Met de oorlog op het netvlies Deense Chnstiaan II was een koning zonder land De paarse nevel moest het doel markeren Het geschenk van Cornélie van de Reepe Week van het Zeeuwse Boek Hartenheer van Brigitte Raskin donderdag 25 oktober 2001 De Week van het Zeeuwse Boek duurt van 31 oktober tót en met 10 november. Behalve recente boeken als Op 't hof van Gerard Smallegange, ...en m'n zuster die heet Kee... van Kees Slager en Ruden Riemens en het geschenk De middag van ck paarse nevel - dat de Zeeuwse boekhandels cadeau doen bij aankoop van vijfentwintig gul. den aan boeken - komt nog een aantal nieuwe publicaties in de winkel. Daarnaast staan verschillende activiteiten gepland. Schrijf ster van het geschenk Cornélie van de Reepe signeert woens dagavond 31 oktober in boek handel Basting in Oostburg (19- 20 uur), donderdag 1 november in boekhandel De Ruiter/Fanoy in 't Spui in Vlissingen, zaterdag 3 november in De Drukkerij in Middelburg (10.30-11.30 uur), van 13 tot 14 uur in De Koperen Tuin in Goes en van 15 tot 16 uur in boekhandel De Vries in Zie- rikzee. Van schrijfster en schilder Trees Verwilligen (Hulst, 1942) ver schijnt Een gordijn van teder heid. Verwilligen debuteerde twee jaar geleden met Canada's Kunstenaar Hans Keukelaaruit Kortgene, die het omslag ver zorgde van De middag van de paarse nevel, en Verwilligen exposeren van woensdag 31 ok tober tot en met woensdag 14 november in De Drukkerij in Middelburg. Ze tonen gouaches. Op 30 oktober wordt het vijfde Zeelandboek gepresenteerd in de Abdij van Middelburg; Daar in worden elk jaar artikelen over Zeeland gebundeld. Op zondag 4 november, mid denin de Week van het Zeeuwse Boek, wordt in Middelburg de kunst cultuurroute gehouden. Het thema in november is poë zie. Ter gelegenenheid van de route verschijnt de bibliofiele bloemlezing Een jas van wind. met werk van de deelnemende dichters en hun portretten door Anneke Schenk. Het eerste exemplaar wordt aanstaande zaterdag (11.30 uur) gepresen teerd in De Drukkerij in Mid delburg. Van Ben Slingenberg (1954) uit Goes verschijnt het jeugdboek Soms wens je alles anders. Vorig jaar debuteerde hij met Een e- mail van Lumie. Het nieuwe boek wordt donderdagavond 1 november gepresenteerd in De Drukkerij in Middelburg (19.30 uur). Op dezelfde locatie maar een ander tijdstip (zondag 4 no vember om 15.30 uur) wordt het boek Ontmoetingen van Jan Uriot ten doop gehouden. Het. is een heruitgave door de nieuwe Middelburgse uitgeverij De Gouden Tafel. Die is opgezet door Barbara Uriot, dochter van Jan Uriot (1916-1998). Ont moetingen beschrijft op lite- rair-filosofische wijze een tocht door het leven. Morgenavond wordt in de Zeeuwse Bibliotheek in Middel burg nog een Zeeuws boek ge presenteerd: Piet Meeuwse: een rank van de ware wijnstok door Krijn Pollinder. Dit boek, ver schenen in de serie Zeeuwse Ka ternen, is gekoppeld aan de expositie Koppen, torso's en stillevens. Het werk van Piet Meeuwse (1912-1994) die vanaf zaterdag in de bibliotheek is te zien. Fotograaf Ruben Oreel brengt een boek uit getiteld Walcheren, de dorpen onder de duinen. Dit wordt vrijdag 9 november ge presenteerd in de café In de Gouwe Gheijt in Grijpskerke (15.30 uur). et liefst had zé er een film van gemaakt. In De middag van de paarse nevel heeft Cornélie van de Reepe 193 6) uit Dishoek haar herinneringen opgetekend aan de hevige beschietingen die in oktober 1944 de be vrijding van West-Zeeuws- Vlaanderen inluidden. Wat ze als achtj arige zag, werd op haar netvlies gebrand. ,,Ik zou het zo kunnen uit- nalaten voor de kinderen. Ik vind eigenlijk dat elke ouder dat zou moeten doen. Mijn ervaring is dat de kinderen toen ze jong waren niet naar deze verhalen wilden luisteren, maar dat het ze meer is gaan interesseren naarmate ze ouder zijn gewor den. 