Reuzenhagedis oogt aardig maar één beet is al genoeg Betaal 500 miljoen lire of we vermoorden jou en je familie 39 Jf £sjë Mario Caniglia buigt niet voor de maffia zaterdag 31 maart 2001 Het eilandje Komodo in cen traal Indonesië is de belang rijkste woonplaats van de Komo- dovaraan, met ruim drie meter en tweehonderd kilo de grootste ha gedis ter wereld. Alleen hier en op enkele eilandjes in de buurt ko men deze vleeseters voor, verder nergens in de wereld. Dat maakt de soort nogal kwetsbaar. In de ei gen omgeving echter hebben ze behalve van elkaar weinig te duchten. Ingeklemd tussen Flores en Sumba- wa Ligt het eilandje Komodo, een re servaat waar de gelijknamige varaan heer en meester is. Dit is het over gangsgebied tussen het natte en broeierige tropische klimaat dat zo kenmerkend is voor grote delen van Indonesië en de veel drogere en schroeiend hete zone waar noordelijk Australië deel van uitmaakt. De boottocht vanaf Labuanbajo in het westen van Flores duurt vier uur, voldoende om duidelijk te maken dat hier een andere wereld begint. De ei landjes die de vroegere vissersboot passeert zijn droge rotsachtige bulten. Niks oerwoud in vele kleuren groen. Op de oevers staan huisjes op palen waar de vissers hun netten drogen. Schilderachtig, maar weinig aantrek kelijk. Het is niet alleen de afstand die Ko modo isoleert van de rest van de we reld. De zee in verschillende tinten blauw kent een sterke stroming en het kan er flink spoken zodat bezoekers soms een dagje moeten wachten voor een trip naar Komodo of Rinca, het andere eiland waar de varanen leven. Ook Flores herbergt nog een minimaal groepje. In totaal leven er maar onge veer drieduizend beesten, voldoende reden voor de UNESCO om de regio op de lijst van het werelderfgoed te zetten. Handelsvloten Het eilandje Komodo was in de kolo niale tijd van geringe waarde voor de Portugese en Nederlandse handels vloten. Om die rederrbleven de reu zenhagedissen lang wijwei onopge merkt. Wel zetten de zeevaarders op de eilandjes buffels, herten en varkens uit om op de terugweg over vers vlees te beschikken. Niet toevallig staan deze dieren bovenaan op het menu van de Komodo. Pas in 1911 onder zocht de Nederlandse luitenant Van Steyn van Hensbroek aanhoudende geruchten dat er draken leefden op het eiland. Aangenomen wordt dat de beesten er al zo'n vier- tot vijf miljoen jaar geleden zijn ontstaan. Hoewel de dierentuin in Yogyakarta uitstekende resultaten boekt bij het kweken van de dieren, zijn veel vra gen nog niet beantwoord. Zo is weinig bekend over het voortplantingsge drag van de beesten die hun dagen in het wild doorgaans alleen slijten. Ook is niet duidelijk waarom er drie keer zoveel mannelijke 'Komododraken' worden aangetroffen als vrouwelijke. Daarbij moet in aanmerking worden genomen dat het extreem moeilijk is de geslachten te onderscheiden. De Komodovaraan ziet er niet bijster gevaarlijk uit. Drie meter in rafelige schubben verpakte luiheid, is de eer ste indruk. Heel wat anders in elk ge val dan de tjitjaks, de energieke kleine hagedisjes die spottend met de zwaar tekracht in elk Indonesisch huis over muren en plafonds rennen om een mug of een vlieg te snappen. Bacteriën Toch zijn deze reuzenhagedissen al lerminst onschuldig. Hun beet is niet te vergelijken met die van een kroko dil, die door zijn machtige kaken dicht te klappen een hert in tweeën knipt. De Komodo's ogen minder angstaan- De Komodovaraan komt alleen voor op het Indonesische eiland Komodo en op wat eilandjes daar in de buurt. jagend, maar hun beet is op termijn net zo gevaarlijk. In de bek van de rep tielen woekeren bacteriën die binnen enkele dagen de grootste buffel doen bezwijken. „Het is geen gif", bena drukt Sandy, die elke maand drie we ken op het eiland verblijft om toeris ten rond te leiden. „De hagedissen gaan in een hinderlaag liggen en als er buffels, herten of zwijnen passeren vallen ze die aan. Eén beet is genoeg", vertelt hij. ,Het duurt even voor de bacteriën hun werk hebben gedaan, zeker in een groot dier, maar na een paar dagen is het gebeurd." De hagedissen volgen hun prooi op een afstand. Dat ze met hun korte kromme poten een kudde niet kunnen bijhouden is geen pro bleem, want een kadaver ruiken ze op elf kilometer afstand. Net als bij slan gen zit het reukorgaan in de gevorkte tong die gedurig de lucht aftast op in teressante