In de kroeg hadden we het over Zorro
Michiel Baud,
foutverklaarder van
Jorge Zorreguieta
zaterdag 16 juni 2001
Met Oranje heeft hij weinig, en
veel. Maxima moet het op
haar huwelijksdag zonder haar
vader stellen mede omdat prof. dr.
Michiel Baud (48) Jorge Zorre
guieta politiek 'fout' heeft bevon
den. Bij voorkeur relativeert de
historicus en Latijns-Amerika-
expert zijn rol in de kwestie-Zor-
reguieta, al is hij nu het stof is
neergedaald langzamerhand 'een
beetje trots'. Over goed en fout,
het gevaar van roddelbladen le
zende vrouwen en de ongewenste
ontmoeting met Jorge Zorre
guieta. ,,De moeder is misschien
wel interessanter."
Zijn ouders wilden zijn rapport ab
soluut niet inzien. „Neem alsje
blieft weer mee, dat is geheim, zeiden
ze toen ik een manuscript bij hen wil
de achterlaten. Het was een paar da
gen voor de persconferentie over de
verloving van Willem-Alexander en
Maxima. Ik voelde me bezwaard bij
het idee dat mijn ouders op televisie
zouden moeten zien en horen waar
mee ik bezig was geweest. Daarom
was ik het hen toch maar even gaan
vertellen. Grappig dat ook mijn vader
onmiddellijk over de Tweede Wereld
oorlog begon. Goed en fout is toch de
matrix waarin in Nederland al deze
dingen worden gemeten, en daarin is
dit land uniek. Over de kwestie-Zor-
reguieta kunnen mensen niet denken
zonder de oorlog erbij te halen."
„Goed en fout, oorlog en vrede, heb
ben me altijd geïnteresseerd. De pas
sie is ontstaan in mijn jeugd. De ver
werking van de Tweede Wereldoorlog
was in volle gang en als alle kinderen
wilde ik weten waarom mensen oorlo
gen voerden. Op de middelbare school
werd ik geconfronteerd met zaken als
dienstplicht en autoriteit. De vraag
hoe oorlog voorkomen kan worden,
hield me erg bezig."
Geschiedenis won het uiteindelijk
van polemologie, de wetenschap van
oorlog en vrede. Waarom Baud (48)
zich specialiseerde in uitgerekend La
tijns-Amerika, weet hij zelf eigenlijk
nog steeds niet. „Het is me al zo vaak
gevraagd, ook voordat ik 'beroemd'
was, maar ik vind het nog altijd moei
lijk onder woorden te brengen. Mijn
moeder kwam pas bij het opruimen
een werkstuk van mij van de middel
bare school tegen. Over Brazilië."
„Kennelijk zat het er al vroeg in. Som
mige medestudenten gingen voor on
derzoek naar een dorpje in India - het
was de hippietijd -, Indonesië was als
studieonderwerp ook al geaccep
teerd, maar ik heb daar nooit iets mee
gehad. Na een lezingenreeks over La
tijns-Amerika ben ik op het spoor van
dat continent gezet. Ik vind het inte
ressant omdat de mensen zo anders,
maar tegelijkertijd hetzelfde zijn als
wij: Latijns-Amerika is door alle in
vloeden vanuit Europa een Europees
continent. Natuurlijk ging het me ook
om het exotische. Dat heeft een enor
me impact. Na mijn eerste reizen
kwam ik terug met de bekende in
drukken: dat de mensen zo warm zijn
en iedereen tijd voor elkaar heeft en
het familieleven zo hecht is. Tot je na
verloop van tijd doorhebt dat mensen
daar ook gillend van weglopen, dat er
veel huiselijk geweld is, dat soort din
gen. Op een gegeven moment worden
de overeenkomsten juist interessan
ter. Het is een fascinerende, soms gek
makende gedachte: je landt na twintig
uur vliegen ergens waar de mensen
ook gewoon naar de bakker gaan."
„Het exotische is voor mij in de loop
der tijd naar de achtergrond verdwe
nen. Maar Latijns-Amerika blijft
voor mij een spiegel: Nederland is
maar een van de mogelijke samenle
vingsvormen. Ik wil het vanzelfspre
kende ter discussie stellen, heb sterk
de neiging om te relativeren. Studen
ten roepen al snel dat het machismo in
Latijns-Amerika zo vreselijk is. Dan
wijs ik erop dat in Argentinië meer
dan de helft van de vrouwen een be
taalde baan heeft. Daar kan Neder
land voorlopig niet aan tippen. Je
moet niet in simpele tegenstellingen
denken. Soms zeggen mensen zulke
simpele dingen over Argentinië, dat
irriteert me. Daarom was het heel leu k
om in het rapport over Zorreguieta
heel veel verschillende kanten van de
Argentijnse geschiedenis te kunnen
belichten. En ook de houding van Ne
derland tegenover het militair regime.
Ik vond dat dat echt moest om een af
gewogen oordeel te kunnen geven
over Zorreguieta's rol in dat regime."