'Ma, schrijf dat eens op', hoorde ik af en toe. In mei werd ik vijfenzestig. Het leek me een aardig idee bij die gelegenheid dat boekje aan de kinderen te geven. Ik vroeg een bevriende kunstenaar, Hans Keukelaar, of hij een omslag wilde maken. Hij was zo enthousiast dat hij gelijk zes schilderijen maakte, waar uit ik kon kiezen. Het was Van de Reepe's echtge noot Rinus Dieleman, voorma lig hoofdredacteur van de PZC, die haar plannetje naar een ho ger niveau tilde. Hij benaderde zelfsprekend. Gewonden die het huis worden binnengedragen zijn voor haar een minder preg nant beeld, dan de vitrage van haar moeder - waar vroeger nooit iemand aan mocht komen - die door het stukgeschoten raam wappert. „Ik heb geen last gehad van de oorlog", zegt Van de Reepe. „Ik durf het bijna niet te zeggen, maar het was voor mij niet zo'n onaangename tijd. Ik werd een beetje aan mijn lot overgelaten, de mensen hadden wel iets an ders aan hun hoofd. Natuurlijk verkeerden wij wel in de geze gende omstandigheid dat van ons gezin niemand verongeluk te. Bij sommige oorlogsgebeur tenissen had ik een kinderlijk gevoel. Dat een stoep waarop wij kinderen nooit mochten zit ten in tweeën was geschoten, tekenen." Omdat schrijven haar beter ligt dan filmen of tekenen, zijn haar herin neringen gestold in de vorm van een boek. ,,Nu ik het heb opgeschreven, kan ik het kwijtraken. Ik hoef het niet meer te onthouden." Vanaf woensdag wordt De middag van de paarse nevel door de Zeeuwse boekhandels uitgereikt als geschenk ter gele genheid van de Week van het Zeeuwse Boek. Het is versche nen in een oplage van tiendui zend exemplaren. Hoezeer Van de Reepe daarmee ook in haar schik is, dat was niet wat ze bij het schrijven voor ogen had. „Die laatste oorlogsdagen heb ben op mij een grote indruk ge maakt. De herinnering eraan heeft altijd heel scherp in mijn hoofd gezeten. Lange tijd wist ik niet precies wat ik ermee aan moest. Mijn kinderen hoefde ik die verhalen niet te vertellen, die wilden er niet naar luisteren. Tot ik op een gegeven moment de Italiaanse film La notte di San Lorenzo zag. Daarin vertelt een moeder haar dochter hoe ze als meisje in de Tweede Wereld oorlog de stad waar ze woonde moest ontvluchten. Ze kwam te recht op een boerderij. 'Dat is mijn verhaal', dacht ik. 'Zo'n film zou ik ook wel willen ma ken.' Zoiets denk je in een op welling." „Later besefte ik dat schrijven, beter bij me zou passen, maar omdat andere dingen belangrij ker zijn, vergeet je dat. Tot vorig jaar een goede vriendin te horen kreeg dat ze ongeneeslijk ziek was en rond dezelfde tijd een goede vriend plotseling over leed. Beiden waren ongeveer even oud als ik. Ik realiseerde me dat mij hetzelfde zou kunnen overkomen. 'Als ik iets wil op schrijven, moet ik het nu doen', besefte ik. 'Anders kon het wel eens te laat zijn.' Dat was in juni vorig jaar. In september ben ik ervoor gaan zitten en in novem ber was het boek klaar." Van de Reepe wilde het boek in eigen beheer uitgeven, in een beperkte oplage. „Ik wilde iets uitgeverij Den Boer/De Ruiter in Middelburg met de vraag of die het boek wilde uitgevenVan de Reepe: „Hij vond dat het niet alleen in de familie moest blij ven. Volgens hem zouden veel meer mensen belangstelling hebben voor het verhaal. Nou ben ik nogal kritisch. Iets moet echt heel goed zijn, anders ga ik er niet mee leuren. Ik zag het niet zitten dit manuscript op te sturen naar een uitgever, waar het onder op de stapel belandt, of die misschien duizend exem plaren laat drukken waarvan er vijfhonderd bij De Slegte te rechtkomen. Dus ik zei: 'Als een uitgever hier aan de deur komt, is het goed. Anders niet.' Toen bleek Den Boer/De Ruiter het uit te willen geven zoals ik het heel eigenwijs voor ogen had, met mijn omslag, mijn letterty pe. Sterker, directeur Dick An- beek stelde voor er een geschenk van te maken in een oplage van minstens achtduizend exem plaren. Toen kon ik niet meer te rug. 