Niet om
het spel
alleen
Met al die uitverkorenen is het tragisch afgelopen
Lloyd
Webber is
voorbij
Weird
Sister
Machinery
Mozes
de Musical
Vorige maand viel in Londen
het doek voor de musical
Starlight Express. Bijna acht
tien jaar lang was het spekta
kel-circus van Andrew Lloyd
Webber een publiekstrekker.
Het sluiten van deze voorstel
ling symboliseert het einde van
het ALW-tijdperk. Opvolgers
zijn in geen velden of wegen te
bekennen.
Zijn beste producties stammen
uit de jaren zeventig. Jesus
Christ Superstar en Evita intro
duceerden een nieuwe richting
in het destijds ten dode opge
schreven genre musical: de
doorgecomponeerde musical.
De samenwerking tussen tekst
dichter Tim Rice en componist
Andrew Lloyd Webber leverde
twee rockopera's op die in alle
opzichten tot het beste materi
aal behoren dat het populaire
muziektheater ooit opleverde.
Een breuk tussen beide heren -
onenigheid over tal van zaken
vormde de basis - zou nog jaren
lang voelbaar zijn. Desondanks
vloeiden uit Sir Andrews pen
talrijke shows vol elegante me
lodieën. Zijn Cats is de langstlo-
pende musical-productie aller-
tijden. Broadway heeft het
dansspektakel inmiddels afge
voerd, in Londen behoort de
voorstelling na twintig jaar nog
steeds tot de eeuwigdurende
kassuccessen. The phantom of
the opera ging in oktober 1986
in première en staat aan beide
kanten van de oceaan sindsdien
rotsvast in de top tien van best
draaiende theatervoorstellin
gen.
Er zijn jaren geweest dat je op
Broadway en in het Londense
West End struikelde over shows
waarvoor Lloyd Webber de mu
ziek had gecomponeerd. Vier of
vijf musicals van zijn hand die
gelijktijdig draaiden, dat was
eerder regel dan uitzondering.
De laatste jaren is het razend
snel bergafwaarts gegaan met
de ALW-formule. Shows als
Sunset Boulevard en Whistle
down the wind mogsten na een
relatief korte looptijd de deuren
sluiten. Zijn meest recente mu
sical The beautiful game over
leefde slechts een jaar in West
End. Opmerkelijk genoeg kreeg
hij juist voor die productie voor
het eerst in zijn carrière lovende
bijval van de meestal zure Britse
critici.
Wereldwijd behoren enkele
stukken van ALW onmisken
baar tot de gouden toppers van
het muziektheater-repertoire.
Maar het ziet er naar uit dat het
publiek het gehad heeft met zijn
shows. Probleem van Lloyd
Webber is dat hij er niet (meer)
in slaagt verhalen op muziek te
zetten die een groot publiek
aanspreken.
Samen met Tim Rice wist An
drew Lloyd Webber begin jaren
zeventig eenzelfde soort impas
se te doorbreken. Met een eigen
zinnige manier van muziekthe
ater maken legden zij de basis
voor de huidige hausse in de mu
sical-cultuur. Het genre zit ver
legen om creatieve geesten die
eenzelfde ommekeer tot stand
kunnen brengen. Zo lang die
zich niet melden, moet de legen
darische glorie van Sir Andrew
steeds nieuw leven worden in
geblazen. Om te laten zien hoe
leuk het musical-theater kan
zijn.
Martin Hermens
anavond gaat in de Krijn Boon Studio van de
Rotterdamse Schouwburg de multimediashow
Weird Sister Machinery in première. Het is de
eerste gezamenlijke voorstelling van Lydia Schouten (1948)
en de in Kruiningen opgegroeide Miriam Reeders (1975). Ze
i zijn beiden beeldend kunstenaar en hebben voor dit project
het theater als werkterrein gekozen. „Of wat wij doen
beeldende kunst heet of theater doet niet terzake", zegt
Reeders. „Is het goed of is het niet goed? Dat is de relevante
vraag."
donderdag 21 februari 2002
Lydia Schouten: „We zijn geen actrices die in de huid van iemand anders kruipen.
contact en in mijn werk ligt het
zwaartepunt bij de eenzaam
heid."
