Een harde schijf vol met ideeën De dichter en de pianist willen de boel afsluiten Herman Finkers werkt aan comeback Festival met Nederlandse toneelstukken Acda en De Munnik PZC donderdag 14 maart 2002 Herman Finkers: „Op zich wil ik niks van mensen. Het laatste wat ik wil, is eventjes vertellen wie dit moet of wie dat moet." foto Charel van Tendeloo/GPD ij stopte anderhalfjaar geleden met optreden omdat het moest. Zijn theatershow Kalm aan en rap wat blijkt achteraf een zelfgeschreven recept. „Nu zie ik dat pas", zegt Herman Finkers. Toch kruipt het bloed waar het niet gaan kan. De cabaretier werkt in alle rust aan een comeback. /^vpgebrand, zouden de mees- vy ten het noemen. Herman Finkers (47) niet. ,,Ik had de pruimen op, ik had het gehad", zegt hij in het Twents, de taal waarin hij zijn gevoelens net iets genuanceerder kan uit drukken dan in het ABN. Het podiumvrije tijdperk heeft zijn blik zo verruimd, dat zijn shows nooit meer dezelfde zullen zijn. Ja, Finkers gaat weer de plan ken op, hij weet alleen nog niet wanneer. De Twentstalige uitvoering van zijn show Geen spatader veran derd Gen spatoader aans) wordt herhaald op TV Oost. In de winkel ligt de zojuist ver schenen dubbel-cd van de voor stelling Kalm aan. Heeft die uit gave niet erg lang op zich laten wachten, anderhalf jaar na de laatste voorstelling? „Ja." Finkers grijnst en wijst op de ti tel: Kalm aan. Niemand jaagt Herman Finkers nog op. Hij be- ipaalt wat hij doet en wanneer de tijd rijp is om met een nieuwe theatervoorstelling door het land te trekken. Als bonus-track is op de cd een l'J.J. Cale-achtige uitvoering' ivan zijn liedje 'Ik weet niet wat Jhet is' toegevoegd. Een swin gend nummer met een wat me lancholische tekst van iemand die niet weet wat er met hem aan de hand is. De opname dateert van afgelopen herfst, de tekst is al wat ouder. Het liedje geeft goed weer hoe Finkers zich voelde in de laatste periode dat hij nog theatershows deed. „Ik weet het nu wél", zegt Fin kers. Hij zat gewoon niet lekker in z'n vel omdat de druk te groot werd. „Niet de druk van de lan ge dagen of van het reizen van theater naar theater, dat was het niet. Als je voor een zaal staat, krijg je juist energie van het publiek. Het was de druk om de dingen steeds op dezelfde manier te moeten doen, omdat je tijdens een show al weer de volgende moet bedenken. Ik was niet meer benieuwd wat het zou worden." pinkers en zijn vrouw wonen te genwoordig in een bescheiden landhuis tussen Oldenzaal en Deurningen, afgelegen in een van de mooiste glooiende land schappen van het Oosten. Op de plek van een boerderi j is hi er en kele jaren geleden een Anton Pieck-achtig voorhuis met een Twentse achterbouw neergezet. Buiten staat de tractor van de cabaretier, onmisbaar op het boerenerf. Tweetaligheid. Een gevoelig onderwerp zo rond de verkie zingen, met politici die elkaar overschreeuwen als het om in burgering van allochtonen gaat. De cabaretier was vorig jaar te gast in een show van Karei van der Graaf en legde daar uit dat allochtone ouders wat hem be treft vooral niet moeten probe ren om thuis geforceerd Neder lands tegen hun kinderen te praten. Daarmee wordt het taalgevoel van de jeugd name lijk eerder verslechterd dan ver beterd. Onderzoeken wijzen uit, dat een goed gevoel voor de moedertaal de beste basis is om andere talen te leren. Finkers veert op. De 'principieel anti-purist' wil koste wat kost niet als moralist of schoolmees ter overkomen. „Op zich wil ik niks van mensen. Het laatste wat ik wil, is eventjes vertellen wie dit moet of wie dat moet. Er moet helemaal niks, dat staat voor mij voorop. Iedereen moet vooral doen waar hij zich goed bij voelt. Ik geloof dat ouders met hun kinderen moeten pra ten in de taal waarin ze denken. Als dat Turks is, kunnen