Een Vlissingse buurt met een bijsmaakje
Bonedijkestraat
zaterdag 26 januari 2002
Voetgangers mijden de Bonedijkestraat bij nacht.
fotografie Ruben Orecl
Op een klaarlichte doordeweekse dag
stoppen er midden in de Vlissingse
Bonedijkestraat plotseling twee politie
auto's. Agenten stappen uit en rekenen
razendsnel een jongen in. Voorbijgangers
lopen onverstoorbaar verder, alsof het
een vertrouwd beeld is. Geen straat in
Vlissingen heeft zo'n slechte reputatie als
de Bonedijkestraat. Bijna twee weken
geleden was het weer raak: een schietpar
tij, waarbij een gewonde viel.
Bericht uit een straat met een bijsmaakje.
Patricia van der Linden droomt nog weieens
over de straat. Nare dromen. Vol schiet
partijen. En dodelijke slachtoffers. „Ik vind
het vreemd dat ik een half jaar nadat we ver
huisd zijn, in mijn hoofd nog bezig ben met de
Bonedijkestraat. Terwijl het er heus niet al
leen maar ellende was."
Met haar vriend en kind verruilde de 28-jarige
VI issingse de Bonedij kestraat een half jaar ge
leden voor een koopwoning in de buurt. De be
nedenwoning van de flat werd te klein, maar
ook was de overlast de laatste maanden voor
de verhuizing toegenomen. „Ik merkte daar
zo'n tweeënhalf jaar geleden, toen ik er ging
wonen, niet veel van. De straat stond toen ook
echt al slecht aangeschreven, maar ik dacht: ik
ga het gewoon proberen."
De ruimte beviel haar. De vorige bewoner had
er wel een puinhoop van gemaakt, maar nadat
er opnieuw was behangen, gepoetst en ge
schilderd, was ze trots op haar huis. „Vrienden
vonden het er ook gezellig. Ik had een mooi
plekje voor mezelf gevonden. Ik hecht er niet
aan om veel contacten met buren te hebben. In
de Bonedijkestraat kun je goed op jezelf le
ven."
Irritaties
Toch slopen irritaties haar leven binnen; het
gescheeuw van de bovenburen - ze kon de
woordenwisselingen letterlijk verstaan. „Ze
gebruikten geen drugs, wel veel alcohol, denk
ik. Vooral in dat laatste gedeelte van de Bone
dijkestraat naar de President Rooseveltlaan
toe wonen toch wel veel vreemde mensen bij
elkaar. De bovenbuurman sleepte zijn vrouw
een keertje aan haar haren naar beneden. Ze
schreeuwde en ik werd zó boos. Ik heb toen ge
vraagd of hij er mee op kon houden; dat het
duidelijk was dat ze niet meewilde. Hij was
verbaasd over mijn reactie en diste een vreemd
verhaal op, maar stopte er wel mee."
Met haar andere buurvrouw, een alleenwo
nende vrouw op leeftijd, had ze medelijden.
Die durfde in haar eentje nauwelijks nog de
straat op te gaan. „Dat kwam vooral door een
groepje van ongeveer zeven mannen, Antillia-
nen geloof ik. Die hingen tegen mijn venster
bank. Van hen ging een dreiging uit, al deden
ze niet direct vervelend tegen ons. Maar ze
praatten zo hard, waren enorm luidruchtig en
het volume van de autoradio's draaiden ze zo
hoog dat het wel leek alsof ze bij me in de ka
mer zaten."
Ze sprak de mannen een keer op hun gedrag
aan. „Ik wilde het probleem zelf oplossen. We
zijn toch volwassenen onder elkaar. Ze rea
geerden echt heel beleefd en gingen weg. Drie
dagen zijn ze weg geweest, maar ineens zaten
ze er weer."
Patricia van der Linden zag steeds vaker din
gen gebeuren die haar een groeiend gevoel van
onbehagen bezorgden. „Te voet moet je 's a-
vonds de Bonedijkestraat mijden. Zeker als je
er niet woont. Ik ben zelf trouwens nooit bang
geweest."
Een willekeurige greep uit een hele lijst poli
tieberichten 'Vrouw met geweld van haar tas
beroofd in de Bonedijkestraat'; 'Poging tot
verkrachting in de Minister Lelystraat/Bone-
dijkestraat'; 'Bij huiszoekingen in de Bonedij-
kebuurt zijn een pistool, een riotgun en cocaï
ne en een aanzienlijke hoeveelheid drugs
aangetroffen'; 'Politie vindt 22 cocaïnebolle-
tjes in een huis aan de Bonedijkestraat'; 'Een
man raakt gewond bij een schietpartij op
klaarlichte dag'.
