Geef het water
de ruimte
Je ziet de zorgenkindjes
geruststellend groen worden
Staatssecretaris Monique de Vries
Bliss®
zaterdag 16 juni 2001
Vanuit haar werkkamer
in het ministerie kan ze
hem zo zien, Hansje Brin-
kers, het symbool van Ne
derland waterland. Vooral in
het buitenland is hij bekend,
als het dappere jongetje dat
een polder voor een overstro
mingsramp behoedde door
zijn vinger in de dijk te ste
ken. „Alleen", valt staatsse
cretaris Monique de Vries
steeds op, „hij vergeet bij
Madurodam steeds zijn vin
ger in het gat te steken."
"J\/Tadurodam met Hansje
-LVlBrinkers ligt op een steen
worp afstand van het ministerie
van Verkeer en Waterstaat, het
departement waar staatssecre
taris De Vries 'het water' doet.
In al zijn facetten. Als voorma
lig docente Italiaans en Kamer
lid sinds 1994 had zij weinig met
het onderwerp.
Tot ze drie jaar geleden staats
secretaris werd. De Vries: „Indit
vak leer je razendsnel." Wat ze
zeker heeft geleerd, is dat water
een maatschappelijk gevoelig
onderwerp is. Februari vorig
jaar hield zij in slot Loevestein
een geruchtmakende toespraak,
waarvan één volzin meer los
maakte dan welk doorwrocht
beleidsstuk dan ook: „Hansje
Brinkers steekt in de toekomst
niet meer zijn vinger in de dijk,
maar trekt zijn kaplaarzen
aan." Met andere woorden: het
roer in Nederland waterland
moet om, dijkverhogingen zijn
niet alles meer, soms moet het
water de ruimte krijgen om on
gecontroleerde overstromingen
te voorkomen.
Veel nieuws vertelde zij er niet
mee. Het ging, zoals zo vaak, om
de verpakking van de bood
schap. En zo slaagde De Vries
erin haar boodschap over te
brengen, al waren de reacties
eerst niet mals.
De bijna-overstromingen van
1993 en 1995 vloeien snel weg in
de gemeenschappelijke bewust
wording. Om iedereen bij de les
te houden, is het af en toe nodig
de knuppel in het hoenderhok te
gooien. Of, zoals vorig jaar in
Den Haag en eind deze maand in
Vlissingen, door internationale
water-manifestaties te houden.
De Vries: „Dat is hard nodig,
want wij denken allemaal wel
dat bij mensen is doorgedron
gen hoe belangrijk water is.
Maar dat valt uiteindelijk ver
schrikkelijk tegen. Het bewust
zijn van het belang van water is
niet zo groot."
Als voorbeeld noemt zij het
drinkwater. „In hun naarste
dromen kunnen mensen zich
niet voorstellen dat er geen wa
ter uit de kraan komt. Of dat er
vies water uit de kraan komt. En
het is toch ook voor iedereen de
normaalste zaak van de wereld
dat wij droge voeten houden."
Ooit is het besef van water veel
groter geweest. De staatssecre
taris schudt ter illustratie de na
men van schrijvers uit haar
mouw die hebben beschreven
hoe Nederland vroeger met wa
ter omging. Antoon Coolen in
zijn boek Dorp aan de Rivier. Si
mon Schama. En Geert Mak.
„Het was vroeger heel gewoon
dat stukken weiland 's winters
onder water liepen en pas in het
voorjaar weer droogvielen.
Dorpen waren van de buitenwe
reld afgesloten. Zo werd ieder
een direct met de natuur gecon
fronteerd."
De natuurlijke werking van het
watersysteem moet worden her
steld. „Vroeger was er ruimte
voor het water en dat moeten we
terugkrijgen." Om direct toe te
voegen. „En dat moet nu gere
gisseerd gebeuren, naar heden
daagse maatstaven. Onder meer
door gebieden terug te geven
aan de rivier."