Geheimhouding
Jorge Zorreguieta, 'een non-persoon
van wie ik nog nooit had gehoord', be
heerste maandenlang het leven van
Baud. Premier Kok liet de directeur
van het onafhankelijke Centrum voor
Studie en Documentatie van Latijns-
Amerika (CEDLA) in Amsterdam en
hoogleraar Latijns-Amerikaanse ge
schiedenis in september 2000 vragen
of hij onderzoek wilde doen naar het
politieke doen en laten van Maxima's
vader onder de dictatuur van generaal
Videla. Opperste geheimhouding zou
vereist zijn, en het rapport moest er
over vier maanden liggen. „Ik vond
het wel grappig dat ik werd gevraagd.
Het was een eervolle opdracht. En we
tenschappelijk heel interessant. Ik
heb ook ja gezegd, omdat ik dacht: als
wij (CEDLA, red.) het niet kunnen,
wie dan wel? Als je dan eens de kans
krijgt om iets maatschappelijk rele
vants te doen, kun je moeilijk niet
thuis geven omdat je het eng vindt of
geen tijd hebt. Ik vond het niet span
nend. Al lag ik af en toe wel eens wak
ker van de vraag: loopt dit allemaal
wel goed af? Kan ik straks nog met op
geheven hoofd over straat? Soms was
ik bang dat ze het een rotrapport zou
den noemen, de conclusies te zwak of
te sterk zouden vinden. Ik ben tenslot
te niet gewend dat het hele Neder
landse volk kennis neemt van mijn
werk."
Het etiket 'geheim' dat over zijn op
dracht was geplakt, maakte het drie
weken durende onderzoek in Argenti
nië moeilijk en vergde in Nederland
grote alertheid. „Hadden we op mijn
kamer een vergadering, moest ik eerst
alle boeken over Argentinië weer op
bergen. Soms stond ik met iemand te
praten en dan zag ik tot mijn schrik
ineens een papier liggen dat ik verge
ten was weg te leggen. Met mijn colle
ga had ik een soort geheimtaal ont
wikkeld. Als we in de kroeg of de tram
zaten, hadden we het niet over Zorre
guieta, maar over 'papa', 'Z', 'Zorro'
of 'Vosje'. (Zorro is het Spaanse woord
voor vos, red.) In Argentinië hebben
we ons uitgegeven voor onderzoekers
naar de landbouwpolitiek. We kwa
men na afloop tot de conclusie dat Ar
gentijnse vrouwen gevaarlijker zijn
dan mannen. Die lezen de roddelbla
den, die overigens in Argentinië van
een iets hoger niveau zijn dan hier, en
daarin kwamen de Zorreguieta's ook
voor. Een keer heb ik moeten liegen te
genover een Argentijnse collega, dat
vond ik heel onplezierig, ook omdat ik
waarschijnlijk nog wel met haar te
maken krijg."
„In Argentinië heb ik drie collega's in
vertrouwen genomen. Twee kende ik
persoonlijk, de derde via een collega.
Nee, dat was niet gevaarlijk, alles is
toch geheim gebleven? Ik geloof heilig
in het typisch Latijns-Amerikaanse
begrip 'confianza', een soort onver
brekelijk vertrouwen. Confianza heb
je, of niet. Misschien ben ik, behalve
nuchter en optimistisch, in dit geval
ook naïef geweest maar ik ben ervan
uitgegaan dat als er gelekt zou wor
den, het nooit via mijn kant zou zijn.
Een keer ben ik gebeld door een jour
nalist die lucht had gekregen van het
onderzoek. Gelukkig had hij het in
Den Haag gehoord. Ik heb niet zoveel
problemen gehad met de geheimhou
ding, ik had tenslotte niks te verber
gen."
„Mijn vrouw had ik natuurlijk wel
verteld waar ik mee bezig was. Die
vroeg een keer: 'Maxima heeft toch
ook een moeder, hoe zit het daarmee?'
Mijn onderzoek beperkte zich tot de
vader dus ik wist niks over haar. Toen
bekend werd dat moeder Zorreguieta
in 1989 nog een petitie heeft onderte
kend die steun voor het militaire regi
me uitsprak, ben ik daar thuis wel mee
om m'n oren geslagen. Die handteke
ning vind ik schokkend. Ik vind dat
uit moreel oogpunt nog erger. Zij is
misschien een nog wel interessanter
figuur dan Jorge Zorreguieta. Het
verbaast me dat de pers daar niet op
gedoken is."
Circus
Baud leverde zijn onderzoeksrapp-
port op 19 januari af en kreeg daarna
uit Den Haag te horen dat het de be
doeling was dat hi] het met Zorre
guieta zou bespreken. Hij was daar
ongelukkig mee. „Toen ik de opdracht
aannam, heb ik als enige voorwaarde
gesteld dat het rapport, als het zou
worden gepubliceerd, integraal open
baar zou worden. En ik heb gezegd dat
het me goed leek als het rapport voor
openbaarmaking aan Zorreguieta zou
worden voorgelegd. Uit oogpunt van
wat in het Spaans 'cortesia' heet, be
leefdheid, hoffelijkheid. Het zou ten
slotte gaan om een overheidsrapport.
