Brazilië is nog volop origineel Maalstroom van feest sleurt je mee zaterdag 5 mei 2001 Groenten en fruit, kleurrijk uitgestald op de markt in Tian Guan. foto's Dave Borstlap Eric Rotte, vooral bekend als de televisiekok van Omroep Zeeland, reisde naar het noord oosten van Brazilië en merkte tot zijn geluk dat het er nog net zo ori gineel is als twintig jaar geleden. In twee artikelen doet hij verslag van zijn hernieuwde kennisma king met het land van de saudade, de carancuejo en de caipirinha. Volgende week deel 2. De vriendelijke luchtserveerster heet ons hartelijk welkom aan boord van de gedateerde Boeing 757 en biedt haar verontschuldigingen aan voor de vertragingen. In totaal 15 uur. „Goedenavond dames en heren, ik ben uw purser, Eline. Ondanks alle tegenslagen zijn we nu toch vertrok ken Daarom is het misschien goed u te vertellen wat u te doen staat bij een noodgeval. Als de druk in de cabine wegvalt, komt er uit het luik boven uw hoofd een zuurstofmasker. Hou het masker voor uw gezicht en trek het elegante koordje over uw hoofd. Op uw zwemvest zit een handig lees lampje en mocht het vest na twee we ken beginnen leeg te lopen, dan kunt u er een beetje lucht bijblazen met het rode pijpje." Ik waardeer haar gevoel voor humor, maar vrees dat het niet genoeg zal zijn om de lijdensweg, die vliegen nu een maal is, veel te verlichten. Ik ga er van uit dat mijn hernieuwde kennisma king met het Zuid-Amerikaanse con tinent de ellende compenseert. Twintig j aar geleden gaf ik gehoor aan mijn drang naar avontuur en mon sterde in een impuls als aankomend matroos aan op een bananenboot, vol gens mijn vrienden een appelschip. Ik werd volledig overdonderd door de magie van de tropen. Nog steeds maakt mijn hart een sprongetje bij beelden die herinneringen oproepen aan die tijd. De betovering zat hem niet zozeer in de broeierige tempera tuur of de wuivende palmen, maar in de cultuurschok. De schijnbaar zor geloze, of misschien zelfs achteloze manier van leven van mensen in war me landen die scherp contrasteerde met de jachtige en bloedserieuze sa menleving waarvan ik tot dat moment deel had uitgemaakt. Mijn leven zou nooit meer helemaal hetzelfde zijn. Ik had over de schutting gekeken en ge zien dat er meer was in de wereld. En nu ben ik terug. Na een dutje van nog geen twee uur word ik rusteloos waldcer. Kloppende slapen en een licht wazig gevoel in mijn achterhoofd herinneren me er aan dat we hier vijf uur vroeger leven en ik zojuist een reis van meer dan twintig uur achter de rug hebMaar ik spring vastbesloten uit bed en gluur door de gordijnen van mijn hotelka mer, nieuwsgierig naar de eerste in drukken van Fortaleza. Het is half acht 's morgens plaatselijke tijd, het miezert een beetje, maar het is al druk op de boulevard Beira Mar. Snel trek ik een T-shirt en een lichte broek aan en stap naar buiten. Het is zesentwintig graden en benauwd. Ik snuif diep en proef de exotische me lange van geuren; zoete mango's en papaja's, kruidige planten, de dam pende regen op de straat en de zoute zee die hier minder scherp aandoet dan in Zeeland. Het water golft kalm en vloeit gemoedelijk kabbelend over het gele zand. Het strand is vrijwel verlaten en in de nabijgelegen restau rantjes maakt nog niemand aanstal ten om het terras droog te maken. De laatste weken regent het vrijwel iede re avond en morgen stevig, als om de aarde voor te bereiden op de alles ver zengende hitte van de dag. De honder den joggers op de boulevard trekken zich er niets van aan. Ik wandel over de keurig geplaveide straat, kijk naar de voorbij dansende gezichten en luister naar