pzc Merijntje ging niet zo diep Oma levert de meeste tori's Biografie A.M. de Jong Zuidelijk temperament blijkt dikwijls fataal Surinaamse vertelsels 31 r kwamen nogal wat Melsen (afgeleid van Mel- hior) voor in de familie van de schrijver A.M. de Jong. Zijn vader en zijn grootvader heetten zo, zijn oudste broer was een Mels, zelf noemde hij zijn zoon Mels en dan is ernogneef Mels, zoon van A.M.'s broer Jan. Die laatste is tevens de schrijver van de biografie over A.M. de Jong, die eind maart bij uitgeverij Querido verscheen. donderdag 5 april 2001 (2 dcUoojMarjman -L.pofijia-5' £.Michel. erich.Wc'cbman Spotprent van George van Raemdonck: literaire actie tegen A.M. de Jong, 1928. Engelman Binnendjjk. A.M. de Jong (1888-1943): hij voelde zich kunstenaar en wilde er ook als een kunstenaar uitzien. foto familiearchief De Jong A anvankelijk zou de biogra- ,n ixfie geschreven zijn door s. I A.M.'s zoon Mels, die daar al in j. 1969 mee begonnen was. „Maar l(j het wilde maar niet afkomen. ie Toen ik in 1993 een bezoek aan ,n hem bracht en vroeg hoe het er je mee stond, bekende hij dat het ,a hem niet lukte. Hij had een schat je aan materiaal, maar hij kreeg geen letter op papier. Hij was er re te nauw bij betrokken. De her- inneringen aan zijn vader gre- JH pen hem te veel aan. Toen heb ik aangeboden het van hem over te ,n nemen", verklaart neef Mels. |e Zoon Mels heeft wel tot aan zijn ,r dood in mei 2000 neef Mels ge- holpen. jj Mels de Jong heeft zij n oom nog n goed gekend. „Mijn eerste her- innering aan hem was tijdens de 0 opnamen van de Merijntje Gij- L zen-film uit 1936, waarin A.M. zelf de rol van het oude dorps- s pastoortje speelt. Ik was toen pas vier jaar. Ik heb hem echt le- 3 ren kennen tijdens twee lange logeerpartijen in de zomers van n 1942 en 1943 in zijn villa in Bla- ricum." De Jong kent A.M. niet anders p dan als oom A. „A. of A.M. Zo werd hij door iedereen ge noemd. Ook mijn vader en zijn u tweede vrouw Wies noemden t: hem zo. Officieel heette hij t AdrianusMichiel, maar ik neem aan dat hij vroeger thuis wel op z'n Brabants Arjaon werd ge noemd." De logeerpartijen hebben op I.Mels een onuitwisbare indruk gemaakt. „Hij was een fantasti- sche oom. Een betere oom kun je 1 als kind niet wensen." En dan was er nog Gudi, de dochter van A.M. „Een heel mooi meisje, bo vendien nogal excentriek. Overal waar ze ging, werd ze door mannen nagekeken. Ik denk dat iedere man verliefd op haar was. Ik ook, al was ze een stuk ouder." Artistiekeling I A.M. zelf was ook een opvallen de verschijning. „Hij voelde zich kunstenaar en wilde er ook als een kunstenaar uitzien. Vooral in de jaren dat hij in Ber- gen op Zoom woonde, hing hij de artistiekeling uit met een ba ret en pofbroek. Ik denk dat hij dat ook wel een beetje deed om zich af te zetten tegen het in zijn ogen bekrompen katholieke mi lieu." Bulletje en Bonestaak kende hij al, maar tijdens de logeerpartij en in Blaricum begon Mels ook het andere werk van A.M. te le zen, te beginnen bij de acht boe ken uit de Merijntje Gijzen-cy- clus. „Die heb ik stuk voor stuk in een adem uitgelezen. Dat is de kracht van zijn werk. Als je een maal begint te lezen kun je er niet mee ophouden. Hij is een geboren verteller." Het werk van A.M. is echter nooit erkend als literatuur. Neef Mels, die zelf als freelancer lite ratuurkritieken schrijft voor Vrij Nederland en NRC Han delsblad, vindt dat niet terecht. „Ik moet eerlijk bekennen dat ik zelf ook een tijd m'n neus heb