Afbouwen zoals niemand dat doet Op de grenzen van de techniek Opschieten met de brandweer Nieuw procédé vergt flexibiliteit Onverwachte obstakels 25 dinsdag 22 januari 2002 fotografie Charles Strijd Niet alleen het boren van de Westerscheldetun- nel op grote diepte, in slappe grond, wordt wereldwijd be schouwd als een technisch hoogstandje. Ook de manier waarop Kombinatie Middel plaat Westerschelde (KMW) de afbouw van de tunnel ter hand neemt, oogst alom be wondering. Projectmanager Uitvoering Olav Dalmijn: „Standaard is dat je eerst de tuimel boort en dat daarna pas de afbouw begint. Wij kiezen voor een combinatie. Dat vergt erg veel flexibili teit van iedereen, er is vaak sprake van een zeker span ningsveld tussen de verschil lende disciplines, maar het is wel een gezonde spanning." KMW-directeur Rob de Leeuw haalt de schouders op over de 'gezonde spanning' op de werkvloer: „Ach, iedereen vecht voor zijn deel van het werk, dat vindt men het belang rijkste. Dan is het van 'weg jij met die trein en die kraan!Af en toe moet je de verschillende ploegen een beetje temperen. Maar het is natuurlijk een feit dat, wat we nu doen, geweldig complex is. Nooit eerder ergens vertoont. En misschien leidt dat bij sommigen tot een cultuur schok. Het zij zo." Momenteel wordt de afbouw- planning bijgesteld. Dat gebeurt aan de hand van de ver wachte aankomst van de tun- nelboormachines. Over pakweg vier, vijf weken als ook Sara in Ellewoutsdijk is gearriveerd, wordt daar meer over bekend. De Leeuw: „Dan zal ik ook zeg gen: Pats, op die datum leveren we op!" Zodra het boren achter de rug is, wordt begonnen met het ont mantelen van de machines. Daarvoor zijn drie maanden uitgetrokken. In dezelfde perio de moeten ook de werktreintjes uit de tunnel verdwijnen. Zodra het spoor is afgebroken, worden de transporten verder uitge voerd met wendbare wielvoer tuigen (in verband met de arbo- voorschriften uitgerust met dieselmotoren, voorzien van roetfilters), die worden ingezet vanaf het bouwterrein aan de zuidzijde. De Leeuw: „Daar tor nen we niet aan. We gaan niet plotseling vanuit noord wer ken." Het ventilatiesysteem verhuist deels naar het noorden. Net als de bouw van de dwars verbindingen (in juni is de laat ste, de zesentwintigste gereed) is ook de aanleg van het kabel kanaal en het funderingsmate riaal voor de rijweg al een flink eind gevorderd, net als de bouw van de elektra-, verbindings- en pompkelders en de zandvan gers. Inmiddels is over ruim een kilometer een deel van de hitte- werende bekleding aange bracht; de bewapening waarop een robotmachine die bekleding spuit is al verder gevorderd. Pas als het omvangrijke buizenstel sel langs de oostwand van de twee tunnelbuizen - in totaal 7 0 kilometer aan leidingen - is weggehaald, kan ook het reste rende deel van de tunnelwand worden bewerkt. Daarna kan de tunnel verder worden aange- hangtrogbrug) krijgen steeds meer vorm. Optimistische we genbouwers van KMW ver wachten dat de toeleidende we gen zowel op Zuid-Beveland als in Zeeuws-Vlaanderen eind no vember gereed kunnen zijn. En ook dat is vroeger dan de aan vankelijke planning. KMW wil de verschillende viaducten al snel na gereedkomen vrijgeven voor het verkeer. Dat gebeurt bijvoorbeeld met de nieuwe Herbert Dow weg in Terneuzen, kleed met verlichting, ventila toren, signalisatie, hulpposten, de betonnen vangrails en ten slotte het wegdek. Zien de tun nelbouwers kans het afbouw- schema verder in elkaar te schuiven, dan heeft dat ook di rect consequenties