De ene D is de andere niet Het gestolen gezicht van Latifa B orstreconstructies Er is eindelijk goed nieuws, in deze op het gebied van zorg zo zorgelijke provincie. Zeeland loopt vóór op het gebied van borstreconstructies. H.P. van Not en D. Goossens, plastisch chirur gen bij het Streekziekenhuis Wal cheren, werken aan een systeem dat de juiste borstprothese bij de juiste vrouw moet brengen. Wel licht wordt de software die daar voor nu ontwikkeld wordt, in de toekomst zelfs zo geperfectio neerd dat er een zuiver individue le, prothese-op-maat kan worden gemaakt. In het rek met informatiefolders steekt de frivole cover van de Nieu we Revu wat vreemd af tegen de zwaarmoedige brochures over borst kanker, weefselexpansie en borstre- constructie. Toch grijpen Van Not en Goossens er regelmatig naar als zij een patiënte iets willen laten zien. Die dames van Nieuwe Revu namelijk, hebben weliswaar prachtig ronde borsten, maar er is hoegenaamd niets natuurlijks te ontdekken aan de bal lonnen die zij zo parmantig vooruit steken. Terwijl het de patiënten van Van Not en Goossens juist daar om gaat: een zo natuurlijk mogelijke re constructie van wat verloren ging. door het aantal vragen om borstre- constructie. Waarom? „Wat denk ik een rol speelt", oppert Van Not, „is dat ik veel voorlichting heb gegeven in de aftercare-groep, voor mensen die een borstamputatie hebben ondergaan. Bij de laatste voordracht hadden we gerekend op een stuk of veertig be langstellenden. Ik was even naar een snackbar in de buurt om snel nog een hamburger naar binnen te schuiven, toen ik gebeld werd: 'Het gaat niet goed, er zijn al bijna tweehonderd man!' Het tekent de belangstelling. Naast voorlichting hebben ook concrete ver beteringen die aangewakkerd. Zo in troduceerden Van Not en Goossens de primaire reconstructie in Zeeland. „Dat is: in dezelfde operatie als je de borst amputeert, een borstrecon- structie doen", verklaart VanNot. Een belangrijk voordeel daarvan is, dat het litteken zo gunstig mogelijk ge plaatst wordt. Siliconenpuddinkjes Van Not en Goossens kwamen er in 19 9 7 al snel achter dat er op het gebied van prothesen nog heel wat winst te behalen viel. De bekende gladde sili conenpuddinkjes, zo scherp rond af getekend in het strakke vel van de Nieuwe-Revu-dames, konden in hun ogen geen genade vinden. Het aantal vrouwen dat van nature rondloopt met twee Maagdenburger halve bol len is tenslotte te verwaarlozen. Van Not en Goossens gebruikten, net als zaterdag 2 februari 2002 D. Goossens en H. van Not (rechts) met de natuurgetrouwere borstimplantaten, waarmee de chirurgen van het Streekziekenhuis Walcheren pionieren. foto Ruben Oreel Dat Van Not en Goossens zich zo in tensief zouden gaan bezighouden met borstreconstructies, hadden zij zelf nooit gedacht. In de lente van 1997 volgde het duo J. M. Vaandrager op bij het ziekenhuis Walcheren. De druk bezette Vaandrager, de eerste en ja renlang enige plastisch chirurg in Zeeland, liet de maatschap van Van Not en Goossens een wachtlijst van vierhonderd patiënten na. Nu hij werd opgevolgd door maar liefst twee man, zou die lijst wel snel slinken. Of niet? Anno 2002 moet Van Not consta teren dat de wachtlijst juist gegroeid is: tot 1200 zelfs. Wriemelen Ze hebben het waarschijnlijk aan zichzelf te wijten. De 'jonge honden' - zoals Van Not zichzelf en zijn collega in die begintijd typeert - pakten de za ken voortvarend aan. Er werd niet al leen veel geopereerd, maar ook veel voorgelicht. Het hart van de plastisch chirurgie is namelijk het fijne, piete peuterige werken op de millimeter; het wriemelen met piepkleine bloed vaatjes, peesjes en zenuwen. Het soort chirurgie waarmee bijvoorbeeld han den of vingers gered kunnen worden. Van Not en Goossens maakten de huisartsen ervan bewust wat er op dat gebied op dit moment allemaal moge lijk is en zorgden er bijvoorbeeld voor dat er handenteams werden opge richt. De wachtlijst