opgehaald voor zijn werk. Dat is gekomen toen ik op de middel bare school schrijvers als Mars man en Du Perron leerde ken nen. Vergeleken daarmee is het werk van A.M. nogal opper vlakkig, zeker qua psychologie. De personages in zijn boeken zijn allemaal terug te herleiden tot A.M. zelf. Of het nu gaat om Merijntje, Flierefluiter of Kromme Lindert, ze hebben al lemaal iets in zich van A.M.. Zelfs de Brederode in De Dolle Vaandrig is in wezen gewoon A.M. zelf. Met het oog op de bio grafie heb ik al zijn werk herle zen en dan moet ik toch zeggen dat het knap in elkaar zit. Hij neemt je helemaal mee naar zijn wereld. Hij heeft een heel eigen stijl van schrijven, je herkent zijn werk onmiddellijk. Ook dat is een kenmerk van een groot schrijver. Bovendien is hij ja renlang Nederlands best verko pende schrijver geweest. Dat word je niet zo maar." Het uitblijven van literaire er kenning stak A.M. al bij zijn le ven en ook bij neef Mels kruipt het bloed wat dat betreft waar het niet gaan kan. „Er is pas een serie klassiekers uit de Neder landse literatuur op de markt gekomen. Daar zit geen enkel boek van A.M. de Jong bij. Dat vind ik teleurstellend. Een boek als bijvoorbeeld Het Verraad uit de Merijntje Gij zen-cyclus is net zo goed een klassieker." Merijntje is dus deels autobio grafisch, stelt De Jong. Dat geldt bijvoorbeeld voor de wor stelingen die Merijntje als op groeiende jongen heeft met de liefde. „Hij wordt voortdurend heen en weer geslingerd tussen het puur erotische van de liefde en de veiligheid en geborgen heid van de relatie met een vrouw. Merijntje kiest uiteinde lijk voor het laatste. Dat heeft A.M. in zijn eigen leven ook ge daan. Zijn grote liefde vanaf de schoolbanken was Maria Gerz, een mooi, artistiek meisje met veel temperament, toch trouwt hij met een ander, Co Koeke- backer, een veel minder opval lend, rustig meisje. Maar hem kennende zal hij tijdens zijn hu welijk best weieens een slipper tje gemaakt hebben." Hoe A.M. over het geloof dacht, vinden we terug in Flierefluiter. „Het godsbeleven van Fliere fluiter is het godsbeleven van A.M.. Net als Flierefluiter ge loofde hij dat er iets moest zijn, een schepper, die alles op aarde gemaakt heeft." Het meest autografische boek is het vierde deel van de Merijntje Gijzen-cyclus, De Draaikolk. Dat is het boek waarin de fami lie Gijzen naar Rotterdam ver huist. Dat hebben de ouders van A.M. ook gedaan. In 1896, A.M. is dan acht jaar, verruilen de De Jongs De Heen voor Rotterdam. Anders echter dan in Merijntje Gijzen blijven ze niet lang in Rotterdam wonen, maar ver huizen ze al snel naar Delft. De meeste avonturen die Merijntje in Rotterdam beleeft, zijn in werkelijkheid in Delft gebeurd. A.M. de Jong heeft in zijn kin derjaren ook niet altijd in West- Brabant gewoond. De familie is tussentijds nog een keer van N ieu w-Vossemeer naar Oss ver huisd, om na twee jaar weer te rug te keren naar De Heen. Over de tijd in Oss is echter heel wei nig bekend. In al zijn werk schrijft A.M. er geen letter over. Des te meer over West-Brabant. Geboortestreek Wat hem nu zo gefascineerd heeft aan zijn geboortegrond, daarnaar kan Mels de Jong al leen maar gissen. „Hij heeft er, toen ze al verhuisd waren naar Rotterdam, nog vaak gelogeerd. En toen hij met het schrijven van de Merijntje Gijzen-cyclus begon is hij speciaal naar Ber gen op Zoom verhuisd om dich terbij zijn inspiratiebron te wo nen, maar wat nu de precieze verklaring is? Ik denk dat het gewoon de band is die