geuren. Zodra ze een verzwakte prooi de baas kunnen, stromen andere Komodo's Zuidchinese Zee IRIAN JAYA SULAWESI (NW.GUINEA) (CELEBES) 3 KALIMANTAN (BORNEO) I Nederland in verhouding pBUTON FLORES BURUJ* I I SERAM AMBON LOMBOK L- SUMBA toe om mee te genieten. Jonge exem plaren moeten voorzichtig zijn dat ze niet per ongeluk worden beschouwd als toetje. Hun eerste jaren brengen jonge hagedissen om die reden door in de bomen. Oude of zieke reuzenhage dissen komen ten goede aan het col lectief en worden domweg opgegeten. Gulzig slokken de reptielen grote brokken vlees naar binnen. Diep in hun keel zitten vlijmscherpe naar achter gerichte tanden. Net als slan gen hebben ze losse kaakdelen zodat ze onwaarschijnlijk grote brokken vlees naar binnen kunnen schrokken. Een krap half uurtje is voldoende om tweederde van het eigen gewicht te consumeren, inclusief bot, huid of hoorn. „Kijk dit zijn de uitwerpselen van een Komodo", wijst Sandy. Een flinke hondendrol ligt midden op het pad in een witte plek, „Dat is wat er van de botten overblijft", verklaart de gids. Tot 1994 werd de vraatzucht van de Komodo's aan toeristen gedemon streerd door ze geiten te voeren. In middels is ook Indonesië op de 'terug naar de natuur-toer' en moeten de draken hun eigen kostje bij elkaar scharrelen, waardoor ze niet meer op een kluitje blijven wachten tot het etenstijd is. Hoewel de beesten wel mensen aanvallen, is nog onduidelijk foto Joe Songer hoe vaak dat voorkomt. Het wapen dat oppasser Sandy met zich mee draagt, een gevorkte tak van een me ter of twee, roept niet onmiddellijk gedachten op aan monsters waar Sint Joris de handen vol aan zou hebben. Legende Toch wordt de legende van de Zwit serse edelman Rudolph von Reding (84) met zorg in stand gehouden. De voormalige diplomaat reisde in 1974 met een gezelschap naar het eiland. Hij had na een maand op de boot de buik vol van zijn gezelschap en trok er alleen op uit. Van de oude baas is niet meer teruggevonden dan een bril en zijn fotocamera. Aangenomen wordt dat hij met huid en haar is verslonden. Een gedenksteen houdt de herinne ring aan de onfortuinlijke wandelaar levend. Indonesië mag het gevaar van de Ko modo graag wat cultiveren. Toen in het najaar van '92 de Franse slangen- bezweerster Nicole Viloteau naar Ko modo reisde en voor foto's van Paris Match wat met de varanen dolde vond de minister dat niet erg leuk. Geheel in de geest van de tijd werden exempla ren van het tijdschrift onmiddellijk verboden en uit de handel genomen. De beheerder van het informatiecen trum op het eilandje heeft er nog ple zier om. Even goed is hij wel onder de indruk van de manier waarop Vilo teau met reptielen overweg kon. „Ze legde zomaar haar hoofd op de rug van een Komodo! Theo Haerkens Verdovende middelen, mensen smokkel, moordpartijen - het Gro te Kwaad van de maffia haalt regelma tig de voorpagina's. Maar in Zuid- I Italiëmet Sicilië als thuishaven, gros sieren maffia-bendes in klein kwaad 'waarmee gewone, hardwerkende men sen worden geconfronteerd. Afpersing, 'zogenaamd beschermingsgeld, elke on- Jdernemer krijgt ermee te maken. Velen betalen, een enkeling weigert. Portret van de 54-jarige Siciliaanse stijfkop jMario Caniglia. Nietsvermoedend nam Mario Caniglia de telefoon op. Het gesprek, nu bijna drie jaar geleden, zou zijn leven totaal verande ren. „Brutto cornuto - lelijke hoorndrager", schold een verdraaide stem aan de andere kant van de lijn. „Je betaalt ons 500 miljoen lire of we vermoorden j ou en je f amili e.Ma rio dacht eerst aan een grap, zou zijn sinaas- appelbedrijf plots ruim vijf honderddui- 1 zend gulden moeten ophoesten en voor wat? 'Mario, zijn echtgenote en drie volwassen Ikinderen moesten er een beetje om lachen. Amateurs zeker, dachten ze. jEen dag later was het gedaan met het la chen. Terwijl Mario een inspectieronde in de isinaasappelgaard maakte, kwam het twee- |de dreigtelefoontje binnen. Een van zijn dochters nam op. Zij nam het wel serieus. LWat hebben we gedaan pa, dat ze ons wil len vermoorden. Dit zijn geen kleine jon gens, dit is maffia." 