voor de ople- verdatum. Ook de wegen en bijbehorende kunstwerken (halve klaverbla den, viaducten, tunneltjes, die met een viaduct over de tun nelweg wordt geleid. De voor bereidingen voor de ontsluiting van die nieuwe weg zijn in volle gang. En hetzelfde geldt voor het viaduct over cle Hoekseweg tussen Terneuzen en Hoek. Daar wordt in februari het wegdek gelegd. Op het tracé in zuid wor den momenteel ook de bermen vanaf de rotonde op de weg Hoek-Sluiskil-brug tot aan de Molendijk verhard. Voor het vi aduct aan de Binnendijk is het ondersteunend dek in de maak. Het streven is dat alle kunstwer ken van het zuidelijke tracé nog voor de zomer klaar zijn. Daar na volgt de asfaltering. De spoorbrug van de hangtrogbrug van de Dow-spoorlijn richting Sas van Gent wordt deze week op z'n plaats gehesen. Half fe bruari wordt het spoor vervol gens omgelegd. Vangrail In noord is op het tracégedeelte tussen de Staartsedijk en het Tolplein de betonnen vangrail aangebracht. De bouwvakkers zijn volop be zig met de bouw van de eerste verdieping van het bedienings gebouw daar. Voor het halve klaverblad dat de tunnel ver bindt met Vlissingen-Oost zijn de grondwerken in volle gang. Er wordt ook zand aangereden. De viaducten Staartsedijk en Korte Zuidweg zijn in aanbouw, de bouw van het viaduct Bors- selsedijk moet nog beginnen. Eind deze week wordt ook be gonnen met de aanleg van de fietstunnel aan de Jurjaneweg. Wout Bareman De nieuwe burgemeester van Borsele krijgt me teen na zijn benoeming een opdracht van commissaris van de koningin Wim van Gelder mee. Die komt hierop neer: regel zo snel mogelijk de brandweerzorg voor de noordkant van de Wester scheldetunnel. Anderhalf jaar voor de opening van de tunnel is daar nog steeds nauwelijks iets voor gedaan. Geruime tijd is ernaar ge streefd de brandweer van een gedeelte van de gemeente Borsele te koppelen met de brandweerkorpsen van een aantal bedrijven in industriege bied Vlissingen-Oost. Dat had een gedeeltelijk door beroeps brandweerlieden bemande blus- en hulpverleningseenheid moeten opleveren, die ook voor Westerscheldetunnel in te zet ten zou zijn. Ondanks verwoede pogingen van de zijde van de gemeente heeft men moeten vaststellen dat het draagvlak voor zo'n op zet onvoldoende was. Het gebrek aan voortvarend heid bij het voorbereiden van de hulpverlening aan de noord kant van de tunnel, valt des te meer op omdat aan de Zeeuws- Vlaamse kant wel initiatieven zijn genomen. Dat is een verte kend beeld, vindt commandant Wout van Leersum van de regio nale brandweer. „De brandweer in Terneuzen heeft de afgelopen jaren tijdens de bouw van de tunnel al een taak gehad in de hulpverlening bij ongelukken, branden en andere calamitei ten. Logisch dat ze daar verder zijn met aanvalsplannen, aan schaf van speciaal materiaal en oefeningen. De brandweer van de gemeente Borsele hoefde dat helemaal nog niet, want ze kon den de tunnel toch nog niet in. Afspraken Dat gaat weldra veranderen. Nu de tunnelboormachines Zuid- -Beveland hebben bereikt, zijn de tunnelbuizen na de demonta ge van de boren ook vanaf de noordkant toegankelijk. Vol gens Van Leersum is het de bedoeling op korte termijn af spraken te maken tussen de brandweerkorpsen van Terneu zen en Borsele over taakverde ling en samenwerking bij cala miteiten die zich tijdens de afbouwfase in de tunnel kunnen voordoen. Directeur Tin Buis van de NV Westerscheldetunnel rekent er op dat vóór de ingebruikname van de tunnel in de zomer van 2003 de hulpverlening bij even tuele