PZC En nu wachten op de tweede boor 23 Neeltje Suzanna nadert caisson op centimeter precies dinsdag 22 januari 2002 Bron: NV Wosterscheldetunnel/Kombinj De grap op het bouwterrein van de toerit voor de Wester- scheldetunnel bij Ellewoutsdijk begon de afgelopen weken een beetje afgezaagd te worden. „Stil eens. Nee, echt stil. Dan kun je 'm horen." Hoe de argeloze bezoeker zich ook inspant, er valt niets bij zonders te beluisteren. Wat dan, is de logische vraag. Nou, de tunnel boormachine Neeltje Suzanna: ze is er bijna. De kwinkslag geeft aan dat zeer wordt uitgekeken naar de komst van de eerste tunnelboor. Morgen verwelkomen cle ministers Tineke Netelenbos (Verkeer en Waterstaat) en Gerrit Zalm (Financi en) de boor en de werknemers die het graaf werktuig tweeënhalf jaar lang op de 6,6 kilometer lange tocht van Terneuzen naar Ellewoutsdijk heb ben begeleid. Nu nog vier, vijf weken wachten op Sara, de boormachine voor de oostbuis van de tunnel, en de vaste verbinding tussen Midden-Zee land en Zeeuws-Vlaanderen is een feit. Neeltje Suzanna arriveerde maandag in de caisson die in 2000 in de bodem bij Ellewoutsdijk is afgezonken. De snijtanden van de tunnelboormachi ne moesten zich een weg banen door het zachte beton waarmee de ringvor mige openingen van de caisson tijde lijk zijn dichtgemaakt. De doorbraak door die ring was de werkelijke aan komst van de boor. Onder de mede werkers van de aannemersgroep Kombinatie Middelplaat Wester- schelde (KMW) liep een pool wie kon voorspellen wanneer het zo ver was. Maar aanschouwelijk stelde dit heug lijke feit weinig voor. Het snijrad van de boormachine zit nog onder het zand en het water waarmee de caisson nu nog is gevuld. Vandaar dat een offi cieel moment is gekozen. Morgen heeft Neeltje Suzanna haar boorkop al enkele meters uit de grond gewerkt en is een waterdichte verbin ding tussen buis en caisson gemaakt. Dan kan het water uit de betonnen bak worden weggepompt en is een deur in de boorkop te openen. Dat le vert tenminste leuke plaatjes op. De aankomst van Neeltje Suzanna is stellig reden voor veel vreugde. De tunnelbouwers van KMW vieren ech ter pas een feestje als over enkele we ken ook Sara, de tweede tunnelboor, veilig en wel op Zuid-Beveland is aan gekomen. Deze tunnelboor zit nu nog onder de vooroever van de Wester- scheldedijk. KMW-directeur Rob de Leeuw: „Dan zijn we er pas echt." Di recteur Tin Buis van de NV Westcr- scheldetunnel (opdrachtgever en toe komstig exploitant) is nog voorzichti- Vörige week werden de laatste voorbereidingen getroffen voor de ontvangst van de boor in het caisson. foto Charles Strijd ger. „Zo lang we nog bezig zijn aan de dwarsverbindingen tussen de twee tunnelbuizen, blijven we te maken hebben met relatieve risico's. Die ver bindingen worden weliswaar in be vroren grond gehakt, maar in feite heb je toch een open verbinding met de natte buitenwereld." Buis' zorgen zullen pas eind juni over zijn. Dan is de laatste van de 26 dwarsverbindin gen klaar. Koers Opmerkelijk genoeg maakt niemand bij de NV Westerscheldetunnel en KMW zich druk over de vraag of de tunnelboormachines wel op de juiste plaats uitkomen. Het lijkt een hache lijke zaak die apparaten als blinde mollen 6,6 kilometer ver te laten gra ven en te veronderstellen dat ze daar bij niet uit koers raken. Een foutje van een millimeter aan het begin van het traject kan uiteindelijk tot een afwij king van tientallen centimeters aan de overkant van de Westerschelde lei den. De topmannen