flarden van hun conversatie. Van de zangerig ge voerde gesprekken word ik niks wij zer. Brazilië heeft 160 miljoen inwo ners die de Portugese taal spreken: af gevlakte tonen en ingeslikte lettergre pen. Snel uitgesproken en, voor mij, bijna onverstaanbaar, alsof ze te lui zijn om te articuleren. Uiterlijk Hun uiterlijk vertelt me meer. Hoewel de welvaart zich ook hier duidelijk rond het middenrif van de joggende menigte heeft geïnstalleerd, kijk ik in het gezicht van een Zuid-Europeaan. Ranke gestalte, een fijnbesneden ge zicht met donkere ogen, geaccentu eerde ronde neuzen en de natuurlijke lichtbruine tint waarvoor wij goud geld neertellen om er drie weken mee te pronken voor het er afgesleten is. Af en toe ontdek ik de onmiskenbare trekken van de traditionele indiaanse bevolking. Diepliggende ogen boven hoge jukbeenderen, brede monden en een gedrongen postuur, maar dan zijn het geen joggers. Ook de voormalige slavenkinderen, duidelijk herken baar aan hun donkere vel en kroezen de zwarte haren, draven niet met een walkman op hun hoofd en een legging rond hun billen langs de zee. Ze liggen te dutten op bankjes of vrieskisten on der de rieten afdakjes van de nog ge sloten restaurants of vegen in rode sportbroekjes en vaalwitte T-shirts de straat. In Brazilië kun je iemands sociale status aflezen aan de kleur van zijn of haar huid en dat lijkt een alge meen geaccepteerd feit te zijn. De gedachte van me afschuddend, slenter ik in zuidoostelijke richting langs de kust en vergelijk de indruk ken vaYi toen met die van nu en kom direct tot de conclusie dat er tenmin ste een ding echt veranderd is; de symptomen van de westerse maat schappij zijn doorgesijpeld in de Zuid-Amerikaanse samenleving. Ho ge torenflats in de binnenstad, strop dassen in Volvo's met getint glas, met talkpoeder bestoven poedels met roze strikjes en de gejaagdheid die wij als normaal zijn gaan beschouwen. Maar het origineel dat ik me meen te herinneren is er gelukkig nog volop. Tussen de bomen bij het strand liggen talloze half gesloopte bootjes op een primitieve scheepswerf. Een tanige magere man in een flodderige oude sportbroek hurkt bij een kromme plank en schaaft vaardig met een dis sel dunne schijfjes weg om het eerder gebruikte stuk hout te recyclen voor de reparatie van een versleten Janga- da: het traditionele zeilvlot waarmee de lokale vissers voor dag en dauw uitvaren om de zee te verleiden tot een gift. Vismarkt Ik prijs mezelf gelukkig als ik voorbij de werf de vismarkt ontdek. Ondanks het vroege uur is het er een drukte van belang en gebiologeerd dwaal ik tus sen de eenvoudige stalletjes en neem het scenario in me op. Een bejaarde visserman in zijn blote bast hakt op aanwijzingen van een ra telende vrouw de vinnen van een knoepert van een red snapper. Met een soort staalborstel met fijne spijkertjes ritst hij de schubben van de vis en pre pareert hem precies zoals zij het wil. De ingewanden schuift hij in het zand, zijn lijf glinsterend van weggespetter- de schubben. Op de tafel liggen tonijnen, zwaard vissen, rogvleugels, papegaaivissen, kleine sardientjes en de ene naast de andere schaal pulserend gevuld met levende reuzengarnalen. Maar de show wordt gestolen door een reus achtige vis van een soort die ik niet ken. Hij is wel anderhalve meter lang, heeft een hoog voorhoofd en kijkt koud, maar ook een beetje verbaasd in het niets. Volgens een oeroud ritueel word er mopperend en op afkeurende toon ge boden en tuit de verkoper verzoenend zijn mond. Na het sluiten van de over eenkomst steekt de nieuwe eigenaar de vis als een knapzak op een stok, slingert hem over zijn schouder en waggelt weg terwijl de visser voor een tweede keer zijn geld natelt, in zijn kontzak propt en vragend om zich heen kijkt, zoekend naar de volgende klant. Met mijn handen in mijn zak ken dwaal ik rond en verlaat uiteinde lijk met lichte tegenzin de markt. Te rug op het terras van het hotel bestel ik een kop koffie en krijg te horen dat dat gratis is. 