Het project Weird Sister Machi
nery spookt al ruim twee jaar
door hun hoofd. Aanvankelijk
kwamen Schouten en Reeders
één keer per week bij elkaar om
te brainstormen, ideeën uit te
wisselen en tekeningen te ma
ken. „Op een gegeven moment
hadden we een hele grote stapel
bij elkaar en zijn we naar een
lijn gaan zoeken", vertelt Ree
ders. „Toen besloten we er echt
voor te gaan."
Al snel was duidelijk dat ze het
niet bij een performance wilden
laten maar in een theater aan de
slag wilden. „Wat we hier gaan
doen is grootschaliger en min
der vluchtig dan een perfor
mance", aldus Reeders. „Ik had
er behoefte aan eens wat langer
aan iets te werken. Hier hebben
we twee maanden een zaal tot
onze beschikking, compleet met
technici die ons te hulp kunnen
schieten en met een regisseur,
wat ik ook nooit eerder heb ge
daan. We werken nu met scripts,
niet op basis van improvisatie.
We hebben echt de tij d om uitge
breid aan onze voorstelling te
schaven."
In Weird Sister Machinery
draait het om twee zussen die
een imaginair hotel leiden. Het
publiek wordt uitgenodigd in de
lounge van dat hotel. Door mid
del van beeld en geluid nemen
Reeders en Schouten de toe
schouwers mee in de fantasie
wereld van de twee zussen. „Het
is niet echt een toneelstuk in de
zin dat een gezelschap het werk
van een schrijver op de planken
brengt", verklaart Schouten.
„Wij hebben dit zelf geschreven
en het zijn onze eigen px'eoc-
cupaties die we vormgeven. In
dat opzicht blijven we beeldend
kunstenaars. We zijn geen actri
ces die in de huid van iemand
anders kruipen. Het gaat ook
niet om het spel alleen, maar net
zo goed om video, geluid en ob
jecten. Al die dingen zijn op el
kaar afgestemd."
Schouten heeft meegemaakt
hoe de grenzen tussen beelden
de kunst en andere disciplines
de afgelopen vijfentwintig jaar
steeds meer zijn vervaagd, zo
zeer dat ze voor Reeders zelfs
nooit hebben bestaan. „Ik heb in
de jaren zeventig wel manifes
taties georganiseerd met beel
dende kunst, theater en
muziek", zegt Schouten. „Ik
herinner me dat tijdens een per
formancefestival het Onafhan-
kelijk Toneel optrad. Zij waren
alleen geïnteresseerd in hun ei
gen voorstelling en totaal niet in
wat kunstenaars of musici daar
deden. Nu zijn veel meer men
sen geïnteresseerd in cros
sovers. De beeldende kunst van
nu heeft naar mijn idee weinig
zeggingskracht, maar toch is
het een spannende tijd. Mensen
gaan namelijk zijwegen bewan
delen en morrelen aan de gren
zen. Zo proberen we de beelden
de kunst weer spannend te
maken."
Reeders: „Voor mij bestaan die
grenzen niet eens meer. Alleen
anderen hanteren ze nog. Als je
een subsidie aanvraagt, willen
mensen weten of je beeldende
kunst maakt. Ik snap wel dat ze
dat willen benoemen, maar je
kunt niet zeggen: 'Dit is nog wel
beeldende kunst en dit niet
meer.' Je kunt ook niet zeggen:
'Dit is een voorstelling van Ly
dia Schouten en zij is video
kunstenaar.' Dat doet geen
recht aan haar werk, want ze
doet veel meer dan dat."