van de NV Wes terscheldetunnel en KMW glimlachen om zoveel technisch onbenul. Buis: „Ik ben eigenlijk landmeter van pro fessie. Ik heb dus wel vertrouwen in de meettechnieken aan de hand waarvan de tunnelboormachines worden ge stuurd." Dat sturen gebeurt door vanuit de bo ren achteruit te kijken. Met behulp van laserapparatuur wordt de positie van de boormachines vergeleken met de denkbeeldige lijn die moet worden gevolgd om onder de juiste hoek pre cies midden in de roos van de caisson in Ellewoutsdijk uit te komen. Bull's- eye. In de besturingscabine van Sara laat Jens Hass zien hoe dat in zijn werk gaat. De cabine heeft meer weg van een controlekamer in de procesindu strie dan van een stuurhuis. Enkele beeldschermen, een paneel met con trolelampjes en een niet eens indruk wekkende hoeveelheid knoppen. Nee, geen stuurwiel. Op een van de monito ren zijn de positie van de boormachine en het geplande tracé aangegeven. Hass corrigeert afwijkingen naar on der, naar boven, naar links en naar rechts door iets meer druk te geven op een deel van de vijzels waarmee de boor zich afzet tegen de al geplaatste betonnen tunnelringen. Zo kunnen ook bochten worden gemaakt en hel lingen naar boven en naar beneden worden gevolgd. De ringen passen in de bochten omdat ze taps toelopen. Ze zijn aan de ene kant vier centimeter breder dan aan de andere. Op die ma nier ontstaan flauwe bochten en hel- lingshoeken. Toetsing Bij het sturen van de boormachines is niets aan het toeval overgelaten. De meetdienst van Rijkswaterstaat con troleert het meetsysteem van aanne mer KMW en medewerkers van een gespecialiseerd Duits instituut reizen regelmatig naar Zeeland voor een on afhankelijke toetsing. Een extra in spectie leveren metingen voor de dwarsverbindingen op. De Leeuw: „Nee, over de juiste koers maken we ons geen zorgen." Bernd Otten, projectmanager boor- proces van KMW, wekt een wel zeer onbekommerde indruk. Hij gaat er van uit dat de tunnelboormachines op één centimeter nauwkeurig in de cais son bij Ellewoutsdijk uitkomen. „De ringen in de caisson zijn in doorsnede honderd millimeter groter dan de boormachines. Ik verwacht dat we van die tolerantie uiteindelijk maar tien millimeter nodig zullen hebben. Ja, dat is behoorlijk precies." Voordat de tunnelboormachines in de caisson uitkomen, moeten ze zich eerst nog door een zes meter dikke muur van zacht beton heen werken. Dit zogenaamde dichtblok tegen de caisson dient om een goede, water dichte overgang te maken tussen de slappe grond en de betonnen con structie. Vorige week heeft Neeltje Suzanna een laatste onderhoudsstop gemaakt om een deel van de snijtan den van het boorrad te laten vervan gen. Zo kan de tunnelboormachine met een sterk gebit het beton van het dichtblok en de ringvormige opening in de caisson te lijf gaan. Roemloos einde Na hun aankomst in Ellewoutsdijk wacht Neeltje Suzanna en Sara een roemloos einde. De ongeveer 190 me ter lange tunnelboormachines wor den in de caisson in moten gedeeld, met een kraan eruit getild en vervol gens bij de tunneltoerit verder gede monteerd. Onderdelen die opnieuw in dergelijke apparaten kunnen worden gebruikt, gaan terug naar de bouwer van de machines, het bedrijf Herren knecht in het Duitse Schwanau. De rest van Neeltje Suzanna en Sara wordt ter plekke verschrot. Otten ver wacht dat voor het opruimen van de tunnelboormachines ruim drie maan den nodig zal zijn. Ben Jansen

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2002 | | pagina 23