groeide ook opvallend Vaandrager vóór hen, liever de borst- prothesen van de Amerikaanse marktleider McGhan. Die hadden een anatomisch veel correctere peervorm en een geruwde buitenkant, die kap selvorming (verhax-ding) tegengaat. Het merendeel van de patiënten die voor een borstreconstructie kwamen, koos voor de methode waarbij eerst met een soort ballon (expander) de huid op de plaats van de geamputeer- de borst wordt opgerekt, waarna bij een tweede operatie de ballon wordt verwijderd en vervangen door een de finitieve prothese. Van Not: „We hadden behoefte om eens met andere chirurgen van ge dachten te wisselen over dat systeem. Maar tot onze eigen verbazing bleken wij er in Nederland de meeste erva ring mee te hebben." Van Not en Goossens bleken onbe doeld voortrekkers te zijn. Op de jaar lijkse wetenschappelijke vergadering van de Nederlandse Vereniging van Plastische Chirurgie maakten zij hun vakbroeders deelgenoot van him er varingen. Ook McGhan, de producent van borstprothesen en expanders, maakte dankbaar gebruik van de ken nis die zij opdeden. Inspelend op de behoeften van onder anderen Van Not en Goossens werd het gamma uitge breid tot bijna honderd verschillende prothesen. „In Nederland waren wij steeds de eersten die nieuwe vormen kregen. Dat heeft ertoe geleid dat wij hier in Vlissingen speciale mamma spreekuren hebben - mamma is het Latijnse woord voor borst - waarbij Goossens, ikzelf én de vertegenwoor diger McGhan samen kijken wat voor prothese of expander het beste zou zijn. Het gaat dan om allerlei pro bleemgevallen; niet alleen borstre constructie, maar ook asymmetrie of een moeilijke vergroting van borsten, of een aangeboren afwijking." Het aanbod in protheses verbeterde in ëen aantaljaren enorm. Maar Van Not en Goossens liepen tegen een ander probleem aan. „Je besluit tot een be paalde prothese, maar het blijft natte- vingerwerk. Tijdens de operatie kun je zo'n prothese niet eerst passen. Die prothese kost in de 500 euro, en als die niet goed zit kun je 'm zo in de prullen bak gooien. Dat zal het ziekenhuis je niet in dank afnemen, als je ze zo op kosten jaagt. Hoe maak je een goede keuze? Want het luistert heel nauw. Het is vaak heel moeilijk vast te leg gen waarom de ene borst nou toch iets van de andere verschilt, waarom iets wel of niet symmetrisch is. Vijfhon derd cc, dat zegt op zich niets. Het gaat ook om de vorm, om de plaats waar de borst opbolt of begint. Vorm is heel persoonlijk. De ene D-cup is de andereniet." Er moest een betere basis komen dan het natte-vingerwerk. „We hoorden van een techniek waarmee in hét Sop hia Kinderziekenhuis gewerkt wordt om de groei van een schedel te meten. Met behulp van foto's wordt een drie- dimensionaal beeld gevormd en dat wordt in de computer gezetwaarna j e het van alle kanten kunt bekijken. Als een soort Lara Croft, een computer animatie zeg maar. Brainstorm De software voor dat pi-ogramma was ontwikkeld door Geodelta. Zou die zelfde software misschien kunnen worden gebruikt om beter te voor spellen hoe een implantaat er in het li chaam uit zou zien? Met die vraag stapten de plastisch chirurgen naar Geodelta. Een brainstorm met indu strieel ontwerpster M. Oudendijk, geodeet/landmeter R. Kroon en na tuurkundige I. van den Eelaart mond de uit in een proefopstelling. In juli werden de eerste proefpersonen gefo- ■tografeerd. De computer werd ge voerd met gegevens over de grootte en vorm van de borsten en de positie die ze ten opzichte van het lichaam krij gen. Van Not tovert een beeld tevoorschijn op zijn laptop. Een vrouwentorso, op gebouwd uit kleine driehoekjes, uit een lange reeks meetpunten. „Je zou je kunnen voorstellen dat je met het computersysteem waar we nu mee be zig zijn, deze dame met een muisklik van verschillende borsten kan voor zien. Je zou bijvoorbeeld verschillen de implantaten kunnen kiezen uit een werkbalk, en een simulatie maken van hoe het eruit