Hoe dat kan, kan Nederland in
het buitenland leren. De Vries is
als staatssecretaris regelmatig
op reis. Niet alleen om Neder
land te promoten als water
bouwkundige natie, maar ook
om te leren. Laatst was ze in
Kroatië. „Ik ben daar bij een ri
vier geweest. Door omstandig
heden is daar nooit zoveel aan
gebeurd. Die rivier volgt nog
haar natuurlijke loop. Dat is
leerzaam, want je kunt daar
zien hoe wij in Nederland de ri
vier weer kunnen herstellen."
De confrontatie met de water
problemen van andere landen
werkt louterend. „Voor Neder
landers is een bezoek aan een
land als Bangla Desh een ware
eyeopener. Kinderen zwemmen
in vies water. Het overstro
mingsgevaar is permanent aan
wezig. Dat is zo voelbaar."
Als De Vries iets geleerd heeft
van haar werkbezoeken en ook
van het Wereldwaterforum in
Den Haag is het dat elk land zijn
eigen waterproblematiek heeft.
En dat landen elkaar kunnen
helpen. Hoe divers de proble
men ook zijn. Ze noemt als voor
beeld Jemen op het Arabisch
schiereiland. „Ze zijn daar aan
gewezen op water uit de grond.
Verder is er niets. Als ze geen
maatregelen nemen, is het wa
ter over zeven jaar op."
Confrontatie
Internationale bijeenkomsten,
zoals ook het Vlissingse Jeugd
Wereld Water Forum, maken
zulke problemen duidelijker. De
confrontatie is heel direct, her
innert De Vries zich van het
Haagse forum. „Wij discussi
eerden daar over de gevolgen
van de stijging van de zeespie
gel. Een man stond op. Hij ver
telde van een atol in de Stille
Oceaan te komen. 'Als de zee
spiegel snel blijft stijgen', zei
hij, 'dan zijn we er binnenkort
niet meer'. Dat zegt alles."
De Vries juicht het alleen al van
wege zulke confrontaties toe
dat het Haagse Wereld Water
Forum een vervolg krijgt. „Ze
ker omdat in Vlissingen de ge
neratie van de toekomst aan bod
komt. Dat is heel goed voor hun
internationale besef." Het helpt
ook in Nederland, om het be
wustzijn van het belang van wa
ter te vergroten; voorbij het ge-
dachtengoed waarvan Hansje
Brinkers het symbool is. „Veel
bestuurders zijn er inmiddels
wel van doordrongen dat het
anders moet, dat het water in
Nederland meer ruimte moet
krijgen. De lakmoesproef, de
uitvoering, moet echter nog vol
gen." De Vries vernacht dat dit
nog veel inspanningen en tijd
zal vergen. „Maar ja, over aan
leg van de Afsluitdijk is ook niet
op een achternamiddag beslo
ten."
Harmen van der Werf
Literatuur: Antoon Coolen,
Dorp aan de rivier, eerste druk
1934; Simon Schama, Land
scape and memory, 1995; Geert
Mak, Lopen met Van Lennep en
Ooggetuigen van de vaderland
se geschiedenis in meer dan
honderd reportages, 2000/2001.
Level Beginnet Time 43:26 Dale juni 2003 Cost: 0 Competence
Hier zit ik dan met het World
Water Game voor mijn
neus. Het had wat voeten in aar
de voordat de boei op mijn com
puter stond, maar uiteindelijk is
het er toch van gekomen. Let the
games begin.
Het spel ziet er om te beginnen
niet echt uit als een spel, meer
als een website met aardrijks
kundige inhoud voor gevorder
den. Bovenin een kaart met alle
landen van de wereld en onder
een viertal grafieken. Wat het
één met het ander te maken
heeft staat in de spelbeschrij-
ving die ook te downloaden is.
Een aam-ader, want grote vraag
bij het zien van mijn scherm is:
wat moet ik hemelsnaam doen?
In het kort komt het hierop neer.
Voor de duur van het spel ben ik
gebombardeerd tot waterma
nager (maakt me dat nu collega
van Willem-Alexander?). Mijn
missie: de wereld redden van
hongersnood, droogte en over
bevolking. Middel: onbeperkte
macht. Het spel speelt zich af
over honderd jaar (zolang duurt
het overigens niet). Op de kaart
staan landen in donkergroene,
groene, gele, oranje en rode ge
bieden. Je voelt hem al aanko
men: hoe groener hoe beter.
