PZC
Rammekens terug in de tijd
Het kleine mosdiertje is gek op suikerwier
23
24
24
25
25
September
is maand
van het fort
weerwoord
Programma
Geordende
wanorde in
museumtuin
Oud beeld
van Walstraat
Vlissingen
Ontstaan van
Kloetinge
mysterieus
Streektaal
in Schouws
dialect
bijzonder blauw
woensdag 29 augustus 2001
Staatsbosbeheer heeft be
halve natuur ook cul
tuurhistorische objecten on
der zijn hoede, waaronder
flink wat oude forten. De or
ganisatie streeft ernaar om
zoveel mogelijk van deze ob
jecten open te stellen voor
publiek. Om er meer bekend
heid aan te geven organiseert
Staatsbosbeheer sinds 1999
in september een forten
maand. Op verschillende
historische locaties in het
land worden dan activiteiten
gehouden. Ook in Zeeland is
dat het geval. Staatsbosbe
heer, regio West-Brabant/
Deltagebied, zorgt in
samenwerking met het Ste
delijk Museum Vlissingen
elk septemberweekeinde
voor activiteiten in en om
fort Rammekens.
Rammekens wordt het oudste
zeefort van West-Europa
genoemd. Landvoogdes Maria
van Hongarije gaf in 1547 op
dracht om op de zuidoostpunt
van Walcheren een fort te bou
wen. Een strategisch zeer be
langrijke plek aan de Wester-
scheldemonding. Dat is nog
altijd heel goed te zien, vertelt
natuurgids Inge Hartingsveld.
Hij mag bezoekers graag mee
nemen naar de parkeerplaats op
de dijk bij Rammekens, om ze te
wijzen op de Welsinge (toegang
tot Middelburg), het Sloe (toe
gang tot de Oosterschelde) en de
Westerschelde (toegang tot Ant
werpen).
De vaargeul liep vlak langs de
kust, waardoor vijandelijke
schepen vanuit het fort goed
konden worden beschoten. Bo
Gids Inge Hartingsveld wijst bezoekers op de strategische plek van fort Rammekens.
foto's Lex de Meester
vendien konden gemakkelijk
troepen aan land gaan. In het
fort zelf zit nog altijd een ope
ning naar zee. Schepen konden
daarbij aanleggen om kruit te
Inge Hartingsveld bij de toegangspoort van fort Rammekens. Boven
de poort in het midden een kop van Neptunes, met daaronder het
jaartal 1547.
lossen of te laden. Rammekens,
dat aanvankelijk Zeeburg werd
genoemd, is een creatie van de
Italiaan Donato de Boni di Pel-
lezuoli. Die ontwierp een ruit
vormig fort, met het zwaarste
bastion naar de Westerschelde
gericht.
Hartingsveld wijst op de dikte
van de muren: wel drie tot vier
meter dik. ,,Daar schoot je niet
zomaar doorheen." De in Itali
aanse Renaissancestijl gebouw
de toegangspoort oogt nog altijd
indrukwekkend. Boven de
poort in het midden een kop van
Neptunes, met daaronder het
jaartal 1547.
Bakkerij
In de eerste periode bevonden
zich in het fort verschillende ge
bouwen: een kazerne met toren,
een officierswoning, een bakke
rij. Die zijn door toedoen van
Napoleon gesloopt, weet Har-
tingveld. Er kwamen kazemat
ten, simpele soldaten verblijven,
voor in de plaats. Ze waren wel
voorzien van eikenhouten vloe
ren, die in de periode 1914-1918
eruit werden gehaald. „Het is
me een lief ding waard als ze
tenminste één kazemat in origi
nele staat terugbrengen", zegt
Hartingsveld.
Rammekens kwam in 1593 in
handen van de Geuzen; tussen
1585 en 1616 waren er Engelse
troepen gelegerd. Mede door de
sluiting van de Schelde voor de
zeevaart op Antwerpen en de te
ruggang van Middelburg als
handelsstad, verloor het fort
aan (militaire) betekenis. In
1787 werd er een hospitaal inge
richt. „Dat was bestemd voor
zieke zeelieden afkomstig van
de schepen die op de rede lagen.