Els Koole van de Vlissingse welzijnsstichting
Palladium is al jaren betrokken bij het wel
zijnswerk voor buitenlanders. „Vaak wordt
bij dit soort berichten direct naar de buiten
landers gewezen. In de Bonedijkestraat woont
een duidelijk aanwezige groep Antillianen,
maar er zijn evenveel witte als zwarte drugs
dealers." Volgens haar wordt er te gemakke
lijk veroordeeld. „Bij de laatste schietpartij
werd ook direct gezegd dat het om een zwarte
man ging en dat het dan wel om een afrekening
in de drugsscene zou gaan. Dat is dus pertinent
niet waar. De aanleiding was een ruzie in de re
lationele sfeer. Ik praat het niet goed, want je
moet natuurlijk geen pistool trekken, maar
het is in een opwelling gebeurd. Ze hebben
soms te veel temperament."
Vorig jaar april ging de Plus supermarkt Vlis
singen aan de Bonedijkestraat open. Bedrijfs
leider J. Nieboer: „Ik vroeg me af waaraan ik
begonnen was. Maar met uitzonderig van een
slechte start, is de criminaliteit meegevallen."
Hij plaatste vlak na de opening camera's, want
hij had - zodra het donker was - last van inbre
kers. Maar de camera's zouden nu weggehaald
kunnen worden, omdat de overlast voorbij is.
„Wel hebben we hier achter een grote contai
ner staan, waar we producten die over de da
tum zijn, in gooien. Elke ochtend moet ik daar
de stoep schrobben. Dopies halen de container
leeg, eten de weggegooide levensmiddelen op.
Ik heb daar geen problemen mee, want ze ne
men zelf het risico dat ze ziek worden. Maar ze
maken er zo'n bende van. Vandaar dat ik er
maar een hangslot aan heb gehangen."
De supermarkt in de Bonedijkestraat lijkt een
nieuwe ontmoetingsplek te zijn. Er wordt in de
buurtsuper over de reputatie van de straat ge
sproken. Catharina, 75 jaar, doet er vaak haar
boodschappen. Ze woont vlak in de buurt, in 't
Fort, en vindt het gemakkelijk om even naai
de 'super te gaan'. „Ze hebben goede spullen."
Ze kijkt vanuit haar woning uit op de Bonedij
kestraat. „Ik stoor me niet aan de slechte naam
van deze straat. Ik trek mijn eigen plan. Ik ben
ook niet bang uitgevallen, 's Avonds loop ik er
gewoon doorheen."
De flats aan de Bonedijkestraat, tussen de Mi
nister Lelystraat en President Rooseveltlaan,
worden over niet al te lange tijd gesloopt. Mo
menteel ontwikkelen de gemeente en de wo
ningbouwcorporatie L'Escaut een plan om de
leef- en woonomstandigheden er te verbete
ren. „Als ze hier de flats slopen, kan de Bone
dijkestraat meteen een andere naam krijgen",
geeft bedrijfsleider Nieboer als suggestie mee.
„Je moet het zien als een symbolische daad
van de gemeente. De naam Bonedijkestraat
heeft een bijsmaak en wordt geassocieerd met
criminaliteit."
„Ach", zegt Ka tja (30). „Het valt allemaal mee
met de criminaliteit." Ze woont sinds een jaar
in een benedenetage in de Bonedijkestraat.
„Tegenover me woont een dealer en een paar
deuren verderop nog een. Ik zie vaak dat er
veel en snel met van alles en nog wat heen en
weer wordt geschoven. Ik stoor me er niet aan.
Ik zie het. Ik zie ook dat de politie vaak net te
laat komt. Naast me wonen twee drugsgebrui
kers. Die zie ik vaak 's avonds een eindje ver
derop de Bonedijkestraat inlopen, op zoek
naar dope. Van hen heb ik geen last. Ik heb met
ze te doen."
Ze denkt er niet aan om te verhuizen.maar zal
aan haar moeder niet vragen om 's avonds
even langs te komen met de fiets. „Dat is vra
gen om moelijkheden. Er wordt bijna elke
avond gedeald. Maar ik vind deze straat leuk
omdat hij niet saai is. Ik snap dat er veel jonge
ren en alleenstaanden wonen."