Op die suggestie werd niet direct ge
reageerd. Nu kreeg ik te horen dat ze
naar me hadden geluisterd en of ik
Zorreguieta het rapport wilde uitleg
gen. Eigenlijk wilde ik niet. Waarom
ik? Wat was daar beleefd aan? Wat
moest ik uitleggen? Wat zou de status
van dat gesprek zijn? Wat moest ik met
Zorreguieta's opmerkingen doen?
Het was een hele ongemakkelijke po
sitie, ik wilde helemaal niet in het di
plomatieke circus terechtkomen.
Wim Kok heeft uiteindelijk gezegd: ik
vind echt dat u het moet doen. Toen
heb ik gezegd: als het me vraagt, on
danks al mijn bezwaren, dan doe ik
het wel."
„Het was niet prettig maar nee, ik
voelde me niet gebruikt. Ik was heel
blij dat ik ging als lid van de Neder
landse delegatie onder leiding van
Max van der Stoel. Voor hem heb ik
veel respect en het was een eer met
hem op pad te zijn. Het gesprek met
Zorreguieta (in een New Yorks hotel,
red.) was een gekke situatie. Je praat
met iemand over landbouw die er veel
meer van weet dan jijWe hebben het
ook over koeienrassen gehad. Soms
waren we het eens, soms niet, maar
over het meeste wat ik had geschre
ven, zei hij: dat klopt wel. Dat is toch
prettiger dan dat hij had gezegd: u
geeft een verkeerd beeld van mijn
land. Maar het was natuurlijk geen
gesprek met een pilsje. Ik was gespan
nen vooraf. Het was een beetje gênant
om tegenover degene te zitten over
wie je zo'n oordeel hebt geveld. Ge
lukkig hoefde ik niets te doen, hem al
leen het rapport aanbieden en het idee
van een weerwoord geven. Hij schreef
uiteindelijk zijn brief, waarvan ik me
teen dacht: die zal hem niet helpen."
„Het hele onderzoek was natuurlijk
gecompliceerd. Je onderzoekt en je
oordeelt en ik heb er veel over nage
dacht hoe ver ik daarin kon gaan. Ik
had over die man in eerste instantie
helemaal geen mening. Goed of fout?
Wat had ik zelf gedaan? Hebben wij
niet ook zuiveringen gehad, De Quay,
de vuurwerkramp in Enschede waar
in geen politieke verantwoordelijk
heid is genomen? Maar al geloof je
Zorreguieta op zijn woord (dat hij pas
in 1984 hoorde van de moorden, mar
telingen en verdwijningen, red.), hij
had in de context van de Argentijnse
samenleving een verkeerde rol. Het
verschil tussen goed en fout blijft toch
welke kant je in concrete situaties
kiest. Dat kun je niet bagatelliseren en
het is heel legitiem om daar vanuit
Nederland een pordeel over te vellen.
„Uit alle reacties blijkt dat ik Zorre
guieta eigenlijk wel goed heb neerge
zet. Als mensen tegen me zeggen dat
het een goed rapport is, denk ik: daar
heb ik ook wel voor geleerd. Ja, lang
zaam aan komt er wel een beetje trots,
vooral voor mijn vak. Het is een rap
port dat nooit meer weggaat. Hoewel
de rol ervan uiteindelij k beperkt is ge
bleven. Toen ik het af had, waren de
tegenstellingen in de samenleving al
zo verscherpt, dat Zorreguieta alleen
al daarom niet meer kon komen. Ei
genlijk heeft de regering alleen ge
zegd: het is een mooi rapport. Kok
heeft niet gezegd: Zorreguieta is fout.
Hij heeft gezegd: gezien de gevoelig
heden onder de Nederlandse bevol
king kan meneer Zorreguieta niet bij
het huwelijk zijn."
,Ik geloof dat ik echt geen mening heb
over het feit dat hij niet bij het huwe
lijk van Maxima mag zijn. Ik heb niet
zo veel met trouwerijen en verjaarda
gen. Het gaat om een vrouw die in de
koninklijke familie trouwt en aan die
familie en zo'n huwelijk is al zoveel
bijzonders, dat dit er ook nog wel bij
kanIk had er ook vrede mee gehad als
Kok had gezegd dat hij er wel bij
mocht zijn. Met het koninklijk huis
heb ik niet zo veel. Mijn ouders heb
ben een echt Oranje-gevoel en vinden
het leuk dat ik iets met de monarchie
te maken heb gehad. Zelf ben ik altijd
blij geweest dat de opdracht van de re
gering en niet van het koninklijk huis
kwam. Dat had ik veel moeilijker ge
vonden."
Simone van Driel
Op deze archieffoto uit 1979 staat Jorge Zorreguieta (rechts) als minister van landbouw naast de toenmalige Argentijnse president Jorge Videla. foto GPD