Ze moesten er in quarantaine",
aldus Hartingsveld, De Fransen
namen in 17 9 5 bezit van het
fort, dat op last van Napoleon
werd versterkt.
In 1869 werd het fort opgehe
ven, het bleef kruitmagazijn.
Tijdens de Tweede Wereldoor
log werd door de Duitsers op het
hoofdbastion een zoeklicht ge
plaatst. Eén van de militairen
liet een aandenken achter: op
een plafond staat de naam van
Otto Weber uit Weimar, met de
datum augustus 1940. Van 1952
tot 1972 was er een champig
nonkwekerij gevestigd en daar
na nam Staatsbosbeheer het
over. De organisatie wil het fort
herstellen en meer ruimte
scheppen voor activiteiten in de
toeristisch-recreatieve sfeer.
Dat gebeurt in samenwerking
met de provincie, de gemeente
Vlissingen en Zeeland Seaports.
Het is nu tussen april en novem
ber al te bezichtigen. Jaarlijks
komen erzo'n 12.000 mensen
kijken. Ook worden regelmatig
exposities gehouden en vinden
er theatervoorstellingen plaats.
Hartingsveld is trots op 'zijn'
fort.
Lievelingsstek
Hij leidt er met verve bezoekers
rond en het valt hem op dat
daaronder veel mensen uit de
naaste omgeving zijn, die voor
het eerst kennismaken met het
bouwwerk. „Het fort is ruim 450
jaar oud. Wat zich daar allemaal
heeft afgespeeld boeit me heel
erg." Hartingsveld, al zes jaar
natuurgids met Rammekens als
lievelingsstek, vindt de combi
natie van natuur en cultuurhis
torie aantrekkelijk.
Wanneer hij een tocht maakt,
beperkt die zich niet tot het fort.
Het nabije schor, met zijn zout-
minnende planten en vogel
functie, wordt aangedaan, als-
Hartingsveld (67) doet dat met
veel plezier. „Toen ik met vut
was heb ik een cursus natuur
gids gevolgd. Ik had altijd be
langstelling voor de natuur,
maar er was nooit tijd voor. Ik
heb bewust gekozen voor gids-
werk. Ik ga graag met mensen
om, leid ze graag rond en vertel
ze graag bijzonderheden. Dat
kun je in gidswerk goed kwijt."
Op zondagmiddag en dinsdag
avond zijn er vaste rondleidin
gen, groepen kunnen ook op af
spraak komen.
Rinus Antonisse
Slakken op de
wegen voorspellen
ons doorgaans
regen.
Nieuwe weerwoorden zijn welkom
bij de redactie PZC, postbus 18,
4380 AA Vlissingen, fax 0118-
470102, e-mail redactie@pzc.nl.
ook het omringende bos met de
kreken, die ontstonden na een
geallieerd bombardement op de
Walcherse zeeweringen in 1944.
„Ik laat ze zien hoe een vijftig
jaar oud natuurbos eruit ziet en
wijs op bijzondere planten en
dieren. De kreken zijn door het
waterschap grondig opgeknapt
en onlangs zijn vlakbij de Ram-
mekensduinen aangelegd."
Hartingsveld verzuimt niet te
attenderen op de vele, soms
zeldzame muurplanten die de
verweerde muren van het fort
bedekken. Voor dat alles heeft
hij anderhalf tot twee uur nodig.
Zaterdag 1 september, 15,00 uur, opening fortenmaand met op
tredens van het Middelburgs Muziekkorps en het jeugdorkest
van de Harmonie.
Zondag 2 september, 13.00 uur, avonturenmiddag in maritieme sfe
ren met een piratenkapitein, kruidenmagiër en andere figuren uit
vervlogen tij den. Om 160 0 uur een concert door de brassband Onda
uit Ritthem.