'Dan zal het wel niet zo slecht zijn als ik denk dat het is concludeerde ik." Van de Reepe erkent dat de laat ste uitspraakwatboudis. Ze be doelt ermee dat ze zelf nog aan de tekst kan zien dat het dubbel- perspectief - dat van een meisje van acht en een volwassen vrouw die terugkijkt - haar tij dens het schrijven voor heel wat problemen zette. „Dat was ver schrikkelijk moeilijk. Natuur lijk heb ik er wel studie van ge maakt, maar één van mijn zoons zei: 'Primo Levi doet dit heel an ders.' Ja natuurlijk. Ik ben Pri mo Levi niet. Ik ben een huis vrouw die een boekje schrijft." Belangrijkste thema van De middag van de paarse nevel is het contrast tussen de wereld van het kind en de wereld in oor log. Het achtjarige meisje ver wondert zich over dingen die volwassenen als normaal be schouwen, maar vindt andere zaken - bijvoorbeeld verbonden met dood en oorlog - bijna van bezorgde mij een sensatie van: 'Ha lekker, dat mens is gestraft.' En over de gescheurde gordij nen van mijn moeder dacht ik bij wijze van spreken: 'Ja ma, daar heb je niet van terug.Van uit die optiek zag ik de oorlog." Nadat haar boek af was, heeft Van de Reepe de omgeving rond Zuidzande, waar het verhaal zich afspeelt, nog eens bezocht. Tot haar verbijstering ontdekte ze dat het kerkhof geruimd is. Alle negentien slachtoffers van de gewelddadige oktober maand zijn verdwenen, klaar blijkelijk zonder noodzaak, want er is op de begraafplaats ruimte genoeg. „Dat maakt me blij dat mijn boekje nu toch door zoveel mensen kan worden gele zen. Want misschien hebben die slachtoffers, die als geesten rondzweefden, nu toch iets van rust gevonden omdat hun lot is vastgelegd in mijn boekje." Ernstjan Rozendaal Cornélie van de Reepe: „Ik ben Primo Levi niet. Ik ben een huisvrouw die een boekje schrijft." foto Lex de Meester De week van het Zeeuwse boek wordt dit jaar vooral de week van Cornélie van de Reepe. Haar literaire debuut De middag van de paarse nevel dient namelijk als het Zeeuwse boekenweekgeschenk. Het ver haal, een jeugdherinnering, speelt zich af in Zeeuws-Vlaan deren, in oktober 1944. Vlak voor de bevrijding werd de streek tussen Breskens en Sluis beschoten en gebombardeerd. Ook Zuidzande, waar de vader van de schrijfster hoofdonder wijzer was, werd getroffen. Zij heeft geprobeerd zich geheel te verplaatsen in wie zij tóen was. De oorlog wordt zoveel mogelijk gezien door de ogen van een kind. Wat in de praktijk van het schrijven vooral bete kende dat inhouden, beperken, weglaten was vereist. De wijs heid achteraf diende te worden genegeerd. De dame van 65 moest voor de duur van deze no velle weer een meisje van 8 wor den. Daarin slaagde zij over het algemeen, en juist de naïeve ob servaties geven dit relaas z'n kracht. Voor de kleine Cornélie was de oorlog bijna een natuur verschijnsel, een vanzelfspre kend en onvermijdelijk onder deel van haar bestaan. „De grote oorlog, die zich ruim vier jaar als status quo had ge handhaafd, was mijn normale leefwereld Mijn grote oor log trok aan mij voorbij zonder mij erbij te betrekken", schrijft ze in een passage waar, gelet op de woordkeus, niet het argeloze meisje aan het woord is. Op een dag veranderde dat allemaal: „Mijn kleine oorlog was begon nen en zou onder de naam 'De beschieting' de geschiedenis in gaan." De bijzonderheden van de grote oorlog zouden mis schien spoedig weer vervaagd zijn. Maar de details van de klei ne oorlog waren niet meer uit het geheugen te wissen. Ze her innert zich die oktobermiddag van 1944 pijnlijk precies. Hoewel de Duitsers zich vrijwel allemaal uit de voeten hadden gemaakt, kwam het dorp steeds vaker onder vuur te liggen. De ruiten van het huis sneuvelden: „Het leek een sprookje, deze glasregen." Bijna iedereen in de straat vlucht, maar voorlopig vindt vader Van de Reepe dat de kelder voldoende bescherming biedt. Wanneer de dreiging nog verder toeneemt, besluit men echter naar een boerderij van familie te vertrekken. De nach ten worden doorgebracht in een lege munitiebunker. De veiligheid