ze ook beter Turks praten. Anders loop je de kans dat je letterlijk ver taalt, dus inclusief de gramma tica. Kinderen leren zo geen goed Nederlands en geen goed Turks. Hetzelfde geldt voor Twents en Nederlands." „Ik heb een fantastische jeugd gehad, maar ik heb nooit goed begrepen waarom mijn ouders met elkaar wel Twents spraken en met ons, de kinderen, niet. Ik was wel een beetje jaloers op ze, omdat ze iets deelden waar wij buiten stonden. Maar het ge beurde gewoon zo, omdat het gebruikelijk was. Ouders had den en hebben het idee dat ze iets opofferen voor hun kinde ren. In de eerste plaats omdat kinderen zo beter Nederlands zouden leren en in de tweede plaats omdat iedereen het zo doet. Je wilt niet afwijken van je omgeving." Hij heeft van kinds af aan een passie voortaal. „Iklas de hele dag. M'n moeder moest me soms de straat opschoppen." Zijn liefde voor taal bracht hem er later tot twee keer toe, een com plete cabaretvoorstelling dub bel op te voeren. „De ene avond in het Nederlands, de volgende in het Twents. Je ontwikkelt dan een soort knopje waarmee je op een gegeven moment moeiteloos kan omschakelen naar die an dere taal. Achteraf besef ik me wel dat het een tour de force was. Ik doe dat niet weer." Finkers gelooft niet in het weg moffelen van moederspraak ten gunste van de officiële taal van een land. „Als mijn vader Ne derlands sprak, kon hij dat be ter dan ik. Het Twents en een aantal andere dialecten, zoals het Oostgronings en het Lim burgs, vormen een goede basis voor het Nederlands. Eerst Twents en Nederlands er boven op gaat uitstekend, andersom niet." ,Ik merk dat als ik met kinderen samenwerk. Ik heb nog niet zo lang geleden met kinderen een bekend Twents liedje gerepe teerd, over Antoon op één bok. In dat liedje kwam het meer voud van het woord sok voor. Dat werd sök. Sök? Dat begreep vrijwel geen kind meer in Alme lo. Behalve een jongetje, wiens ouders uit Limburg kwamen en thuis dialect spraken. Zij ge bruikten dezelfde meervouds vormen. Dankzij het Limburgs had hij een beter gevoel voor taal dan anderen." Een wand van Finkers' antiek ingerichte werkkamer is be kleed met houten panelen waar in achter glas zwart-witfoto's van Almelo rond 1900 zitten, „Ik woon er niet meer, maar ik blijf toch een Almeloër. Mijn va der en moeder zijn er beiden ge boren, net als ik. Dankzij deze foto's zie ik elke dag mijn Alme lo en veel mooier dan de stad te genwoordig is." Boven de haard een paneel met het wapen van Almelo en een Latijnse spreuk: Ego quoque nescio quid hie scriptum est. Wie een vertaling vraagt, moet glimlachen om de typische Fin- kers-humor: „Ik weet ook niet wat hier staat." Twee oude metalen luidspre kerkastjes van de draadomroep zijn verbonden met een moder ne stereo-installatie die vanuit een antieke kast Gregoriaanse zang voortbrengt. Een antiek bureau, pijl en boog en jachtge weer aan de muur, bruinieren feauteuils, veel spulletjes uit oma's tijd en een klein haardje geven de werkkamer een Ollie B. Bommelachtige gezelligheid. Op het bureau staat een compu terscherm. „De harde schijf staat vol met verhaaltjes en ideeën", zegt Finkers. Laat nie mand denken dat hij maar een beetje zit te niksen thuis. Na een korte afkickperiode waarin hij „helemaal niks" deed, heeft hij meer inspiratie dan ooit en schrijft hij dagelijks teksten. Hij heeft voldoende stof voor een nieuwe voorstel ling, maar weet nog niet wan neer hij er klaar voor is de bühne te betreden. Weg uit de publieke belangstel ling? Dat is maar betrekkelijk. Vorig jaar trok Finkers veel be langstelling met een documen taire over de reis die hij met zijn verstandelijk gehandicapte neef Hans naar Rome maakte. Het tweetal was daar onder meer op audiëntie bij de paus. „De KRO heeft maar anderhal ve dag met ons in Rome