Als de beeldende kunstwereld
haar eigen grenzen wil trekken,
gebeurt dat vaak door-middel
van de term 'vernieuwend'. Het
behoeft nauwelijks betoog dat
Schouten en Reeders dit woord
verafschuwen. „Door het stre
ven naar vernieuwing heeft de
beeldende kunst zichzelf uitge
hold", meent Schouten. „Alles
is toch al een keer gedaan. Een
schrijver gaat gewoon een ro
man schrijven en in het theater
wordt een voorstelling opge
voerd en niemand heeft het over
vernieuwend. Niemand zegt:
'Dat thema hebben we al eens
gehad.' Die houding van voor
uitstrevendheid is in de beel
dende kunst bijna tot een religie
verworden. Als je zo rigide rede
neert, hoe kun je dan nog aan
sprekende kunst maken?"
„Of iets vernieuwend is, vind ik
helemaal niet interessant", be
sluit Reeders. „Als ik denk:
'Wow', dan vraag ik me toch niet
af of dat wat me zo aangrijpt al
eens eerder is gedaan? En wat
interesseert het mij of iets beel
dende kunst is? Ik wil iets ver
tellen, dus daar ga ik een vorm
voor zoeken."
ErnstJan Rozendaal
Weird Sister Machinery door Miri
am Reeders en Lydia Schouten, ge
luidscompositie: Arthur Sauer, re
gie: Die van Duin, van 21 t/m 23 feb,
van 27 feb t/m 2 maart en van 6 t/m 9
maart in de Krijn Boon Studio van
de Rotterdamse Schouwburg. Aan
vang: 20.45 uur.
Miriam Reeders: „Wat we hier gaan doen is grootschaliger en minder
vluchtig dan een performance."
Reeders heeft van haar twee
de tot haar achttiende in
Kruiningen gewoond. Ze volgde
de Academie voor Beeldende
Kunsten in Maastricht en ver
kaste voor de tweede fase naar
de Willem de Kooning Acade-
1 mie in Rotterdam. Daar ont
moette ze Schouten, die sinds de
jaren zeventig in binnen- en
buitenland aan de weg timmert
met performances, installaties
en video's. „We hebben een zelf
de achtergrond", vertelt Schou
ten. „Ik heb vroeger veel perfor
mances gedaan en dat is precies
waar Miriam mee bezig was
toen ze op de academie kwam."
Zowel Schouten als Reeders is
geïnteresseerd in het individu
dat het maatschappelijk niet
redt, iemand die verlangens
koestert die niet uitkomen, of
die door het onvermogen tot
communiceren in eenzaamheid
vervalt. „Mijn leven lang ben ik
bezig met het thema eenzaam
heid en verlangen", zegt Schou
ten. „In hun onvermogen tot
communiceren zie j e dat mensen
vluchten in fantasieën. Die kun
nen uit de hand lopen.
Reeders: „Mijn thematiek raakt
daaraan. Mijn grootste angst is
dat je uit eenzaamheid in een
soort psychose kunt raken. Per
soonlijk behoor ik niet tot die
gevaarlijke groep hoor, maar ik
ben zeer gefascineerd door het
gegeven dat mensen op die ma
nier de weg kwijtraken. Dat ze
in een heel andere situatie ra
ken, waarin ze niet meer met an
deren kunnen communiceren en
in hun eigen wereld, hun eigen
fantasie terechtkomen. Dat
brengt je op de vraag waar de
scheidslijn ligt. Wat is nog nor-
maal en wat is gek? Als je een
week lang de deur niet uitgaat
om boodschappen te doenis dat
nog normaal? Ik denk dat in het
werk van Lydia de nadruk wat
meer ligt op het verlangen naar
Regisseur Jeroen Kriek: „De Mozes van ver voor de christelijke jaartelling zegt me in deze tijd niet zo
veel. Daarom plaatsen we het verschijnsel Mozes in onze tijd, inclusief het taalgebruik."
foto Jaap de Boer/GPD
De Utrechtse theaterfirma Growing up
in Public heeft zich meer en meer ge
ëvolueerd van louter teksttoneel tot muzi
kaal theater. In de jongste productie Mozes
de Musical leidt deze ontwikkeling tot een
heuse musical. Maar het is geen vrijblijvend
amusement. Uitgaande van de bijbelse Mo
zes worden hedendaagse profeten en we-
reldverbetaars op een geheel eigentijdse
manier onder de loep genomen.