van het nieuwe onderkomen blijkt betrekke lijk. Zelfs de koe Bertha wordt geraakt bij de beschietingen. Door het ingrijpen van een dok ter kan het dier worden gered. De toestand in de omgeving wordt steeds nijpender. En dan - de borden met stoofpeertjes en varkensribbetjes staan juist op tafel - verschijnen enkele vlieg tuigen die een paarse nevel ver spreiden. Een middel om het doel te markeren, beseft de va der van cle schrijfster. „Daar zit ten wij middenin. Zo meteen ko men ze terug om hun werk af te maken", voorspelt hij. Dat ge beurt ook. In de beleving van het kind leek het of „er wel honderd miljoen" vliegtuigen bij de actie betrokken waren. Nadien vond zij de borden met hun middag maal „vol splinters en gruis" te rug. De schrijfster en hun naas ten overleefden de aanval, een aantal anderen uit het dorp niet. Het grote leed van een kleine oorlog: wat het meisje niet heeft kunnen vergeten, is door de schrijfster op ppn onvergetelij ke manie vastgelegd. Hans Warren Cornélie van de Reepe: De middag van de paarse nevel. Een herinne ring - uitgave van de Gezamenlijke Zeeuwse Boekhandels, 128 pag./ gratis bij een besteding van 25,- in de Week van het Zeeuwse Boek (vanaf 31 oktober). In 1531 maakte Christiaan II, de afgezette koning van Denemarken, Nederland on veilig. „Als een ontketende warlord", schrijft Brigitte Raskin in het pas versche nen Hartenheer, het boek dat ze aan hem wijdde. Hij eiste van de Hollandse steden schepen, artillerie en munitie voor een ex peditie om zijn rijk te heroveren. Het mee slepende verhaal van een koning zonder land en zonder macht. Aan ons werd niets gevraagd, maar de De nen mochten wél zelf beslissen. Ze kozen ervoor hun eigen geld niet voor de euro te verkwanselen. Heel begrijpelijk, alleen al omdat hun kronen .en ores zo vrolijk ver sierd zijn met hartjes. De Vlaamse schrijf ster Brigitte Raskin (geb.1947) ontdekte letterkundige kroniek toen ze op reis ging in verband met haar nieuwe boek: „Harten is altijd en overal troef in Denemarken, alsof dat een land voor verliefden wil zijn met als nationale feestdag 14 februari, Sint-Valentijn." Zij was zelf ook een beetje verliefd: op een hedendaagse hartenheer die naamloos blijft in het boek en op een hartenheer die van 1481 tot 1559 leefde. Raskin heeft zich altijd verbonden gevoeld met de verliezers, zoals ze al in haar veel geprezen en gelezen de buut Het koekoeksjong (1988) bewees. Het is dan ook nauwelijks een verrassing dat ze zich aangetrokken voelde tot Christiaan II, de held of eigenlijk de antiheld uit Harten heer. Geschiedschrijvers hebben het liever over de winnaars, over koningen die wat bereik ten. Zij interesseerde zich voor deze man. „Hij scheen een loser", schrijft ze, „een kortstondige heerser die in de fout ging. Al les werd hem kwalijk genomen. Dat hij zijn Hollandse liefje Duveke niet verstootte voor het Habsburgse prinsesje dat hij huw de. Dat hij de moeder van Duveke, Sigbrit, het beheer van zijn schatkist toevertrouw de. Dat hij de adel als een stelletje intrigan ten zag en de bisschoppen hun wereldse al lures verweet. Dat hij liever de bijbel van Luther las dan uitspraken van de paus. Dat hij goed gezelschap verkoos boven pracht en praal. Dat hij, wat er ook gebeurde, kop pig zijn eigen gang bleef gaan." Dit lange citaat maakt duidelijk dat Chris tiaan, ook nog eens getypeerd als „de lieve ling van de vrouwen", een man is naar het hart van de schrijfster. Het geheim van haar stijlvolle boeken is dat de personages wér kelijk deel van haar bestaan zijn gaan uit maken. Ook deze Deense koning, zo vele eeuwen dood, stapt als vanzelfsprekend haar leven binnen. Op een volkomen na tuurlijke wijze mengen zich aldus in haar proza het persoonlijke en het algemene, het bestaan van alledag en de grote geschiede nis. Zoals bij haar ook studie én inspiratie, speurtocht én reisverhaal samengaan. Op die manier schiep zij in feite een