zoveel mensen met hun geboortestreek hebben. Ik zelf heb dat met Eindhoven. Daar ben ik opge groeid." In het kader van de biografie over zijn oom heeft Mels samen met de journalist Kees Slager een reis gemaakt langs alle hui zen waar A.M. gewoond heeft en naar plekken die een rol spelen in zijn boek. „Zo zijn we ook in cle kerk van De Heen geweest. Dat is de kerk waar A.M. mis dienaar is geweest bij een pas toor die model gestaan heeft voor het 'goeie pastoorke' in Merijntje Gijzen. De koster heeft ons nog de klok laten lui den. Ik had ook graag het huis van A.M. aan de Antwerpse straatweg in Bergen op Zoom van binnen willen bekijken. Ik had daar zelfs een afspraak over met de vrouw des huizes, maar toen we de volgende dag aan belden, deed haar man open en die wilde ons absoluut niet bin nenlaten. 'Ik ben al die poppen kast rond mijn huis beu', zei hij. Kennelijk staat het huis dus nog steeds in de belangstelling." De Jong en Slager zijn in De Heen wel binnen geweest in het huisje waar de echte Merijntje Gijzen heeft gewoond. Er woon de namelijk in de tijd dat de fa milie van A. M. in De Heen woonde iemand die echt Me rijntje Gijzen heette. Die heeft verder niks te maken met de ro manfiguur Merijntje behalve dan zijn naam. „Kennelijk vond A.M. die naam heel leuk." Mels de Jong wil met zijn bio grafie zijn oom vooral portrette ren als schrijver. Dat is wel ten koste gegaan van andere ele menten uit het leven van A.M. zoals zijn rol in de politiek en met name in de SD AR Mels de Jong: „Natuurlijk heeft hij in vloed gehad. Ik denk dat je ge rust mag zeggen dat hij als kunstredacteur van Het Volk de man is geweest die de arbeiders in contact heeft gebracht met de cultuur, maar hij is toch altijd op de eerste plaats schrijver ge bleven. Hij is daardoor nooit een echte politicus of partijman ge worden zoals andere SD AP- voormannen. Ik denk dat de verklaring is waarom er op enig moment toch een verwijdering is ontstaan tussen A.M. en de partij. Er zijn mensen die daar van alles en nog wat achter zoe ken, maar daar geloof ik niet zo in." Mores Daar kwam nog bij dat A.M. qua levensstijl niet echt spoorde met de mores van de SDAP. Mels de Jong: „Hij is altijd een Bourgon dische Brabander gebleven. Hij hield van het leven en genoot van de goede dingen des levens. Als hij het breed had, liet hij het ook breed hangen. Dat strookte niet echt met de sobere, calvi nistische stijl van de SDAP en al helemaal niet met de geheelont houderscultuur binnen de par tij." A.M. heeft altijd de intentie ge had om ooit nog terug te keren naar West-Brabant. Hij had in Bergen op Zoom zelfs al grond gekocht om een huis te bouwen. Zover kwam het niet, omdat op 18 oktober 1943 twee Neder landse handlangers van de Duitsers A.M. in zijn huis in Blaricum vermoordden. In 1973 zorgde de televisie-serie van de Vara over Merijntje Gij- zen voor een hausse in de ver koop van de boeken van A.M. de Jong. Of het verschijnen van de biografie dat opnieuw zal doen, betwijfelt Mels de Jong. „Daar is zijn werk toch te gedateerd voor." Jan van Zuilen Mels de Jong: A.M. de Jong, schrij ver - Uitgeverij Querido, 75,-. De uitgave van deze biografie is mede mogelijk gemaakt door een subsidie van de A.M. de Jongstichting uit Nieuw-Vossemeer die een deel van de opbrengst van de verkoop van het A.M. de Jonghuis in dit dorp voor dit doel bestemd heeft. Voor wie het nog niet wist: de kosmische kracht van de liefde, waar wij allen het pro duct van zijn en die het voortbe