar achter de microfoon was en niet op het voetbalveld. Geluk kig bleek die nieuwe zanger geen succes en kon ik binnen de kortste keren terugkomen. En sindsdien ben ik de muziek al tijd trouw gebleven. Maar dat is geen voorop gezet plan geweest. Het is allemaal vanzelf zo gelo pen. Net alsof ik met een fiets een heuvel afrijd. Dat ding blijft maar doorgaan zonder dat ik hoef te trappen. Mensen in mijn omgeving hebben vaak gepro beerd me een andere richting uit te duwen, maar gelukkig heb ik nooit naar hen geluisterd. An ders was ik niet de man gewor den die ik nu ben. Ik heb altijd vertrouwd op mijn instincten en die hebben me nooit in de steek gelaten bij het maken van de juiste keuzes." Harry de Jong Madness speelt op donderdag 18 (vandaag), vrijdag 19 en zaterdag 20 april in Ahoy, Rotterdam donderdag 18 april 2002 De Britse band Madness. ien jaar lang stond Madness niet meer op de Nederlandse podia, maar dat wil niet zeggen dat het doek is gevallen voor de Britse band. Goed, de zevenmansformatie rond zanger Graham 'Suggs' McPherson treedt ook thuis minder vaak op, maar muziek is nog steeds een uitdaging voor Madness. De band is deze week drie avonden achtereen te zien tijdens het Heineken NightLive Dance To The Music festival in het Rotterdamse Ahoy. Hits als One Step Beyond, It Must Be Love, Shut Up en Baggy Trousers zullen in een opgepoetste versie de revue passeren. Op 11 juli, een jaar nadat Herman Brood van het Am sterdamse Hilton stapte, ver schijnt het herdenkingsboek 'De Sprong, in memoriam Her man Brood'. Een ode aan de fans, samengesteld door wedu we Xandra en zus Beppie Brood. „Eén ding weet ik nu zekermi jn broertje is huilend gesprongen. Op de stortbak van de wc staat Maxima. Als barbiepop. Er naast een briefje: 'Het leven be gint dagelijks opnieuw'. Gete kend: 'brood 1946-2046'. Eens moet Herman Brood zich heb ben verkeken op de finale. Een huis in Amsterdam, twee hoog in Oud-Zuid. 'B.Brood', vertelt de brievenbus. Herman is er aanwezig, zo overweldi gend als hij er ook tijdens zijn le ven was. Geen wand zonder Brood.Tekeningen, foto's, schil derijen, boeken, zeefdrukken; veel unieke exemplaren die Hex-man maakte voor bijzonde re gelegenheden of als dankje wel. „Pas na zijn dood heb ik me dat gerealiseerd", vertelt Beppie Brood. „Ik kwam na de vakantie thuis en dacht 'mijn hele huis is Herman'. Even een briefje, een tekeningetje, van die wc-dinge- tjes, Herman nam altijd papier en stiften meeEn alles heef t een eigen verhaal." Beppie zit aan tafel. De ene si garet na de andere, de trekken van Herman, die ze liefkozend broertje noemt, hoewel hij vijf jaar ouder was. Pas ruim na zijn spectaculaire dood ontstond het idee om Broods laatste gedich ten te bundelen. Xandra, de ex van Hei-man, vond er passende tekeningen bij uit het enorme aantal dat hij had achtergela ten. „Wat heeft die jongen ge produceerd zeg", pi'ijst zus Bep pie. „Altijd maar produceren, Herman vond alles leuk. Er is ook zoveel weggegooid. Dat heb ik zelf ook wel gedaan. Herman schreef en tekende overal wat op. Er kunnen wat dat betreft nog wel vier bundels verschij nen. Of iets bijzondei-s, zoals de verzameling ansichtkaarten. Herman stuurde zichzelf altijd een kaai*tje als hij weg was." Herman was geen man om op vi site te gaan. Bij Beppie kwam hij af en toe nog wel, want Beppie woonde bijkans om de hoek. „Er zijnheelveel foto's: Sinterklaas, Kerst, als oma er was of als Hei man met Lola op een verjaars- partijtje kwam", somt Beppie op. „Ik ben niet anders gewend dan dat hier van alles van Her man hangt en staat. Daarom heb ik de waarde er ook nooit zo van ingezien. In een krant is hij eens 'de veredelde dorpsgek' ge noemd en zo zag ik 'm ook een beetje." 