opge trokken om opnamen te maken. Toch geeft de reportage heel mooi weer wat we daar hebben ervaren. Ik heb er ontzettend veel reacties op gekregen, meer nog dan op mijn theatervoor stellingen." Hij oogt ontspannen, heeft de afgelopen anderhalf jaar veel nieuwe ervaringen en inspiratie opgedaan. Herman Finkers heeft ook weer eens tijd om voorstellingen van collega's te bezoeken. Hij be kijkt ze met een andere blik dan voorheen. „Vroeger zou ik dan wel eens zeggen: „Dit is niet mijn manier, ik zou het anders aanpakken." Nu denk ik eerder: Goh, da's ook een manier om het aan te pakken." Hij heeft ook shows van zijn vriend Hans Dorrestijn bezocht De eeuwige depri Dorrestijn overleefde ternauwernood een ernstige ziekte en kwam als her boren terug op de planken. Veel te vrolijk, naar de mening van criticus Jacques d'Ancona. Flauwekul, vindt Finkers: „Hans is veranderd en moet dat ook laten zien. Als cabaretier zou hij heel ongeloofwaardig zijn geworden als hij op dezelf de manier was doorgegaan." Dorrestijns comeback helpt hem in zijn eigen lastige afwe ging weer de planken op te gaan Als Herman Finkers terugkeert, dan zullen zijn shows een ander karakter hebben dan zijn pu bliek was gewend: „Ik ben niet meer de Herman Finkers van toen-ie27 was." Martin Ruesink Naast het al zeventien jaar bestaande Vlaams/Neder lands Theaterfestival komt er een nieuw festival met uitslui tend toneelstukken van Neder landse schrijvers. Op de komen de Uitmarkt eind augustus, begin september in Amsterdam gaat dit festival voor het eerst van start als opening van het nieuwe theaterseizoen. Het streven is om er een jaarlijks weerkerende manifestatie van te maken, eventueel uitgebreid met het huidige Theaterfestival en een feestelijke uitreiking van de NRC-Publieksprijs. Initiatiefnemers zijn Ronald Klamer, artistiek leider van Het Toneel Speelt, acteur en regis seur Titus Muizelaar van To neelgroep Amsterdam en thea termaker Marc van Warmerdam bij Orkater. Het doel is „een zo groot mogelijk geïnteresseerd publiek in aanraking te brengen met de vitaliteit van het theater nu. En wat is vitaler dan het vel e oorspronkelijk Nederlandstali ge, literaire, toneel dat er voor het nieuwe seizoen op stapel staat." Met dit festival wordt te vens beoogd om op de Uitmarkt „het accent te leggen op inhoud in plaats van de braderiecul tuur". Met de Amsterdamse Stads schouwburg, Bellevue/Nieuwe de la Mar en Balie zijn inmiddels afspraken gemaakt om tijdens de Uitmarkt voorstellingen van originele Nederlandstalige stukken te presenteren. Het programma is nog niet hele maal rond. Maar vast staat dat 'Dik Trom' door Theatergroep Wederzijds de opening wordt. Tijdens dit festival geeft Het To neel Speelt een voorproefje van 'Beneden de rivieren'. Op 3 sep tember gaat dit stuk van Ger Thijs in wereldpremière in het Nieuwe de la Mar Theater in Amsterdam. De vertolkers zijn Hans Croiset en Ger Thijs. Toneelgroep Amsterdam biedt een try-out van 'Carmen' van Oscar van Woensel en een repri se van 'Wiplala' van Annie M.G. Schmidt. Orkater is er te zien met 'Zucht'. De Mexicaanse Hond speelt 'Welkom in het Bos' van Alex van Warmerdam met onder anderen Pierre Bokma. Het Huis van Bourgondië komt met 'Moedertrilogie'. Naar alle waarschijnlijkheid geeft Carver een herhaling van de theaterfeuilleton 'Pi, Po, Pu, Pa, Pe'. Verder wordt er gere kend op de deelname van groe pen als Het Zuidelijk Toneel Hollandia, Suver Nuver, Made in the Shade en Multi Arts Pro ductions. „Een festival rondom oorspron kelijk Nederlands toneel kan niet zonder scènes uit de klas siekers", stelt Ronald Klamer. „Daarom gaan we een 'spectacle coupé' in de Stadsschouwburg doen met grote scènes uit 'Gijs- brecht van Aemstel' van Vondel, 'Op hoop van zegen' van Heijer- mans en 'Bruid in