calamiteiten zowel van uit de zuidkant als vanuit de noord kant zal zijn geregeld. „De route via de Westerscheldetunnel is een openbare weg en dat bete kent dat het openbaar bestuur - dus in de eerste plaats de ge meenten - ervoor moet zorgen dat de brandweer voldoende is toegerust om in voorkomende gevallen op de juiste manier te kunnen optreden." Commissaris Van Gelder acht deze redenering in principe juist, maar in de praktijk van de Westerscheldetunnel iets te makkelijk. „De belangrijkste tunnels in Nederland liggen in de regio's Amsterdam en Rotter dam op het grondgebied van grote gemeenten. In die gevallen kun je zeggen dat de gemeenten verantwoordelijk zijn voor de brandweerzorg. Maar met de Westerscheldetunnel ligt het anders. Je kuntniet zondermeer stellen dat Terneuzen met straks na de herindeling een kleine 45.000 inwoners en Borsele met nog geen 25.000 inwoners daar dan maar voor moeten zorgen. Ik zou me kunnen indenken dat ook het Rijk daarvoor een duit in het zakje doet." Rampen Vorig jaar oktober heeft Van Gelder in een toespraak erop ge wezen dat recente rampen dwingen op een andere manier over veiligheid te denken. Hij zei toen: „Enschede heeft ons geleerd dat we risico's moeten inventariseren, de les van Vo- lendam was dat we de naleving van regels moeten controleren en New York heeft ons pijnlijk duidelijk gemaakt dat we reke ning moeten houden met bui tengewone omstandigheden." Van Gelder erkent nu dat het in het licht van een andere benade ring van risico's 'een punt van zorg' is dat de hulpverlening vanuit het noorden bij calami teiten in de Westerscheldetun nel nog grotendeels moet wor den opgezet. „Als deze zaak over anderhalf jaar niet gere geld is, dan hebben we een pro bleem." Van Leersum gaat ervan uit dat in achttien maanden tijd nog heel wat valt te doenWe zullen er in elk geval haast mee moeten maken." Dat gebeurt ook. Bin nenkort steken de NV Wester scheldetunnel, de regionale brandweer, de gemeentelijke korpsen van Terneuzen en Bor sele, de politie en de GGD de koppen bijeen om te komen tot een integraal veiligheidsplan voor de tunnel met een rampen bestrijdingsplan voor na de in gebruikstelling. Van Leersum: „Het knelpunt is niet de des kundigheid. Die kun je trainen. Het gaat erom dat je snel genoeg ter plaatse bent. Te lange aanrij- tijdenzijn te voorkomen door dat we beschikking krijgen over meer beroepsbrandweerlieden of over een brandweerpost dichter bij de tunnel. Daar kan inderdaad het Rijk misschien in bijspringen." Ben Jansen De tunnelboormachines Neeltje Su- zanna en Sara hebben er aanmer kelijk langer over gedaan de overkant van de Westerschelde te bereiken dan de eerste planning aangaf. Over het 6,6 kilometer lange traject zouden ze 27 maanden doen. Het zijn er 32 geworden - in het geval van Neeltje Suzanna in de westbuis - en waarschijnlijk 33 voor Sara in de oostbuis. Deze laatste machine, die in de zomer van 1999 als eerste in Terneuzen ver trok, heeft met fikse storingen te kampen gehad, waardoor veel vertraging is opgetre den. Dat is directeur Tin Buis van de NV Wester scheldetunnel (opdrachtgever en toekom stig exploitant) een beetje tegengevallen. „We hebben met een langdurige aanloopfa se te maken gehad. Het kostte veel tijd de kinderziekten in het boorproces op te lossen. En er zijn ernstige problemen opge treden, zoals de vervorming van het boorschild, een lekke hoofdlager en afdich tingsproblemen tussen boorschild en tun nelwand. Nee, ik heb er nooit aan getwijfeld of we de overkant