Pirn Fortuyn, Osama Bin Laden, terroristen
en anti-globalisten, zij en nog diverse ande
ren figureren in Mozes de Musical. De
Utrechtse theaterfirma Growing up in Pu
blic pakt er.gemeten naar haar vorige pro
ducties groots en i'oyaal mee uit: toneelspel,
zang, levende muziek, filmprojecties, glit
ter en glamour en een grote cast.
Regisseur Jeroen Kriek beklemtoont dat
Mozes de Musical niet satirisch of kwetsend
is bedoeld. Daarentegen is het evenmin een
ootmoedige en getrouwe illustratie van het
bijbelverhaal. „In de voorstelling zijn we
niet op zoek naar de bijbelse Mozes. Maar
naar het mechanisme dat in werking treedt
wanneer iemand zich als profeet openbaart;
wanneer hij zich geroepen voelt om ons naar
een in zijn ogen betere en rechtvaardigere
wereld te leiden. Of het nu Mozes is, of Je
zus, of zelfs Osama Bin Laden."
Jeroen Kriek heeft voordien, in 1999, de
voorstelling 'Jesaja, Jeremia' met jongeren
gemaakt, die ook over profetische leiders
ging. Naar zijn zeggen is hij gefascineerd
door het fenomeen dat er door alle eeuwen
heen altijd maar weer mensen naar voren
treden die meestal met tomeloze ambities en
fanatisme de mensheid naar een geïdeali
seerde wereld willen meeslepen. „Ook om
die reden heb ik geen enkele behoefte om het
verhaal van Mozes op de hak te nemen.
Maar de Mozes van ver voor de christelijke
jaal-telling zegt me in deze tijd niet zo veel.
Daarom plaatsen we het verschijnsel Mozes
in onze tijd, inclusief het taalgebruik."
Het stuk is gebaseerd op een Oud-Testa-
mentische mythe. In een visioen draagt God
aan Mozes op om zijn volksgenoten, die in
Egypte door de farao worden geknecht in
vrijheid naar het gebied Kanaan te loodsen.
Gedui-ende de veei*tigjarige omzwervingen
in de woestijn krijgt Mozes van God ook de
tien geboden aangei-eikt. Na talrijke pro
blemen wordt het beloofde land alsnog be
reikt. Mozes zelf mag er niet in. Als straf
voor zijn twijfels aan de bedoelingen van
God. In de proloog van Mozes de Mxisical ge
tuigt Mirjam, de zus van Mozes, tevens ter-
x-orist, autonoom, commando: 'Mijn Mozes
was geen slappe zak, geen genivelleerde ja
knikker. Mijn Mozes had kloten. Hij vocht
ergens voor.' Desondanks wordt hij niet als
een charismatische superheld uitgebeeld.
Conform wat er in de bijbel staat, is Mozes
hier eveneens een in zichzelf gekeerde niet
bijster daadkrachtige man, die stottert en
die dikwijls twijfelt aan zijn van God gege
ven taakstelling.
Iemand met dergelijke eigenschappen die
bovendien aan zo'n hels moeilijke verplich
ting moet voldoen, vindt Jeroen Kriek dra
matisch veel interessanter dan een 'gehei
ligde' Mozes, die altijd het gelijk aan zijn
kant heeft en die kritiekloos in alles woi-dt
gerespecteerd. „Profeten zijn in wezen eer
der ti-agische dan heroïsche figuren. Het is
geen kleinigheid wat je door God of een on
tevreden volk opgedragen krijgt: leidt ons
naar een betere wereld. Met al die uitverko
renen is het niet voor niets tragisch afgelo
pen."