eigen niche in de literatuur, een nauwelijks door ande ren te imiteren genre. Toch valt niet te ontkennen dat Hartenheer nog het meest weg heeft van een gewoon le vensverhaal waarin de onfortuinlijke har tenheer Christiaan II van geboorte tot dood wordt gevolgd. Ze heeft getracht te verhul len dat het vooral om een traditionele bio grafie gaat. Dat doet ze door allerlei experi menten met de vorm en door zichzelf in het geding te brengen. Dat laatste gebeurt het meest nadrukkelijk in de passages over de moderne hartenheer. Ze beweert dit verhaal voor hem te schrijven om „het ten slotte aan je voeten te komen leggen, liefste, mijn heer.Deze geliefde - feit of fictie - blijft een vage verschijning. Er is sprake van ontmoe tingen „in verborgen tuinen" en van het be wonen van „gesloten kamers." De schrijf ster betreurt dat: „Soms zou ik naast jou willen tronen op een praalwagen die de mooiste zou zijn van de hele stoet." Deze gecamoufleerde passie is de spil waar Hartenheer om draait. Haar fascinatie voor Christiaan II komt in de eerste plaats voort uit diens niet gesanctioneerde omgang met Duveke. Brigitte Raskin gelooft in de diepe trouw die aan wat als ontrouw geldt ten grondslag kan liggen. Daarom herkent ze zich in de koning, die een integere weg in de liefde volgde maar daarin door de wereld werd tegengewerkt. Nog vóór hij de kronen van Denemarken, Noorwegen en Zweden kreeg opgezet, kwam hij in contact met Du veke, „het mooie meisje van de koek kraam." Ze was de dochter van Sigbrit, een zeer kordate Amsterdamse. Een zuivere liefde bloeide op. De verhou- ding hield stand toen Christiaan II trouwde met Isabella, een prinses uit het huis Bour- gondië-Habsburg, een dochter van Filips de Schone en een zuster van keizer Karei V. Isa bella begreep hem en zou haar man altijd blijven steunen. Maar haar familie vond het een belediging dat de affaire met Duveke doorging. Zijn volharding lijkt de belang rijkste aanleiding voor z'n ondergang. Men weigerde de bruidsschat te betalen en zijn geliefde werd vermoord. Ook na haar dood verried hij haar niet: moeder Sigbrit bleef een zeer belangrijke rol spelen. De koning ging zich echter als een getergde leeuw ge dragen. Het harde optreden leidde tot op standen en ten slotte tot zijn afzetting. Met Sigbrit en Isabella week hij van Seeland uit naar Zeeland. In kasteel Sandenburgh bij Veere het bruiste aan dit hof „van levens kunst en cultuur" kwam hij even op adem. De verhoopte steun van de machtige familie van Isabella bleef uit. In Duitsland wilde men hem wel helpen, in de misplaatste ver onderstelling dat z'n schatkist rijkelijk was gevuld. Een militair avontuur liep op een fi asco uit en Christiaan II kreeg een slechte reputatie. De koning zonder macht, zonder land en zonder geld bleef hopen. Brigitte Raskin schrijft bewogen eh bevlogen over zijn leven en streven. In 1531 zoekt hij op nieuw cle strijd. Hij verschaft zich de midde len door onze streken op stelten te zetten: „Zijn krijgsvolk dikte als een rollende sneeuwbal aan terwijl hij het onderweg vel den liet leegeten, koeien liet melken of slachten en door brandschatting van bier en wijn voorzag." De expeditie naar het Noorden begon veel belovend, maar eindigde catastrofaal. Christiaan II werd gevangen gezet en zag na jaren af van al zijn aanspraken. Bij die laat ste onderhandelingen betoonde hij zich vol gens de schrijfster „wijs, waardig, gevoelig en eenvoudig, en wilde hij, zichzelf go- trouw, nog steeds van het leven genieten." We zien op zulke momenten bijna de hartjes in haar ogen. Van welke hartenheer houdt zij het meest? Hans Warren Brigitte Raskin: Hartenheer. Een koningsverhaal - Uitgeverij Balans, Amsterdam/ Van Halewyck Leuven -256 pag./ geïllustreerd 32,50. Retabel in de Sint-Knudskerk in Odense: koning Christiaan II is de tweede figuur van links gezien.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2001 | | pagina 24