zouden halen, maar ik moet toch constateren dat we werken met een stuk techniek dat nog niet helemaal uit ontwikkeld is. De ervaringen met andere geboorde tunnels in slappe bodem waren blijkbaar niet zonder meer te vertalen naar de situatie hier in de Westerschelde." Raket Bij de aannemingsgroep Kombinatie Mid delplaat Westerschelde (KMW) worden de conclusies van Buis niet gedeeld. Directeur Rob de Leeuw: „We zijn hier bezig op de grenzen van de techniek. Op een diepte van 60 meter boren in waterdoorlatende grond. Volgens Bernd Otten, projectmanager boorproces, is het onmogelijk een standaard boormachine te ontwikkelen: „Elk project is uniek en daar heb je unieke apparatuur voor nodig.' Dat is nog nooit vertoond. Daar komt meer bij kijken dan ervaringen die elders zijn op gedaan omrekenen. We hebben hier echt met onverwachte problemen te maken ge kregen. Het wezenlijke is dat we uiteinde lijk in staat zijn gebleken ze op te lossen." Bernd Otten, projectmanager boorproces, vergelijkt het vertrek van de tunnelboorma chines met de lancering van een raket. „Je hebt je zo goed mogelijk voorbereid op wat je kunt verwachten, maar het is onmogelijk om vooraf rekening te houden met combi naties van allerlei onzekerheden. Het gaat erom dat je in processen en procedures mo gelijkheden inbouwt om onvoorziene pro blemen te kunnen oplossen." Volgens Otten is het - ook naarmate de erva ringen met het boren van tunnels in zachte bodem toenemen - onmogelijk een stan daard tunnelboormachine te ontwikkelen. „Elk project is uniek en daar heb je unieke apparatuur voor nodig." De Leeuw: „En dan nog blijft het een raadsel waarom van twee volkomen identieke machines die in exact dezelfde omstandigheden werken, er één is waarbij de problemen zijn opgetreden die ons de meeste hoofdbrekens hebben ge kost." De snelheid van het boorproces is in 2000 fors opgevoerd door een andere orga nisatie en een versterking van de boorploe- gen. De Leeuw en Otten: „Toen waren twee andere tunnelprojecten klaar en kwam er meer gespecialiseerd personeel beschik baar. Dat is een knelpunt in deze branche: je hebt deskundige en zeer ei-varen medewer kers nodig. Die pluk je niet zo maar van de straat." Buis kan nog een andere verklaring bedenken voor de trage start van het boren. „We zijn meteen naar het diepste punt ge gaan: naar de Pas van Terneuzen. Zestig meter diep krijg je met een enorme druk te maken. Achteraf zeg je dat het misschien beter was geweest dergelijke moeilijkheden pas later tegen te komen. Maar eerlijk ge zegd zie ik niet hoe het anders had gemoe ten. Van Ellewoutsdijk naar Terneuzen bo ren was om andere redenen geen optie." Belangstelling De bouw van de Westerscheldetunnel is door initiatiefnemers en aannemers van on dergrondse bouwprojecten met veel belang stelling gevolgd. Buis: „Onze tunnel is in Nederland en daarbuiten veel bekender dan we ons dagelijks realiseren." Die interesse geldt het door De Leeuw zo treffend om schreven werken op de grenzen van de tech niek, zoals de grote diepte en de daarbij behorende druk en het maken van de dwars verbindingen tussen de tunnelbuizen door de Westerscheldebodem plaatselijk te be vriezen. Ook het gebruik van minder spec taculaire technieken, zoals het aanbrengen van een hittewerende laag van spuitbeton, en de gelijktijdige uitvoering van bouw- en afbouwwerkzaamheden, maakt de Wester scheldetunnel tot een boeiend leerobject voor anderen. Ben Jansen

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2002 | | pagina 25