gaat zien als je de borst met deze vorm of dit volume im plantaat opnieuw opbouwt." Van Not noemt nog wat toepassings mogelijkheden. „Bijvoorbeeld bij die pe wonden. Een wond kun je zien als een krater in een landschap. De land- meettechnieken die in dit computer- programma zijn vei~werkt, zijn dus heel toepasselijk. Je zou eerst de wond kunnen opmeten voor een bepaalde behandeling, dan drie weken erna om te kijken hoeveel verbetering er is." Bij Geodelta ontmoeten de schedel- kij kersde wondkij kers en de borsten- kijkers elkaar binnenkort om te kij ken hoe ze eikaars projecten 'vooruit kunnen duwen'. „Want we hebben na tuurlijk specifieke problemen, maar er zijn ook gezamenlijke. Zoals de software, logistiek, het soort camera's dat je gebruikt." Liefdewerk Dat de ontwikkeling van dergelijke hoogwaardige systemen geld kost. moge duidelijk zijn. Van Not: „Het prototype bijvoorbeeld, kost meer dan een ton. Voorlopig is het voor ie dereen die aan dit project meedoet liefdewerk oud papier. Voor ons als maatschap gaat het om de patiënten. McGhan besluit dit voorjaar of en hoe ze in dit project willen stappen; voor hen kan investeren interessant zijn om marktleider te kunnen blijven. Geodelta wil natuurlijk ook winst maken. Op die manier proberen we el kaar te vinden." Het gaat snel. In maart vorig jaar nog vonden de eerste gesprekken plaats met Geodelta in Delft. In februari 2003 moeten ziekenhuizen de appara tuur al daadwerkelijk kunnen kopen. Dat is althans het plan; maar eerst moet het computerprogramma nog flink wat data verwerken. De gege vens van tweehonderd nieuwe proef personen moeten de basis vormen voor een nieuw systeem. Van Not: „Het gaat om vrouwen die al een prothese dragen. Wij voeren in: wat de afmetingen zijn van de prothe se die ze dragen; en wat wij aan de bui tenkant meten. Want daar willen we achter komen. De verhouding tussen wat je erin stopt en wat je van buiten ziet. Als je daarvan eenmaal feitelijke gegevens hebt, hoef je niet meer te gokken bij de keuze van een prothe se." Ondine van der Vleuten Voorbeeld van een geslaagde borstreconstructie. 1 Bij de borstamputatie is direct al een plastisch chirurg betrokken geweest, waardoor een 'mooi' litteken is ontstaan. 2 Er is een 'expander' geïnplanteerd, waardoor de huid wordt opgerekt. 3 De expander is vervangen door de definitieve prothese, er is een nieuwe tepel geconstrueerd. foto's Peter Wijkhuys. De Afghaanse schrijfster Latifa: „Als de Taliban de koran hadden gevolgd zoals de islam voorschrijft, was een boek als het mijne niet nodig geweest." foto George Verberne/GPD Latifa is zestien jaar als de Taliban van de ene dag op de andere een einde maken aan haar vrije leventje. In haar boek 'Gesto len gezicht' wordt pijnlijk duidelijk hoe zij en de andere vrouwen van Afghanistan vijf jaar lang hebben geleden. Latifa (21) veert op als de tolk een vraag heeft vertaald. Vrijwel zonder nadenken volgt een stortvloed aan woorden in het Da- ri, het Afghaans. Teivvijl die worden terug vertaald zakt ze weg en krijgt ze een droeve blik in haar donkere ogen. De jonge Afghaanse is zestien jaar, net met vlag en wimpel geslaagd voor een deel van het toelatingsexamen voor de faculteit van de journalistiek, als witte vlaggen op de moskee en een klop op de deur de komst van de Taliban in Kaboel aankondigen. De vroe gere regeringsleider Najibullah is opgehan gen aan een tuinslang. Tot dan heeft ze, ondanks de raketbeschie tingen die ze al haar hele leven kent, in rela tieve vrijheid en welstand geleefd. Hoewel gelovig, heeft ze nooit een sluier gedragen. Popmuziek, westerse films, romans, joggen en de droom van een journalistieke loop baan vullen haar leven. Van de ene op de an dere dag verdwijnt haar identiteit achter de alles verhullende burqa ('het is geen kle dingstuk, maar een vernederende gevange nis'), terwijl haar blik op de wereld letterlijk zo klein wordt als het gaasje voor