staan van de mensheid verze kert, heeft tevens een duistere, vernietigende kant. Het is een kwestie van aantrekken en af stoten die, als de passie maar groot genoeg is en de invloed van de geliefden navenant, in staat is de geschiedenis van de wereld te veranderen. De Spaanse journaliste Rosa Montero heeft een aantal van deze in het oog springende hartstochten op een rij gezet. De meeste, zo niet alle dramatische liefdesgeschiedenissen die zij beschrijft zijn bekend, maar doordat zij ze in één boek heeft verzameld, krijgen ze verban den die niet eerder zijn gelegd. Montero schrijft bovendien zo meeslepend dat er geen ontko men aan is: hoe heftiger de pas sie hoe gevaarlijker de afgrond. Opvallend groot in Montero's boek is het aandeel van kunste naars. Geobsedeerd als zij door gaans zijn door hogere esthe tiek, zo streven zij in de liefde ook niets en niemand ontziend - zichzelf in de eerste plaats - hun schoonheidsideaal na. De En gelse dandy Oscar Wilde ging grandioos ten onder aan zijn re latie met de geslepen nicht Al fred Douglas en Sonja Tolstoj moest zich vanwege haar huwe lijk met Lev zulke vernederin gen laten welgevallen, dat zij zelfs geen graf kreeg naast dat van de grote Russische schrijver. Vraag is of deze kunstenaars liefdes invloed hebben gehad op de wereldgeschiedenis. Je zou in eerste instantie zeggen van niet. Kunst verandert de wereld niet, zij laat ons er hooguit anders te genaan kijken. Maar toch. Wie leest over de affaire tussen Amadeo Modigliani en de jonge Jeanne Hébuterne, kan niet an ders dan concluderen dat een groot aantal van zijn schilderij en niet zou hebben bestaan zon der deze liefde en dat misschien wel een even groot aantal ge schilderd zou zijn als zij er bei den niet aan te gronde waren ge gaan. Zou de film 'Cleopatra' er het zelfde hebben uitgezien als er geen vonk - wat heet: een alles- verzengend vuur - was overge slagen tussen Liz Taylor en Ri chard Burton? Nee dus. Maar van het begin af aan was duide lijk dat de passie te groot was om het leven beheersbaar te houden. 'Cleopatra' betekende het onmiddellijke bankroet voor filmmaatschappij Fox en zoog Liz en Richard gaandeweg van de hemel naar de hel. Drank en drugs zorgden in veel liefdes voor een versnelling van de ondergang. John Lennon en Yoko Ono waren daar een spre kend voorbeeld van. Ook in hun geval had de wereld er mis schien anders uitgezien als de twee nooit een blik op elkaar hadden geworpen. Hadden zon der de tussenkomst van Yoko Ono de Beatles nog bestaan? We zullen het nooit weten. Wat we wel weten is dat sommige Len- non-songs nooit geschreven zouden zijn zonder de Ja pans/Amerikaanse femme fata le. Een moeilijke jeugd voorspelt vaak een moeilijke liefde. Wie er niet in slaagt de woede en de wrok uit het verleden af te leg gen, kan erop rekenen dat hij of zij op het amoureuze vlak moei lijke tijden tegemoet gaat. Ook al delven vrouwen vaak het on derspit in de liefdesoorlog met hun mannen, het siert Montero dat zij ook hen niet spaart. Vrouwen kiezen mannen blijk baar niet als zij hun slechtheid niet. op een of andere manier kunnen pareren met gelijksoor tige eigenschappen. Ook uiterlijke kenmerken, die volgens de voortdurend psycho logiserende Montero het inner lijk weerspiegelen, zijn blijk baar van belang. Lewis Caroll, in dromenland vanwege Alice Liddell, zag er als jongen uit 'als een lulletje rozenwater, een beetje belachelijk, met keurig gekamde haartjes die opkrul den boven zijn oren'. Dichter