'bonzen trekken over het voorhoofd van de [kleine, stevig gebouwde, kalende man als |hij zich die details herinnert van hoe het al lemaal begon. Mario betaaldeniet. Integen- [deel. Hij gaf de anonieme bellers niet alleen aan, maar zou ze later ook te pakken nemen na een ontmoeting met afluisterapparatuur op zijn lijf. Dankzij zijn optreden als getuige verdwenen twee leiders van een lokale maf fia-bende, Francesco di Silva en Franceso Rubini, voor 8,5 en 10,5 jaar achter slot en grendel. Voor Mario betekende het proces slechts het begin. Sinds hij met medeweten van de poli tie en afluisterapparatuur contact met zijn afpersers zocht, heeft hij er 24 uur per dag vier familieleden bij. Zwaarbewapende ca rabinieri, twee in burger, twee in uniform, die hem, zijn bedrijf en familie geen seconde uit het oog verliezen. Mario verzet geen stap zonder constant twee carabinieri bij zich te hebben. In het tienduizend inwoners tellen de grauwe dorp Scordia is hij een regelrech te bezienswaardigheid geworden. Omerta De voorbeelden zijn voor Mario weinig be moedigend. Tien jaar geleden werd Libero Grassi, ondernemer te Palermo, op klaar lichte dag op straat vermoord. De foto's van zijn lijk in een plas bloed op het wegdek 'sie ren' het nieuwe maffia-museum in Corleo- ne. Grassi had de toorn van het tuig over zich afgeroepen door niet te betalen en an dere ondernemers op te roepen dat ook niet te doen. En dat is precies wat Caniglia ook doet. „Ik geef interviews niet om mezelf te promoten, maar om de omerta (de zwijgcode van de maffia) te dooi'breken. Ik hoop dat mijn ac tie door andere ondernemers zal worden ge volgd." Die zien echter wel dat de prijs hoog is. Boodschappen doen onder politiebege leiding, in de boomgaard werken met de ca rabinieri en hun machinepistolen op de wacht, en dan nog is er de angst dat de wraak niet hem maar een van zijn familiele den zal treffen. Zijn oudste uithuizige zoon leeft ook met de carabinieri samen... Dat Caniglia's huis, even buiten het dorp, er als een vesting uitziet, blijkt op toeval te berus ten. Het is gebouwd boven het pakhuis waar de sinaasappelen en mandarijnen worden gesorteerd en verpakt. Ramen zijn nauwe lijks te zien, het terras wordt eveneens aan het oog onttrokken. Waarschijnlijk hoort deze architectonische vondst er net zo bij als de eindeloze hoge afrasteringen die het land van Caniglia en collega-boeren tegen plun deraars moeten beschermen. Een klein succes heeft zijn actie al geboekt. De overheid is een campagne tegen afper sers en woekeraars begonnen. Dat heeft in heel Italië tot zo'n vierduizend aangiftes ge leid. In veel gevallen zijn dat anonieme mel dingen aan de politie, waarvan nog maar de vraag is of justitie er mee uit de voeten kan. Het 'kleine kwaad' van afpersing en het vra gen van woekerrentes voor (vaak opgedron gen) leningen levert de maffia liefst een ge schatte jaaromzet van 50 miljard gulden op. Besmet „Hierin Scordia betaalt bijna iedereen", weet Caniglia. Tijdens de onderhandelin gen met de maffia werd hem als 'all riskver- zekering' om een premie van ruim 20.000 gulden gevraagd. Dat halve miljoen van het eerste telefoontj e bleek inderdaad een grap „Ik heb echter betaling overwogen. Dat maakt je tot slaaf van de maffia. Ik ben als De Siciliaanse fruitteler Mario Caniglia: „Ik ben als vrij man geboren en dat wil ik blijven." vrij man geboren en dat wil ik blijven", zegt hij trots. Caniglia is, zo vertelt een van de politieagenten besmuikt, intussen zo prin cipieel geworden dat hij bij visites aan het naburige Catania net zo lang blijft zoeken tot hij een 'gratis' parkeerplaats vindt. Bij de meeste staan immers figuren die tegen een kleine vergoeding je auto 'bewaken'. Wie dat aanbod negeert kan op tenminste een gebroken ruit rekenen. Caniglia ergert zich dood aan deze vorm van diefstal. „Wie het kleine niet aanpakt, kan ook het grote niet bestrijden", is zijn devies. De staat moet voor de schaarse weigeraars als Caniglio flink betalen. Carabinieri-chef Sant'Antonio vertelt dat de permanente be waking een dikke 40.000 gulden per maand kost. Voor Caniglia zijn er andere kosten: hij heeft al zijn oude vrienden verloren. Ang stig geworden, bang om op bezoek te foto Hans Geleijnse gaan bij een outcast onder politiebewaking. „Plotseling lijkt het alsof je besmet bent ge raakt. Maar gelukkig heb ik er veel nieuwe vrienden voor teruggekregen", zegt hij. En zakenman blijft hijWeet je nog impor teurs in Nederland die mijn eerste kwaliteit sinaasappelen en mandarijnen willen ko pen", vraagt hij bij het afscheid. „Zet dat er ook maar in. Hans Geleijnse

Krantenbank Zeeland

Provinciale Zeeuwse Courant | 2001 | | pagina 39