haar ogen. Maar wat ze ziet en meemaakt vervult haar met afschuw. Een meisje dat tot bloedens toe geslagen wordt omdat haar witte schoenen onder de burqa uitkomen. Doodzieke vrouwen die illegaal bij haar moeder, die in de gezond heidszorg werkzaam was, aankloppen (art sen mogen vrouwen niet aanraken) en voor al het totale gebrek aan vrijheid. Vrouwen mogen niets meer. In Pakistan, waar Latifa, die vocht achter haar longen heeft, en haar moeder met veel moeite naartoe gaan om behandeld te worden, proeft ze even van de vrijheid- „Heerlijk, maar ik kon niet blijven. Pakistan hielp onze onderdrukkers." Latifa heeft onder de titel 'Gestolen gezicht een aangrijpend boek geschreven over on macht, angst en hoop in de moeilijkste pe riode van haar leven. De journaliste in haar manifesteert zich als ze zegt: „Het zijn voor honderd procent feiten die ik heb opge schreven, maar het verhaal heeft de vorm van een roman gekregen om de lezer te sti muleren. Ik heb er bewust geen politieke kleur aan gegeven, dan zou het saai en ver moeiend geworden zijn. Laat de lezer zelf maar oordelen. Ik heb geprobeerd alles zo goed uit te leggen, dat de mensen het gevoel kwijtraken dat ze een boek lezen." Latifa heeft het onbeschrijfelijke geschre ven, maar: „Ik heb er niet alles door kunnen verwerken. Zelfs met een tien keer dikker boek was dat niet gelukt. Dan nog zou ik niet klaar zijn met wat ik heb meegemaakt. Psychisch zit ik nu op het randje. Elke keer als ik op tv een vrouw met een burqa zie komt alles terug. Het is ook moeilijk erover te praten, maar toch voel ik elke keer een beetje opluchting." In mei vorig jaar vluchtte Latifa met haar ouders naar Europa, om te getuigen over de verschrikkingen van het Talibanbewind. Nu woont ze in Frankrijk, waar haar boek een succes is geworden. Dat lijkt zich hier te herhalen. Nog nauwelijks uit is 'Gestolen gezicht' al aan de derde druk toe. Niet ver- wonderlijk, want door haar verhaal wordt pas echt duidelijk wat de bevolking de afge lopen vijf jaar heeft meegemaakt. Omdat ze ook teruggrijpt naar de periode voor de Ta liban kunnen vergelijkingen worden ge maakt met de periode waarin de Russen een groot deel van het land beheei'sten. Pure herinneringen „Voor de Taliban kwamen heb ik niets opge schreven, het zijn de goede, pure herinne ringen die in mijn boek staan. Daarna heb ik elke week de gebeurtenissen opgeschreven. Ik hoop dat ik het Westen duidelijk kan ma ken welke hulp Afghanistan nodig heeft, want tot nu toe is er, behalve op militair ge bied, niets gedaan. En het komt ook niet goed als de grote machthebbers ons niet met rust laten. De Verenigde Staten kunnen al les, behalve rust en vrede brengen." Latifa gelooft niet dat geschillen tussen de verschillende etnische bevolkingsgroepen vrede in de weg staan: „Die conflicten ko men van buitenaf, Afghanen zijn heel goed in staat hun problemen onderling op te los sen." Over de rol van vrouwen is ze hoopvol. „De interimregering bestaat uit mensen die lo gisch denken. Ik denk dat ze de vrouwen rechten zullen respecteren. Voor de Taliban kwam had Afghanistan ook economische problemen, maar de vrouwen hebben goed volgehouden, zonder de vuile was buiten te hangen." Latifa wil in Europa journalistiek studeren. In Afghanistan kan dat nu niet. Romans zal ze niet schrijven. „Dat is moeilijk en heel wat anders dan verslag doen van wat er in de wereld gebeui-t.Latifa, wier grootste wens is dat haar boek ooit in Afghanistan uit komt, heeft hoop dat het goed komt met haar moeder, die nog psychische problemen heeft, haar familie en haar land. De islam zegt immers dat onderdrukte volken 'mo gen hopen dat het goedkomt'. „Als de Tali ban de koran hadden gevolgd zoals de islam voorschrijft, was een boek als het mijne niet nodig geweest." Jacques Geluk Latifa: 'Gestolen gezicht'. Uitgeverij De Kern. Prijs:€ 14,98.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2002 | | pagina 27