Paul Verlaine, geslachtofferd door de duivelse poëet Arthur Rimbaud, had 'een driehoekig hoofd, een grote en voortijdig kale schedel, een heel slap Idn- netje, dun haar en wrede, scheve Tatarenoogjes'. De beschrijvin gen zijn soms op het hilarische af, wat de bundeling love-sto ries heel aantrekkelijk maakt. Nergens vloeide het bloed zo rij kelijk bij de Borgia's. Als het gaat om verderfelijke liefde stak dit pauselijke geslacht uit de Renaissance alles en iedereen naar de kroon. Rodrigo Borgia ('grote neus, doordringende ogen en volle lippen') was de meest verdorvene onder de ver- dorvenen, maar Lucrezia ('twee, héél lichtblauwe ogen, bijna kleurloos, en een vlezige mond en neus') werd niet van haar, zonden verlost al droeg zij tien jaar lang het boetekleed. Opvallend, of misschien ook niet, is de afwezigheid van Ne derlanders in het boek. Ook ons koningshuis, om maar eens wat te noemen, kent door de eeuwen, heen zo zijn liefdesaffaires.. Maar écht fataal zijn die nooit geworden. De passie won het bij, ons zelden van het nuchtere ver stand en onze Calvinistische in slag. Nu maar hopen dat dit zo blijft, want als er zuidelijke temperamenten in het spel zijn, ligt volgens dit boek het gevaar op de loer. Peter van Vlerken Rosa MonteroHartstochten, liefdes die de geschiedenis veranderden Vertaling: Catharina Blaauwen- draad - Uitgave: Wereldbibliotheek, f34,50. John Lennon met zijn Japans/Amerikaanse femme fatale Yoko Ono. De Surinaamse Marijke van Mil (37) is professioneel verhalenvertelster. Stad en land reist ze af met de tori's, Surinaamse vertellingen, van haar oma. Onlangs kwam haar eerste boek uit, Kikkertje en Slangetje, een fabel uit haar geboorteland. „Hiermee is de fantasie tastbaar geworden." In het begin belde ze zelf de scholen. Of ze langs kon komen om te vertellen. Geld had den ze er niet voor en zelf durfde ze het ook niet te vragen. Ze sprak in klassen. Daarna in speelzalen, en nu staat ze in kerken, be jaardentehuizen, bedrijven, theaters en soms de dierentuin. Van Mil komt overal en kan inmiddels bijna leven van haar vertel lingen. „Ik wist niet dat het bestond, tot ik op festi vals een aantal vertellers zag. 'Dat wil ik ook', dacht ik toen. Ik heb een aantal work shops gevolgd, waar je leerde wat je vroeger rond het kampvuur zag. Eén cursus was van een griot (Afrikaans volksverteller) uit Bur kina Faso. Maar eigenlijk had ik gewoon naar mijn moeder moeten kijken", zegt Van Mil lachend. De lach is typerend voor haar. Net als het Surinaamse accent, dat ze na een kwart eeuw Nederland nog niet is kwijtgeraakt. Het geeft haar iets karakteristieks eigen. „Mijn zusje is een jaar jonger en heeft veel minder het accent. Misschien omdat ze als Marijke van Mil: „Ik laat alles overaandefantasie." kind veel meer naar buiten gericht was. Ter wijl zij speelde met Hollandse vriendinnen zat ik binnen te schrijven en te tekenen." Want buiten een begenadigd spreker is Van Mil ook een goede tekenaar, en ex-tekenle rares. „In mijn boek heb ik zowel de tekst als de tekeningen gemaakt. Je kunt het niet los van elkaar zien, ik heb gelijktijdig getekend en geschreven. Schrijven verschilt van ver foto Roland de Bruin/GPD tellen. Als ik vertel heb ik contact met de toehoorders, de mensen luisteren naar wat je zegt en je kunt het verhaal aanpassen. Ik laat alles over aan de fantasie. Ik ben een so bere verteller, met alleen een beschilderd doek achter me maar verder geen attribu ten. Het gaat om de taal. Op schrift staat