Bij Oorthuys staat de mens centraal Pieter Bruegel de Oude kwam graag in Italië Bijna alle prenten in Boijmans bijeen 31 Hommage aan een vergeten fotograaf donderdag 3 mei 2001 Spanje, Madrid (1955) Italië, Verazze (1955) as Oorthuys werd bij het grote publiek vooral bekend door de populaire Contact Foto- en Reispockets uit de jaren vijftig en zestig. De staan bij hem centraal maar de mens. Bijna vijftien jaarlang kreeg hij de gelegenheid om in opdracht van uitgeverij Contact door Europa te reizen en foto grafisch verslag te doen van le ven en werken van de mensen in een continent dat zich herstelde In de reispockets waren de foto's uiteraard heel bescheiden van formaat. Alleen al daarom is het een mooi idee geweest om ze in het jaar dat Rotterdam Culture le Hoofdstad van Europa is 'in het echt' te tonen aan het pu bliek. Dat gebeurt in de Rotter- gatieven en duizenden afdruk ken bestaande oeuvre van Oorthuys beheert. De samen stellers van de tentoonstelling, Rik Suermondt en Joop de Jong, maakten ook het fraaie foto boek dat op de markt gebracht is door uitgeverij Contact. Er van de beproevingen van de oor log. Er heerst echt vrede op zijn foto's, zonder dat het zoetsappig of sentimenteel wordt. Maar meer nog misschien wekken ze anno 2001 het nostalgische ver langen op naar een Europa dat nog niet overspoeld was door het massatoerisme. damse Kunsthal, waar nu voor het eerst 150 zwart-wit foto's over Oorthuys' Europa getoond worden. Er zit veel materiaal bij dat nooit eerder is gepubliceerd of geëxposeerd. De foto's zijn afkomstig uit het Nederlands Fotoarchief in Rot terdam dat het uit 500.000 ne staan bijna tweehonderd foto's in, allemaal in zwart-wit - 'want dat waren de kleuren van mijn generatie', zoals Oorthuys ooit zelf opmerkte. Ook hier gaat het voor een aanzienlijk deel om niet eerder gepubliceerd werk. Net zoals de expositie valt het boek te beschouwen als een foto's Cas Oorthuys. hommage aan een fotograaf die de laatste jaren wat uit beeld is geraakt. „De mensen van Oorthuys", schrijft Cees Noote- boom in zijn inleiding, „zijn er nog omdat hij ze met hef de gefo tografeerd heeft in het decor van hun leven, zonder dat ze de tijd kregen voor hun pose. Hun alledaagsheid is hun monument geworden. De eeuwigheid be staat niet, maar sommige foto grafie heeft iets dat er een beetje op lijkt." Joep Eijkens Tentoonstelling werk Cas Oorthuys (1908-1975), I'Europe/Europa/Europe, tot en met 1 september 2001 in de Kunst hal in Rotterdam. Open di-za 10-17 u, zon- en feestd. 11-17 u. Cas Oorthuys Onderweg Europa 1945-1965 - Uitgeverij Contact, f 99,50. Rotterdamse Kunsthal wijdt een tentoonstelling aan zijn foto's van Europa en de Europeanen. Veel mensen zullen ze van vroeger kennen. En nog al tijd kom je ze ook tweedehands tegen: de Contact Foto- en Rei spockets met teksten van schrij vers als A. den Doolaard en Bert Schierbeek en foto's van Cas Oorthuys. Talloze Nederlanders kochten ze in de jaren vijftig en zestig, niet in de laatste plaats om vooruit of terug te blikken op vakantiebestemmingen als de Elzas, Brussel of de Italiaan se Rivièra. Maar de veertig deel tjes kenden ook diverse buiten landse edities. Wereldwijd werden er anderhalf miljoen exemplaren van verkocht. Cas Oorthuys (1908-1975) is Nederlands beroemdste repor- Nederland, Rotterdam (rond 1958) tagefotograaf. Hij maakte prachtige reportages en boeken over de hongerwinter, Indone sië, de haven van Rotterdam en de naoorlogse wederopbouw van Nederland maar werd voor al bekend door de Reis- en Foto pockets. Het eerste deeltje verscheen vijftig jaar geleden: 'Bonjour Paris. Bonsoir Paris. Au Revoir Paris. Parijse begroetingen door Cas Oorthuys en Jan Brusse'. Ook internationaal gezien hoort het tot de interessantere titels uit de eindeloze reeks fotoboe ken die ooit over Parijs gemaakt zijn. En dat is vooral te danken aan deze fotograaf die niet koos voor toeristische plaatjes maar voor een eigen ontdekkingsreis. Er kwam nog iets anders bij. Oorthuys mocht dan wel opge leid zijn tot architect, niet de bouwwerken en het landschap Eén nieuwe tekening hebben de samen stellers van Pieter Bruegel de Oude, Meestertekenaar ontdekt. Enkele hebben ze moeten toeschrijven aan andere kunste naars. Van de 61 tekeningen die momenteel van Pieter Bruegel de Oude bekend zijn, hangen er vanaf 24 mei 57 in Museum Boij- mans Van Beuningen in Rotterdam. Het is voor het eerst dat de kunstwerken, samen gebracht uit particuliere collecties en de be langrijkste prentenkabinetten van Europa en de VS, bijeen zijn. Samensteller Manfred Sellink heeft alles op alles gezet om ook die laatste vier Bruegel- prenten te pakken te krijgen. Ze bevinden zich in Florence in het Uffizi, in Londen en in het Parijse Louvre. „Ze behoren tot lega ten waarvan de schenkers hebben bedongen dat de tekeningen nooit de musea uit mo gen", zegt hij. „Bovendien is van het