Vanaf 14.00 uur is er de wekelijkse rondleiding.
Zaterdag 8 september, monumentendag, vanaf 11.00 uur is er elk
uur een wandeling onder leiding van een natuurgids, de laatste is
om 15.00 uur.
Zondag 9 september, 14.00 uur, excursie door fort en natuurgebied.
Om 150 0 uur optreden van mondharpspeler J anus Bsamen met gi
tarist Koos.
Zondag 15 september, 14.30-15.30 uur, een verhalenverteller pre
senteert (kinder)verhalen uit de boeken van Wim Hofman.
Zondag 23 september, 15.00 uur, muzikaal optreden van Chris Si-
balt met zijn Zeeuwse vrienden.
Zaterdag 29 september, 15.00 uur, weer een muzikaal optreden van
Chris Sibalt, maar dan in.een andere muziekstijl.
Zondag 30 september, 13.00 uur, kennismaking met de bewoners
van het fort, van vleermuis tot fortbewaarder, van braam tot
braamsluiper. De Keltische formatie Finglas sluit de fortenmaand
af.
Los van de speciale activiteiten is het fort van dinsdag tot en met
zondag van 13.00 tot 17.00 uur geopend.
Buitengebied is een wekelijkse
bijlage over natuur en
landschap, land- en tuinbouw,
streektaal en streekcultuur,
visserij, recreatie en vrije tijd.
Vragen, opmerkingen en
suggesties zijn welkom bij de
redactie van de PZC, postbus
18, 4380 AA, Vlissingen,
fax 0118-470102,
e-mail redactie@pzc.nl
Wat klein is wordt gauw over het
hoofd gezien. Dat geldt temeer
als het onder de zeespiegel verborgen
is. Wie kent er nou mosdiertjes? Toch
hebben veel mensen ze onbewust wel
eens gezien. Als u wel eens mosselen
eet bent u ze ongetwijfeld tegengeko-
men, kalkachtige korstjes op de bui
tenkant van de schelp, bestaande uit
allemaal kleine rechthoekjes. Enige
tijd geleden waren ze prominent in
beeld toen in de straten filmaffiches
hingen. Op de affiches was een mossel
afgebeeld met daarop zo'n mos dier -
tjeskolonie. De kolonie van het mos
diertje op de foto hiernaast, de fijne
vliescelpoliep, bestaat eveneens uit
kleine rechthoekjes. In ieder van deze
celletjes zit een mosdiertje, kleiner
dan een millimeter, met het blote oog
net te zien. Met een tentakelkransje
vangt het nog kleinere organismen.
Mosdiertjes vormen bijna allemaal
kolonies van grote aantallen tegen el
kaar. De kolonies zijn met het blote
oog wel duidelijk zichtbaar en kun
nen bij sommige soorten meer dan tien
centimeter groot worden. Zo ook bij
de soort op de foto, die vrijwel altijd
op suikerwier groeit. Suikerwier
komt in Nederland alleen voor in de
Westerscheldemonding, in de Ooster
schelde en in de omgeving van Texel.
In Zeeland is suikerwier de laatste ja
ren waarschijnlijk zeldzamer gewor
den en de fijne vliescelpoliep vermoe
delijk ook, als ze hier nog voorkomt.
Het lukte niet een kolonie te vinden
voor een foto; deze is in het buitenland
De PZC heeft een stuk Oosterscheldenatuur geadopteerd. Het gaat om de
Rumoirtschorren en de Slikken in de Krabbenkreek, achterin de Ooster
schelde. Ook het schorretje voor de Oesterput, langs de noordkust van
Noord-Beveland behoort bij het geadopteerde gebied. De krant betaalt
mee aan het behoud van dit bijzondere stukje Zeeland, door een sponsor
bijdrage aan Het Zeeuwse Landschap. In 'Bijzonder blauw' wordt het wel
en wee van het reservaat belicht en bovendien komen er regelmatig verte
genwoordigers van de unieke flora en fauna ter sprake.