de morgen' van Hugo Claus. Die fragmen ten worden uitgebeeld door ac teurs uit allerlei soorten gezel schappen. Die combinatie is op zich al verrassend, omdat je ze eigenlijk nooit in die samenstel ling samen op het toneel ziet. Daarnaast overwegen we een paar oude modernen weer van stal te halen, waaronder 'De ba byfoon' van Herman Lutgerink en 'Hofscènes' van Karst Woud stra." Max Smith Thomas Acda (links) en Paul de Munnik: „Wij doen alleen wat we zelf willen en dat is onze kracht." foto Martin Mooij/GPD Drie keer kwamen ze elkaar tegen, de pianist en de dichter. Ze gingen samen op reis, begonnen een fonotheek en stonden ooit tegelijk aan de balie van het VU-zie- kenhuisOntmoetingen die elk een show op leverde van het Amsterdamse theaterduo Acda en De Munnik. Nog eenmaal spelen ze de trilogie, dit keer op één avond. Daarnaast verschijnen een boek en een cd-box, even eens onder de titel Trilogie. Nog even en de dichter en pianist zijn niet meer. We willen de boel afsluiten, licht Paul de Munnik het idee toe voor Trilogie. „Voor on ze nieuwe voorstelling willen we met totaal iets nieuws komen. Daarom leek het ons leuk om de oude shows nog een keer te spe len, maar nu als één verhaal." Onlogisch is het niet. De drie shows kennen een overkoepelende verhaallijn, waarvan het uitgangspunt is gebaseerd op de roman On the Road van Jack Kerouac. In de eerste show Zwerf'on ontmoeten een dichter en een pianist elkaar in een café en besluiten samen de wijde wereld in te trekken. Ze rei zen naar Parijs als voorschot op hun jon gensdromen. Uiteindelijk nemen ze in Deel III afscheid van elkaar, op een moment dat ze door hun eigen dromen al lang zijn inge haald. De trilogie was geen vooropgezet plan. „We waren druk bezig met de voorbe reidingen van de tweede voorstelling en dat lukte niet zo goed", vertelt De Munnik. „Toen kwamen we op het idee voor een ver volg op de eerste show. Al snel wisten we hoe het hele verhaal zou moeten eindigen. Dat Werd de derde voorstelling. Waardoor we reeteen een beeld kregen van hoe de tweede voorstelling er uit moest zien. De periode begon toen Acda en De Munnik de Kleinkunstacademie in Amsterdam ver lieten. Ze startten de voorbereiding voor een gezamenlijke theatervoorstelling, maar het duurde lang voordat ze vonden waar ze naar zochten: de perfecte combinatie van theater en popmuziek. „Ongeveer twee jaar", blikt Thomas Acda terug. „Pas bij de veertigste voorstelling wisten we dat we een goed programma hadden. We hadden geen idee hoe we zo'n voorstelling moesten ma ken. We zochten naar de juiste formule, naar de grens en dat viel niet mee." Neerlands Hoop was het enige voorbeeld dat ze hadden. Acda: „AI zijn er meer ver schillen dan overeenkomsten. Bij ons is de verhouding eerlijker verdeeld. Het is niet zo dat Paul alleen maar zingt en ik de grappen maak. Bovendien maakt Neerlands Hoop toch vooral cabaret. Bij ons vonnen de lied jes vijftig procent van de show." Ook ver schilt de rolverdeling. „Die is bij ons meer gelijkwaardig", vindt De Munnik. „Het duurde lang voordat we allebei ons ei kwijt konden. Nu is dat veel makkelijker. We we ten hoe het moet." Toen de juiste formule was gevonden, leek Zwerf'on voorbestemd voor een lange reis door de (middel)grote theaters in het land. Na 'slechts' zestig voorstellingen werd de tournee al beëindigd. Acda: „Iedereen ver baasd: hoe kan je dat nou doen, terwijl je eindelijk succes hebt. Maar het hoefde voor ons niet meer. We wilden alles wat we ge leerd hadden in praktijk brengen tijdens een tweede show. Het was helemaal niet meer interessant om Zwerf'on te spelen. We wisten dat het na die zestig voorstellingen niet beter kon en waarom zou je dan verder gaan. Hetzelfde geldt voor onze vierde voor stelling. We willen het voor óns zelf