'De dood maakt je zo ontzettend eerlijk', staat ergens op een wand geschreven. Het slaat mis schien op de dood van Theo, Beppie's echtgenoot, een jaar of zeven geleden. Beppie koestert een groot schilderij waarin Her man foto's van haar en Theo ver werkte. Een blijk van medele ven, een gelegenheidswerk waarin de kunstenaar mens wordt en de mens een kunste naar. De woonkamer van Bep pie en haar kinderen hangt vol met zulk soort werken: een teke ning voor Jesse, het lied For Ever dat Herman zong op de crematie van Theo. 'Hou con tact', schreef Herman in het schilderij voor Theo. Engeltjes en plastic bloemen vergezellen de Brood-memorabilia, de sfeer versterkend van een Brood-mu seum in wording. „Maar een fan ben ik nooit ge weest", zegt Beppie. „Ik heb me ook nooit de zus-van gevoeld. Pas nu, na zijn dood, voel ik me de zus van een bekende Neder lander." Stunt Beppie was in Frankrijk toen een Nederlandse vrouw vertel de dat haar broer dood was. „Ze had het op de Wereldomroep ge hoord. Eerst dacht ik aan een stunt. Maar er was ook angst. Ik dacht 'zoiets moet je toch van je familie horen, niet van een vreemde op een camping'. Toch maar gebeld en toen ik een hui lende Lola aan de lijn kreeg, wist ik dat het waar was." Beppie en Herman zijn allebei in Zwolle geboren. Een zorgen kindje, zo typeert ze haar oude re broer. „Een beetje allenigen altijd maar tekenen en tekenen Zonder zijn creativiteit was Herman denk ik heel ongeluk kig geweest. Maar Herman had ook humor. Ik herinner me dat we eens met het hele gezin wan delden op de hei. Herman liep voorop. De mensen die van de andere kwamen lachten steeds. Pas aan het eind ontdekten we dat Herman de hele wandeling met zijn piemel uit zijn broek had gelopen." Op tafel ligt een stapel boekjes, geschreven door Beppie. 'Het bericht' naar aanleiding van de dood van Theo. En bovenop ligt 'Hilton, verhalen'. Toeval, zegt Beppie, niet geïnspireerd op de dood van Herman. Nu 'Kwart jes vallen soms jaren.later' er 1 igt, werkt ze samen met Xandra aan een herdenkingsboek: 'De Sprong, in memoriam Herman Brood', te verschijnen op 11 juli. Een ode aan de fans met onder meer zijn afscheidsbrief, tek sten van toespraken, condole- anceboeken en werken uit de privécollectie. „Xandra en ik zijn erg op zoek naar de manier waarop Herman zijn dood heeft gezocht. Dat is niet impulsief geweest, denken we. Het zijn van die kleine aan wijzingen; dingen die hij tegen z'n dochter Lola heeft gezegd, het feit dat hij die nacht niet naast Xandra sliep, wat hij an ders altijd deed. Dat hij is ge sprongen kan ik accepteren, ik vind dat bij hem passen. Xandra is zelf ook in het Hilton naar bo ven gelopen en op het dak ge weest. Die tocht moet voor Her man een ware kwelling zijn geweest. Hij móet aan Xandra en zijn kinderen hebben ge dacht. Eén ding weet ik nu ze ker: mijn broertje is huilend ge sprongen." Dick Laning Beppie Brood: „Mijn hele huis is Herman." foto Bas Beentjes/GPD Anders dan zijn landgenoot en mede-fi nalist, de 17-jarige nog slungelige Giancarlo Crespeau, is hij niet bepaald een Liszt look-alike. Jean Dubé (21) is opval lend klein met korte benen en opmerkelijk korte vingers. Zijn dat überhaupt wel pia nohanden? „Handen hoeven niet per se groot te zijn met lange vingers, als ze maar soepel zijn, en dat zijn de mijne wel." Hij klapt ter illustratie met zijn ene hand de an dere achterover, bijna tegen zijn onderarm, handpalm naar boven. Vermoedde hij dat hij zou winnen? „Nee, dat toch niet. Maar ik heb de andere kandidaten een paar keer gehoord in de voorrondes en vergeleken met het concours van drie jaar geleden vind ik het niveau tamelijk laag. Een paar waren wel goed, die staken erbo ven uit, maar de grote middengroep was niet zo best." Maar hij wil toch niet zeggen dat hij gewonnen heeft omdat de andere kandi daten slecht waren? „Nee, nee, nee, dat niet. Toch had ik er wel geluk mee." De kleine Jean Dubé was wat je noemt een wonderkind. Nog maar drieëneenhalf jaar oud begon hij met pianolessen. Zijn eerste stuk in het openbaar speelde hij toen hij nog geen zes was - Beethoven, zonder pedaal want daar kon hij niet bij - en op zijn negen de speelde hij voor het eerst met het orkest van