gemaakt. In naburige landen met ech
te rotskusten zijn onder water enorme
wouden met metershoog suikerwier te
vinden. Dat zijn natuurlijk eldorado's
voor de fijne vliescelpoliep en die
komt er dan ook algemeen voor. Op de
fijne vliescelpoliep vind je dan vaak
de harlekijnslak, een prachtige wit
met gele naaktslak, die maar enkele
keren in Nederland is waargenomen,
onder andere in de Oosterschelde.
De Nederlandse naam fijne vliescel
poliep werd al in 1913 gebruikt door
Heinsius Jaspers in Het Strand-
boekje. Mosdiertjes kregen destijds
veelal de naam celpoliep, omdat ieder
diertje in een klein celletje zit. Meestal
is de bovenkant van de celletjes geheel
of gedeeltelijk verkalkt, maar bij deze
soort ligt er alleen een vlies over. De
wanden van de celletjes zijn erg dun,
kortom, over de naam fijne vliescel
poliep is wel nagedacht. Helaas be
staan voor veel mosdiertjes geen korte
en krachtige Nederlandse namen. Er
is ook nog de veel voorkomende hari
ge vliescelpoliep, die wat meer ver
kalkt en harig is. Maar deze soort is
niet bijzonder genoeg voor Bijzonder
Blauw. Het mosdiertje dat veel op
mossels voorkomt, Conopeum reticu
lum, heeft de Nederlandse naam zee
vitrage, een naam die ook bij diverse
andere mosdierljes heel goed zou pas
sen. De Nederlandse naam voor deze
hele diergroep, mosdiertjes, klinkt
wat merkwaardig. Het is een letterlij
Kolonie van de fijne vliescelpoliep.
ke vertaling van de wetenschappelij
ke naam Bryozoa. Sommige soorten
hebben inderdaad een mosachtig ui
terlijk en zonder voorkennis zou je op
het eerste gezicht de meeste mosdier
tjes voor plantaardige organismen
aanzien.
In de Nederlandse zoute wateren ko
men bijna veertig verschillende soor
ten mosdiertjes voor; de meeste alleen
foto Marco Faasse
of bijna alleen in het deltagebied. Het
merendeel van de soorten is totaal on
bekend bij mensen die zeedieren be
kijken en bestuderen.
Onopvallende kleine beestjes genie
ten veel minder belangstelling van
natuurliefhebbers dan vogels, plan
ten, vlinders en dergelijke. De laatste
jaren is er wel meer aandacht voor de
kleinere en meer verborgen levende
organismen. Er wordt door verschei
dene mensen gekeken naar sprinkha
nen, zweefvliegen, pissebedden en zo
meer. Ook in het natuurbeheer wordt
er nu soms nadrukkelijk rekening ge
houden met deze zogenaamde 'cryp-
tobiota'. Voor wat betreft de zeedieren
en zeewieren kan er wat dat betreft
nog een inhaalslag gemaakt worden.
De vorige eeuw hebben zich in Neder
land maar drie mensen wat uitgebrei
der met mosdiertjes beziggehouden
en één daarvan nog vooral met op het
strand aangespoelde buitenlandse
soorten. Dat betekent dat er over het
voorkomen van verscheidene inheem-
se soorten nog veel onbekend is. De af
gelopen jaren werden zeker vijf soor
ten mosdiertjes voor het eerst in de
deltawateren waargenomen. Twee
daarvan zijn echte nieuwkomers; de
andere zijn er misschien altijd al ge
weest. Er is in de Zeeuwse wateren al
veel inventariserend onderzoek ver
richt, maar iedere keer weer blijkt de
soortenrijkdom hoger te zijn dan tot
nog toe bekend was. Onze provincie is
rijker dan we denken, al is die rijkdom
niet altijd in geld uit te drukken.
Marco Faasse