'They've got an awful lot of coffee in Brazil.' Diezelfde middag pakken we onze strandspullen om een bezoek te bren gen aan 'La Praia do Futuro', het acht kilometer lange strand van Fortaleza. In een gammele taxi rijden we naar 'Ze plees toe bie', waar het volgens de chauffeur allemaal gebeurt. Een on eindige rij van strandpaviljoens in al le kleuren en maten onttrekt het strand bijna aan het oog. We stoppen bij een groep restaurants en de bestuurder van de taxi begeleidt ons mee naar binnen om een beschei den bonus in ontvangst te nemen voor het aanleveren van drie kakelverse toeristen. We zijn vroeg. Het strand is nog niet druk bevolkt. Lange rijen met palmbladeren bevlochten parasols overschaduwen geperste plastic ta fels en dito stoelen. Aan een paal hangt een kluisje met een sleutel om kostbaarheden in te bewaren. Ik ben nooit een strandmens geweest, maar dit strand is een droom. Zover het oog reikt, strekt een parelwitte zandbak van honderden meters breed tot aan de schuimende golfslag. Het water is handwarm. Een zachte bries neutraliseert de hitte van de zon. We waren gewaarschuwd onszelf met factor 30 te beschermen omdat je zon der erg verbrandt en de rest van je va kantie in de koelte van het hotel de vellen van je lijf kunt plukken. Aange zien ik al een tijdje niet meer aan mijn kapper kan vragen om een 'gedekt model', heb ik zekerheidshalve een petje op mijn kop gezet. Binnen een paar seconden nadat we onszelf hebben laten zakken in een strandstoel, dient de eerste strand- venter zich aan als eerste van een heel défilé van gelukzoekers die de stran den afschuimen op zoek naar winst. Zonnebrillen, vers fruit, kokosnoten, ijs, saté van sardientjes, gebakken kaas, kitscherig beschilderde uke- leles, miniatuurbootjes, zonnebrand crème, hoeden, kwarteleitjes en lol lies, strandballen, T-shirts, er komt geen einde aan. Toverwoord Naast ons zit een man die ons in een oogopslag identificeert als Hollan ders. „Nao, obrigado, is het tover woord om van ze af te komen", zo ver telt hij in vloeiend Engels. Ik probeer het direct uit op een knaap die me een paar voetbalshirts in mijn maag pro beert te splitsen en het werkt. Ik be dank de man voor de tip en hij waar schuwt dat ik die twee woordjes nog wel een honderdtal keren zal moeten herhalen. Hij blijkt in België te hebben gestu deerd en we raken in gesprek. „Het noordoosten van Brazilië is de provin cie Ceara. Het is van oudsher een arm gebied omdat er lange periodes van droogte kunnen zijn. Fortaleza is de hoofdstad en telt meer dan twee mil joen inwoners," zo vertelt hij. „Al sinds jaren geniet de stad een grote re putatie onder de beter gesitueerde Brazilianen. De drie kilometer lange boulevard Beira Mar steekt het Copa- cabana strand in Rio de Janeiro naar de kroon als flaneergebied en mensen betalen grof geld om er een apparte ment te bezitten." Een zongebruinde man op leeftijd met een gitaar posteert zich naast onze ta fel en begint te zingen. De melodie is meeslepend en melancholiek. We luis teren geboeid naar zijn hese stem. De zon filtert door zijn grijze krullen en zijn ogen lachen. „Hij zingt een sau dade, daarmee bezingen de Brazilia nen hun gevoel van genegenheid, wee moed, verlangen en natuurlijk