Katja komt oorspronkelijk uit Westkapelle.
„Als in Westkapelle iemand op straat loopt,
kijk je even en zeg je: oh, dat is er een van Roel-
se ofzo. Hier is het net andersom. Je kent nie
mand echt."
Die anonimiteit brengt gevaren met zich mee,
waarschuwt Annie de Pagter. Zij is lid van het
buurtcomité Bonedijke en woont bijna dertig
jaar in de Calandstraat, vlakbij de Bonedijke
straat. „In een buurt als de Bonedijke ont
breekt onderlinge samenhang. Daardoor kan
desinteresse ontstaan en maakt het mensen
niet meer uit hoe hun omgeving eruit ziet."
Volgens haar is de buurt heel geleidelijk aan
afgegleden naar een 'bedenkelijk niveau', met
kleine en grote criminaliteit als gevolg. „Het
was een gewone arbeidersbuurt. Maar de
buurt is ontspoord. Van de week liep ik rond
half acht naar een vergadering. Een motor
agent had net een fietser klemgereden. De fiets
lag op de grond en je voelde de spanning. Ik
ben doorgelopen."
„Als je dit soort dingen vaak in je eigen omge
ving meemaakt, dan word ik daar treurig van.
Sommigen reageren juist agressief. Ik weet
dat zwervers, thuislozen en mensen met geld
of verslavingsproblemen geholpen moeten
worden en dat ze ergens moeten wonen. Maar
ik hoop wel dat zij zich aanpassen, dat ze niet
te veel rotzooi uithalen." Want, is haar erva
ring, mensen in haar omgeving worden minder
tolerant. „Ik hoor vaker dan vroeger racisti
sche of rechtse opmerkingen om me heen. We
moeten die kant niet opgaan. Eerst waren er de
centrumdemocraten, nu komt Leefbaar Ne
derland op met die Fortuyn. Om te voorkomen
dat het erger wordt, moeten we volgens mij
niet te veel mensen met problemen bij elkaar
laten wonen. Daar kan geen buurt tegen en
kweekje slechte gevoelens."
Vermoord
Jan Korstanje maakt elke avond met zijn
hondje een wandeling. Hij heeft geen reden tot
klagen over zijn woonomgeving. Hij woont
aan de President Rooseveltlaan en kijkt achter
zijn huis uit op de Keldermansstraat, vlak
achter de Bonedijkestraat. „Hier in de steeg is
een aantal jaren geleden iemand vermoord. In
die tijd was het hier zeker een drugsgetto. Ik
vind dat de drugsoverlast de laatste tijd mee
valt. Ik zie hier nog weieens spuiters zitten,
maar niet zo vaak als vroeger." Even later zegt
hij„Misschien is het wel net zo erg als vroeger,
maar zijn we ermee vertrouwd geraakt. Ik
weet dat er veel gemopperd wordt op buiten
landers, alsof zij de reden zijn van alle onrust.
Dat is niet helemaal waar. Eerlijk gezegd had
den we wel last van Antillianendie op de hoek
van de Bonedijkestraat woonden. Die maak
ten herrie en hadden moeite om zich aan te
passen. Dat was een kleine groep. Er woont
hier op de hoek een Marokkaanse familie. Dat
zijn leuke mensen. De man gaat gewoon wer
ken. Zij doen moeite om zich aan te passen."
Hij kijkt om zich heen en wijst naar een hoop
grof vuil. „Kijk, de mensen die dat doen zijn
onaangepast en onaangenaam. Hoe die leven
weet ik niet. Maar die gooien gewoon troep op
straat en laten het liggen. Als ik niet naar de
gemeente bel, ligt het er over drie weken nog."
Els Koole van de welzijnsstichting vindt dat er
te gemakkelijk wordt gegeneraliseerd. „Dat
zijn de bekende opmerkingen die je juist in
buurten als de Bonedijkestraat regelmatig
hoort: 'Buitenlanders werken niet, buitenlan
ders zitten in de drugs, buitenlanders maken
herrie'. Maar ik ken veel hardwerkende Antil
lianen. Die vallen alleen niet zo op. Doet er een
Antilliaan iets fout, dan wordt dat alle Antilli
anen aangerekend. We moeten af van wij en
zij."
Edith Ramakers