Landen in oranje en gele kleu
ren zijn zorgenkindjes en moe
ten zorgvuldig in de gaten wor
den gehouden.
Naast de wereldkaart staat een
blok waar er verschillende
maatregelen tot je beschikking
staan. Zo kun je ervoor kiezen
om de bevolkingsgroei te tem
peren Ook kun je kiezen voor
een onmiddellijk voedseltrans-
port. Daarnaast kan de efficiën
tie van de maatregelen worden
verhoogd, alsmede de oogst. Al
lemaal maatregelen die met een
klik op de muis zijn te realiseren
zonder dat duidelijk is wat je nu
precies aan het doen bent. Je
voert de maatregelen door en je
ziet de zorgenkindjes gerust
stellend groen worden.
Goed, laten we het maar eens
gaan proberen. Opzet van het
spel is dat je aan het eind van de
rit het één en ander te weten
bent gekomen over waterbe
heer. We schrijven 2010 en de
eerste crisis dient zich meteen
aan. Noord Afrika licht rood op.
Hongersnood, en niet zo'n
kleintje ook. Paniek in de tent.
Alle informatie over deze on
voorziene ramp is ook nog eens
in het Engels. Deze beginnend
watermanager vraagt zich ech
ter opnieuw af wat de bedoeling
is. Terug in de tijd heet de oplos
sing. Niet echt reëel, maar ik
kan natuurlijk niet verantwoor
delijk worden gehouden voor
fouten die anderen hebben ge
maakt. Terug naar 2005 dus,
waar Afrika nog een oranje
kleur vertoont. Nu las ik in de
gebruiksaanwijzing (spelregels
kun je het niet echt noemen) dat
het handig is om het vakje show
prognosis' aan te vinken. Zo kan
ik onderin de grafieken zien hoe
een aantal zaken zich in de toe
komst gaan ontwikkelen, bo
vendien kan ik door middel van
de roze lijn zien welk effect de
maatregelen die ik neem heb
ben.
Zo deel ik met gulle hand de ko
mende jaren voedsel uit en voer
ik een streng beleid als het op
bevolkingsgroei aankomt. Naar
de geboden informatie kijk ik
nauwelijks; na lezing van twee
verhalen ben ik tot de conclusie
gekomen dat elk land zo'n beet
je met dezelfde problemen
kampt en bovendien kan ik via
de prognose prima overzien of
mijn maatregelen al dan niet ef
fect hebben. Tip: zorg dat de
voedsellijn altijd samen loopt
met de behoefte aan voedsel. En
zorg dat de roze lijn van bevol
kingsgroei een neerwaartse lijn
vertoont. Het spreekt voor zich
dat maatregelen die niet een
mooie stijging van de roze lijn
laten zien direct worden terug
gedraaid. Wat ik precies aan het
doen ben weet ik eigenlijk niet,
maar het doet de wereld geen
slecht. Integendeel.
Na honderd jaar bereik ik de fi
nish. Het moment van de waar
heid, want nu zal mij worden
verteld of ik een geschikte wa
termanager ben. En jawel! Keu
rig binnen het budget gebleven,
de middelen leuk over de wereld
verspreid en zelfs geen landen in
het geel te bekennen. Ik ben een
goede watermanager wordt mij
verteld, nog geen expert, maar
dat ligt zeker binnen de moge
lijkheden.
In tegenstelling tot het spel zou
ik mezelf niet het predikaat
competent watermanager op
willen plakken en ook kan ik
niet zeggen dat ik iets heb ge
leerd over wateimanagement.
Behalve dan dat het op de com
puter makkelijk is op te lossen.
Sprinkhanenplagen, aids-epi-
demieën en andere externe fac
toren bestaan niet in het spel en
dat maakt het wel zo overzich
telijk. Het enige wat ik wel kan
vertellen is dat je een goed ge
voel overhoudt aan het spel. De
wereld redden met een paar
muisklikken is heel bevredi
gend.
Klaartje Hissink
Staatssecretaris Monique de Vries (links) tijdens de opening van het Watersnoodmuseum in Ouwerkerk, begin april dit jaar.
foto Pieter Honhoff