Radio France in Parijs, Mozarts Vijfde Pianoconcert, bij de opening van de Mozart Bicentenary. Hij herinnert het zich als een geweldige ervaring. Als tienjarige was hij de jongste pianosolist in Frankrijk en de jongste die ooit het diplo ma van het conservatorium in Nice in ont vangst mocht nemen. Nog voor zijn twaalf de ging hij naar het conservatorium in Pa rijs waar hij tot zijn zestiende studeerde. Daarna begon zijn volwassen pianistenle ven met concerten en de concoursen waarbij hij prijs na prijs in de wacht sleepte, al wa ren dat niet altijd eerste prijzen. Vooruitstrevend In het vorige Lisztconcours in 1999 kwam hij tot de halve finale, dit jaar wees de jury hem aan voor de eerste prijs en won hij bo vendien de publieksprijs. Wat is volgens hem een goede Lisztspeler? Dubé: „Je moet je met de componist bezighouden om hem goed te kunnen spelen. Liszt heeft zoveel geschreven, in zoveel verschillende stijlen. Hij is niet alleen een Hongaars componist, maar ook een Franse, een Italiaanse en een Duitse componist, want hij reisde veel. Aan het eind van zijn leven begon hij mystieke stukken te schrijven. Dat maakte hem voor uitstrevend want dat was niet bepaald in de mode in die tijd. Hij heeft tot in de 20e eeuw componisten beïnvloed, zoals Messiaen bij voorbeeld." Van welke Lisztmuziek houdt hij het meest? „Ik hou van de hele componist in al zijn fa cetten: de religieuze Liszt, de romantische, de poëtische en zeker ook van de technisch- virtuose." De jonge Fransman heeft al ruime ervaring met concoursen over de hele wereld. Hoe er vaart hij de sfeer in dit concours? Dubé trekt een gezicht. „Moeilijk," bekent hij dan aar zelend. „Ik maak vrij snel contact met de meeste andere kandidaten, maar er zitten koude kikkers bij, die zich heel belangrijk voelen. Dat geeft wel spanningen. Maar wat ik het allermoeil ijkst vind, is dat je er zo bij moet blijven. J e moet de hele tij d in topvorm zijn. Je speelt weliswaar niet elke dag, maar twee weken je concentratie in optimale vorm houden is wel een lange tijd. Dat vraagt een enorme krachtsinspanning. Dit Lisztconcours is ook wel het zwaarste dat er is. Er zijn andere Lisztconcoursen in Euro pa, maar die zijn makkelijker te doen. Er wordt minder van je gevraagd." Anderzijds houdt hij van reizen, kan hij het goed vinden met zijn gastgezin - „ik voel me er echt thuis" - en de piano waar hij op speelde in zijn gastgezin is „oud maar goed". Hij speelt genoeg maar niet teveel tij dens zo'n concours, hij moet zijn krachten en energie verdelen over een hele dag. Oe-1 f ent een enkele passage gedetailleerd, werkt wat aan zijn touché. Maar speciale trucjes, heeft hij niet. „Goed opletten, dat is alles." Tricky Voor de finale kozen de kandidaten alledrie Liszts Concert nr 2, dat ze speelden met het Radio Symfonie Orkest onder leiding van John Storgards. Is met orkest spelen moei-1 lijk? „Je moet erg op de dirigent letten en de-1 ze was heel precies. Maar het kan tricky zijn als hij moe is of gewoon niet goed, want dan komt het nooit gelijk. En soms is ook het or- kest niet goed." Over het RSO is hij wel te spreken. „Het heeft een goed niveau. Enkele orkestleden I zeiden dat het met mij het beste ging. De wisselwerking was goed. Maar drie keer hetzelfde concerto spelen is voor een orkest wel raar. De dirigent stampte met zijn voet op de maat. Ik dacht dat het de pianodeksel was, dus ik probeerde hem te dempen. Toen dacht ik dat het het pedaal was, maar het bleek de dirigent." Jean Dubé verheugt zich op de concerttour nee die vast onderdeel is van de eerste prijs „Het is wel heel vermoeiend allemaal, maar i ik wil de Nederlanders en Nederland graag leren kennen. Al dat water hier vind ik i prachtig. Frankrijk is natuurlijk ook mooi. maar Nederland ook. Echt waar." Joke Dame Jean Dubé: „Erzitten koude kikkers bij die zich heel belangrijk voelen." foto Rianne den Balvert/GPD

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2002 | | pagina 26