Uffizi- museum in Florence bekend dat het altijd moeilijk doet over bruiklenen. Je krijgt nooit een duidelijke motivering over een weigering van een aanvraag." Toch is Sellink tevreden. „Niet eerder wa ren zoveel tekeningen van Pieter Bruegel de Oude tegelijk beschikbaar voor een groot publiek. Maar we moeten het ook weer niet overdrijven. We hebben niet ineens tien nieuwe Bruegels uit de hoge hoed weten te toveren. Wel ééntje. Een tekening waarvan t de maker onzeker wasmaa r die we nu defi- I nitief aan Bruegel kunnen toewijzen. „We hebben ook prenten die tot nu toe als Bruegels beschouwd werden moeten af schrijven omdat we konden aantonen dat i die van anderen zijn. Verder is van belang dat we nieuwe inzichten hebben gekregen I over de betekenis van enkele prenten. Ook I hebben we nieuwe kennis opgedaan over de datering van de tekeningen, dus over de j volgorde waarin hij zijn oeuvre heeft opge bouwd." Meekijken Bezoekers van de Bruegel-tentoonstelling in Boijmans kunnen als het ware meekijken over de schouders van kunsthistorici als Sellink. Zo leert de expositie dat in de-afge- Pieter Bruegel, Spes Pieter Bruegel, Invidia lopen jaren veel nieuwe feiten over Pieter Bruegel de Oude (cica 1525-1569) zijn ont dekt. Enkele honderden tekeningen die altijd aan hem waren toegeschreven, zijn afgevallen omdat ze geen echte Bruegels bleken. Hoe misverstanden over de herkomst van prenten in de wereld komen, maakt de ten toonstelling eveneens duidelijk. Pieter Bruegel de Oude was in zijn tijd al een be roemdheid. Tijdgenoten, onder wie zijn zoons, zagen er geen bezwaar in om hun ei gen tekeningen van Pieters signering te voorzien. Simpelweg omdat dat meer op bracht. „Bruegel zelf deed ook iets dergelijks", weet Manfred Sillink. „Op een van z'n tekenin gen schreef hij in het Latijn 'Jeroen Bosch heeft dit bedacht'. Dat deed hij waarschijn lijk omdat de naam van Bosch toen al meer commerciële waarde had dan de zijne." Manfred Sellink (1962, Nijmegen) promo veerde op de graveur en drukker Philips Galle (1537-1612), die ook prenten van Bruegel uitgaf. Sellink was de afgelopen ja ren hoofdconservator van het prentenkabi net van Boijmans Van Beuningen, dat heel veel grafisch werk van Pieter Bruegel de Oude in bezit heeft. Sinds 1 februari is hij artistiek directeur van de Stedelijke Musea van Brugge. Dit kunstbedrijf is met acht in stellingen, tweehonderd personeelsledenen 800.000 bezoekers (inclusief die aan de beroemde Belfort-toren) veel groter dan Boijmans. „We hebben ontdekt dat Bruegel veel Itali aanse invloeden heeft gehad, van Titiaan bijvoorbeeld", vertelt Sellink. „In 1552, hij was toen nog maar midden-twintig, was Bruegel in Rome. Dat weten we van een prent waarop een aanlegsteiger aan de Ti ber in Rome is te zien. Kunstenaars gingen in die tijden soms in kleine groepjes naar Rome om de overblijfselen van de klassieke oudheid te zien. Maar ook om hun Italiaanse collega's te bezoeken. De kans is groot dat Bruegel Michelangelo, die tijdens zijn leven al een beroemdheid was, aan het werk heeft gezien." Mensen van nu denken vaak dat men in de zestiende eeuw nog niet reisde. Maar niets is minder waar. „Er waren intensieve interna- tionale handelscontacten", vertelt Manfred Sellink. „Maar ook kunstenaars onderna men tochten. Turkije, Israël en zelfs Noord- Afrika waren reisdoelen." ..Kunstenaars konden zich dat ook veroor loven omdat ze vaak uit de gegoede midden klasse stamden. Hun opleiding was al rela tief duur geweest, en ze verdienden gewoon goed met hun schilderkunst." „Italiaanse kunstenaars waren in onze con treien bekend via reisverslagen en boeken", zegt Sellink. „Omgekeerd ook. Italiaanse families bestelden in de vijftiende eeuw. schilderijen uit de 'Paesi Bassi', ofwel de Lage Landen. Lidovico Guicciardini schreef in 1565 over Pieter Bruegel nadathij een poosje in Antwerpen op bezoek was ge-' weest." Bruegel is zelfs helemaal in het puntje van; de laars geweest. Er is een tekening met eeni gezicht op de stad Reggio Calabria, tijdens; een aanval door de Turken. „Ik veronderstel dat hij op de terugweg Venetië heeft be-! zocht", zegt Sellink. „Dat leid ik af uit veel Titiaan-invloeden die je in z'n latere werk zietOp de expositie in Boijmans laten we de stylistische overeenkomsten tussen Titiaan en Bruegel zien, bijvoorbeeld de hoge hori zon en de grote bomen." „Het zijn overeenkomsten", benadrukt de kunsthistoricus. „Bruegel kopiëerde nooit.. Hij verwerkte hooguit invloeden van ande-' ren en hield zijn eigen originele beeldtaal." Peter van Eijkelenburg 'Pieter Bruegel de Oude, Meestertekenaar' is van 24 mei t/m 5 augustus te zien in Museum Boij mans Van Beuningen. De catalogus van dr. Man fred Sellink, 100 blz, f 39,50. De wetenschappe lijke Engelstalige catalogus is ongeveer f85,-. Meer info: www.boijmans.rotterdam.nl

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2001 | | pagina 31