de lief de." Hij grijnst en draait met zijn ogen. Ik grijns terug en knik instem mend. Ja, liefde, dat kennen wij in Ne derland ook. Ik ben mijn Hollandse nuchterheid nog niet kwijt. Op zijn advies bestellen we een portie carancuejo: in kokosmelk gekookte krab met koriander en gehakte lente- -uitjes. Het blijkt een feestmaal. De krabben worden geserveerd in een teil, met voor ieder een plankje met een korte stok om de schalen mee te breken. Ter begeleiding nemen we een glaasje caipirinha. Een traditionele mix van limoensap en suiker aange vuld met cachafa, een soort suiker rietjenever. Meppend en slurpend ge nieten we van de setting. Het leven is goed. Vrouwen Braziliaanse vrouwen genieten we reldfaam om hun uiterlijk en verleide lijke vrijpostigheid. Als onderkoelde Zeeuw word ik daar niet zenuwachtig van, maar toch stokt onze conversatie met regelmaat als er een voorbij para deert. Vier prachtige exemplaren met bruine lijven, voorzien van alle acces soires, elegant maar beperkt bedekt door niemandallige tanga's of visne trokjes, parkeren uitdagend en zelf bewust hun gestroomlijnde vormen aan de tafel naast ons en binnen een paar minuten zijn we in gesprek. De conversatie gaat nergens over, wat vooral te wijten is aan onze beperkte kennis van de Portugese taal en onze zeer beperkte behoefte aan diepgang, maar dat lijkt geen beletsel. We geven een nieuwe definitie aan het begrip 'gesprek'. Er worden klanken van al lerlei talen uitgewisseld, aangevuld met voor de handliggende gebaren en in het zand geschreven tekens. We la chen om achterlijke misverstanden, oogsten onverhulde bewondering met het rollen van een halfzwaar shagje en drinken antarcticabier uit grote fles sen in kleine glaasjes. Kortom; we ra ken kinderachtig, het wordt berege- zellig en de tijd vliegt om. Als het daglicht begint te verkleuren en de zon achter de heuvels zakt, ver plaatsen we onze diplomatieke ver broederingsmissie naar binnen waar een live band met verve een Bossa No va speelt. Het publieknog nadampend van een middag in de zon, zit of staat heupwiegend en handen klappend mee te zingen. Ongemerkt wordt het avond terwijl de hele tent aanhoudend danst en drinkt. Mijn koele instelling ten spijt word ik mee gesleurd in een maalstroom van feest en het wordt vele uren later dan we ons hadden voorgenomen. Ik weet weer wat wordt bedoeld met Zuid- Amerikaans temperament en herin ner me ook dat ik er wel pap van lust. Eric Rotte Op een terras zingt een zongebruinde man een saudade. Fortaleza is de hoofdstad van de in het noordoosten van Brazilië gelegen pro vincie Ceara.Ceara telt ruim 8 miljoen inwoners waarvan er ongeveer 2 mil joen in Fortaleza wonen.De gemiddelde temperatuur is het hele jaar door onge veer 29 graden. Onder begeleiding van Nederlands en Engelstalige gidsen zijn diverse excursies en rondreizen mogelijk. De reisduur inclusief tussenstop op de Kaap Verdische eilanden bedraagt 12 uur. Voor een vakantie naar Brazilië heeft u een toeristenvisum nodig. Vaccinaties zijn voor Fortaleza niet verplicht, maar voor de binnenlanden is een inenting tegen polio (DTP) en hepatitis A aanbevolen. Het betaalmiddel in Brazilië is de Real. 1 Real is ongeveer 1,25. Organiserend touroperator is Quality International Reizen (ANVR/SGR). Vijftien-daagse reizen, inclusief 1 week rondreis, op basis logies en ontbijt varieren tussen 1900 gulden in het laagseizoen en 2900 gulden in het hoogseizoen. Informatie onder meer bij Dave Borstlap Reizen, Zusterstraat 52,4331 KL Middelburg, tel. 0118-616166.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2001 | | pagina 31