ook spannend houden." Eigenlijk zagen ze een boek en cd-box eerst niet zitten. „We hebben het altijd tegenge houden", bekent Thomas Acda. „Over- zichtsboeken, compilatie-cd's; noem maar opWe moeten er eigenlij k ni ets van hebben. Maar het is logisch dat we het nu uitbren gen. Het hele verhaal is een afgerond geheel en dan vind ik het oké. Het blijft wel vreemd, want het afrekenen begint pas over vijftien jaar. Dan kan je een mooi overzicht geven. Nu kan je er nog niets over zeggen." Ook De Munnik heeft lang zitten twijfelen. „Het is meer iets voor als je gestopt bent. Dan is het vreemd als je nu al zoiets uit brengt, maar omdat we het verhaal, toch niet meer spelen, kon het net. Het zat op de rand." Achteraf zijn ze dik tevreden met het resul taat. De Munnik: „Je kan het verhaal van A tot Z overdenken, omdat je in het theater daar geen tijd voor hebt. Dan gaat het ver haal door. Door de vorm van het boek was het voor ons toch interessant, omdat alle teksten en bladmuziek zijn toegevoegd. Dat vind ik wel leuk. Dan geef je iets aan de fans en wordt alles mooi afgerond. Het heeft een waarde." Bij de eerste voorstelling stonden de uitge verijen al in de rij voor een boek. „Iedereen kan na een beetje succes een boek laten ma ken. Financieel wel zo aantrekkelijk, maar het is gevaarlijk dat direct te doen", waar schuwt Acda die het ook wel eens mis heeft zien gaan. „Het kan fout aflopen. Het ijs is in het begin van je carrière nog zo dun. Dan kan je erdoorheen zakken. Wij hebben be wust gewacht. Je moet stevig in je schoenen staan om de verleiding te weerstaan." Als voorbeeld noemt hij Marc-Marie Huij- bregts, wiens eigen televisieshow een farce werd. „Hij is verkeerd begeleid. Marc-Ma- rie is een hele talentvolle jongen maar vol gens mij heeft zijn manager hem kapot gemaakt. Te veel interviews, te veel publici teit. Zijn manager zei: doe dit, doe dat, schreeuwde over 'het beste televisiepro gramma van de KRO', en hemelde Marc- Marie zo op dat hij alleen maar kon vallen. Hele talentvolle jongen en hij redt het ook wel, maar hij zakte er doorheen. Jammer dat het gebeurt, want hij is een hartstikke groot talent. Hij had meer beschermd moe ten worden." „Ik moet er wel bij zeggen", vervolgt De Munnik: „bij ons hadden ze dat nooit ge daan. Wij doen alleen wat we zelf willen en dat is, denk ik, onze kracht. We hebben er al tijd voor gezorgd dat we het heft zelf in ei gen hand houden. Ook al zijn sommige be slissingen markttechnisch gezien slecht, zo lang wij er ons goed bij voelenwaarom zou den we dan onze eigen weg niet gaan." Na Trilogie gaan de twee aan de slag met een nieuwe show. Ze hebben nog geen idee hoe het eruit gaat zien. De Munnik verklapt wel dat het een 'uitvergrote vorm' moet worden van wat ze nu doen, maar waarover weet hij nog niet.We moeten weer een vorm vinden zoals we dat bij de eerste show hebben ge daan", aldus Acda. „Dat kan even duren. Want, we moeten helemaal weer op nul be ginnen, dus ik blijf er voorzichtig over. We vermoeden dat het gaat gebeuren. Er komt in ieder geval een poging." De Munnik wil ook nog niet te hard van sta pel lopen. „We moeten ons eerst bewijzen bij de Trilogie en dan kijken we wel verder." Acda denkt daar hetzelfde over. „Ik ga ge woon lekker spelen. We hebben al zes keer meer bewezen dan dat ik ooit had willen be wijzen. In dat opzicht maakt het me hele maal niets meer uit." Robin Blom Acda en De Munnik, Trilogie. Vanl9t/m24maart in Carré, Amsterdam en van xoo 27 t/m zo 31 maart in hel nieuwe Luxor Theater, Rotterdam. Hel boek Trilogie (192 bladzijden, 18,50 euro) ver schijnt op 20 maart. De cd-box Trilogie (box met drie theatershoios op vijfcd's) volgt op 30 maart en kost ongevéer 31 euro

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2002 | | pagina 25