Het lijkt wel of de in het stuk voorkomende
autonomen, die fel gekant zijn tegen de
huidige globalisering, niet al te serieus wor
den genomen. Ze bedienen zich hoofdzake
lijk van kretologieën en dan nog in de vorm
van vulgaire scheldwoorden. Eigenlijk
wordt er in Mozes, de Musical nergens partij
getrokken voor een persoon of een overtui
ging.
Jeroen Kriek: „Dat laatste is zeker de be
doeling. In de voorstelling heb je geen enkel
moment waarop iedereen op één lijn zit.
Ook al heeft Mozes een goddelijke missie, er
is altijd weer iemand die iets te zeiken heeft;
die het er toch niet mee eens is. Dat is ook het
hopeloze wanneer je je aan zo'n opdracht
moet of wilt houden. Met dit stuk vallen we
niet Mozes aan, niet de farao, niet de anti-
globalisten. De wereldproblemen zijn bui
tengewoon complex. Ik heb zelf jarenlang
boven op de barricaden gestaan en God
weet niet wat geroepen, maar tegenwoordig
zou ik niet weten waar ik me bij zou willen
aansluiten."
„Twintig jaar geleden was je simpelweg
links of rechts. Van elke ideologie vind ik nu
zowel in positieve als negatieve zin meestal
wel wat. Misschien dat daarom de slogans
van de tegenwoordige actiegroepen op mij
als te polariserend en te ongenuanceerd
overkomen. De jongste State of the Union
van president Bush vind ik een hogeschool
voorbeeld van een te subjectieve kijk op de
wereld. Wat ik probeer is om zoveel moge
lijk integer te blijven in het vinden van mijn
weg in dit gecompliceerde en hectische be
staan. En dat is allejezus moeilijk."
In de voorstelling is God een vrouw, in de
persoon van Daphne de Bruin, die ook de
liedteksten voor deze productie schreef. Is
dat dan niet provocerend? „Het is altijd
maar klakkeloos aangenomen, dat God een
man is", zegt Jeroen Kriek laconiek. „God
maakt hier ook deel uit van het mechanisme
dat inherent is aan het profetendom. Wan
neer ik de bijbel lees, dan vervang ik het
woord God door ik. Dan wordt het een di
lemma tussen mij en mezelf, en niet tussen
God en mij. Ik zal nooit mijn ziel en zalig
heid in de handen van God leggenWant dan
zou ik mijn verantwoordelijkheden op Hem
afschuiven en dat wil ik niet. Ik heb geen
christelijke overtuiging en ben niet christe
lijk opgevoed, maar ik ken de bijbel wel bij
na van buiten. Ik beschouw het als een fasci
nerend en ontzettend leerzaam orakelboek.
Het is toch de I Ching van de westerse sa
menleving."
Mozes, de Musical heeft een tamelijk cy
nisch einde: wanneer Mozes tegen het ver
bod van God in alsnog een stap in het be
loofde land doet, trapt hij dodelijk op een
landmijn.
Jeroen Kriek: „Het is de realiteit: Israël is
het beloofde land. Sinds mensenheugenis is
het daar hommeles. Nu erger dan ooit. Het is
momenteel niet het ideale land om te vertoe
ven."
Max Smith
Mozes de musical: 22 en 23febr. premièreStads
schouwburg Utrecht; 28 febr Theater a/h Spui
Den Haag; 5 t/m 9 mrt Frascati Amsterdam; 16
mrt Theater Bisch Den Bosch; 4 apr Plaza Futura
Eindhoven; 5 apr Chassétheater Breda; 10 en 11
apr Schouwburg Rotterdam; 24 t/m 27 apr Belle-
vue Amsterdam.
Lydia Schouten (links) met haar'weird sister' Miriam Reeders.
foto's Niels van der Hoeven/GPD