het vast, je hebt geen interactie. Het is eenrich tingsverkeer. Door het boek is de fantasie tastbaar geworden. Ik heb een keer verteld en tegelijk de tekeningen laten zien, steeds weer een bladzijde omslaan. Ik weet niet of het goed is, de kinderen hoeven niet na te denken omdat de afbeeldingen voor zich krijgen. Vroeger dacht ik aan een kikkertje en een slangetje, nu denk aan ze zoals ik ze getekend heb." Kikkertje en Slangetje werd uitgegeven door Vassallucci, nadat de uitgever in eigen beheer uitgegeven werk van Van Mil op het Kwakoe festival in de Bijlmer had gezien. „In overleg hebben we besloten om dit boek te maken. Ik ben helemaal vrij geweest in mijn keuzes. Het is een echt prentenboek ge worden." Haar boek vertelt het verhaal van een kik kertje en een slangetje die ondanks de be zwaren van hun ouders, met elkaar spelen. „Het is duidelijk een verhaal met een mo raal, 'sta boven vooroordelen.' De oorspron kelijke versie was anders. Daar was het meer 'wees op je hoede'. Ik heb het van mijn oma gehoord. Een echte 'tori', een Suri naamse vertelling. Omdat dit de eerste tori was die ze mij vertelde, is dit mijn eerste boek geworden." Oma speelt een belangrijke rol in haar ver halen. „Ik vertel ongeveer vijf tori's van haar, hoewel ik er soms mijn eigen draai aan geef. Voor ze overleed was mijn oma mijn proefpersoon, regisseur en recensent. Ze luisterde als eerste naar mijn verhalen en gaf dan haar oordeel. Ze was mijn steun en toeverlaat. Vriendelijk maar eerlijk." Van Mil heeft overal verteld.,Een paar keer in een bejaardentehuis. Ik zag de mensen opleven. Het klikte direct, ze waren heel aandachtig. Scholen met moeilijk lerende kinderen zijn ook bijzonder. De kinderen gaan helemaal op in je verhaal. Ze beleven het echt, het is realiteit voor ze. Na afloop krijg ik dan de meest vreemde vragen. 'Een kikker kan toch helemaal niet praten?" Ze geeft toe dat haar verhalen spannend zijn, soms bijna té spannend. „Ik ben een keer onderbroken. Dat was op een streng christelijke school. In een onderbouwklas vertelde ik over een jongen die in de hel met de duivel vecht. Toen ik bijna bij de climax was en de duivel met zijn grote klauwen het jongetje achterna zat, viel de leraar me in de rede. Hij zat naast me en terwijl ik vertelde zag ik de kinderen al naar hem kijken. 'De ouders van de kinderen stellen dit verhaal niet op prijs', zei hij. Sindsdien vraag ik het van tevoren wel even." Hoewel ze benadrukt ook voor volwassenen te vertellen, draagt ze vooral voor aan kin deren. „Ze zijn een goed publiek. Heel aan dachtig en meelevend. Ze zijn direct. Wan neer het in een verhaal fout dreigt te gaan schudden ze hun hoofd of roepen ze dat het niet mag gebeuren. Terwijl ik vertel stellen ze vragen." Van Mil vertelt altijd bestaande verhalen. „Ik stap niet in de tram en krijg dan plots een goed idee voor een verhaal. Mijn verha len bestaan al. Ik vertel volksverhalen van vroeger, die ik aanpas en waarvan ik mijn eigen vertellingen maak. In mijn verhalen kunnen Anansi de spin en Rein de Vos elkaar tegenkomen. Vertellen is een succes, men sen houden ervan. Wat vroeger heel normaal was, om met elkaar rond de tafel te zitten en daar te vertellen, zijn we kwijtgeraakt. Voor mijn publiek is het luisteren ontspanning. Het is eenvoudig en simpel. En het hoort bij mensen." Ca rel Grol Marijke van Mil: Kikkertje en Slangetje - Uitge verij Vassallucci, f 29,90.

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2001 | | pagina 31